NL2001179C2 - Kneuzer. - Google Patents

Kneuzer. Download PDF

Info

Publication number
NL2001179C2
NL2001179C2 NL2001179A NL2001179A NL2001179C2 NL 2001179 C2 NL2001179 C2 NL 2001179C2 NL 2001179 A NL2001179 A NL 2001179A NL 2001179 A NL2001179 A NL 2001179A NL 2001179 C2 NL2001179 C2 NL 2001179C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
rotor
conditioner
fingers
segments
processing
Prior art date
Application number
NL2001179A
Other languages
English (en)
Inventor
Wim Reijersen Van Buuren
Original Assignee
Gewitech Machb B V
Greenholland B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Gewitech Machb B V, Greenholland B V filed Critical Gewitech Machb B V
Priority to NL2001179A priority Critical patent/NL2001179C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2001179C2 publication Critical patent/NL2001179C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01DHARVESTING; MOWING
    • A01D82/00Crop conditioners, i.e. machines for crushing or bruising stalks
    • A01D82/02Rollers for crop conditioners

Description

Titel: Kneuzer 5 De uitvinding heeft betrekking op een kneuzer voor het bewerken van een gemaaid product, omvattende een extern aandrijfbare rotor die aan de buitenmantel is voorzien van radiaal uitstekende vingers.
Kneuzers zijn bijvoorbeeld bekend uit de Nederlandse octrooipublicatie NL 7906360, namelijk als een landbouwwerktuig dat, aan 10 een landbouwvoertuig gekoppeld, kan worden ingezet voor het bewerken van een gemaaid product, zoals gemaaid gras.
Een kneuzer omvat een rotor die extern, bijvoorbeeld met behulp van een aftakas van een landbouwvoertuig, kan worden aangedreven. Aan de buitenmantel van de rotor zijn radiaal uitstekende vingers voorzien die 15 het gemaaide product mechanisch bewerken. Door de mechanische bewerking van het gemaaide product versnelt het droogproces.
Door de werkbreedte van een kneuzer te vergroten kan een perceel in minder werkgangen door het landbouwvoertuig worden bewerkt, hetgeen uit economisch oog aantrekkelijk is. Echter, de als cilinder uitgevoerde rotor 20 neemt daardoor navenant in gewicht toe, hetgeen balansproblemen veroorzaakt.
De uitvinding beoogt een kneuzer van de in de aanhef genoemde soort, waarbij met behoud van de voordelen, genoemde nadelen worden vermeden. In het bijzonder beoogt de uitvinding een kneuzer te verschaffen 25 waarbij zonder significante gewichtstoename toch een relatief grote werkbreedte kan worden verkregen. Daartoe omvat de rotor een conisch gevormd segment.
Door de rotor uit te voeren met een conisch gevormd segment is een relatief stijve rotorconstructie verkregen. Hierdoor is het mogelijk een rotor 30 te realiseren met een relatief grote werkbreedte en een relatief laag gewicht.
Zonder significante gewichtstoename of zelfs met een gewichtsafname kan daardoor een grotere werkbreedte worden bereikt. Anderzijds kan bij 2 0 0 1 1 7 9 -» 2 handhaving van een werkbreedte een veel geringer gewicht van de rotor worden verkregen.
Door de rotor te voorzien van een conisch gevormd segment heeft de buitenmantel tijdens gebruik van de kneuzer ter plaatse van het conisch 5 uiteenlopende uiteinde een grotere snelheid dan de buitenmantel nabij het toelopende uiteinde. Ook de radiaal uitstekende vingers hebben ter plaatse van het conische uiteenlopende uiteinde aldus een grotere snelheid. Bijgevolg neemt de zijwaartse kracht die op het gemaaide product wordt uitgeoefend toe. Deze toename wordt deels bewerkstelligd doordat de 10 vingers ter plaatse met een grotere snelheid in aanraking komen met het product en deels omdat de sneller bewegende vingers een zijwaarts gerichte luchtstroom veroorzaken in de ruimte waar de kneuzer is opgesteld. Door de toegenomen zijwaartse kracht op het gemaaide product kan een meer gelijkmatige verdeling van het product over de werkbreedte van de kneuzer 15 worden verkregen.
Verdere voordelige uitvoeringsvormen van de uitvinding zijn weergegeven in de volgconclusies.
De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van uitvoeringsvoorbeelden die in de tekening zijn weergegeven. In de tekening 20 toont:
Figuur 1 een schematisch perspectivisch aanzicht van een rotor uit een kneuzer overeenkomstig de uitvinding;
Figuur 2 een schematisch perspectivisch aanzicht van een kneuzer overeenkomstig de uitvinding; 25 Figuur 3 een schematisch zijaanzicht van de kneuzer van Figuur 2;
