NL2001518C2 - Rijwiel. - Google Patents

Rijwiel. Download PDF

Info

Publication number
NL2001518C2
NL2001518C2 NL2001518A NL2001518A NL2001518C2 NL 2001518 C2 NL2001518 C2 NL 2001518C2 NL 2001518 A NL2001518 A NL 2001518A NL 2001518 A NL2001518 A NL 2001518A NL 2001518 C2 NL2001518 C2 NL 2001518C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
pedal
bicycle
frame
arms
bicycle according
Prior art date
Application number
NL2001518A
Other languages
English (en)
Inventor
Shifan Hu
Original Assignee
Five Stars Food Equipment B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Five Stars Food Equipment B V filed Critical Five Stars Food Equipment B V
Priority to NL2001518A priority Critical patent/NL2001518C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2001518C2 publication Critical patent/NL2001518C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62MRIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
    • B62M1/00Rider propulsion of wheeled vehicles
    • B62M1/36Rider propulsion of wheeled vehicles with rotary cranks, e.g. with pedal cranks
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62MRIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
    • B62M1/00Rider propulsion of wheeled vehicles
    • B62M1/24Rider propulsion of wheeled vehicles with reciprocating levers, e.g. foot levers
    • B62M1/26Rider propulsion of wheeled vehicles with reciprocating levers, e.g. foot levers characterised by rotary cranks combined with reciprocating levers
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62MRIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
    • B62M15/00Transmissions characterised by use of crank shafts and coupling rods
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62MRIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
    • B62M3/00Construction of cranks operated by hand or foot
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62MRIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
    • B62M3/00Construction of cranks operated by hand or foot
    • B62M3/08Pedals
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62MRIDER PROPULSION OF WHEELED VEHICLES OR SLEDGES; POWERED PROPULSION OF SLEDGES OR SINGLE-TRACK CYCLES; TRANSMISSIONS SPECIALLY ADAPTED FOR SUCH VEHICLES
    • B62M17/00Transmissions characterised by use of rotary shaft, e.g. cardan shaft

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Steering Devices For Bicycles And Motorcycles (AREA)
  • Mechanical Control Devices (AREA)

