NL2001699C2 - Verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van objecten. - Google Patents

Verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van objecten. Download PDF

Info

Publication number
NL2001699C2
NL2001699C2 NL2001699A NL2001699A NL2001699C2 NL 2001699 C2 NL2001699 C2 NL 2001699C2 NL 2001699 A NL2001699 A NL 2001699A NL 2001699 A NL2001699 A NL 2001699A NL 2001699 C2 NL2001699 C2 NL 2001699C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
storage element
connecting device
coupling means
fixing
connection
Prior art date
Application number
NL2001699A
Other languages
English (en)
Inventor
Wilhelmus Jan Baptist Gerardus Huiskes
Antonius Franciscus Johannes Van Schadewijk
Original Assignee
Huiskes Wilhelmus Jan Baptist
Schadewijk Antonius Franciscus
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Huiskes Wilhelmus Jan Baptist, Schadewijk Antonius Franciscus filed Critical Huiskes Wilhelmus Jan Baptist
Priority to NL2001699A priority Critical patent/NL2001699C2/nl
Priority to EP09163143A priority patent/EP2138354A3/en
Application granted granted Critical
Publication of NL2001699C2 publication Critical patent/NL2001699C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60RVEHICLES, VEHICLE FITTINGS, OR VEHICLE PARTS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B60R11/00Arrangements for holding or mounting articles, not otherwise provided for
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60RVEHICLES, VEHICLE FITTINGS, OR VEHICLE PARTS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B60R11/00Arrangements for holding or mounting articles, not otherwise provided for
    • B60R2011/0042Arrangements for holding or mounting articles, not otherwise provided for characterised by mounting means
    • B60R2011/0049Arrangements for holding or mounting articles, not otherwise provided for characterised by mounting means for non integrated articles
    • B60R2011/005Connection with the vehicle part
    • B60R2011/0056Connection with the vehicle part using suction cups
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60RVEHICLES, VEHICLE FITTINGS, OR VEHICLE PARTS, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B60R11/00Arrangements for holding or mounting articles, not otherwise provided for
    • B60R2011/0042Arrangements for holding or mounting articles, not otherwise provided for characterised by mounting means
    • B60R2011/0049Arrangements for holding or mounting articles, not otherwise provided for characterised by mounting means for non integrated articles
    • B60R2011/0064Connection with the article
    • B60R2011/0075Connection with the article using a containment or docking space