Figuur 4 een schematisch aanzicht van een dwarsdoorsnede door de lichaamsas van de kneuzer van Figuur 2; en
Figuur 5 een schematisch perspectivisch aanzicht van een landbouwmechanisme met de kneuzer van Figuur 2.
3
De figuren zijn slechts een schematische weergave van een voorkeursuitvoering van de uitvinding. In de figuren zijn gelijke of corresponderende onderdelen met dezelfde verwijzingscijfers aangegeven.
Figuur 1 toont een schematisch perspectivisch aanzicht van een 5 rotor 1 van een kneuzer overeenkomstig de uitvinding. De rotor 1 omvat een tweetal conisch gevormde segmenten 2, 3 waarvan de lichaamsassen LI, L2 in eikaars verlengde liggen. Voorts zijn de conische toelopende uiteinden 4, 5 van beide segmenten 2, 3 van elkaar afgekeerd. De conisch uiteenlopende uiteinden 6, 7 van beide segmenten 2, 3 zijn, ongeveer in het midden van de 10 rotor, aan elkaar bevestigd, zodat de rotor de grootste dwarsoppervlakte heeft tussen beide conisch gevormde segmenten. Ten einde gewicht te besparen zijn de rotorsegmenten 2, 3 hol uitgevoerd. Door de taps gevormde rotorsegmenten 2, 3 symmetrisch ten opzichte van elkaar te construeren is een vanuit balansoogpunt bezien aantrekkelijke constructie verkregen.
15 In een dwarsdoorsnede, dwars op de lengteassen LI, L2 van de segmenten 2, 3 wordt de buitenmantel 8 van de rotor 1 gevormd door een tienvoudige veelhoek. Uiteraard zijn ook andere constructievormen van de rotorsegmenten mogelijk, bijvoorbeeld met een buitenmantel die in dwarsdoorsnede een andere veelvoudige veelhoek vormt, of een rotor met 20 een, in dwarsdoorsnede, cirkelvormige buitenmantel.
Nabij de conisch toelopen uiteinden 4, 5 van beide rotorsegmenten 2, 3 bevinden zich assen 9, 10 voor het ophangen en/of aandrijven van de rotor 1.
Figuur 2 toont een schematisch perspectivisch aanzicht van een 25 kneuzer 11 overeenkomstig de uitvinding. De kneuzer omvat de in Figuur 1 beschreven rotor 1. Voorts is de rotor 1 aan de buitenmantel 8 voorzien van radiaal uitstekende vingers 12 voor het verwerken van een gemaaid product. Voorts omvat de kneuzer 11 een niet in Figuur 2 getoond frame voor het dragen van de rotor 1 en een aandrijflijn voor het extern aandrijven 30 van de rotor 1. Het frame wordt tijdens gebruik gedragen door een 4 landbouwvoertuig, zoals een trekker, bijvoorbeeld via een hefmrichting aan de voor- of achterzijde van het voertuig. Ook kan het frame zijn voorzien van loopwielen voor het dragen van het eigen gewicht. De aandrijving van de rotor 1 kan geschieden met behulp van een externe aftakas van het 5 landbouwvoertuig. Tijdens werking van de kneuzer wordt het frame over een te verwerken gemaaid product, bijvoorbeeld gras, verplaatst waarbij door rotatie van de rotor 1 de vingers 12 het product bewerken, ook wel ‘kneuzen’ genoemd, zodat een sneller droogproces van het product kan plaatsvinden.
10 Figuren 3 en 4 tonen respectievelijk een schematisch zijaanzicht en een dwarsdoorsnede door de lichaamsas van de kneuzer van Figuur 2.
De vingers 12 strekken zich elk in hoofdzaak radiaal even ver uit ten opzichte van de buitenmantel van de rotor. Evenals de buitenmantel 8 van de rotorsegmenten 2, 3 is de afstand van het radiale uiteinde van de 15 vingers 12 ten opzichte van de lichaamsas LI, L2 van de rotorsegmenten 2, 3 dus afhankelijk van de axiale positie op de rotor 1. Zo wordt de maximale radiale afstand van het vingeruiteinde 13 bereikt waar de conisch uiteenlopende uiteinden 6, 7 van de rotorsegmenten 2, 3 aan elkaar zijn bevestigd en neemt de radiale afstand van het vingeruiteinde 13 af in de 20 richting van de conisch toelopende uiteinden 4, 5 van de segmenten 2, 3. Hierdoor wordt op voordelige wijze bereikt dat het gemaaide product dat zich na het maaiproces veelal meer onder het midden van de rotor 1 bevindt intensiever wordt bewerkt door de kneuzer dan het gemaaide product dat zich meer nabij de uiteinden van de rotor 1 bevindt, doorgaans in geringere 25 hoeveelheden aanwezig.
De vingers zijn vervaardigd uit staal. Het is echter ook mogelijk om als alternatief of in combinatie daarmee andere materialen toe te passen, bijvoorbeeld kunststof.
Zoals bijvoorbeeld in Figuur 4 zichtbaar, zijn de vingers, axiaal 30 gezien, in hoofdzaak evenredig verdeeld zijn over de rotor 1, zodat een min 5 of meer egale bewerking van het te bewerken product kan worden verkregen. In principe is het uiteraard ook mogelijk de vingers anders te positioneren, bijvoorbeeld met een grotere concentratie nabij het midden van de rotor 1, zodat het product ter hoogte van het midden van de rotor 1 5 intensiever kan worden bewerkt.