Description

(
RIJWIEL
De uitvinding heeft betrekking op een rijwiel, bijvoorbeeld een fiets, omvattende: een bijvoorbeeld uit stangen samengesteld frame; 5 een door het frame gedragen zitelement voor een gebruiker, zoals een zadel; ten minste één door een rotatielager met het frame verbonden eerste wiel, waarvan de stand door een gebruiker continu kan worden ingesteld door middel van 10 een stuur; en ten minste één tweede wiel, dat door een rotatielager met het frame verbonden is en door een gebruiker met spierkracht roterend kan worden aangedreven door middel van een roteerbaar pedaalmechanisme, dat via 15 een transmissie krachten overbrengend met het of elk tweede wiel gekoppeld is; welk pedaalmechanisme omvat: een roteerbaar aan dat frame gelagerde, in hoofdzaak horizontale asconstructie; 20 twee zich min of meer in dwarsrichting ten opzichte van de asconstructie in onderling tegengestelde richtingen uitstrekkende pedaalarmconstructies, die elk aan hun vrije einde een pedaal dragen; zodanig, dat door een gebruiker op de 25 pedalen uitgeoefende drukkrachten via de transmissie van het pedaalmechanisme naar het of elk eerste wiel wordt overgedragen.
Een dergelijk rijwiel is bijvoorbeeld bekend uit BE-A-853 784, GB-A-2 358 842 en US-A-3 913 944.
30 Alle rijwielen volgens de hiervoor genoemde stand der techniek zijn zodanig opgebouwd, dat de lengte 200151 8-,
V
2 van de pedaalarmen geringer is dan de onderlinge afstand tussen aangrenzende, aan het frame aanwezige rotatielagers. Dit is technisch op zichzelf een logische keuze, omdat daarmee immers wordt voorkomen, dat de 5 pedaalarmen elkaar raken. Het grote nadeel van deze technische keuze is echter, dat de pedaalarmconstructie veel ruimte inneemt en uit esthetisch oogpunt weinig aantrekkelijk is.
Met het oog hierop is het een doel van de 10 uitvinding, een rijwiel van het in de aanhef vermelde type zodanig uit te voeren, dat de beschreven nadelen van de stand der techniek zijn opgeheven. In verband daarmee vertoont het rijwiel volgens de uitvinding het kenmerk, dat elke pedaalarmconstructie ten minste twee pedaalarmen 15 omvat, die door respectieve rotatielagers met het frame verbonden zijn, de pedaalarmen zodanig met elkaar gekoppeld zijn, dat ze een constant faseverschil bezitten en aan hun vrije eindzones met een pedaaldrager verbonden zijn 20 door middel van respectievelijk een verder rotatielager en een verdere koppeling met althans een rotatievrijheidsgraad, bijvoorbeeld een rotatielager, een schuifkoppeling of een verbinding met variabele lengte, zoals een trekveer, zodanig, dat het imaginaire vlak door 25 het verdere rotatielager en de door de verdere koppeling bepaalde rotatie-hartlijn of rotatie-zone bij elke hoekstand van de pedaalarmen een in hoofdzaak ondubbelzinnig bepaalde hoek maakt met het vlak dat wordt bepaald door de hartlijnen van de rotatielagers die de 30 pedaalarmen ten opzichte van het frame dragen, welke pedaaldrager een respectief pedaal draagt, waarbij de afstand tussen de rotatielagers die de pedaalarmen ten opzichte van het frame dragen kleiner 35 is dan de afstand tussen elk van die rotatielagers en het verdere rotatielager of de verdere koppeling; en waarbij de armen een zodanige vorm en stand ten opzichte van de respectieve aan het frame aanwezige 3 rotatielagers bezitten, dat ze in elke hoekstand enige onderlinge afstand bezitten.
Door deze opbouw volgens de uitvinding wordt een zeer compacte en esthetisch aantrekkelijke uitvoering 5 verkregen.
Bijvoorbeeld kan het rijwiel de bijzonderheid vertonen, dat de pedaalarmen elk ten minste één althans min of meer recht armdeel omvatten, waarbij de corresponderende armdelen van de ten minste twee 10 pedaalarmen een hoek met de hartlijn van de betreffende aan het frame aanwezige rotatielagers vormen met een waarde tussen 90° en 180°, bij voorkeur 100° en 140°.
Het faseverschil zal in het algemeen een enigszins beperkte waarde hebben. Doordat in geval van 15 een van nul afwijkend faseverschil de afstand tussen de effectieve einden van de pedaalarmen niet constant is, zijn middelen nodig voor het accommoderen van de optredende afstandverschillen.
In een specifieke uitvoering vertoont het 20 rijwiel de bijzonderheid, dat het faseverschil de waarde nul bezit. Een faseverschil nul impliceert, dat corresponderende armen in elke hoekstand onderling evenwijdig zijn.
Volgens een ander aspect van de uitvinding kan 25 het rijwiel de bijzonderheid vertonen, dat de ten minste twee pedaalarmen gelijke lengten bezitten. Pedaalarmen met gelijke lengten kunnen met een faseverschil met de waarde nul of een faseverschil met een van de waarde nul afwijkende waarde roteerbaar zijn opgesteld.
30 In het geval, waarin het faseverschil nul is en de twee pedaalarmen gelijke lengten bezitten kan het rijwiel de bijzonderheid vertonen, dat de twee pedaalarmen en de pedaaldrager een parallellogramconstructie vormen, waardoor de 35 pedaaldrager zich in elke hoekstand van de pedaalarmen evenwijdig aan het door de twee rotatielagers bepaalde platte vlak uitstrekt.
Volgens een bepaald aspect van de uitvinding 4 vertoont het rijwiel de bijzonderheid, dat elk pedaal een vaste stand ten opzichte van de pedaaldrager inneemt.
Bij het gebruik van de hiervoor beschreven parallellogramconstructie bezitten de pedaaldragers 5 altijd dezelfde stand ten opzichte van het frame. Sommige gebruikers ervaren het als aangenaam als de pedalen, afhankelijk van de momentane hoekstand en de uit te oefenen drukkracht, zich kunnen aanpassen aan de wensen van de gebruiker ten aanzien van de hoekstand van de 10 pedalen. In verband daarmee kan het rijwiel volgens de uitvinding tevens de bijzonderheid vertonen, dat elk pedaal rond een in hoofdzaak horizontale hartlijn over een zekere hoek rond een ruststand zwenkbaar is.
Deze laatste uitvoering kan met voordeel de 15 bijzonderheid vertonen, dat de voorste zone van elk pedaal omlaag zwenkbaar is over maximaal een eerste hoek a, en de achterste zone van elk pedaal omlaag zwenkbaar is over maximaal een tweede hoek b.
20 Bij voorkeur vertoont een dergelijk rijwiel de bijzonderheid, dat a en/of b instelbaar is.
Sterk de voorkeur bezit een uitvoering waarin a > b.
Oriënterende proefnemingen hebben aangetoond, 25 dat deze laatste uitvoering bij voorkeur zodanig kan worden uitgevoerd, dat a maximaal in de orde van 90° ligt en b maximaal in de orde van 20° ligt.
