NL2000710C2 - Inrichting voor het uitlezen van een verbruikmeter voor stroom, gas en/of water. - Google Patents

Description

Inrichting voor het uitlezen van een verbruikmeter voor stroom, gas en/of water

De uitvinding verschaft een inrichting voor het uitlezen van een verbruikmeter, in het bijzonder een verbruikmeter voor stroom, gas en/of water, een samenstel van een 5 dergelijke inrichting met een verbruikmeter en een pakket van onderdelen.

Verbruikbesparing op het gebied van elektriciteit, gas en water kan door middel van technologie (zuinigere apparatuur, betere isolatie) en door middel van gedragsverandering. Om op langere termijn succesvol gedrag te kunnen beïnvloeden is 10 een directe terugkoppeling van het effect van het gedrag noodzakelijk. Studies hebben uitgewezen dat real-time feedback energie besparingen oplevert tussen de 10 en 20%.

Van continue terugkoppeling van het huidige energieverbruik zijn industriële voorbeelden van energiemonitoring bekend, maar deze inrichtingen zijn dusdanig 15 complex en kostbaar dat dergelijke oplossingen niet geschikt zijn voor huishoudelijk gebruik.

Uit octrooiaanvrage nr. CA2077955 is een energiemonitor bekend, die gebruikt maakt van een scanner die de beweging van een gemarkeerde roterende schijf registreert. Een 20 dergelijke draaiende schijf is in sommige types stroomverbruikmeters bekend. Nadeel is dat deze meter ingrijpende technische aanpassingen vraagt bij installatie, waardoor installatie slechts mogelijk is door technisch onderlegde personen. Verder is de meter slechts voor stroommeters met een roterende schijf geschikt.

25 Ook uit EP0995124 op naam van TNO is een energiemonitorsysteem bekend. Deze omvat een optische sensor die omwentelingen van bewegende delen in een verbruiksmeter kan volgen, gekoppeld aan een computer, waarbij gebruik wordt gemaakt van LED verlichting om een betere uitlezing mogelijk te maken. Deze inrichting kan worden gebruikt om een gemarkeerde schijf zoals voor sommige typen 30 stroomverbruikmeters bekend te volgen.

Uit octrooiaanvrage nr. EP0380046 is een meter bekend waarmee meters voor elektrische stroom, gas- en waterverbruik kunnen worden gevolgd. Deze meter maakt 2 gebruik van een lichtbron en een optische sensor, waarmee gemarkeerde roterende delen van de verbruikmeter kunnen worden waargenomen.

Het is een doel van de uitvinding een inrichting te verschaffen die eenvoudiger te 5 installeren is als de bekende inrichtingen.

De uitvinding verschaft daartoe een inrichting kennelijk geschikt voor het uitlezen van een verbruikmeter, in het bijzonder een verbruikmeter voor stroom, gas en/of water, omvattende: leesmiddelen ingericht voor het registreren van een signaal van de verbruikmeter, een met de leesmiddelen verbonden rekeneenheid, geprogrammeerd 10 voor het omzetten van het geregistreerde signaal naar een verbruikwaarde, met de rekeneenheid verbonden uitvoermiddelen voor uitvoer van de verbruikwaarde, en bevestigingsmiddelen voor losneembare bevestiging van de inrichting op de verbruikmeter. Een dergelijke inrichting is eenvoudig op een conventionele verbruikmeter aan te brengen middels de bevestigingsmiddelen. De leesmiddelen 15 kunnen verschillende soorten geschikte sensoren omvatten geschikt voor optisch aflezen van analoge of digitale meters van de verbruiksmeter. Onder de leesmiddelen worden tevens verstaan middelen om een digitale of analoge elektrische of optische uitgang van de verbruikmeter uit te lezen die een digitaal of elektrisch signaal afgeeft, via een datakabel of draadloze verbinding. Door de rekeneenheid te voorzien van geschikte 20 data, is de inrichting tevens geschikt te maken voor toepassing op verschillende conventionele verbruikmeters. De conventionele verbruiksmeter meet doorgaans slechts het cumulatieve gebruik, en geeft slechts kwalitatief informatie over het actuele gebruik op een bepaald moment door bijvoorbeeld een sneller of langzamer draaiende roterende schijf. De inrichting volgens de uitvinding zet het signaal van de conventionele meter 25 om in een verbruikswaarde die eenvoudig vergelijkbaar is met andere waarden. Een dergelijke waarde kan worden uitgevoerd, waarbij de uitvoermiddelen bij voorkeur een display zijn. Het is voordelig indien de uitvoermiddelen op afstand van de verbruikmeter zijn gelegen. De verbruiksmeter is immers zelf doorgaans in een moeilijk toegankelijke meterkast geplaatst: door de uitvoermiddelen op afstand te plaatsen 30 (bijvoorbeeld via een draad of draadloze verbinding) wordt voor een gebruiker een betere terugkoppeling op zijn gebruik mogelijk.