Description

Verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van objecten
De uitvinding heeft betrekking op een verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van tenminste een eerste en een tweede object.
5 Een inrichting van bovengenoemde soort is algemeen bekend, bijvoorbeeld in de vorm van een touw. De bekende inrichting kan gebruikt worden om te voorkomen dat de afstand tussen twee objecten groter wordt. Daartoe wordt de inrichting met een eerste uiteinde aan het eerste object bevestigd, en met een tweede uiteinde aan het tweede object bevestigd. In een specifieke toepassing kan de bekende inrichting 10 gebruikt worden om te voorkomen dat een achterklep van een voertuig niet voorbij een bepaalde geopende positie kan bewegen. Dit is bijzonder handig wanneer een of meerdere grote objecten in een kofferruimte vervoerd moeten worden, waarbij de objecten dusdanig groot zijn dat de kofferruimte niet meer gesloten kan worden. Om gevaarlijke situaties te voorkomen, wordt het touw met een eerste uiteinde aan het 15 slotdeel van de klep geknoopt, en wordt het andere uiteinde van het touw aan het slotdeel van de kofferruimte vastgemaakt. Op deze wijze wordt de achterklep met de kofferruimte verbonden. Wanneer de klep dan verder omhoog wil bewegen, zal het touw deze beweging verhinderen.
Het is een nadeel van de bekende inrichting, dat deze relatief moeilijk 20 bevestigbaar is aan zowel de achterklep als de kofferruimte. Het is een verder nadeel van de bekende inrichting, dat het relatief moeilijk is om de twee objecten op de juiste gewenste afstand met elkaar te verbinden. De beschikbare ruimte waaraan de inrichting vastgemaakt kan worden is relatief klein. Dit bemoeilijkt de bevestiging van de bekende inrichting, doordat bijvoorbeeld het leggen van een knoop relatief moeilijk is. 25 Ook zorgt dit ervoor dat de afstand tussen de twee objecten relatief moeilijk instelbaar is.
Het bevestigen van de bekende inrichting kost daarnaast relatief veel tijd. Om de bekende inrichting op een veilige manier vast te maken, dient er namelijk relatief veel aandacht besteedt te worden aan de bevestiging. Ook dient de bekende inrichting vaak 30 ontward te worden voordat deze gebruikt kan worden. Ook dit kost relatief veel tijd. Daarnaast is ook het verwijderen van de bekende inrichting relatief tijdsintensief. Dit komt met name doordat de bevestiging relatief moeilijk los te maken is.
2
Het is derhalve een doel van de onderhavige uitvinding, te voorzien in een verbindingsinrichting welke tenminste een van de hiervoor genoemde nadelen vermindert.
Hiertoe voorziet de uitvinding in een verbindingsinrichting van bovengenoemde 5 soort, waarbij de verbindingsinrichting een huis omvat dat voorzien is van een onderdrukverbindingsmiddel. Met het onderdrukverbindingsmiddel kan de verbindingsinrichting aan een eerste object bevestigd worden. Het onderdrukverbindingsmiddel kan voorzien zijn van een bedieningselement voor het daarmee afwisselend in een werkzame en niet-werkzame toestand brengen van het 10 onderdrukverbindingsmiddel. Het huis is verder verbonden met een opslagelement. De verbindingsinrichting omvat verder een met het opslagelement verbonden koppelmiddel. Het koppelmiddel is geschikt voor het overbruggen van tenminste een deel van de afstand tussen het eerste en het tweede object. Het koppelmiddel kan op het opslagelement opgeslagen worden. Aan een uiteinde van het koppelmiddel kan een 15 bevestigingsmiddel voorzien zijn. Met het bevestigingsmiddel kan de verbindingsinrichting aan het tweede object bevestigd worden.
De inrichting volgens de onderhavige uitvinding kan gebruikt worden voor het voorkomen van een opwaartse beweging van een achterklep van een voertuig, bijvoorbeeld in het geval dat een groot object vervoerd moet worden in een 20 kofferruimte, en de achterklep niet meer in zijn geheel gesloten kan worden. Het object kan bijvoorbeeld een grote koffer zijn, of bijvoorbeeld lange planken. Het onderdrukverbindingsmiddel zorgt ervoor dat de inrichting relatief eenvoudig bevestigbaar is op de achterklep, bijvoorbeeld door deze op het metalen gedeelte van de achterklep te bevestigen. Bevestiging op een in de achterklep aanwezige ruit is 25 eventueel ook mogelijk. Het bedieningselement voor het onderdrukverbindingsmiddel zorgt ervoor dat de bevestiging relatief snel tot stand kan komen. Ook kan de bevestiging relatief snel losgenomen worden.