In een bepaalde uitvoering vertoont het rijwiel de bijzonderheid, dat a in de orde van (40 ± 10°) ligt.
30 Volgens weer een ander aspect van de uitvinding vertoont het rijwiel de bijzonderheid, dat b in de orde van (5 ± 3°) ligt.
Bij voorkeur omvat een rijwiel met zwenkbare pedalen zachte aanslagen, zoals flexibele platen of 35 veren, voor het begrenzen van de zwenkhoek.
Volgens een verder aspect van de uitvinding kan het rijwiel zodanig zijn uitgevoerd, dat de transmissie een eindloos element, zoals een riem, een tandriem of een
V
5 schalmenketting, omvat, welk element enerzijds rond een eerste aandrijfwiel, bijvoorbeeld een tandwiel, is geslagen, welk eerste aandrijfwiel voor rotatie met de asconstructie gekoppeld is, en anderzijds rond een tweede 5 aandrijfwiel, bijvoorbeeld een tandwiel, is geslagen, welk tweede aandrijfwiel met het ten minste ene tweede wiel gekoppeld is.
Volgens weer een ander aspect van de uitvinding vertoont het rijwiel de bijzonderheid, dat de transmissie 10 een as van cardanisch type omvat.
Volgens weer een ander aspect van de uitvinding is het rijwiel zodanig uitgevoerd, dat de transmissie zowel ter plaatse van de asconstructie als ter plaatse van de aandrijving van het ten minste ene tweede wiel een 15 haakse koppeling omvat, tussen welke beide haakse koppelingen zich een in hoofdzaak torsiestijve transmissiestang uitstrekt.
Als verder alternatief kan het rijwiel de bijzonderheid vertonen, dat de transmissie een flexibele 20 as omvat.
In weer een andere variant vertoont het rijwiel de bijzonderheid, dat het pedaalmechanisme ten minste één eerste kruk omvat, waarvan de vrije eindzone een eerste rotatielager 25 omvat; althans één tweede wiel met ten minste één tweede kruk gekoppeld is; de eerste kruk een arm bezit waarvan de lengte even groot is als die van de arm van de tweede kruk; en 30 een althans treksterk, langwerpig, krachten overbrengend element corresponderende eerste en tweede krukken via de eerste en tweede rotatielagers met elkaar verbindt.
Met deze laatste uitvoering is de transmissie-35 constructie substantieel vereenvoudigd ten opzichte van bekende rijwielen, is de transmissie relatief licht en goedkoop te vervaardigen en is hij praktisch onderhoudsvrij.
4 6
In principe zou volstaan kunnen worden met een uitsluitend treksterk element, bijvoorbeeld een stalen draad of dergelijke, in het bijzonder in het geval, waarin de transmissie twee dergelijke elementen omvat, 5 die in tegenfase met elkaar werkzaam zijn. Deze treksterke elementen kunnen strak gespannen zijn en elkaar aldus continu onder spanning houden, waardoor de hoekstanden van de corresponderende krukken altijd exact met elkaar overeen zullen komen.
10 In het bijzonder in het geval waarin er gebruik wordt gemaakt van slechts één langwerpig krachten overbrengend element geniet het sterk de voorkeur, als het of elk krachten overbrengend element tevens druksterk is.
15 Deze laatste uitvoering kan met voordeel de bijzonderheid vertonen, dat het trek- en druksterke, krachten overbrengende element via respectieve rotatielagers met beide pedaalarmen gekoppeld is.
In een bepaalde uitvoering kan het rijwiel 20 volgens de uitvinding de bijzonderheid vertonen, dat het of elk krachten overbrengende element een massieve stang is, bijvoorbeeld van staal of een vezelgewapende kunststof.
Anders dan bij een gebruikelijke ketting-25 transmissie, waarbij de krachten overbrengende ketting in een praktisch continue beweging verkeert, wordt er volgens de uitvinding gebruik gemaakt van een reciprocerend bewegend element. Om een slechts verwaarloosbare invloed te krijgen van de daarmee gepaard 30 gaande versnellingen en vertragingen verdient het de voorkeur als dit element, met behoud van zijn vereiste technische kwaliteiten, licht is. In verband daarmee wordt er volgens de uitvinding de voorkeur aan gegeven, dat het krachten overbrengende element een de 35 knikweerstand verhogende profiel vertoont, bijvoorbeeld een I-profiel.
Als alternatief kan ervoor worden gekozen, dat het of elk krachten overbrengend element een holle stang 7 is. Een technisch fraaie oplossing is hierin gelegen, dat de holle stang in hoofdzaak bestaat uit composietmateriaal, bijvoorbeeld omvattende koolstof- of glasvezels die zijn ingebed in een epoxy-materiaal.
5 In een voorkeursuitvoering vertoont het rijwiel volgens de uitvinding het kenmerk, dat de tweede kruk aangrijpt aan de ingang van een versnellingsnaaf, waarvan de uitgang met ten minste één tweede wiel verbonden is. Gebruik kan worden gemaakt van separate 10 krukken. Eenvoudiger en materiaalbesparend is een uitvoering, waarin een eerste kruk deel uitmaakt van de betreffende pedaalarmconstructie.
In een specifieke uitvoering vertoont het rijwiel de bijzonderheid, dat de hartlijn van het 15 rotatielager dat het krachten overbrengende element met de pedaalarm verbindt op enige afstand ten opzichte van het rotatievlak van de pedaalarm gelegen is van de verbindingslijn tussen het rotatielager, dat de pedaalarm met het frame verbindt en het rotatielager dat de 20 pedaaldrager met de pedaalarm verbindt. Met een dergelijke constructie wordt een "dood punt" in de aandrijving vermeden.
Het is niet onder alle omstandigheden noodzakelijk, dat het pedaal fysiek gescheiden is van de 25 pedaaldrager. Er zijn uitvoeringen van het rijwiel volgens de uitvinding denkbaar, waarin de pedaaldrager tevens het pedaal vormt.