In een voorkeursuitvoering omvatten de leesmiddelen een optische sensor. Een optische sensor maakt het eenvoudig mogelijk zichtbare signalen van de verbruikmeter op te 3 vangen, hetgeen een brede toepasbaarheid geeft omdat de meeste verbruikmeters een zichtbaar signaal afgeven. De leesmiddelen kunnen bijvoorbeeld zijn ingericht voor het waarnemen van een draaiende schijf voorzien van markeringen, een digitale uitvoer of een pulserend licht of een veranderende stand van een teller. Bij voorkeur is de 5 inrichting volgens de uitvinding ingericht voor het waarnemen van meerdere soorten signalen, zoals optische elektrische of digitale signalen, zodat de inrichting op meerdere verschillende soorten meters kan worden toegepast.. De inrichting kan tevens voorzien zijn een elektrische of digitale uitvoer welke de gegevens doorgeeft van het actuele verbruik. Doorgaans zal het hiervoor noodzakelijk zijn om de inrichting voor 10 een bepaalde type verbruikmeter in te stellen, hetgeen zowel hardwarematig of softwarematig kan worden geïmplementeerd, bij voorkeur door automatische typeherkenning. Dit is bijvoorbeeld realiseerbaar wanneer de rekeneenheid is voorzien van een bestand waarin kenmerken van verschillende meters zijn opgenomen, waarbij aan de hand van de waargenomen signalen het type wordt bepaald en ingesteld.

15 Anderzijds is het ook denkbaar de instellingen voor verschillende types middels een handmatige schakelaar te kiezen. Een dergelijke inrichting is universeel toepasbaar, en kan ook in de toekomst bruikbaar blijven door het toevoegen van nieuwe types aan het bestand.

20 Bij voorkeur omvat de optische sensor een digitale camera. Een digitale camera maakt het bijzonder eenvoudig een universeel bruikbare inrichting volgens de uitvinding te maken. Middels herkenningssoftware, bijvoorbeeld herkenningssoftware voor tekens zoals bekend voor scanners, is het bijzonder eenvoudig uit veranderende beelden een verbruik af te leiden.

25

In een voorkeursuitvoering is de optische sensor ingericht voor het meten van een signaal tijdens een meetperiode, waarbij de meetperiode wordt uitgevoerd met een meetfrequentie heeft die ten minste gelijk aan of groter is dan een vooraf bepaalde maximale signaalfrequentie van het signaal van de verbruikmeter. Door te meten met 30 een interval wordt het energiegebruik van de inrichting geminimaliseerd ten opzichte van een inrichting die continu meet, hetgeen in het bijzonder van belang is wanneer de inrichting op batterijen loopt. De maximale signaalfrequentie wordt bepaald door het maximaal te verwachten piekgebruik. Bijvoorbeeld bij een meter met draaischijf bepaalt het piekgebruik de maximale rotatiesnelheid, en daarmee de maximale frequentie 4 waarmee markeringen op de draaischijf de optische sensor zullen passeren. Door een meetfrequentie groter te kiezen dan de maximale signaal frequent ie wordt voorkomen dat bij hoge snelheden de markering op de draaischijf de sensor kan passeren zonder geregistreerd te worden door de sensor. Om de besparing in energiegebruik van de 5 inrichting te maximaliseren wordt de meetfrequentie bij voorkeur tussen 80% en 100% van de maximale signaalfrequentie gekozen.

Het is voordelig indien de inrichting tevens is voorzien van verlichtingsmiddelen ingericht voor samenwerking met de optische sensor. De verlichtingsmiddelen 10 (bijvoorbeeld een LED-licht) verbeteren de mogelijkheden om signalen op te vangen van verbruikmeters die in bijvoorbeeld een donkere meterkast moeilijk detecteerbaar zijn, zoals een draaiende schijf of een analoge teller. Bij een draaiende schijf kunnen bijvoorbeeld signalen in de vorm van reflecties worden opgevangen van markeringen. Voor een analoge teller verbetert de verlichting de mogelijkheden om bijvoorbeeld met 15 een digitale camera een opname te maken die vervolgens middels optische herkenningsoftware de opname kan omzetten naar een getalswaarde. In een voorkeursuitvoering bestaan de verlichtingsmiddelen uit pulserend LED-licht met een vooraf bepaalde pulsfrequentie en pulsduur, bijvoorbeeld elke 20 ms een lichtpuls met een duur van 0.25 ms. Een dergelijk pulserend LED-licht is in het bijzonder geschikt 20 voor gebruik bij een draaischijf of analoge teller. Een dergelijke meter maakt het mogelijk om op betrouwbare wijze omwentelingen van de schijf/teller waar te nemen (bijvoorbeeld door een digitale camera). Zowel bij relatief snelle als relatief langzame verbruikmeters (veel/weinig omwentelingen per verbruikseenheid), en zowel bij relatief laag als relatief hoog verbruik, is het mogelijk de verbruikmeter op betrouwbare wijze 25 uit te lezen. Voor verbruikmeters die zelf licht afgeven, zoals een verlichte digitale teller met verlichting of een pulserend lichtsignaal, is een verlichtingsmiddel doorgaans niet nodig, en kunnen de verlichtingsmiddelen uitgeschakeld blijven.