Via het koppelmiddel kan de inrichting met het bevestigingsmiddel aan een ander deel van het voertuig bevestigd worden. Het bevestigingsmiddel kan bijvoorbeeld aan 30 een trekhaak bevestigd worden. Ook is het mogelijk om de inrichting te bevestigen aan het slotdeel van de kofferruimte. Op deze wijze is op eenvoudige wijze een verbinding tussen twee objecten tot stand te brengen. De verbinding is daarnaast relatief 3 betrouwbaar, zodat geen onveilige situaties kunnen ontstaan door loslating van de bevestiging.
In een uitvoeringsvorm omvat de verbindingsinrichting een roteerbaar opslagelement voor het daarop wikkelen van tenminste een gedeelte van het 5 koppelmiddel. De toepassing van het roteerbare opslagelement zorgt ervoor dat het koppelmiddel relatief eenvoudig opgeslagen kan worden. De opslag kan in een relatief geordende vorm, bijvoorbeeld door het koppelmiddel op te rollen. Dit zorgt ervoor dat het koppelmiddel vóór het gebruik niet ontward hoeft te worden, maar eenvoudigweg afgenomen kan worden van het opslagelement, bijvoorbeeld door het koppelmiddel af 10 te rollen.
Het is mogelijk dat het opslagelement een voorspanning omvat voor het op het opslagelement wikkelen van het koppelmiddel. Een dergelijke uitvoeringsvorm zorgt ervoor dat het koppelmiddel relatief eenvoudig opbergbaar is. Daarnaast kan de voorspanning zorgen voor een kracht die het eerste object in de richting van het tweede 15 object duwt. Hierdoor wordt een achterklep in de richting van een gesloten positie geduwd. Eventuele opwaartse bewegingen van de achterklep, welke bijvoorbeeld het gevolg kunnen zijn van wind, of hobbels in de weg, worden zo onderdrukt.
In een uitvoeringsvorm is het opslagelement voorzien van een ratelmechanisme. Het ratelmechanisme is in een werkzame toestand brengbaar. In deze toestand 20 voorkomt het mechanisme het afrollen van het koppelmiddel vanaf het opslagelement. Dit voorkomt dat de afstand tussen het eerste en het tweede object groter wordt. Het ratelmechanisme is daarnaast in een onwerkzame toestand brengbaar. In deze toestand wordt het aftollen van het koppelmiddel vanaf het opslagelement toegestaan. Hierdoor kan de lengte van het koppelmiddel ingesteld worden, hetgeen bijzonder handig is bij 25 het bevestigen van de verbindingsinrichting met het eerste en het tweede object, aangezien op deze wijze eenvoudig de afstand tussen het eerste en het tweede object instelbaar is.
Het is mogelijk dat het opslagelement een fïxeereenheid omvat voor het in een niet-roteerbare toestand brengen van het opslagelement. De fïxeereenheid voorkomt 30 elke roterende beweging van het opslagelement. Het zorgt er in feite voor dat het koppelmiddel niet opgerold of afgerold kan worden. Dit is voordelig wanneer de afstand van het koppelmiddel onveranderbaar ingesteld moet worden.
4
In een uitvoeringsvorm, omvat het roteerbare opslagelement een spoel. De spoel kan draaibaar opgesteld zijn om een centrale spil. Een dergelijke uitvoeringsvorm is relatief goedkoop.
Het is mogelijk dat de axiale as van de spil in hoofdzaak in lijn met een axiale as 5 van het onderdrukverbindingsmiddel geplaatst is. Het opslagelement is dan roteerbaar in een vlak dat parallel gelegen is aan een vlak waartegen het onderdrukverbindingsmiddel bevestigbaar is. Op deze wijze kan de verbindingsinrichting met relatief weinig onderdelen gemaakt worden. Een dergelijke uitvoeringsvorm zorgt er tevens voor dat de verbindingsinrichting relatief compact 10 uitgevoerd kan worden.
Het is daarentegen ook mogelijk dat de axiale as van de spil in hoofdzaak loodrecht op een axiale as van het onderdrukverbindingsmiddel geplaatst is. Het opslagelement is dan roteerbaar in een vlak dat loodrecht staat op een vlak waartegen het onderdrukverbindingsmiddel bevestigbaar is. Met deze uitvoeringsvorm is het 15 mogelijk het opslagelement zodanig uit te lijnen, dat het vanaf het opslagelement lopende koppelmiddel samenvalt met de axiale as van het onderdrukverbindingsmiddel. Het punt waar het koppelmiddel het opslagmiddel verlaat kan dan samenvallen met de axiale as van het onderdrukverbindingsmiddel. Dit zorgt ervoor dat de krachten die op het koppelmiddel optreden, op een juiste wijze doorgegeven kunnen worden aan het 20 onderdrukverbindingsmiddel. De bevestiging van de verbindingsinrichting is hiermee relatief sterk.
