NL2002412C2 - Schoeisel met losmaakbaar bovenmateriaal. - Google Patents

Description

Schoeisel met losmaakbaar bovenmateriaal

Schoeisel omvattende een zool en een op de zool aangebracht bovenmateriaal, zodanig dat tussen de zool en het 5 bovenmateriaal een ruimte voor een voet van een drager van het schoeisel gevormd is, waarbij het bovenvlak van de zool is gevormd naar de voetzool van de drager.

Schoeisel komt voor in vele vormen, zoals schoenen en slippers. Voor personen met voetproblemen is op maat gemaakte 10 schoeisel van cruciaal belang. Zonder juist schoeisel is het voor dergelijke personen vaak zeer lastig om te lopen.

Om deze problemen het hoofd te bieden kunnen personen met voetproblemen speciaal op maat gemaakt schoeisel laten maken. Dergelijk schoeisel, ook wel orthopedisch schoeisel 15 genoemd, wordt door een vakman grotendeels met de hand gemaakt. Allereerst wordt er een afdruk van de voeten van de drager gemaakt. Vervolgens wordt een zool gemaakt, waarbij het bovenvlak van de zool specifiek gevormd wordt aan de hand van de gemaakte afdruk. Vervolgens wordt op de zool een bovenmateriaal 20 aangebracht waarmee een ruimte voor de voet van de drager gevormd wordt. Dit bovenmateriaal kan bijvoorbeeld het gebruikelijke leer van een schoen zijn of de brede band van een slipper, welke band over de wreef van de voet loopt.

Het nadeel van dergelijk orthopedisch schoeisel is dat 25 het vervaardigen ervan arbeidsintensief is. Bovendien kan een drager niet eenvoudig modieus schoeisel kopen. Elk paar moet namelijk aangepast worden aan de voet, hetgeen de nodige tijd kost.

Het is nu een doel van de uitvinding om de bovengenoemde 30 nadelen te verminderen, in het bijzonder voor orthopedisch schoeisel.

Dit doel wordt bereikt met schoeisel volgens de aanhef, dat gekenmerkt wordt doordat het bovenmateriaal losmaakbaar is aangebracht aan de zool.

35 Nu volgens de uitvinding het bovenmateriaal losmaakbaar 2 is aangebracht aan de zool, is het mogelijk om één zool te combineren met verschillende uitvoeringen van het bovenmateriaal, bijvoorbeeld bovenmateriaal in verschillende kleuren.

5 Daarnaast heeft het schoeisel volgens de uitvinding een voordeel tijdens de vervaardiging. Bij schoeisel volgens de stand van techniek wordt het bovenmateriaal om de zool heen gevouwen en aan de onderzijde vastgelijmd. Daaroverheen wordt vervolgens een dekzool aangebracht. Naast de nodige handelingen 10 en tijd voor het drogen van de lijm, ontstaat door het omvouwen van het bovenmateriaal onder de zool een onvlakke zool. Nu wordt dit bij de uitvinding voorkomen door het gebruik van de bevestigingsmiddelen.

In een uitvoeringsvorm van het schoeisel volgens de 15 uitvinding zijn vormgesloten bevestigingsmiddelen aangebracht tussen de zool en het bovenmateriaal. Door het gebruik van vormgesloten bevestigingsmiddelen kan tussen de zool en het bovenmateriaal een grote kracht uitgeoefend worden, zonder dat de bevestigingsmiddelen loskomen. Met name tijdens het lopen op 20 het schoeisel kunnen dergelijk grote krachten ontstaan.

In een andere uitvoeringsvorm omvatten de vormgesloten bevestigingsmiddelen drukknopen. Met drukknopen kan het bovenmateriaal gemakkelijk aan de zool aangebracht worden.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van het schoeisel 25 volgens de uitvinding omvatten de vormgesloten bevestigingsmiddelen pennen, welke pennen door het bovenmateriaal in de zool steken. Daarbij strekken de pennen zich bijvoorkeur in hoofdzaak parallel aan het bovenvlak van de zool uit. Met pennen kan een snelle verbinding van zool en 30 bovenmateriaal tot stand gebracht worden. Daarbij worden de pennen door het bovenmateriaal in de zool gestoken, waardoor een stevige en vormgesloten verbinding tot stand gebracht wordt.