Bij voorkeur zijn de verlichtingsmiddelen ingericht voor verlichting middels pulserend 30 licht met een vooraf bepaalde pulsduur en pulsfrequentie, waarbij de pulsfrequentie overeen komt met de meetfrequentie van de optische sensor, en waarbij de pulsduur gelijk aan of groter is dan de meetperiode. Aldus kan het energiegebruik van de inrichting met verlichtingsmiddelen worden geminimaliseerd ten opzichte van een inrichting waarbij de verlichtingsmiddelen continu aan staan. De pulsfrequentie en 5 pulsduur van de verlichtingsmiddelen worden dusdanig gekozen, dat de meting door de optische sensor steeds plaats vindt tijdens de lichtpuls, aangezien de signaalbron tijdens de lichtpuls optimaal verlicht is.

5 Bij voorkeur is de rekeneenheid geprogrammeerd voor het uit de geregistreerde signalen berekenen van energieverbruik per tijdseenheid. De meeste verbruiksmeters (zoals stroommeters met een draaiende schijf) zijn niet in staat een vergelijkbare waarde te geven voor energiegebruik per tijdseenheid. Bij voorkeur is de rekeneenheid voorzien van opslagmiddelen voor vastleggen van geregistreerde signalen en/of 10 verbruikswaarden, zodat bijvoorbeeld verbruiksgrafieken kunnen worden gemaakt waaruit voor de gebruiker nuttige informatie over bijvoorbeeld het energiegebruik van bepaalde apparaten zoals airconditioning kan worden afgeleid.

In een voorkeursinrichting is de rekeneenheid verbonden met een database met actuele 15 prijzen van door de verbruikmeter geregistreerde verbruiksmiddelen, in het bijzonder elektrische stroom, gas en/of water, waarbij de rekeneenheid is geprogrammeerd voor het uit de geregistreerde signalen berekenen van kosten van het geregistreerde verbruik. Het weergeven van kosten, bij voorkeur per tijdseenheid, heeft bij de technisch minder onderlegde gebruiker een groter effect dan het weergeven van bijvoorbeeld 20 hoeveelheden water, stroom en/of gas.

In een voorkeursuitvoering omvatten de uitvoermiddelen een draadloze aansluiting. Door een draadloze aansluiting is het voor een gebruiker bijzonder eenvoudig terugkoppeling te krijgen op zijn verbruikgedrag. Zo kan een gebruiker de 25 uitvoermiddelen meenemen naar een apparaat en de invloed van het in- dan wel uitschakelen van het apparaat op elektriciteit, gas of watergebruik zien. De draadloze verbinding kan door elk uit de stand van techniek bekend draadloze protocol plaatsvinden, zoals wifi of Bluetooth.

30 Het is voordelig indien de bevestigingsmiddelen loskoppelbaar met de inrichting verbonden zijn. Aldus is het eenvoudig de bevestigingsmiddelen aan te passen aan een bepaald type verbruikmeter, of aan de voorkeuren van een gebruiker.

6

In een voorkeursuitvoering omvatten de bevestigingsmiddelen ten minste één verankerelement geschikt voor aangrijpen op een oppervlak van de verbruikmeter.

Aldus is het eenvoudig de inrichting met de verbruikmeter te verbinden.

5 Het is voordelig indien het verankerelement een zelfklevende laag omvat. Een zelfklevende laag is universeel toepasbaar op veel verschillende oppervlakken, en kan bijvoorbeeld gerealiseerd worden door middel van dubbelzijdig klevende tape. Doorgaans is de zelfklevende laag eenvoudig weer te verwijderen.

10 In een voorkeursuitvoering omvat het verankerelement een zuignap. Een zuignap, waarvan in de stand van techniek diverse modellen bekend zijn, maakt een stevige losneembare bevestiging van de inrichting mogelijk, waarbij geen sporen van de bevestiging op de inrichting achterblijven.

