NL2002843C2 - Afvoer met verruwde laag. - Google Patents

Description

Afvoer met verruwde laag

De uitvinding betreft een afvoer omvattende een bak met een bodemvlak en opstaande zijwanden, waarbij ten minste een 5 rand van een laag is aangebracht aan een zijwand van de bak.

Een dergelijke afvoer in de vorm van een langwerpige douchegoot is bekend uit de stand van techniek, bijvoorbeeld uit de Nederlandse aanvrage nr. 1026249. Om bij het verwerken van de douchegoot in bijvoorbeeld een betonvloer een goede afdichting 10 te verkrijgen tussen de goot en de betonvloer, is het gebruikelijk om op de douchegoot een tegeldoek te verlijmen. Dit tegeldoek zorgt voor een water ondoordringbare laag, waarop vervolgens tegels gelijmd kunnen worden ter afwerking van de vloer.

15 Het tegeldoek kan tijdens de montage van de afvoer worden aangebracht, maar het is ook sinds jaar en dag gebruikelijk dat afvoeren af fabriek worden voorzien van een op de afvoer verlijmd tegeldoek.

Tijdens gebruik van de douchegoot, zal deze opgewarmd 20 worden door het warme douchewater, dat door de douchegoot wordt afgevoerd. Vervolgens zal de douchegoot weer afkoelen tot kamertemperatuur. Als gevolg van deze temperatuur wisselingen zet de goot uit en krimpt deze weer. Door dit uitzetten en krimpen van de afvoer worden er krachten uitgeoefend op het 25 tegeldoek, waardoor dit uiteindelijk loskomt van betonvloer met alle gevolgen van dien.

Daarnaast heeft het de voorkeur om de douchevloer met afvoer in één keer af te werken. Dit betekent dat de lijmlaag voor de tegels al aangebracht wordt terwijl de betonvloer nog 30 niet is uitgehard. Bi] een dergelijke nat-in-nat verwerking treedt het probleem op, dat het doek niet goed hecht aan beide natte lagen. Hierdoor ontstaat het risico, dat na het uitharden van de betonvloer en lijmlaag het doek los ligt.

Het is een doel van de uitvinding om de bovengenoemde 35 nadelen te voorkomen. Dit doel wordt volgens de uitvinding 2 bereikt met een afvoer volgens de uitvinding, die gekenmerkt wordt doordat de laag elastisch is en ten minste één oppervlak van de elastische laag verruwd is.

Door het verruwen van het oppervlak wordt de hechting 5 tussen de verschillende lagen, zoals betonvloer of lijmlaag, verbeterd. Bijvoorkeur zijn op het verruwde oppervlak korrels aangebracht. Deze korrels hebben bij voorkeur een minimale afmeting van 0,3 mm. Hierdoor krijgt het verruwde oppervlak een soortgelijke textuur als grof schuurpapier en wordt de hechting 10 van de elastische laag aanzienlijk verbeterd.

Nu de laag een verbeterde hechting heeft met de omliggende lagen, is het verder van belang, dat de laag elastisch is. De krachten die door het uitzetten en krimpen van de afvoer ontstaan, zullen via de laag overgebracht worden op de 15 omliggende lagen, zoals de betonvloer. Indien de laag niet elastisch is, zal de laag door deze krachten kunnen gaan scheuren.

In een uitvoeringsvorm van de uitvinding is het verruwde oppervlak voorzien van uit de laag gevormde uitsteeksels. Deze 20 uitsteeksels kunnen bijvoorbeeld gemaakt zijn als ribbels of als puntvormige uitsteeksels.

In een andere uitvoeringsvorm van de afvoer volgens de uitvinding is ten minste één zijwand van de bak voorzien van een flens en is de rand van de elastische laag aangebracht op een 25 eerste zijde van de flens. Een flens heeft als voordeel dat een groot hechtoppervlak voor de elastische laag verschaft wordt. Daarentegen wordt het inkloppen van tegels door de flens bemoeilij kt.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de afvoer volgens de 30 uitvinding is een tweede elastische laag aangebracht, welke tweede elastische laag zowel is aangebracht op de tegenoverliggende tweede zijde van de flens als op de eerste elastische laag. Hierdoor wordt het hechtoppervlak op de flens verdubbeld, doordat zowel de bovenzijde als de onderzijde van de 35 flens gebruikt wordt om de laag te bevestigen. Als gevolg 3 hiervan kan de breedte van de flens gereduceerd worden met behoud van voldoende hechtoppervlak voor de elastische laag.

In een andere voorkeursuitvoeringsvorm van de afvoer volgens de uitvinding, is ten minste één zijwand van de bak ten 5 minste voor een deel omgevouwen en is de rand van de elastische laag vastgeklemd tussen het omgevouwen deel. Door het inklemmen wordt een zeer goede bevestiging van de elastische laag verkregen.