Het koppelmiddel omvat in een uitvoeringsvorm een spandraad. De spandraad kan bijvoorbeeld een touw zijn, een draad gemaakt uit kunstvezel, of een relatief flexibele metalen draad. Andere materialen of vormen zijn natuurlijk ook denkbaar. De 25 spandraad is relatief sterk. De spandraad is daarnaast relatief flexibel, en kan daardoor eenvoudig opgeslagen worden op een verbindingsinrichting met een roteerbaar opslagelement.
In een uitvoeringsvorm is het huis voorzien van een zich naar boven toe uitstrekkend flame. Het roteerbare opslagelement kan aan het frame bevestigd zijn. Een 30 dergelijke uitvoeringsvorm is relatief compact. Daarnaast zorgt het frame ervoor dat de optredende krachten op een juiste wijze doorgeleid kunnen worden naar het onderdrukverbindingsmiddel. Ook zorgt het frame ervoor dat de krachten op een juiste wijze verdeeld worden.
5
Het is mogelijk dat het frame roteerbaar is om een axiale as van het onderdrukverbindingsmiddel. Dit maakt het mogelijk dat een verticaal opgesteld roterend opslagelement kan roteren om een axiale as van het onderdrukverbindingsmiddel. Het loslaatpunt en de loslaatrichting van het 5 koppelmiddel kunnen hierdoor enigszins gepositioneerd worden. Dit maakt de bevestiging van het onderdrukverbindingsmiddel eenvoudiger en sneller, aangezien geen rekening meer gehouden hoeft te worden met de richting waarin het koppelmiddel het opslagelement verlaat. Het roteerbare frame kan immers zodanig geplaatst worden, dat het koppelmiddel in de richting van het tweede object geplaatst wordt.
10 In een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat het bevestigingsmiddel een haakmiddel. Een haakmiddel is relatief goedkoop. Ook kan een haakmiddel relatief eenvoudig achter een tweede object gehaakt worden. Het is daarnaast mogelijk dat het haakmiddel gebruikt wordt om samen met het koppelmiddel een lus of knoop te vormen, doordat het koppelmiddel door een oog van het haakmiddel geleid wordt. Op 15 deze wijze is het relatief eenvoudig om de verbindingsinrichting vast te maken aan bijvoorbeeld een trekhaak. Het haakmiddel kan bijvoorbeeld een haak zijn, zoals bijvoorbeeld een karabijnhaak.
In een uitvoeringsvorm van de uitvinding omvat het onderdrukverbindingsmiddel een zuignap. Een zuignap is relatief goedkoop. Daarnaast zorgt een zuignap voor een 20 stevige en betrouwbare verbinding. De verbinding kan eenvoudig tot stand gebracht worden, maar ook kan de verbinding relatief eenvoudig losgenomen worden, zonder schade aan te richten aan het object waaraan de zuignap bevestigd wordt.
Enkele uitvoeringsvormen van de uitvinding zullen navolgend worden toegelicht 25 aan de hand van de een figuurbeschrijving. In deze figuren toont:
Fig. 1 - een aanzicht in perspectief van een verbindingsinrichting in een werkzame toestand;
Fig. 2 - een vooraanzicht van een uitvoeringsvorm van een verbindingsinrichting;
Fig. 3 - een zijaanzicht van een verbindingsinrichting volgens de 30 uitvoeringsvorm van Fig. 2;
Fig. 4 - een vooraanzicht van een uitvoeringsvorm van een verbindingsinrichting;
Fig. 5 - een vooraanzicht van een uitvoeringsvorm van een verbindingsinrichting; 6
Fig. 1 toont een toepassing van een uitvoeringsvorm van een verbindingsinrichting 1 volgens de onderhavige uitvinding. De verbindingsinrichting is met een zuignap 3 op een achterklep 4 van een auto 2 geplaatst. Een draad 5 loopt vanaf de zuignap, over de klep, in de richting van de slotbevestiging 7 van de 5 achterklep 4. De draad 5 is met een uiteinde bevestigd aan de slotbevestiging 7. Het is natuurlijk ook mogelijk om de draad met een uiteinde aan een trekhaak te bevestigen, of aan een onderzijde van de achterbumper van de auto.
Bij het vervoeren van grote producten, zoals bijvoorbeeld een grote doos 6 in een kofferruimte 8 van een auto 4, komt het voor dat de achterklep 4 niet meer volledig 10 gesloten kan worden. Dit kan bijvoorbeeld ook het geval zijn bij het vervoer van lange elementen, zoals bijvoorbeeld planken. Hierdoor kan de klep 4 tijdens transport bewegen, met name naar boven roteren, hetgeen tot gevaarlijke situaties kan leiden. De verbindingsinrichting zorgt in de getoonde uitvoeringsvorm ervoor dat de klep 4 met een ander deel van de auto 2 verbonden is, zodat de klep 4 tijdens transport niet meer 15 omhoog kan bewegen. De inrichting 1 kan zodanig verbonden zijn met de klep 4, dat deze klemmend aangedrukt wordt op de doos 6. Dit voorkomt dat de klep 4 tevens omlaag kan bewegen, zodat het product 6 beschermd wordt tegen impulsen van de klep 4.