15 Het is voordelig indien de bevestigingsmiddelen ten minste twee verankerelementen omvatten voorzien van een de verankeringsmiddelen verbindend positioneringselement, waarbij de verankerelementen zijn ingericht voor het aan weerszijden van een verbruikmeter aangrijpen. Aldus wordt een bijzonder stabiele bevestiging van de inrichting op een verbruiksmeter mogelijk. Het positioneringselement is bij voorkeur in 20 hoofdzaak vervaardigd uit een veerkrachtig materiaal, waardoor het mogelijk wordt een inrichting volgens de uitvinding onder voorspanning op een verbruikmeter aan te brengen.

In een voorkeursinrichting is de inrichting voorzien van stelmiddelen voor het 25 positioneren van de leesmiddelen ten opzichte van een signaalbron van de verbruikmeter. Aldus is het eenvoudig mogelijk het door de inrichting geregistreerde signaal te optimaliseren. De stelmiddelen kunnen in elke gewenste richting ten opzichte van de signaalbron instelbaar zijn. Doorgaans is met name de verticale oriëntatie en de horizontale oriëntatie van belang ten opzichte van de signaalbron. Echter bij voorkeur is 30 tevens de afstand tot de signaalbron en de invalshoek met de signaalbron instelbaar. Dit is in het bijzonder van belang bij het gebruik van een digitale camera als optische sensor, waarbij het van belang is de camera goed met de signaalbron uit te lijnen. De signaalbron kan bijvoorbeeld een draaiende schijf, pulserend licht of lopende teller zijn.

7

In een voorkeursuitvoering zijn de stelmiddelen geïntegreerd met de bevestigingsmiddelen. Aldus is een compact uitvoering van de inrichting mogelijk. Het is tevens denkbaar de stelmiddelen als losneembare module uit te voeren.

5 De uitvinding verschaft tevens een samenstel van een inrichting volgens één der voorgaande conclusies en een verbruikmeter, waarbij de inrichting met behulp van de bevestigingsmiddelen losneembaar is bevestigd aan de meter, en waarbij de uitleesmiddelen van de inrichting samenwerken met een signaalbron van de verbruikmeter. Een dergelijk samenstel maakt het mogelijk een waarde voor het actuele 10 verbruik op het moment van meten vast te stellen. Bij voorkeur is de inrichting verbonden met een bron van gegevens voor verbruikkosten, waardoor een actuele weergave van verbruikkosten mogelijk is.

De uitvinding verschaft tevens een pakket van onderdelen, omvattende een inrichting 15 kennelijk geschikt voor het uitlezen van een verbmikmeter, en bevestigingsmiddelen kennelijk geschikt voor het bevestigen van de inrichting met een verbruikmeter. Tevens kan een dergelijk pakket software omvatten geschikt voor het verwerken van output van de inrichting, bijvoorbeeld voor gebruik op een computer.

20 De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van de volgende voorbeelden.

Figuur la-ld tonen enkele voorkeursuitvoeringen van een inrichting volgens de uitvinding.

Figuren 2a en 2b tonen nog twee andere voorkeursuitvoeringen.

25 Figuur 3 toont schematisch de werking van een inrichting volgens de uitvinding.

Figuur la toont een verbruikmeter 1, bijvoorbeeld voor elektrisch stroomverbruik, waarin een cumulatieve meter 2 is opgenomen die het totaalverbruik aangeeft, en een draaischijf 3 voorzien van een markering 4 die draait met een rotatiesnelheid die 30 afhankelijk is van het actuele stroomgebruik. Een dergelijke stroomverbruikmeter 1 is uit de stand van techniek bekend.

Op de stroomverbruikmeter 1 is een inrichting 5 volgens de uitvinding aangebracht.,

De inrichting 5 omvat een optische sensor (niet afgebeeld in deze figuur) welke de rotatiesnelheid van de draaischijf 3 registreert. De inrichting 5 kan voorzien zijn van 8 batterijen binnen de behuizing van de inrichting 5, of aansluitmiddelen voor een externe stroombron. In een andere voorkeursuitvoering wordt geen draaiende schijf 3 maar verandering in de cumulatieve teller 2 gemeten, bijvoorbeeld middels een digitale camera voorzien van software voor de herkenning van tekens zoals die bekend is uit 5 scanners, zodat de getalswaarden 2 herkend kunnen worden.