Bij voorkeur zijn de pennen elk voorzien van een kop.

In weer een voorkeursuitvoeringsvorm zijn een aantal 35 pennen in hoofdzaak loodrecht aangebracht op een strip. Hiermee 3 is het mogelijk om een aantal pennen in één keer in de zool aan te brengen of te verwijderen. De strip met pennen kan gemakkelijk losgenomen worden met een vorkachtig gereedschap, zoals bijvoorbeeld een pitchvork, die gebruikt wordt bij golfen. 5 In nog een andere voorkeursuitvoeringsvorm zijn de pennen voorzien van ribben. Deze ribben zorgen voor extra houvast van de pennen in de zool.

Daarnaast kan het schoeisel volgens de uitvinding in de zool aangebrachte bussen, waarin de pennen steken, omvatten.

10 Door het gebruik van bussen, kan het materiaal waarin de pennen steken aangepast worden aan de eisen, die gesteld worden voor de bevestiging, terwijl de zool zelf van een geschikt, flexibel materiaal vervaardigd kan zijn. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat de bussen aan de binnenzijde zijn voorzien van ribben. Deze 15 ribben zorgen voor een betere grip van de pennen en daarmee een betrouwbare bevestiging.

In nog een andere uitvoeringsvorm van de uitvinding is het schoeisel een slipper.

De uitvinding omvat verder een werkwijze voor het 20 vervaardigen van schoeisel volgens de uitvinding voor een drager, welke werkwijze de stappen omvat: - het vervaardigen van een afdruk van de voetzool van de drager; - het verschaffen van een zool en het vormen van het 25 bovenvlak van de zool naar de afdruk van de voetzool van de drager; - het verschaffen van bovenmateriaal; - het losmaakbaar bevestigen van het bovenmateriaal aan de zool.

30 In een uitvoeringsvorm van de werkwijze is het bovenmateriaal een in hoofdzaak rechthoekige strook en worden de korte zijden van de rechthoekige strook bevestigd aan tegenoverliggende zijden van de zool.

Daarnaast kan de werkwijze verder de stappen omvatten 35 van het in de zool aanbrengen van bussen, het verschaffen van 4 een strook, voorzien van in hoofdzaak loodrecht aangebrachte pennen, en het door het bovenmateriaal heen in de bussen steken van de pennen ten einde het bovenmateriaal losmaakbaar aan de zool te bevestigen.

5 Deze en andere kenmerken van de uitvinding worden nader toegelicht aan de hand van de bijgaande figuren.

Figuur 1 toont een uitvoeringsvorm van de uitvinding met losgenomen delen in perspectivisch aanzicht.

Figuur 2 toont in meer detail een eerste deel van de 10 bevestigingsmiddelen van de uitvoering volgens figuur 1.

Figuur 3 toont in meer detail een tweede deel van de bevestigingsmiddelen.

In figuur 1 wordt een uitvoeringsvorm van schoeisel 1 volgens de uitvinding getoond. Het schoeisel 1 heeft een zool 2. 15 Het bovenvlak 3 van de zool 2 is gevormd naar de voetzool van een drager van het schoeisel 1.

De zijkant van de zool 2 is voorzien van een aantal gaten 4, waarin bussen zijn aangebracht.

In figuur 1 zijn verder twee uitvoeringen 5 en 6 van 20 bovenmateriaal getoond. Het bovenmateriaal 5 is een band, waardoor de combinatie van het bovenmateriaal 5 en de zool 2 een slipper vormt. Door de zool 2 met het bovenmateriaal 6 te combineren wordt een dichte schoen gevormd.

Het bovenmateriaal 5, 6 wordt losmaakbaar bevestigd aan 25 de zool 2 door middel van een strip 7, waarop een aantal pennen 8 loodrecht zijn aangebracht. Deze pennen 8 kunnen door het bovenmateriaal 5, 6 in de gaten 4 van de zool 2 gestoken worden.