Voorts zijn de vingers 12 spiraalvormig over de buitenmantel 8 van de rotor 1 aangebracht. Hierdoor wordt bereikt dat het te bewerken product axiaal langs de rotor 1 kan worden verplaatst. In het bijzonder zijn vingers in een eerste richting spiraalvormig op een eerste rotorsegment aangebracht 10 en in een tweede, tegengestelde richting spiraalvormig op het tweede rotorsegment, zodat het te bewerken product vanuit het midden zijwaarts in de richting van de conisch toelopende uiteinden 4, 5 van de rotor 1 wordt verplaatst.
Aangezien de vingers 12 nabij het midden van de rotor 1 een 15 grotere radiale afstand hebben ten opzichte van de lichaamsas LI, L2 van de rotorsegmenten 2, 3 is de zijwaartse werking van de vingers in het midden van de rotor 1 groter dan nabij de conisch toelopende uiteinden 4, 5 van de rotor 1. Ook wordt een zijwaartse luchtstroom veroorzaakt in de ruimte waarin de rotor is opgesteld. Hierdoor kan een grotere spreiding van 20 de het te verwerken maaiproduct worden verkregen over de werkbreedte van de kneuzer.
Opgemerkt wordt dat een vergroting van de zijwaartse kracht op het gemaaide product ook kan worden verkregen door de afstand van het radiale uiteinde de vingers tot de buitenmantel van de rotor variabel te 25 kiezen. Zo kan de kneuzer zodanig worden geconstrueerd dat de vingers nabij het midden van de rotor, in axiale richting gezien, zich verder uitstrekken ten opzichte van de buitenmantel van de rotor dan de vingers nabij de axiale uiteinden van de rotor.
Voorts zijn de vingers 12 radiaal tegengesteld ten opzichte van 30 elkaar op de rotor 1 bevestigd, zodat op elk rotorsegment 2, 3 een dubbele 6 spiraal van vingers 12 is gevormd. Aldus heeft de rotor 1 een relatief grote zijwaartse werking. Bovendien is de rotor 1 tijdens werking meer in balans. Als optie kunnen nog meer spiraalsegmenten van vingers op de rotor worden toegevoegd, bijvoorbeeld om een nog grotere zijwaartse werking te 5 verkrijgen. Ook zijn andere posities van vingers op de rotor mogelijk, bijvoorbeeld langs een in omtreksrichting verspringende spiraalcontour.
Opgemerkt wordt de rotorsegmenten 2, 3 ongeveer dezelfde lengte hebben, zodat de rotor 1 ongeveer nabij het midden, in axiale richting gezien, de grootste dwarsoppervlakte heeft. Het is echter ook mogelijk de 10 segmenten in verschillende lengtes uit te voeren, zodat de rotor asymmetrisch is gevormd. Daarnaast is het mogelijk één van beide rotorsegmenten in tegengestelde oriëntatie aan te brengen, zodat een conisch toelopend uiteinde van het ene segment is bevestigd aan een uiteenlopend uiteinde van het andere segment. Voorts kan de rotor in 15 principe ook met slechts één conisch gevormd segment worden uitgevoerd, zodat een zeer eenvoudig te verkrijgen constructie is verkregen.
Figuur 5 toont een schematisch perspectivisch aanzicht van een landbouwmechanisme 20 met de kneuzer 11 die is getoond in Figuur 2. De rotor 1 is opgehangen in een frame 21 waaraan ook een maaibalk 23 is 20 bevestigd voor het maaien van het product. Voorts omvat het landbouwmechanisme 20 een aandrijving 21 voor het extern aandrijven van de rotor 1. De ruimte waarin de kneuzer 11 is opgesteld, is althans deels omgeven door een kap 24 die niet alleen is aangebracht uit veiligheidsoverwegingen, maar ook om een gewenste luchtstroom te 25 veroorzaken voor het evenredig spreiden van het gemaaide product.
De uitvinding is niet beperkt tot de hier beschreven uitvoeringsvoorbeelden. Vele varianten zijn mogelijk.
Zo kan een kneuzer een meervoudig aantal samenstellen van rotorsegmenten omvatten waarbij elk samenstel een tweetal conisch 30 gevormde segmenten omvat waarvan de lichaamsassen in eikaars verlengde 7 liggen en waarbij de conisch toelopende uiteinden van beide segmenten van elkaar af zijn gekeerd. De lichaamsassen van de rotorsegmenten van de samenstellen kunnen in eikaars verlengde liggen of parallel, op afstand zijn gepositioneerd, zodat een meervoudig aantal rotors is verkregen.
5 Dergelijke varianten zullen de vakman duidelijk zijn en worden geacht te liggen binnen het bereik van de uitvinding, zoals verwoord in de hiernavolgende conclusies.
2001179