Op de verbruikmeter 1 zijn aan weerszijden van de inrichting 5 verankerelementen 6 aangebracht, waartussen een bij voorkeur elastische spandraad 7 is gespannen die aangrijpt op een verticale uitsparing 8 van de inrichting 5. Het is tevens denkbaar in plaats van de verticale spandraad 7 een spandraad horizontaal te spannen, waarbij deze 10 aangrijpt op de horizontale uitsparing 9. Ook is het denkbaar om spandraden zowel op de verticale uitspraing 8 als de horizontale uitsparing 9 aan te laten grijpen, waarbij ook diagonale spandraden denkbaar zijn. De inrichting kan in een 90 graden gedraaide oriëntatie gebruikt worden, hetgeen voor sommige type meters een beter resultaat geeft. Doordat de inrichting 5 losneembaar is verbonden met de spandraad 7 kan de inrichting 15 eenvoudig op de meest voordelige meethoogte gepositioneerd worden. Tevens is het eenvoudig de meetinrichting te verwijderen, bijvoorbeeld voor gebruik bij een andere meter, of indien onderhoud aan de verbruikmeter 1 dient te worden gepleegd.

De meetinrichting 5 is verbonden met een rekeninrichting 10 die voorzien is van een display 11. In dit voorbeeld is gebruik gemaakt van een verbinding met een draad 12, 20 het heeft echter de voorkeur als de verbinding draadloos is, bijvoorbeeld via een radiosignaal verbinding bijvoorbeeld volgens een wifi of Bluetooth-protocol, of andere in de stand van techniek bekende draadloze dataoverdracht. De verbruikmeter 1 is namelijk doorgaans geplaatst in een moeilijk toegankelijke ruimte zoals een meterkast, waar een gebruiker geen directe feedback krijgt van zijn energiegebruik. Een draadloze 25 verbinding maakt het mogelijk dat de gebruiker op elk gewenst ogenblik terugkoppeling krijgt over zijn gebruik. De rekeninrichting 10 is verder voorzien van bedieningsknoppen 13 en aansluitmiddelen 14 voor dataverkeer, zoals een USB aansluiting. Tevens kan het display informatie geven over de juiste instelling van de sensor. Zo kan bijvoorbeeld een knipperende punt op de LCD display visuele feedback 30 geven over de geregistreerde schijfrotatie. Dit vergemakkelijkt de installatieprocedure en geeft aan dat de optische sensor op de juiste positie is geïnstalleerd tegen de voorzijde van de verbruikmeter.

Overigens is het ook denkbaar dat in plaats van een afzonderlijke, externe rekeninrichting wordt gebruikt, bijvoorbeeld een computer voorzien van geschikte 9 software. In dat geval neemt het beeldscherm van de computer de functie van het display 11 over.

Via het display 11 kan de gebruiker door de software in de rekeneenheid bepaalde gegevens over zijn gebruik van elektrische stroom, gas en/of water zien (afhankelijk van 5 de verbruikmeter die wordt bekeken), zoals het gebruik per tijdseenheid (bijvoorbeeld per minuut, per uur, per dag, per week, per maand of per jaar), actuele gebruik (real-time), totale gebruik, en de daar van afgeleide kosten van het gebruik. Naast een cijfermatige indicatie kan tevens gebruik worden gemaakt van grafische representatie van de gegevens, zoals een grafiek of staafdiagram. Hierdoor krijgt de gebruiker directe 10 input over zijn verbruik van elektriciteit, gas en/water, hetgeen leidt tot een bewuster gebruik en energie- en waterbesparing.

Figuur lb toont de inrichting 5 uit figuur la in een zijaanzicht. Te zien is dat een optische sensor 15 van de inrichting 5 ter hoogte van de draaischijf 3 is gepositioneerd. 15 Bij voorkeur is de inrichting 5 voorzien van verlichtingsmiddelen 16, zoals een LED-lamp, die de roterende schijf 3 beschijnt, waardoor reflecties van de schijf 3 en de markering 4 betrouwbaar kunnen worden geregistreerd. De optische uitlezer is bedoeld om de draaiende meterschijf bij voorkeur met behulp van pulserend LED licht in een donkere meterkast te kunnen uitlezen zonder verstoringen als gevolg van donker en 20 licht veranderingen. De inrichting 5 grijpt aan op een glasplaat 17 van de verbruikmeter 1 met een veerkrachtig aangrijpelement 18, gemaakt uit bijvoorbeeld rubber. Dit veerkrachtige aangrijpelement 18 voorkomt ongewenste verplaatsing van de inrichting tijdens gebruik. Tevens schermt het aangrijpelement het door de sensor 15 bestreken gebied af van externe lichtbronnen, waardoor de kans op verstoringen wordt verlaagd.