Fig. 2 toont een uitvoeringsvorm van een verbindingsinrichting 10 in meer detail. 20 De hier getoonde verbindingsinrichting heeft een zuignap 11. De zuignap is verbonden met een huis 12. Op het huis is een frame 13 voorzien. Het frame 13 en het huis 12 kunnen uit één stuk vervaardigd zijn, bijvoorbeeld uit hoogwaardig kunststof. Aan het frame is een as 14 met daaraan een roteerbare spindel 15 vastgemaakt. In het frame is een opening 17 voorzien, waardoorheen een hendel 16 loopt.
25 De verbindingsinrichting 10 van Fig. 2 wordt in Fig. 3 in een ander zijaanzicht getoond. Overeenkomende elementen met Fig. 2 zijn gelijk genummerd. Zoals te zien is in Fig. 3, heeft de verbindingsinrichting 10 een zuignap 11, welke verbonden is met het daarboven geplaatst cilindervormig huis 12. Het A-vormige frame 13 strekt zich naar boven toe uit. Door een opening 17 in het frame, steekt de hendel uit. De hendel is 30 verbonden met een aan het huis bevestigd scharnier 22. Aan het frame is, nabij een axiale as van de zuignap 11, de as 14 met de roteerbare spindel 15 geplaatst. Op de spindel 15 bevindt zich een klos 18 van draad 19. Aan een uiteinde van de draad is een haak 21 met een oog 20 bevestigd.
7
De werking van de in Fig. 2 en Fig. 3 getoonde uitvoeringsvorm van de verbindingsinrichting is als volgt. De verbindingsinrichting 10 kan met de zuignap 11 aan een eerste object bevestigd worden. De verbindingsinrichting is middels een aan de onderzijde van de zuignap 11 geleverde onderdruk bevestigbaar aan een relatief glad 5 object. Te denken valt hierbij aan de achterklep van een auto, maar andere objecten zijn natuurlijk ook mogelijk. Na plaatsing_van de verbindingsinrichting 10 op het eerste object, kan het eerste object verbonden worden met een tweede object. Hiertoe wordt de draad 19 vanaf de klos 18 afgerold, totdat de juiste lengte van de draad 19 bereikt is. De haak 21 kan nu aan het tweede object vastgemaakt worden. Het tweede object kan 10 bijvoorbeeld de sluiting van de klep van een auto zijn. Ook kan de haak om een trekhaak van een auto bevestigd worden. Andere toepassingen zijn echter ook denkbaar.
Voor het verbeteren van de zuigkracht van de zuignap, is de verbindingsinrichting 11 voorzien van een hendel 16. Door de hendel 16 te bewegen, 15 wordt de ruimte aan de binnenzijde van de zuignap 11 vergroot of verkleind, waardoor de zuigkracht na plaatsing van de zuignap respectievelijk groter of kleiner wordt. De hendel 16 is daardoor ook bijzonder geschikt voor het daarmee in werking stellen, of in onwerkzame toestand brengen, van de zuignap 11. Andere middelen voor het afwisselend in een werkzame of niet-werkzame toestand brengen van de zuignap zijn 20 ook mogelijk. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om op de zuignap een drukventiel aan te brengen. In combinatie met het flexibele karakter van de zuignap, is het hiermee mogelijk om de druk in de zuignap te regelen. Bij het indrukken van de zuignap, kan de lucht het ventiel verlaten, waardoor een onderdruk gevormd wordt. De zuignap kan zo in een werkzame toestand gebracht worden. De onderdruk kan vervolgens opgeheven 25 worden door het ventiel te openen, zodat de zuignap in een onwerkzame toestand gebracht wordt.
De spindel 15 kan voorzien zijn van een (niet getoonde) stop. De stop zorgt ervoor dat de spindel 15 niet meer kan roteren, zodat de afstand tussen het eerste object en het tweede object niet meer kan toenemen. De stop kan bijvoorbeeld een klem zijn, 30 welke tegen de onderzijde van de rol aandrukt. Ook kan de stop een met het frame verbonden staafelement, welke in een zijkant van de spindel 15 gedrukt kan worden. Ook andere middelen voor het voorkomen van het afrollen van de draad van de spindel zijn denkbaar.
8
Fig. 4 toont een andere uitvoeringsvorm van een verbindingsinrichting 40. De verbindingsinrichting 40 omvat een huis 42 met daaraan een zuignap 41. Aan het huis is een hendel 46 voorzien, welke om scharnier 48 kan bewegen. De hendel 46 is met een niet getoond mechanisme verbonden voor het in een werkzame of niet-werkzame 5 toestand brengen van de zuignap. Aan een bovenzijde van het huis 42 is een zich loodrecht daarop uitstrekkend frame-element 43 voorzien. Dwars op het frame-element 43 is een tweede frame-element 47 voorzien, waarop weer een as 44 met een spindel 45 geplaatst is. Op de spindel is een klos geplaatst met een draad 49. Aan een einde van de draad is een haak 51 met een oog 50 aan de draad 49 verbonden.