In andere voorkeursuitvoeringsvorm van de afvoer volgens 10 de uitvinding, is de flexibele laag op afstand van de bak voorzien van een verankeringelement. Een dergelijk verankeringelement is in het bijzonder voordelig bij de nat-in-nat verwerking. Daarbij kan het verankeringelement in de nog zachte betonspecie gedrukt worden, waarmee een verdere zekerheid 15 verkregen wordt, dat de elastische laag aan de onderliggende laag bevestigd blijft. Daarnaast waarborgt een verankeringelement verder dat ook de afvoer zelf niet los kan komen.

Bijvoorkeur is het verankeringelement een verdikking.

20 Ook kan het verankeringelement gevormd zijn door een dubbelgevouwen deel van de elastische laag. In dit laatste geval is het dubbelgevouwen deel bijvoorkeur reeds aan elkaar gehecht, zodat bij het inbrengen van de afvoer in de betonvloer geen aandacht meer gegeven dient te worden aan het 25 verankeringelement.

In weer een andere uitvoeringsvorm van de afvoer volgens de uitvinding is op de eerste elastische laag een derde elastische laag aangebracht, waarbij de elasticiteit van de derde laag groter is dan de elasticiteit van de eerste laag.

30 Deze derde elastische laag vormt een aanvullende zekerheid, dat de laag water ondoordringbaar blijft. Mocht de eerste elastische laag onverhoopt scheuren, dan zal de derde elastische laag door de hogere elasticiteit meegeven en de water ondoordringbaarheid blijven garanderen. Bovendien kan deze derde 35 hoog elastische laag bijdragen aan een verbeterde 4 geluidsdemping.

Bijvoorkeur strekt de derde laag zich uit tot in de bevestigingszone van de rand van de eerste laag aan de zijwand.

Eventueel kan de eerste laag onderbroken zijn nabij de 5 bevestiging van de eerste laag aan de zijwand van de bak. Door deze onderbreking is in feite een gedefinieerde scheur aangebracht in de eerste laag. Afhankelijk van de werking tussen de afvoer en de betonvloer kan een dergelijk gedefinieerde scheur de voorkeur hebben.

10 Deze en andere kenmerken van de uitvinding worden nader toegelicht aan de hand van de bijgaande figuren.

Figuur 1 toont in perspectivisch aanzicht een eerste uitvoeringsvorm van een afvoer volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een dwarsdoorsnede aanzicht van de afvoer 15 volgens figuur 1.

Figuur 3 toont een dwarsdoorsnede aanzicht van een tweede uitvoeringsvorm van een afvoer volgens de uitvinding.

Figuur 4 toont een dwarsdoorsnede aanzicht van een derde uitvoeringsvorm van een afvoer volgens de uitvinding.

20 Figuur 5 toont in dwarsdoorsnede aanzicht de afvoer volgens figuur 1 en figuur 2 in volledig gemonteerde toestand.

In figuur 1 wordt een eerste uitvoeringsvorm van een afvoer, zoals een douchegoot 1 volgens de uitvinding getoond. Deze douchegoot 1 heeft een bak met een bodemvlak 2 en opstaande 25 wanden 3. Aan deze opstaande wanden 3 zijn horizontaal uitstrekkende flensen 4 gevormd. In het bodemvlak 2 is verder een afvoeropening 5 gevormd voor het afvoeren van opgevangen douchewater.

Aan één van de flensen 4 is een elastische laag 6 met 30 een rand bevestigd. In figuur 2 is de bevestiging van de elastische laag 6 aan de flens 4 in meer detail getoond. Aan de bovenzijde van de flens 4 is de elastische laag 6 aangebracht. Deze elastische laag 6 is op het oppervlak voorzien van korrels 7, die voor een opgeruwd oppervlak zorgen.

35 Aan de onderzijde van de elastische laag 6 is een tweede 5 elastische laag 8 aangebracht, die zowel op de flens 4 als de elastische laag 6 is gehecht. Ook deze tweede elastische laag 8 is voorzien van korrels 7.

Verder is aan de onderzijde van de elastische laag 6, op 5 afstand van de bak 2, 3, 4, een verankeringelement 9 voorzien. Dit verankeringelement 9 is uit het materiaal van de elastische laag 6 gevormd. Tenslotte is aan de onderzijde van de bak 2, 3, 4 een sifon 10 aangebracht, die de afvoeropening 5 met een afvoerbuis 11 verbindt en tevens een stankafsluiter vormt.

10 In figuur 3 is een tweede uitvoeringsvorm 15 van een douchegoot volgens de uitvinding getoond. Deze douchegoot 15 heeft een bodemvlak 16 en opstaande wanden 17. De randen 18 van deze wanden 17 zijn omgevouwen.