Claims (6)

1. Kneuzer voor het bewerken van een gemaaid product, omvattende een extern aandrijfbare rotor die aan de buitenmantel is voorzien van radiaal uitstekende vingers, waarbij de rotor een conisch gevormd segment omvat.
2. Kneuzer volgens conclusie 1, waarbij de rotor een tweetal conisch gevormde segmenten omvat waarvan de lichaamsassen in eikaars verlengde liggen en waarbij de conische toelopende uiteinden van beide segmenten van elkaar zijn afgekeerd.
3. Kneuzer volgens conclusie 2, waarbij de conisch uiteenlopende 10 uiteinden van beide segmenten aan elkaar zijn bevestigd.
4. Kneuzer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de vingers zich elk in hoofdzaak radiaal even ver uitstrekken ten opzichte van de buitenmantel van de rotor.
5. Kneuzer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de vingers, 15 axiaal gezien, in hoofdzaak evenredig verdeeld zijn over de rotor.
6. Kneuzer volgens één der voorgaande conclusies, waarbij vingers spiraalvormig over de buitenmantel van de rotor zijn aangebracht. 2001179'
NL2001179A 2008-01-11 2008-01-11 Kneuzer. NL2001179C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001179A NL2001179C2 (nl) 2008-01-11 2008-01-11 Kneuzer.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2001179A NL2001179C2 (nl) 2008-01-11 2008-01-11 Kneuzer.
NL2001179 2008-01-11