25 In een voorkeursuitvoering is de sensor 15 een digitale camera, die bijvoorbeeld per tijdseenheid een beeld neemt. De beelden middels hcrkcnningssoftware (aanwezig in de rekeneenheid 10) worden omgezet naar een indicatie van het gebruik per tijdseenheid. Gebruik van een digitale camera maakt het eenvoudig mogelijk de inrichting voor veel verschillende soorten meters toepasbaar te maken, doordat slechts aanpassing van de 30 herkenningssoftware nodig is. Gezien de eenvoud en kleine omvang van de te meten beelden kan de digitale camera een lage resolutie hebben.

In figuur lc is de inrichting volgens de uitvinding geplaatst op een moderne verbruikmeter 20, waarbij in plaats van een gemarkeerde roterende schijf 3 gebruik 10 wordt gemaakt van een knipperend lichtelement 21, waarbij de knipperfrequentie indicatief is voor het actuele verbruik. De inrichting 5 volgens de uitvinding is universeel toepasbaar en kan ook deze dynamische verandering waarnemen door de optische sensor 15 ter hoogte van het lichtelement 21 te positioneren.

5 Verlichtingsmiddelen 16 kunnen bij deze toepassing uitgeschakeld worden. In deze voorkeursuitvoering is de inrichting 5 verder voorzien van geïntegreerde stelmiddelen 22, waarmee de afstand tot de verbruikmeter 20 kan worden afgesteld. De stelschroeven 22 steunen af op de gebruikmeter 20 middels voetjes 23. Stelmiddelen 22 zijn met name voordelig wanneer de universele inrichting 5 voorzien van een digitale kamera getallen 10 moet uitlezen (zoals cumulatieve meter 2 in figuur la), waarbij een vlakke positionering van belang is voor het functioneren van herkenningssoftware.

Figuur ld toont een alternatieve voorkeursuitvoering van de inrichting 5 uit de voorgaande figuren, waarbij de stelmiddelen zijn geïntegreerd in een losneembare 15 adapter 24. Door de drie schroeven kan zeer precies de invalshoek van de sensor met de verbruikmeter 1 worden ingesteld.

Figuur 2a toont een alternatieve voorkeursuitvoering van een inrichting 30 zoals hierboven beschreven. Deze inrichting wordt middels een zuignap 31 op de 20 verbruikmeter 32 verankerd, waarna stelmiddelen richting (35, gebruikt kunnen worden om de optische sensor 33 van de inrichting 30 (bij voorkeur een digitale camera) optimaal te positioneren ten opzichte van de af te lezen teller 34 van de verbruikmeter. De stelmiddelen 35, 36 in dit voorbeeld verplaatsen in zowel verticale richting als in de afstand tot de teller 34; bij voorkeur zijn tevens stelmiddelen in horizontale richting in 25 het vlak parallel aan de teller 34 aanwezig.

Figuur 2b toont weer een andere voorkeursuitvoering van de inrichting 40 volgens de uitvinding. De inrichting 40 is losneembaar gemonteerd op een verbruikmeter 41 middels een klembeugel 42, die aan weerszijden op de verbruikmeter aangrijpt en kan 30 worden vastgeklemd door een klemschroef 47. De klembeugel 41 kan op de gewenste verticale hoogte worden gepositioneerd, waarna de inrichting langs de beugel horizontaal gepositioneerd kan worden middels een stelschroef 43 in een horizontale sleuf 44 in de beugel 42. Aldus kan de optische sensor (niet afgebeeld, bij voorkeur een 11 digitale camera) van de inrichting optimaal gepositioneerd worden, bijvoorbeeld ter hoogte van het snelst veranderende nummer 45 van de verbruikteller 46.

Figuur 3 toont schematisch de werking van de inrichting volgens de uitvinding, waarbij 5 de verbrui kmeter 50 een verandering laat zien, die wordt geregistreerd door een sensor 51 (bijvoorbeeld een digitale camera die op vooraf bepaalde tijden een opname maakt, bijvoorbeeld elke seconde, elke 10 seconden, elke minuut). De computer 52 of rekeneenheid verwerkt deze gegevens en berekent hieruit de snelheid van verandering, en slaat deze op in een opslag 53, bijvoorbeeld een geheugen of ander opslagmedium.