10 Fig. 5 toont nog een uitvoeringsvorm van een verbindingsinrichting 70. Aan een huis 72 is een zuignap 71 aan een onderzijde geplaatst, en een centrale as 74 strekt zich vanaf een bovenzijde van het huis 72 naar boven toe uit. Een opslag 75 is draaibaar op de centrale as 74 geplaatst. De in fig. 5 getoonde uitvoeringsvorm heeft de opslag geplaatst in een vlak dat parallel gelegen is aan een vlak waarop de zuignap bevestigd 15 kan worden. Op de opslag 75 is een draad 79 opgewikkeld tot een klos 78. Aan het uiteinde van de draad 79 is een haak 81 met een oog 80 aangebracht. De draad 79 kan in deze uitvoeringsvorm de opslag 75 in alle richtingen verlaten. De draaibare opslag kan voorzien zijn van een niet getoond ratelmechanisme. Het ratelmechanisme zorgt ervoor dat de opslag slechts in één rotatierichting beweegbaar is, en dat de andere 20 rotatierichting geblokkeerd wordt. Het is daarbij voordelig, wanneer de inrichting voorzien is van een mechanisme waarmee de blokkering opgeheven kan worden. Zo kunnen beide rotatierichtingen gebruikt worden, voor het afwikkelen of opwikkelen van het koppelmiddel. Voor het opwikkelen van het koppelmiddel, kan het voordelig zijn, wanneer de opslag voorzien is van een voorspanning. De voorspanning is zodanig 25 ingericht dat deze een moment levert voor het in een bepaalde rotatierichting bewegen van de opslag. De rotatierichting is bij voorkeur de rotatierichting voor het opwikkelen van het koppelmiddel, zodat het koppelmiddel automatisch opgewikkeld wordt. Een dergelijk opwikkelmechanisme met voorspanning zijn voor een vakman wel bekend, en kan bijvoorbeeld worden toegepast in een stofzuiger voor het opwikkelen van 30 electriciteitssnoer, of in een autogordelsysteem voor het in een opgeborgen positie brengen van een autogordel.
De zuignap kan in elke gewenste vorm voorzien wordea Zo is het mogelijk de zuignap met of zonder bedieningsmechanisme uit te voeren. Ook de afmetingen van de 9 zuignap kunnen verschillen. De zuignap volgens de onderhavige uitvinding is zodanig gekozen, dat deze zorgt voor een goede hechting op het eerste object, bijvoorbeeld een klep van een auto. Daarnaast is de zuignap zodanig uitgevoerd dat deze geen krassen kan maken op het object waarop de zuignap bevestigd wordt. De zuignap vormt een 5 onderdeel van het onderdrukverbindingsmiddel. Het is echter ook mogelijk om een ander bevestigingsmiddel te gebruiken, in plaats van een zuignap, zonder daarbij af te wijken van de in de conclusies gevraagde bescherming.
Ook het bevestigingsmiddel kan in elke gewenste vorm voorzien zijn, bijvoorbeeld als een haak, of een klem. Ook kan het bevestigingsmiddel bijvoorbeeld 10 een tweede onderdrukverbindingsmiddel zijn, zoals bijvoorbeeld zuignap zijn.
De toepassing van de verbindingsinrichting kan veelzijdig zijn. Bijvoorbeeld, de verbindingsinrichting kan zeer goed gebruikt worden voor het vormen van een waslijn. De zuignap kan dan bijvoorbeeld op het dak van een auto geplaatst worden, en het bevestigingsmiddel kan op of om een boom bevestigd worden. Ook is het mogelijk om 15 de verbindingsinrichting te gebruiken voor het ophangen van spullen. Bij voorkeur, echter, wordt de verbindingsinrichting volgens de onderhavige uitvinding gebruikt voor het verbinden van een achterklep van een voertuig met een ander deel van het voertuig, zodanig dat de achterklep in een uiterste positie gehouden wordt. Een andere toepassing is natuurlijk ook denkbaar.
20 De hierboven getoonde uitvoeringsvormen zijn niet bedoeld als zijnde uitputtend.
Verschillende combinaties van de beschreven en getoonde uitvoeringsvormen zijn natuurlijk denkbaar. Het is bijvoorbeeld mogelijk om elke gewenste vorm van een onderdrukverbindingsmiddel met een koppelmiddel te verbinden. Het koppelmiddel kan aan het huis verbonden worden. In een niet gebruikte toestand, kan het 25 koppelmiddel, zoals bijvoorbeeld een spandraad, rondom het huis gewikkeld worden. Het is daarnaast mogelijk om een klemmechanisme aan het huis te voorzien, welke is zodanig is ingericht dat het koppelmiddel niet ongewenst kan afwikkelen.
Het moge duidelijk zijn dat de hier getoonde uitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding, niet bedoeld zijn als zijnde beperkend. Vele varianten zijn 30 mogelijk, zonder af te wijken van de door de conclusies gevraagde beschermingsomvang.