Tussen de omgevouwen rand 18 en opstaande wand 17 is een 15 elastische laag 19 ingeklemd. Deze elastische laag 19 is voorzien van een opgeruwde laag, doordat korrels 20 zijn aangebracht. Een deel 21 van de elastische laag 19 is dubbelgevouwen en vormt zo een verankeringelement.

Aan de onderzijde van het bodemvlak 16 is een tweede 20 elastische laag 22 door korrels 20 opgeruwd oppervlak voorzien. Deze laag voorziet met name aan de bak 16, 17, 18 een betere hechting, waardoor loskomen van de bak 16, 17, 18 uit een ondervloer tegengegaan wordt.

In figuur 4 wordt een derde uitvoeringsvorm 25 van een 25 douchegoot volgens de uitvinding getoond. Ook deze douchegoot 25 heeft een bodemvlak 26 met opstaande wanden 27 en horizontaal uitstrekkende flensen 28. Onder het bodemvlak 26 is verder een sifon 29 voor aansluiting op een afvoerbuis 30 voorzien.

Aan één flens 28 is een eerste elastische laag 31 30 aangebracht door middel van een tweede elastische laag 32.

Tussen de flens 28, de eerste laag 31 en tweede laag 32 is een derde, meer elastische laag 33 voorzien. Deze derde, meer elastische laag 33 vangt de werking tussen de douchegoot 25 en een ondervloer tijdens uitzetten en krimpen van de douchegoot 35 25.

6

In figuur 5 is tenslotte de douchegoot 1 in gemonteerde toestand getoond. De bak 2, 3, 4 is daarbij in een betonvloer 35 gegoten. De korrels 7 op de elastische lagen 6, 8 zorgen voor een goede hechting tussen deze lagen en de betonvloer 35.

5 Daarnaast is het verankeringelement 9 in de betonvloer 35 gegoten en door de vormgesloten verbinding, die hierdoor ontstaat, is de elastische laag 6 betrouwbaar en waterdicht aan de betonvloer 35 gehecht.

Op de elastische laag 6 is vervolgens een tegelvoer 36 10 aangebracht. Om de tegelvloer 36 netjes af te werken is in de douchegoot 1 een tegelframe 37 geplaatst, dat de zijkanten van de tegels 36 aan het zicht ontrekt. In het tegelframe 37 is verder een rooster 38 geplaatst, zodanig dat het bovenvlak van het tegelframe 37, het bovenvlak van het rooster 38 en het 15 bovenvlak van de tegelvloer 36 in één vlak liggen.

Claims (13)

1. Afvoer omvattende een bak met een bodemvlak en opstaande zijwanden, waarbij ten minste een rand van een laag is 5 aangebracht aan een zijwand van de bak, met het kenmerk, dat de laag elastisch is en ten minste één oppervlak van de elastische laag verruwd is.

2. Afvoer volgens conclusie 1, waarbij op het verruwde oppervlak korrels zijn aangebracht.

3. Afvoer volgens conclusie 2, waarbij de korrels een minimale afmeting van 0,3 mm hebben.

4. Afvoer volgens conclusie 1, waarbij het verruwde oppervlak is voorzien van uit de laag gevormde uitsteeksels.

5. Afvoer volgens één van de voorgaande conclusies, 15 waarbij ten minste één zijwand van de bak is voorzien van een flens en waarbij de rand van de elastische laag is aangebracht op een eerste zijde van de flens.

6. Afvoer volgens conclusie 5, waarbij een tweede elastische laag is aangebracht, welke tweede elastische laag 20 zowel is aangebracht op de tegenoverliggende tweede zijde van de flens als op de eerste elastische laag.

7. Afvoer volgens één van de conclusies 1-4, waarbij ten minste één zijwand van de bak ten minste voor een deel is omgevouwen en waarbij de rand van de elastische laag is 25 vastgeklemd tussen het omgevouwen deel.

8. Afvoer volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij de flexibele laag op afstand van de bak is voorzien van een verankeringelement.

9. Afvoer volgens conclusie 8, waarbij het 30 verankeringelement een verdikking is.

10. Afvoer volgens conclusie 8, waarbij het verankeringelement gevormd is door een dubbelgevouwen deel van de elastische laag.

11. Afvoer volgens één van de voorgaande conclusies, 35 waarbij op de eerste elastische laag een derde elastische laag is aangebracht, waarbij de elasticiteit van de derde laag groter is dan de elasticiteit van de eerste laag.

12. Afvoer volgens conclusie 11, waarbij de derde laag zich uitstrekt tot in de bevestigingszone van de rand van de 5 eerste laag aan de zijwand.

13. Afvoer volgens conclusie 12, waarbij de eerste laag is onderbroken nabij de bevestiging van de eerste laag aan de zijwand van de bak.