De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van bijgaande tekeningen van enkele 30 uitvoeringsvoorbeelden, waartoe de uitvinding zich niet beperkt. In de tekeningen tonen: figuur 1 een gedeeltelijk zijaanzicht van een fiets met enkelzijdige, rechtse aandrijving; figuur 2 een horizontale doorsnede door de 35 fiets volgens figuur 1; figuur 3 een zijaanzicht van een fiets met een dubbele, dus zowel linkse als rechtse, aandrijving; figuur 4 een horizontale doorsnede door de » 8 fiets volgens figuur 3; figuur 5 een perspectivisch aanzicht van een detail van de pedaalarmconstructie en bijbehorende transmissie van de uitvoering volgens de figuren 1 en 2; 5 figuur 6 een bovenaanzicht van een pedaalconstructie; figuur 7 een zijaanzicht van een pedaalconstructie; figuur 8 een perspectivisch aanzicht van een 10 detail van de krukaandrijving van het achterwiel van de fiets volgens de figuren 1 en 2, in combinatie met een versnellingsnaaf; figuur 9 een met figuur 1 corresponderend aanzicht van een variant; 15 figuur 10 een met figuur 2 corresponderend aanzicht van de variant volgens figuur 9; figuur 11 een met figuur 1 corresponderend aanzicht van weer een andere uitvoering; figuur 12 een met figuur 2 corresponderend 20 aanzicht van de uitvoering volgens figuur 11; figuur 13 een met figuur 1 corresponderend aanzicht van weer een andere uitvoering; figuur 14 een met figuur 2 corresponderend aanzicht van de uitvoering volgens figuur 13; 25 figuur 15 een met figuur 1 corresponderend aanzicht van weer een andere variant; figuur 16 een met figuur 2 corresponderend aanzicht van de variant volgens figuur 15; figuur 17 een met figuur 6 corresponderend 30 aanzicht van een alternatieve uitvoering van een pedaalconstructie; en figuur 18 een met figuur 7 corresponderend aanzicht van de uitvoering volgens figuur 17.
Figuur 1 toont een fiets 1 met een enkelzijdige 35 aandrijving volgens de uitvinding. In deze uitvoering draagt een uit stangen samengestelde frame 31 via twee trapaslagers 3 twee onderling evenwijdige pedaalarmen 2, die aan hun vrije einde via een pedaaldrager 34 een 9 pedaal 4 met een hierna te beschrijven beperkte zwenkbaarheid dragen. Op hierna te beschrijven wijze zijn de pedaalarmen roteerbaar gekoppeld met een aandrijfstang 5 die aan zijn andere einde verbonden is met een kruk 6 5 voor aandrijving van een aangedreven achterwiel 32.
Figuur 2 toont, dat aan de linkerzijde van de fiets gebruik wordt gemaakt van een soortgelijke pedaalarmconstructie, evenwel zonder gebruikmaking van een aandrijfstang. Het zal duidelijk zijn, dat aan de 10 linkerzijde ook een andere vorm van de pedaalarmconstructie mogelijk is. Terwille van de symmetrie en uit esthetisch oogpunt heeft de getekende vormgeving de voorkeur.
Het zal duidelijk zijn, dat met de constructie 15 volgens de figuren 1 en 2 bij het voorwaarts fietsen het rechterpedaal door middel van een trekkracht in de aandrijfstang 5 een kracht uitoefent op het achterwiel, terwijl bij het uitoefenen van een voorwaartse kracht op het linker pedaal de stang 5 is onderworpen aan een 20 drukkracht. In deze uitvoering moet de stang dus tegen beide krachten bestand zijn.
Anders is dit met de fiets 33 volgens de figuren 3 en 4, waarin ook aan de linkerzijde gebruik wordt gemaakt van een aandrijfstang en bijbehorende kruk. 25 Deze tweede aandrijfstang is met het verwijzingsgetal 7 aangeduid, terwijl de tweede, met het achterwiel gekoppelde kruk met het verwijzingsgetal 8 is aangeduid.
In deze uitvoering zouden de stangen 5 en 6 vervangen kunnen worden door uitsluitend treksterke 30 elementen, bijvoorbeeld gespannen stalen kabels, zodat afwisselend de ene en de andere kabel aan een trekkracht is onderworpen, waardoor de gebruiker door het uitoefenen van een afwisselende kracht op het linker en rechter pedaal het linker en rechter mechanisme op trek belast en 35 het achterwiel in rotatie brengt.
Figuur 5 toont het detail V van figuur 1, dat wil zeggen een deel van het krachten overbrengende mechanisme van de fiets 1. Deze figuur toont, dat de 10 dubbel uitgevoerde pedaalarmen 2 aan hun vrije einden gekoppeld zijn door een pedaaldrager 34 die het pedaal 4 draagt. De holle aandrijfstang 5 van composiet-materiaal is door middel van respectieve, niet zichtbare, maar 5 niettemin met 35 aangeduide rotatielagers, op afstand van de rotatielagers 3, met de pedaalarmen 2 verbonden.
De figuren 6 en 7 tonen, op welke wijze de bovenplaat of voetplaat 14 van een pedaal 4 via een pedaaldrager 34 wordt gedragen door de pedaalarmen 2.
10 Gebruik wordt gemaakt van een pedaaldrager 34 voor het pedaal, welke pedaaldrager aan beide pedaalarmen 2 gelagerd is. De pedaaldrager 34 draagt een eerste opstaande flens 12 en een tweede opstaande flens 13. De voetplaat 14 draagt een eerste flens 15 en een tweede 15 flens 16. Door middel van een as 17 is de voetplaat 14 met de pedaaldrager 34 gekoppeld. Een bijvoorbeeld rubberelastisch blok, bijvoorbeeld bestaande uit een elastomeer kussen, dient als zachte aanslag om de zwenkbeweging van de voetplaat 14, die wordt bepaald door 20 de as 17, ten opzichte van de pedaaldrager 34 te begrenzen tot een waarde in de orde van grootte van 20° in beide richtingen. Deze beide bij benadering uiterste zwenkstanden zijn in figuur 7 met de verwijzingsgetallen 19 en 20 aangeduid.
25 Figuur 8 toont, dat volgens een ander aspect van de uitvinding het achterwiel 32 een versnellingsnaaf 21 kan omvatten, waarvan de uitgang rechtstreeks de spaken 36 van het wiel 32 draagt, en waarvan de ingaande as de kruk 6 draagt. De in de versnellingsnaaf 30 geaccommodeerde versnellingseenheid is instelbaar door middel van een extern bedieningselement 22, dat via een bowden-kabel 37 in verbinding staat met een bedieningshandle, die op zichzelf bekend is en bij een bekende fiets meestal aan het stuur bevestigd is.
35 De beschreven beperkte zwenkbaarheid van de pedalen in een voorkeursuitvoering van de uitvinding werkt sterk verbeterend op het fietscomfort. Anders dan bij een gebruikelijke fiets, waarbij de pedalen volledig 11 vrij roteerbaar ten opzichte van de pedaalarmen zijn opgesteld, kunnen op een als zeer aangenaam en comfortabel ervaren wijze krachten worden uitgeoefend, waarbij nooit het gevaar bestaat dat de pedalen totaal 5 wegzwenken. Dit aspect is, weliswaar op een geheel andere wijze uitgevoerd, functioneel enigszins vergelijkbaar met het gebruik van de toe-clips bij race-fietsen, waarbij ook een zekere beperking van de zwenkbaarheid van de pedalen is gerealiseerd. Verder zijn in de getekende 10 uitvoeringen relatief grote pedaaloppervlakken getoond. Deze pedaaloppervlakken, die groter zijn dan gebruikelijk, resulteren in een groter contactoppervlak tussen de voetzolen van een gebruiker en de pedalen en daarmee een betere drukverdeling aan de zolen.
15 Figuur 9 toont een fiets 1, waarvan de pedaalarmen op duidelijk getoonde wijze een knik vertonen. Dit betekend dat de hartlijn van het rotatielager dat het krachtenoverbrengende element 5 met de pedaalarm 42 verbindt op enige afstand gelegen is van 20 de verbindingslijn tussen het rotatielager of trapaslager 3 dat de pedaalarm 42 met het frame 31 verbindt en het rotatielager dat de pedaaldrager 43, tevens pedaal, met de pedaalarm 42 verbindt. Door deze geknikte constructie wordt bereikt, dat er geen risico bestaat op een dode 25 zone bij de aandrijving.