In figuur 2 wordt de strip 7 met pennen 8 in meer detail getoond. Zoals in de figuur te zien is het omtreksoppervlak van 30 de pennen 8 voorzien van ribben 9. Deze ribben 9 verschaffen extra wrijving, waardoor de pennen 8 goed in de gaten 4 gehouden worden.

In figuur 3 is een bus 10 getoond, die in de gaten 4 is aangebracht. Aan de binnenzijde van de bus 10 zijn ribben 11 35 aangebracht, die samenwerken met de ribben 9 op de pennen 8.

5

Door het gebruik van een aparte bus 10 in de gaten 4 van de zool 2, kan het materiaal van de bussen 10 aangepast worden aan de vereisten voor het betrouwbaar houden van de pennen 8 in de gaten 4. Bijvoorkeur zijn de bussen 10 en de pennen 8 van 5 nylon. Dit is een stevig en veerkrachtig materiaal, dat geschikt is om de pennen 8 herhaaldelijk uit de gaten 4 te halen en opnieuw in te brengen.

10

Claims (14)

1. Schoeisel omvattende een zool en een op de zool aangebracht bovenmateriaal, zodanig dat tussen de zool en het 5 bovenmateriaal een ruimte voor een voet van een drager van het schoeisel gevormd is, waarbij het bovenvlak van de zool is gevormd naar de voetzool van de drager, met het kenmerk, dat het bovenmateriaal losmaakbaar is aangebracht aan de zool.

2. Schoeisel volgens conclusie 1, waarbij vormgesloten 10 bevestigingsmiddelen zijn aangebracht tussen de zool en het bovenmateriaal.

3. Schoeisel volgens conclusie 2, waarbij de vormgesloten bevestigingsmiddelen drukknopen omvatten.

4. Schoeisel volgens conclusie 2, waarbij de 15 vormgesloten bevestigingsmiddelen pennen omvatten, welke pennen door het bovenmateriaal in de zool steken.

5. Schoeisel volgens conclusie 4, waarbij de pennen zich in hoofdzaak parallel aan het bovenvlak van de zool uitstrekken.

6. Schoeisel volgens conclusie 4 of 5, waarbij de pennen 20 elk zijn voorzien van een kop.

7. Schoeisel volgens conclusie 6, waarbij een aantal pennen in hoofdzaak loodrecht zijn aangebracht op een strip.

8. Schoeisel volgens één van de conclusies 4 tot en met 7, waarbij de pennen zijn voorzien van ribben.

9. Schoeisel volgens één van de conclusies 4 tot en met 8, omvattende in de zool aangebrachte bussen, waarin de pennen steken.

10. Schoeisel volgens conclusie 9, waarbij de bussen aan de binnenzijde zijn voorzien van ribben.

11. Schoeisel volgens één van de voorgaande conclusies, waarbij het schoeisel een slipper is.

12. Werkwijze voor het vervaardigen van schoeisel volgens één van de voorgaande conclusies voor een drager, welke werkwijze de stappen omvat: 35. het vervaardigen van een afdruk van de voetzool van de drager; - het verschaffen van een zool en het vormen van het bovenvlak van de zool naar de afdruk van de voetzool van de drager; 5. het verschaffen van bovenmateriaal; - het losmaakbaar bevestigen van het bovenmateriaal aan de zool.

13. Werkwijze volgens conclusie 12, waarbij het bovenmateriaal een in hoofdzaak rechthoekige strook is en het 10 bevestigen van de korte zijden van de rechthoekige strook aan tegenoverliggende zijden van de zool.

14. Werkwijze volgens conclusie 13, omvattende verder de stappen van het in de zool aanbrengen van bussen, het verschaffen van een strook, voorzien van in hoofdzaak loodrecht 15 aangebrachte pennen, en het door het bovenmateriaal heen in de bussen steken van de pennen ten einde het bovenmateriaal losmaakbaar aan de zool te bevestigen.