10 De software van de computer 52 is aangepast aan het soort informatie dat de sensor aanlevert, dat bijvoorbeeld anders zal zijn bij registratie van een draaiende schijf (figuur la) als bij een knipperende lichtbron (figuur lc) als bij digitale beelden van een teller (fig. 2a of 2b). Met behulp van data 54 kan de verandering worden omgezet naar een maat voor bijvoorbeeld elektrisch stroomverbruik, gasverbruik en/of waterverbruik, 15 afhankelijk van het type meter. Hiertoe dient voor het gebruikte type meter uit de data 54 bekend te zijn welke waarde in verbruik bij een bepaalde frequentie van roteren/pulseren/tellen hoort, waarna het gebruik eenvoudig kan worden afgeleid. In CA2077955, EP0995124 en EP 0380 046 zijn enkele verschillende voorbeelden bekend van hoe een dergelijke berekening kan worden uitgevoerd. Bij voorkeur bevatten de 20 data tevens prijzen van het gebruik per eenheid, zodat de data tevens direct worden omgezet naar gebruikskosten. Bij voorkeur kan softwarematig of hardwarematig het type worden ingesteld waaraan gemeten wordt, maar dit kan tevens via automatische detectie worden gedaan. Bij voorkeur worden de data via een externe bron 55, bijvoorbeeld internet, steeds bij gewerkt, zodat steeds een actuele weergave van de 25 kosten wordt gegeven. De uiteindelijke berekende gebruiken en kosten worden via output (zoals een beeldscherm) aan de gebruiker teruggekoppeld, bijvoorbeeld in valuta, Watt, kWh/tijd, valuta/jaar, puls en dergelijke, waardoor bij de gebruiker een bewustzijn van zijn gebruiksgedrag wordt gestimuleerd.

30 In een voorkeursuitvoering bestaan de verlichtingsmiddelen van de sensor inrichting uit pulserend LED-licht met een vooraf bepaalde pulsfrequentie en pulsduur. Een dergelijk pulserend LED-licht is in het bijzonder geschikt voor gebruik bij een verbruiksmeter voorzien van een draaischijf of analoge teller. Een dergelijke meter maakt het mogelijk om op betrouwbare wijze omwentelingen van de schijf/teller waar te nemen. Zowel bij 12 relatief snelle als relatief langzame verbruikmeters (veel/weinig omwentelingen per verbruikseenheid), en zowel bij relatief laag als relatief hoog verbruik, is het mogelijk de verbruikmeter op betrouwbare wijze uit te lezen. Door pulserend LED-licht te gebruiken wordt door de inrichting minder stroom verbruikt dan met een verlichting die 5 continue de schijf of teller verlicht. De ingestelde pulsfrequentie en pulsduur kunnen worden gekozen afhankelijk van de snelheid waarmee de draaischijf of teller loopt, zoals hieronder zal worden uitgelegd.

De periode dat LED-licht van de inrichting uit is moet maximaal gekozen worden i.v.m. 10 elektriciteitsverbruik, maar is anderzijds afhankelijk van de rotatiesnelheid van de draaischijf of teller. In dit voorbeeld wordt uitgegaan van een maximaal energiegebruik in een huishouden van 10 kW op een bepaald moment. In een veel gebruikt type energiemeter resulteert die is ingesteld op 10.000 pulsen/kWh, hetgeen overeen komt met ongeveer 3 pulsen/sec. voor een verbruikmeter waarvan de draaischijf draait met 15 1.000 rotaties per kWh (een relatief snel draaiende meter). Een puls is in dit geval het passeren van de markering van de draaischijf langs de optische sensor. De omtrek van de draaischijf geeft een reflectie van de verlichting, maar niet op de markering. Het gemarkeerde deel van de schijf is in dit voorbeeld bepaald op 1/72 deel van omtrek van de meterschijf. In een geval waarbij de draaischijf ronddraait in 360 ms, komt de tijd 20 waarin de reflectie wordt onderbroken overeen met 0.36 sec/72 = 5 ms. Voor een betrouwbare meting moeten met zekerheid dus ten minste elke 5 ms twee metingen plaatsvinden. Dit resulteert in een lichtpuls van de verlichting en gelijktijdige pulsmeting van de inrichting moet plaatsvinden met een interval van minder dan 5 ms, overeenkomend met een minimale meetfrequentie van 200 metingen per seconde.

25 Doordat het licht niet constant aan hoeft te staan wordt het energieverbruik verminderd, hetgeen in het bijzonder van belang is voor een inrichting op batterijen, die hierdoor minder vaak vervangen of heropgeladen hoeven te worden.

Voor verbruikmeters die zelf licht afgeven, zoals een digitale teller met pulserend 30 lichtsignaal, is een verlichtingsmiddel niet nodig. Door deze uit te schakelen wanneer een dergelijke digitale meter wordt gedetecteerd kan significant electriciteitverbruik worden verlaagd. Het piekenergiegebruik is bijvoorbeeld 10 kW op een bepaald moment, overeenkomend met 100.000 pulsen/kWh of 28 pulsen/sec. voor een verbruikmeter met 10.000 r/kWh. De ‘rotaties’ komen overeen met lichtpulsen van de 13 verbruikmeter. In dit voorbeeld duurt één pulscyclus 36 ms met een pulsduur van 10 ms. Er moet pulsmeting plaatsvinden tenminste 2 maal binnen de tijd van de pulsduur van de verbruiksmeter. Dit komt overeen met een pulsmeting van de inrichting binnen een interval kleiner dan 10 ms, overeenkomend met een frequentie van 100 metingen 5 per seconde.