Zoals in het bijzonder figuur 10 duidelijk toont, bevindt zich slechts aan één zijde een krachtenoverbrengende treksterke en drukvaste stang 5. Duidelijk moge echter zijn, dat het hier beschreven 30 principe ook toepasbaar is op een dubbelzijdige aandrijving.
Hierna zal worden beschreven, dat het pedaal 43 een zekere bewegingsvrijheid bezit. In dit verband wordt verwezen naar de figuren 17 en 18.
35 Figuur 11 toont een fiets, waarin de pedaalarmen 44 elk uit één deel bestaan en uitsluitend aan hun einden verbonden zijn met rotatielagers. De achterste trapas, die verbonden is met de achterste armen 12 44, is verbonden met een voorste kettingwiel 45 met een geringe diameter. Via een ketting 46 drijft dit voorste kettingwiel 45 een achterste kettingwiel 47 aan, dat, in het algemeen en bij voorkeur via een versnellingsnaaf, 5 het achterwiel 32 aandrijft.
Figuur 13 toont een fiets met een cardanaandrijving. In deze uitvoering omvat de transmissie geen ketting zoals in de uitvoering volgens de figuren 11 en 12, maar een cardanas, die aan beide 10 einden een kegeltandwiel draagt. Met de trapas van de achterste pedaalarmen 44 is een voorste kegeltandwiel 48 verbonden, waardoor bij het doen roteren van de pedaalarmen 44 de cardanas 49 wordt geroteerd. Via een achterste kegeltandwiel, dat bijvoorbeeld via een 15 versnellingsnaaf, verbonden is met het achterwiel 32, drijft het achterste kegeltandwiel 51 het achterwiel 32 aan. Een mantel 50 in de vorm van een hoofdzaak stijve buis schermt de met kracht roterende cardanas 49 tegen invloeden van buiten en onbedoelde aanraking met externe 20 elementen, af.
Figuur 15 toont een fiets volgens de uitvinding, waarbij gebruik is gemaakt van een ten opzichte van de uitvoering van de figuren 11 en 12 groot kettingwiel, dat bijvoorbeeld een zelfde diameter bezit 25 als gebruikelijk fietsen.
De hartlijnen van de trapaslagers, die zijn verenigd tot een eenheid 56, vertonen een zo grote onderlinge afstand, dat het kettingwiel 55 daar tussen past. Zie in dit verband in het bijzonder figuur 16.
30 Figuur 17 toont de constructie van een alternatief pedaal in bovenaanzicht. De pedaalarmen zijn aangeduid met het verwijzingsgetal 57 en de voetplaat met het verwijzingsgetal 58.
Het verwijzingsgetal 59 duidt de steunen aan 35 de voetplaat aan voor verbinding met de trapas. In dit verband wordt in het bijzonder verwezen naar figuur 18.
Een rotatiebus is met verwijzingsgetal 60 aangeduid. Aan de bus 60 is een lip 61 aangebracht. Een « 13 cirkelboogvormig gevormde geleidingsbout 62 is met de voetplaat verbonden. Tussen de lip 61 en de voetplaat 58 strekt zich een bovenste drukveer of trekveer 63 uit. Tussen de lip 61 en een zelfborgende moer 65 strekt zich 5 een onderste respectievelijk drukveer of trekveer 64 uit. Hiermee is een zachte aanslag gerealiseerd die de voetplaat 58 naar zijn met getrokken lijnen aangeduide stabiele ruststand dwingt. Bij het uitoefenen van een zekere pedaalkracht die het pedaal 58 doet zwenken in de 10 richting van een van de met gebroken lijnen aangeduide posities worden de veren 63 en 64 gecomprimeerd en geëxpandeerd. In het geval waarin de veren zonder voorspanning zijn aangebracht, wordt één van de veren gecomprimeerd en behoudt de andere veer zijn rustlengte. 15 De aandacht wordt erop gevestigd, dat de uitvoeringen volgens de figuren 9-16 alle van een dergelijke zachte aanslag en zwenkbare pedalen zijn voorzien. Om de zwenkbaarheid in neerwaartse richting van het pedaal aan de achterzijde ook ten volle te kunnen 20 benutten kan het pedaal rond zijn achterste scharnierhartlijn min of meer symmetrisch zijn opgesteld, anders dan in figuur 15 is getekend. Vergeleken zou dit kunnen worden met de structuur volgens de figuren 6 en 7, waarin de ophanging van het pedaal weliswaar anders is, 25 maar waarin het pedaal een zekere zwenkbaarheid vertoont en althans min of meer symmetrisch rond de centrale scharnierbus is opgesteld.
Zoals schematisch en zonder enig detail is getekend in de figuren 9, 11, 13 en 15, is de 30 pedaaldrager 43, tevens pedaal, aan zijn achterzijde door middel van een rotatielager zwenkbaar verbonden met de achterste pedaalarm 42. Aan de voorzijde draagt de pedaaldrager 43 een geleidingsbeugel, die in een cirkelboogvorm is gemodelleerd en wordt geleid door een 35 oog, dat roteerbaar bevestigd is aan het einde van de voorste pedaalarm 42. Aldus is de pedaaldrager 43 zwenkbaar rond de scharnier-hartlijn van het rotatielager aan het vrije einde van de achterste pedaalarm 42.
14
Opgemerkt wordt, dat dit zelfde geldt voor de pedaalarmen 44 volgens de figuren 11, 13 en 15.
De structuur in kwestie is meer in detail te zien in figuur 18, waaruit tevens duidelijk is, dat de 5 met deze structuur gerealiseerde zwenkbaarheid van de pedaaldrager wordt begrensd door veermiddelen 63, 64, die de ruststand bepalen, zodanig dat in de onbelaste toestand de pedaaldrager 58 (zie figuur 18) steeds aan zichzelf evenwijdig beweegt tijdens rotatie van de 10 betreffende pedaalarmen 57. De constructie kan ook zodanig worden uitgevoerd, dat de geleidingsbeugel en het oog van plaats verwisseld zijn.
De aandacht wordt er op gevestigd, dat de uitvinding zich niet beperkt tot fietsen van het in de 15 tekeningen weergegeven algemene ontwerp. Ook driewielers en vierwielers kunnen binnen het kader van de uitvinding toepassing vinden. In de figuren zijn fietsen aangegeven met een zich in hoofdzaak in één plat hoofdvlak uitstrekkend frame 31 met een zadel 38 en een stuur 39 20 dat, waarmee een voorwiel 41, zwenkbaar in een lager 40 rechtstreeks gekoppeld is, zodanig dat een gebruiker de fiets in elke gewenste richting kan sturen. Er bestaan evenwel ook rijwielen van ander type, zoals ligfietsen met twee of drie wielen, drie- en vierwielige 25 fietstaxi's, bakfietsen en dergelijke, waarvan de constructie substantieel afwijkt van die van de hierin getekende en beschreven uitvoeringen, maar waarop de principes van de uitvinding evenzeer kunnen worden toegepast. Ook op dergelijke toepassingen richt de 30 uitvinding zich. Tenslotte wordt de aandacht er op gevestigd, dat de uitvinding ook toepasbaar is op bijvoorbeeld home-trainers, die in het kader van de voorliggende uitvinding ook als "rijwiel" worden beschouwd.
2001518- 35