Claims (16)

1. Verbindingsinrichting (1) voor het bij elkaar houden van tenminste een eerste en een tweede object, waarbij de verbindingsinrichting (1) een huis (12) omvat dat 5 voorzien is van een onderdrukverbindingsmiddel (11) voor het daarmee bevestigen van de verbindingsinrichting (1) aan het eerste object, waarbij het onderdrukverbindingsmiddel (11) voorzien is van een bedieningselement (16) voor het daarmee afwisselend in een werkzame en niet-werkzame toestand brengen van het onderdrukverbindingsmiddel (11), waarbij het huis (12) verder verbonden is met een 10 opslagelement (15) voor het opslaan van een koppelmiddel (19), en waarbij de verbindingsinrichting (1) verder een met het opslagelement (13) verbonden koppelmiddel (19) omvat voor het overbruggen van tenminste een deel van de afstand tussen het eerste en het tweede object, waarbij aan een uiteinde van het koppelmiddel (19) een bevestigingsmiddel (21) voorzien is voor het daarmee bevestigen van de . 15 verbindingsinrichting aan het tweede object.
2. Verbindingsinrichting (1) voor het verbinden en bij elkaar houden van tenminste een eerste en een tweede object, volgens conclusie 1, waarbij het bedieningselement (16) is ingericht om de druk in het onderdrukverbindingsmiddel (11) te verlagen bij het 20 in een werkzame toestand brengen van het onderdrukverbindingsmiddel (11) voor het daarmee onlosneembaar bevestigen van de verbindingsinrichting (1) aan het eerste object, waarbij het koppelmiddel (19) een flexibel snoerelement is, waarbij de afstand tussen het onderdrukverbindingsmiddel en het bevestigingsmiddel instelbaar is, en waarbij de verbindingsinrichting voorzien is van een fixeerelement voor het op een 25 maximale gewenste lengte fixeren van de afstand tussen het onderdrukverbindingsmiddel en het bevestigingsmiddel.
3. Verbindingsinrichting (1) volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de verbindingsinrichting is ingericht voor het bij elkaar houden van tenminste een 30 achterklep van een voertuig en van een op afstand daarvan gelegen voertuigdeel, waarbij het onderdrukverbindingsmiddel (11) is ingericht voor het daarmee bevestigen van de verbindingsinrichting (1) aan de achterklep, waarbij het flexibele snoerelement is ingericht voor het overbruggen van tenminste een deel van de afstand tussen de achterklep en het voertuigdeel, en waarbij het bevestigingsmiddel (21) is ingericht voor het daarmee bevestigen van de verbindingsinrichting aan het voertuigdeel, waarbij de verbindingsinrichting is ingericht om in een gebruikstoestand daarvan een opwaartse beweging van de achterklep te voorkomen. 5
4. Verbindingsinrichting (1) volgens conclusie 2 of 3, waarbij de verbindingsinrichting verder voorzien is van een roterend opslagelement, waarbij het flexibele snoerelement met het opslagelement verbonden is, en waarbij tenminste een gedeelte van het snoerelement op het roteerbaar opslagelement (15) wikkelbaar is. 10
5. Verbindingsinrichting volgens conclusie 1, waarbij het opslagelement (15) een roteerbaar opslagelement is, voor het daarop wikkelen van tenminste een gedeelte van het koppelmiddel (19).
6. Verbindingsinrichting volgens conclusie 5, waarbij het opslagelement (15) een voorspanning omvat voor het op het opslagelement wikkelen van het koppelmiddel (19).
7. Verbindingsinrichting volgens conclusie 5 of 6, waarbij het opslagelement (15) 20 voorzien is van een ratelmechanisme, welke in een werkzame toestand brengbaar is voor het daarmee voorkomen van het afwikkelen van het koppelmiddel (19) vanaf het opslagelement (15), en welke in een onwerkzame toestand brengbaar is voor het daarmee toestaan van het afwikkelen van het koppelmiddel (19) vanaf het opslagelement (15). 25
8. Verbindingsinrichting volgens een der conclusies 5-7, waarbij het opslagelement (15) een fixeereenheid omvat voor het in een niet-roteerbare toestand brengen van het opslagelement.
9. Verbindingsinrichting volgens een der conclusies 5-8, waarbij het roteerbare opslagelement (15) een spoel (15) omvat, welke draaibaar is om een centrale spil (14).
10. Verbindingsinrichting volgens conclusie 9, waarbij een axiale as van de spil (14) in hoofdzaak in lijn met een axiale as van het onderdrukverbindingsmiddel (11) geplaatst is.
11. Verbindingsinrichting volgens conclusie 9, waarbij een axiale as van de spil (14) in hoofdzaak loodrecht op een axiale as van de onderdrukverbindingsmiddel (11) geplaatst is.
12. Verbindingsinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het 10 koppelmiddel (19) een spandraad (19) omvat.
13. Verbindingsinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het huis voorzien is van een zich naar boven toe uitstrekkend frame (13), waarbij het opslagelement (15) aan het frame bevestigd is. 15
14. Verbindingsinrichting volgens conclusie 13, waarbij het frame (13) roteerbaar is om een axiale as van het onderdrukverbindingsmiddel (11).
15. Verbindingsinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het 20 bevestigingsmiddel (21) een haakmiddel (21) omvat.
16. Verbindingsinrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het onderdrukverbindingsmiddel (11) een zuignap (11) omvat.
NL2001699A 2008-06-18 2008-06-18 Verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van objecten. NL2001699C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001699A NL2001699C2 (nl) 2008-06-18 2008-06-18 Verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van objecten.
EP09163143A EP2138354A3 (en) 2008-06-18 2009-06-18 Coupling device for coupling and holding objects together, and an assembly for a vehicle and a coupling device