In een voorkeursuitvoering is gekozen voor een lichtpuls interval en meetinterval van 10 ms. (OFF-periode) met een meetperiode van 0.05 ms. (ON-periode). Hierdoor wordt het energiegebruik dusdanig laag dat in een prototype is bepaald dat gedurende 10 minimaal 6 maanden energie-monitoring kan plaatsvinden op 4 stuks standaard AA batterijen met inschakeling van LED-verlichting.

De bovenstaande voorbeelden zijn niet-limiterend, en bevatten verschillende technische kenmerken, die door een deskundige aan het vakgebied naar behoeven kunnen worden 15 gecombineerd.

Claims (18)

1. Inrichting kennelijk geschikt voor het uitlezen van een verbruikmeter, in het bijzonder een verbruikmeter voor stroom, gas en/of water, omvattende: - leesmiddelen ingericht voor het registreren van een signaal van de verbruikmeter, 5. een met de leesmiddelen verbonden rekeneenheid, geprogrammeerd voor het omzetten van het geregistreerde signaal naar een verbruikwaarde, - met de rekeneenheid verbonden uitvoermiddelen voor uitvoer van de verbruikwaarde, en - bevestigingsmiddelen voor losneembare bevestiging van de inrichting op de 10 verbruikmeter.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de leesmiddelen een optische sensor omvatten.

3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de optische sensor een digitale camera omvat.

4. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 2 of 3, met het kenmerk, dat de optische sensor is ingericht voor het meten van een signaal tijdens een meetperiode, 20 waarbij de meetperiode wordt uitgevoerd met een meetfrequentie heeft die ten minste gelijk aan of groter is dan een vooraf bepaalde maximale signaalfrequentie van het signaal van de verbruikmeter.

5. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 2-4, met het kenmerk, dat 25 de inrichting tevens is voorzien van verlichtingsmiddelen ingericht voor samenwerking met de optische sensor

6. Inrichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de verlichtingsmiddelen zijn ingericht voor verlichting middels pulserend licht met een 30 vooraf bepaalde pulsduur en pulsfrequentie, waarbij de pulsfrequentie overeen komt met de meetfrequentie van de optische sensor, en waarbij de pulsduur gelijk aan of groter is dan de meetperiode.

7. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de rekeneenheid is geprogrammeerd voor het uit de geregistreerde signalen berekenen van energieverbruik per tijdseenheid.

8. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de 5 rekeneenheid is verbonden met een database met actuele prijzen van door de verbruikmeter geregistreerde verbruiksmiddelen, in het bijzonder elektrische stroom, gas en/of water, waarbij de rekeneenheid is geprogrammeerd voor het uit de geregistreerde signalen berekenen van kosten van het geregistreerde verbruik.

9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de uitvoermiddelen een draadloze aansluiting omvatten.

10. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen loskoppelbaar met de inrichting verbonden zijn.

11. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen ten minste één verankerelement omvatten geschikt voor aangrijpen op een oppervlak van de verbruikmeter.

12. Inrichting volgens conclusie 11, met het kenmerk, dat het verankerelement een zelfklevende laag omvat.

13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het verankerelement een zuignap omvat. 25

14. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies 11-13, met het kenmerk, dat de bevestigingsmiddelen ten minste twee verankerelementen omvatten voorzien van een de verankeringsmiddelen verbindend positioneringselement, waarbij de verankerelementen zijn ingericht voor het aan weerszijden van een verbruikmeter 30 aangrijpen.

15. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van stelmiddelen voor het positioneren van de leesmiddelen ten opzichte van een signaalbron van de verbruikmeter.

16. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk, dat de stelmiddelen zijn geïntegreerd met de bevestigingsmiddelen.

17. Samenstel van een inrichting volgens één der voorgaande conclusies en een verbruikmeter, waarbij de inrichting met behulp van de bevestigingsmiddelen losneembaar is bevestigd aan de meter, en waarbij de uitleesmiddelen van de inrichting samenwerken met een signaalbron van de verbruikmeter.

18. Pakket van onderdelen, omvattende een inrichting kennelijk geschikt voor het uitlezen van een verbruikmeter, en bevestigingsmiddelen kennelijk geschikt voor het bevestigen van de inrichting met een verbruikmeter.