Claims (16)

1. Rijwiel, bijvoorbeeld een fiets, omvattende: een bijvoorbeeld uit stangen samengesteld frame; een door het frame gedragen zitelement voor een 5 gebruiker, zoals een zadel; ten minste één door een rotatielager met het frame verbonden eerste wiel, waarvan de stand door een gebruiker continu kan worden ingesteld door middel van een stuur; en 10 ten minste één tweede wiel, dat door een rotatielager met het frame verbonden is en door een gebruiker met spierkracht roterend kan worden aangedreven door middel van een roteerbaar pedaalmechanisme, dat via een transmissie krachten overbrengend met het of elk 15 tweede wiel gekoppeld is; welk pedaalmechanisme omvat: een roteerbaar aan dat frame gelagerde, in hoofdzaak horizontale asconstructie; twee zich min of meer in dwarsrichting ten 20 opzichte van de asconstructie in onderling tegengestelde richtingen uitstrekkende pedaalarmconstructies, die elk aan hun vrije einde een pedaal dragen; zodanig, dat door een gebruiker op de pedalen uitgeoefende drukkrachten via de transmissie van 25 het pedaalmechanisme naar het of elk eerste wiel wordt overgedragen; met het kenmerk, dat elke pedaalarmconstructie ten minste twee pedaalarmen omvat, die door respectieve rotatielagers met 30 het frame verbonden zijn, 2001518- de pedaalarmen zodanig met elkaar gekoppeld zijn, dat ze een constant faseverschil bezitten en aan hun vrije eindzones met een pedaaldrager verbonden zijn door middel van respectievelijk een verder rotatielager 5 en een verdere koppeling met althans een rotatievrijheidsgraad, bijvoorbeeld een rotatielager, een schuifkoppeling, een verbinding met variabele lengte, zoals een trekveer, zodanig, dat het imaginaire vlak door het verdere rotatielager en de door de verdere koppeling 10 bepaalde rotatie-hartlijn of rotatie-zone bij elke hoekstand van de pedaalarmen een in hoofdzaak ondubbelzinnig bepaalde hoek maakt met het vlak dat wordt bepaald door de hartlijnen van de rotatielagers die de pedaalarmen ten opzichte van het frame dragen, 15 welke pedaaldrager een respectief pedaal draagt, waarbij de afstand tussen de rotatielagers die de pedaalarmen ten opzichte van het frame dragen kleiner is dan de afstand tussen elk van die rotatielagers en het 20 verdere rotatielager of de verdere koppeling; en waarbij de armen een zodanige vorm en stand ten opzichte van de respectieve aan het frame aanwezige rotatielagers bezitten, dat ze in elke hoekstand enige onderlinge afstand bezitten. 25
2. Rijwiel volgens conclusie 1, waarin de pedaalarmen elk ten minste één althans min of meer recht armdeel omvatten waarbij de corresponderende armdelen van de ten minste twee pedaalarmen een hoek met de hartlijn 30 van de betreffende aan het frame aanwezige rotatielagers vormen met een waarde tussen 90° en 180°.
3. Rijwiel volgens conclusie 1 of 2, waarin het faseverschil de waarde nul bezit. 35
4. Rijwiel volgens een der voorgaande conclusies, waarin de ten minste twee pedaalarmen gelijke lengten bezitten.
5. Rijwiel volgens de conclusies 1, 3 en 4, waarin het frame, de twee pedaalarmen en de pedaaldrager een parallellogramconstructie vormen, waardoor de 5 pedaaldrager zich in elke hoekstand van de pedaalarmen evenwijdig aan het door de twee rotatielagers bepaalde platte vlak uitstrekt.
6. Rijwiel volgens een der voorgaande 10 conclusies, waarin elk pedaal een vaste stand ten opzichte van de pedaaldrager inneemt.
7. Rijwiel volgens een der conclusies 1-6, waarin elk pedaal rond een in hoofdzaak horizontale 15 hartlijn over een zekere hoek rond een ruststand zwenkbaar is.
8. Rijwiel volgens conclusie 7, waarin de voorste zone van elk pedaal omlaag zwenkbaar is over 20 maximaal een eerste hoek a, en de achterste zone van elk pedaal omlaag zwenkbaar is over maximaal een tweede hoek b.
9. Rijwiel volgens conclusie 8, waarin a en/of 25 b instelbaar is.
10. Rijwiel volgens conclusie 9, waarin a > b.
11. Rijwiel volgens conclusie 10, waarin a 30 maximaal in de orde van 90° ligt en b maximaal in de orde van 20° ligt.
12. Rijwiel volgens conclusie 10, waarin a in de orde van (40 ± 10)° ligt. 35
13. Rijwiel volgens conclusie 10, waarin b in de orde van (5 ± 3)° ligt. \
14. Rijwiel volgens een der conclusies 7-13 omvattende zachte aanslagen, zoals flexibele platen of veren, voor het begrenzen van de zwenkhoek.
15. Rijwiel volgens een der voorgaande conclusies, waarin het pedaalmechanisme ten minste één eerste kruk omvat, waarvan de vrije eindzone een eerste rotatielager omvat; althans één tweede wiel met ten minste één 10 tweede kruk gekoppeld is; de eerste kruk een arm bezit waarvan de lengte even groot is als die van de arm van de tweede kruk; en een althans treksterk, langwerpig, krachten overbrengend element corresponderende eerste en tweede 15 krukken via de eerste en tweede rotatielagers met elkaar verbindt.
16. Rijwiel volgens conclusie 15, waarin de hartlijn van het rotatielager dat het krachten 20 overbrengende element met de pedaalarm verbindt op enige afstand gelegen is van de verbindingslijn tussen het rotatielager dat de pedaalarm met het frame verbindt en het rotatielager dat de pedaaldrager met de pedaalarm verbindt. 2001518“
NL2001518A 2007-08-28 2008-04-24 Rijwiel. NL2001518C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001518A NL2001518C2 (nl) 2007-08-28 2008-04-24 Rijwiel.