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001699 2008-06-18
NL2001699A NL2001699C2 (nl) 2008-06-18 2008-06-18 Verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van objecten.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2001699C2 true NL2001699C2 (nl) 2009-12-22

Family

ID=40394447

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2001699A NL2001699C2 (nl) 2008-06-18 2008-06-18 Verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van objecten.

Country Status (2)

Country Link
EP (1) EP2138354A3 (nl)
NL (1) NL2001699C2 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DK178077B1 (en) * 2013-11-18 2015-05-04 Easystrap Holding Aps Anordning til montering på overfladen af et køretøjs karrosseri
EP3239002B1 (de) * 2016-04-19 2022-10-05 KORA GmbH Abgasabsaugvorrichtung
RU2700325C1 (ru) * 2018-11-14 2019-09-16 Диана Николаевна Смирнова Многофункциональный держатель для мобильного устройства

Citations (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3923221A (en) * 1973-06-22 1975-12-02 James E Ballinger Bicycle carrier
GB2254363A (en) * 1991-03-19 1992-10-07 Barry Richard Broome A securing device for bags in vehicles
US5271446A (en) * 1993-03-02 1993-12-21 Hwang Chyi Ming Multi-purpose automatically rewindable sun-shade
US5391104A (en) * 1993-10-18 1995-02-21 George; Kenneth S. Suspended bungee cord doll
US5779205A (en) * 1996-12-23 1998-07-14 Ching; Allen Extensible windshield portable phone holder
US6045111A (en) * 1998-08-10 2000-04-04 Chien Lu Hardware Co., Ltd. Fixing sucker structure
US6059010A (en) * 1999-07-15 2000-05-09 Formosa Saint Jose Corporation Roller sunshade for mounting on car roof
US20010043845A1 (en) * 1999-09-21 2001-11-22 David Christensen Rack with built-in winch component
US6585201B1 (en) * 2002-03-08 2003-07-01 Gregory Reed Detachable universal display mount
JP2006064168A (ja) * 2004-08-30 2006-03-09 Golden Peak Plastic Works Ltd 吸盤の装着構造
US20060124164A1 (en) * 2004-12-14 2006-06-15 Giovanni Pacheco Collapsible, portable, easily deployed car cover
FR2902474A3 (fr) * 2006-06-20 2007-12-21 Northstar Systems Corp Dispositif formant disque d'aspiration

Family Cites Families (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
DE3938266A1 (de) * 1989-11-17 1991-05-23 Alfred Holthaus Halteeinrichtung fuer in einem fahrzeug transportierbare behaeltnisse oder dgl.
DE202006007343U1 (de) * 2006-05-08 2006-09-07 Compart Corporation Saugnapf

Patent Citations (12)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3923221A (en) * 1973-06-22 1975-12-02 James E Ballinger Bicycle carrier
GB2254363A (en) * 1991-03-19 1992-10-07 Barry Richard Broome A securing device for bags in vehicles
US5271446A (en) * 1993-03-02 1993-12-21 Hwang Chyi Ming Multi-purpose automatically rewindable sun-shade
US5391104A (en) * 1993-10-18 1995-02-21 George; Kenneth S. Suspended bungee cord doll
US5779205A (en) * 1996-12-23 1998-07-14 Ching; Allen Extensible windshield portable phone holder
US6045111A (en) * 1998-08-10 2000-04-04 Chien Lu Hardware Co., Ltd. Fixing sucker structure
US6059010A (en) * 1999-07-15 2000-05-09 Formosa Saint Jose Corporation Roller sunshade for mounting on car roof
US20010043845A1 (en) * 1999-09-21 2001-11-22 David Christensen Rack with built-in winch component
US6585201B1 (en) * 2002-03-08 2003-07-01 Gregory Reed Detachable universal display mount
JP2006064168A (ja) * 2004-08-30 2006-03-09 Golden Peak Plastic Works Ltd 吸盤の装着構造
US20060124164A1 (en) * 2004-12-14 2006-06-15 Giovanni Pacheco Collapsible, portable, easily deployed car cover
FR2902474A3 (fr) * 2006-06-20 2007-12-21 Northstar Systems Corp Dispositif formant disque d'aspiration

Also Published As

Publication number Publication date
EP2138354A3 (en) 2010-10-27
EP2138354A2 (en) 2009-12-30

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20140130310A1 (en) Method and apparatus for improved use of ratcheting tie-down strap or the like
US7575224B1 (en) Retractable bungee cord tie down
US7942360B2 (en) Retractable tow strap
US20150089779A1 (en) Closure devices for coupling components to racks and methods therefor
JPH07507251A (ja) ストラップコレクタ
US20090283729A1 (en) Extendable handle leverage ratchet
NL2001699C2 (nl) Verbindingsinrichting voor het bij elkaar houden van objecten.
JP2004503442A (ja) 荷物取り扱いパレット及び荷物縛り手段
US9010824B2 (en) Cargo strap with handle
US10836300B2 (en) Fastening device for detachably fastening of an object to a vehicle floor
US9862300B1 (en) Ratcheting strap with take-up reel
US20210170937A1 (en) Safety tensioning device for automobiles
US20120241545A1 (en) Tiedown strap ratchet with take-up reel
US20220135357A1 (en) Device for winding up cargo ties comprising spring-loaded clamp
WO2007097649A1 (en) Improvements in or relating to a tensioning device
US8801509B2 (en) Ratcheting gambrel device
US11084415B2 (en) Securing device and method of manufacturing a securing device
US6076805A (en) Rope pulling device
TR201807853T4 (tr) Birim yük için yük indirme sistemi.
US20160227885A1 (en) Ratchet buckle having a second reel
US10343588B2 (en) Ratchet buckle having a second reel
NL2014931B1 (nl) Spaninrichting en spanbandsamenstel.
US1941854A (en) Automobile jack
NL1017644C2 (nl) Inrichting voor het oprollen van bandvormige voorwerpen.
US20190184887A1 (en) Inventory safety restraint

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20190701