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2001179C2 true NL2001179C2 (nl) 2009-07-14

Family

ID=39673444

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2001179A NL2001179C2 (nl) 2008-01-11 2008-01-11 Kneuzer.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2001179C2 (nl)

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH240730A (de) * 1944-05-31 1946-01-31 Schnell Bruno Zettmaschine, insbesondere zum Ausbreiten von Gras.
US2916869A (en) * 1958-05-15 1959-12-15 Edwards Delbert Straw dump spreader
NL7117406A (nl) * 1971-01-06 1972-07-10
GB2169784A (en) * 1985-01-22 1986-07-23 Fortschritt Veb K Cut material distribution in a harvesting machine
EP1222849A1 (en) * 2001-01-10 2002-07-17 Lely Enterprises AG Mowing and crushing device

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
CH240730A (de) * 1944-05-31 1946-01-31 Schnell Bruno Zettmaschine, insbesondere zum Ausbreiten von Gras.
US2916869A (en) * 1958-05-15 1959-12-15 Edwards Delbert Straw dump spreader
NL7117406A (nl) * 1971-01-06 1972-07-10
GB2169784A (en) * 1985-01-22 1986-07-23 Fortschritt Veb K Cut material distribution in a harvesting machine
EP1222849A1 (en) * 2001-01-10 2002-07-17 Lely Enterprises AG Mowing and crushing device

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US11666001B2 (en) Weed seed destruction
AU2004201275B2 (en) Cleaning chamber and method for a sugarcane chopper harvester
AU2023200989B2 (en) Weed seed destruction
US6910321B2 (en) Air-assisted, topper/shredder for sugar cane harvester
EP2407022B1 (de) Maschine zur Ernte stängelartiger Pflanzen mit einer elektromotorisch angetriebenen Schneideinrichtung
EP1479282B1 (de) Häckselmesser für einen Strohhäcksler
NL2001179C2 (nl) Kneuzer.
CN110506491B (zh) 风扇支撑臂
JP4361376B2 (ja) 作物の処理装置と、この処理装置を用いた草刈り機
US20100115904A1 (en) Sugarcane harvester with a rotating member and a counter rotating blade member
CN111279882A (zh) 执行器的可调风扇外壳
EP3881665A1 (de) Mulchgerät zur bearbeitung von pflanzenstoppeln
EP3536142B1 (en) Picking roller and front attachment for harvesting stalky crops
EP0401874A1 (de) Messerradhäcksler
EP3132668B1 (de) Heuwerbungsmaschine mit verbessertem kreiselarm
US20230337588A1 (en) Weed seed destruction
DE1915534C3 (de) Rasenmäher
US20220030770A1 (en) Agricultural Implement for Field-Collection, Pulverization and Field-Dispersement of Flax or Hemp Straw
EP1543714A2 (de) Gerät zum Ernten von Mais
DD287599A7 (de) Schneidwurftrommel fuer feldhaecksler
DE3541523A1 (de) Messerradhaecksler
GB2327588A (en) Apparatus for treating crops
EP0983719A2 (de) Sauggebläse für die Aufnahme und Weitergabe von Mähgut, Kehrgut und dgl.
SE505758C3 (sv) Gräsklippare med vertikalaxlade rotorer och med hjul under åtminstone en rotor samt rotorenhet för en dylik gräsklippare
DE1135236B (de) Trommelgeblaese zum Reinigen von erdroschenem Gut, insbesondere in Maehdreschern

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110801