Applications Claiming Priority (4)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000834A NL2000834C2 (nl) 2007-08-28 2007-08-28 Rijwiel.
NL2000834 2007-08-28
NL2001518 2008-04-24
NL2001518A NL2001518C2 (nl) 2007-08-28 2008-04-24 Rijwiel.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2001518C2 true NL2001518C2 (nl) 2009-03-03

Family

ID=39156125

Family Applications (2)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2000834A NL2000834C2 (nl) 2007-08-28 2007-08-28 Rijwiel.
NL2001518A NL2001518C2 (nl) 2007-08-28 2008-04-24 Rijwiel.

Family Applications Before (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2000834A NL2000834C2 (nl) 2007-08-28 2007-08-28 Rijwiel.

Country Status (2)

Country Link
NL (2) NL2000834C2 (nl)
WO (1) WO2009028933A1 (nl)

Families Citing this family (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2010143008A1 (fr) * 2009-06-12 2010-12-16 Claude Petitpierre Pedales oscillantes pour trottinette
DE102009051568A1 (de) * 2009-10-23 2011-04-28 Universität Stuttgart Institut für Konstruktionstechnik und Technisches Design, Forschungs- und Lehrgebiet Technisches Design Mechanische Vorrichtung zur Arbeitserleichterung, Fahrradantrieb bzw. Exoskelett
JP2015522476A (ja) * 2012-07-11 2015-08-06 アンドリューズ、ウィリアム 改良された自転車のペダル機構
CN105164009B (zh) 2012-12-21 2019-01-29 普罗托法布股份有限公司 曲柄以及利用曲柄传输功率的方法
IL243218B (en) * 2015-12-24 2018-01-31 Uri Shacham Cycle and drive mechanism therefor
FR3056188B1 (fr) * 2016-09-20 2019-07-26 Philippe Dauphin Cycle a transmission directe.

Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US421068A (en) * 1890-02-11 Administratrix of francis
US1977236A (en) * 1933-05-24 1934-10-16 Bror M Lofquist Bicycle pedal mechanism
DE3343015A1 (de) * 1982-11-29 1984-05-30 Shimano Industrial Co., Ltd., Sakai, Osaka Fahrradpedal
BE904198A (nl) * 1986-02-07 1986-05-29 Assche Victor Maria Van Fietsaandrijving:
US4746135A (en) * 1985-12-21 1988-05-24 Oh Myung K Pedal crank driven tricycle
GB2358842A (en) * 1998-11-10 2001-08-08 Andre Jacques Crankset device
JP2004231136A (ja) * 2003-01-31 2004-08-19 Tomio Kakimi 自転車のペダル装置
CN200951823Y (zh) * 2006-04-14 2007-09-26 季鹏凯 一种惰轴连杆式的自行车驱动机构

Family Cites Families (10)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3913944A (en) * 1974-06-18 1975-10-21 Jr James H Blow Supplemental pedalling mechanism for bicycles
BE853784A (nl) * 1977-04-21 1977-08-16 Brauwer Leopold De Stangen mechanisme voor vermeerdering van het moment bij het aandrijven van een fiets en vermindering van de fysische kracht
DE3121010A1 (de) * 1981-05-27 1982-12-16 Friedrich 8000 München Hauenstein Vorrichtung zur parallelfuehrung von fuessen auf pedalen
FR2543098B1 (fr) * 1983-03-25 1988-03-04 Ramond Marcel Vehicule propulse par un systeme de pedales
US4599915A (en) * 1984-01-06 1986-07-15 Harry F. Hlavac Adjustable pedal
DK172476B1 (da) * 1993-09-06 1998-09-14 Steen Uffe Lawaetz Veilberg Mekanisme til at omdanne en rotation med konstant vinkelhastighed til en rotation med varierende vinkelhastighed
US5901617A (en) * 1997-07-07 1999-05-11 Hervig; Dana P. Pedal with cushioned support
US6298740B1 (en) * 1999-03-19 2001-10-09 Justin C. Bridges Adjustable rotational transmission assembly
KR20050092357A (ko) * 2005-08-30 2005-09-21 김종현 자전거의 크랭크축을 응용한 추진장치 방법
GB2433732A (en) * 2005-12-31 2007-07-04 Michael James Poyzer Shock absorbing pedal assembly

Patent Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US421068A (en) * 1890-02-11 Administratrix of francis
US1977236A (en) * 1933-05-24 1934-10-16 Bror M Lofquist Bicycle pedal mechanism
DE3343015A1 (de) * 1982-11-29 1984-05-30 Shimano Industrial Co., Ltd., Sakai, Osaka Fahrradpedal
US4746135A (en) * 1985-12-21 1988-05-24 Oh Myung K Pedal crank driven tricycle
BE904198A (nl) * 1986-02-07 1986-05-29 Assche Victor Maria Van Fietsaandrijving:
GB2358842A (en) * 1998-11-10 2001-08-08 Andre Jacques Crankset device
JP2004231136A (ja) * 2003-01-31 2004-08-19 Tomio Kakimi 自転車のペダル装置
CN200951823Y (zh) * 2006-04-14 2007-09-26 季鹏凯 一种惰轴连杆式的自行车驱动机构

Also Published As

Publication number Publication date
NL2000834C2 (nl) 2009-03-03
WO2009028933A1 (en) 2009-03-05

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL2001518C2 (nl) Rijwiel.
US6764088B2 (en) Pedalling machines including scooters and driving mechanisms therefor
US6378882B1 (en) Human-powered exercise cycle
US4861054A (en) Pedal-powered skateboard
US6485041B1 (en) Step-cycle for exercise, recreation, and transport
US20170136293A1 (en) Exercise bike
EP2394896B1 (en) Twin-frame bicycle
US6773022B2 (en) Step-cycle for exercise, recreation, and transport having telescopically movable pedals
AU2006265891A1 (en) Mobile elliptically driven device
JPS6157233B2 (nl)
WO1998033698A2 (en) Human powered vehicle
US20030098566A1 (en) Lever operated foot pump scooter
US6010433A (en) Exerciser bike having two driving mechanisms
JP6872831B2 (ja) スクワット運動用自転車
TW200505729A (en) Bicycle with adjustable orientation of the seat and the pedals with respect to the handlebars
KR880002108B1 (ko) 자전거
EP0252950A1 (en) Wide powerful range bicycle
KR101583053B1 (ko) 전륜구동식 리컴번트 자전거
NL2008165C2 (nl) Rijwiel met zadel voor de zadelpen.
NL1043226B1 (nl) Ligfiets met crosstrainereigenschappen
AU723837B2 (en) A frame and drive mechanism for bicycles and other machines
BE1016945A6 (nl) Ligfiets te transformeren tot klassieke fiets.
AU737939B2 (en) A bicycle
AU2006246539B2 (en) Levercycle
FR2898575A1 (fr) Bicyclette presentant un pedalier sur l'avant

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20111101