NL2000460C2 - Plantpot. - Google Patents

Plantpot. Download PDF

Info

Publication number
NL2000460C2
NL2000460C2 NL2000460A NL2000460A NL2000460C2 NL 2000460 C2 NL2000460 C2 NL 2000460C2 NL 2000460 A NL2000460 A NL 2000460A NL 2000460 A NL2000460 A NL 2000460A NL 2000460 C2 NL2000460 C2 NL 2000460C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
plant
side wall
plant pot
pot
support
Prior art date
Application number
NL2000460A
Other languages
English (en)
Inventor
Jacobus Cornelis Maria Van Benten
Marijtje Hoogendoorn
Original Assignee
Benten Jacobus Cornelis Maria
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Benten Jacobus Cornelis Maria filed Critical Benten Jacobus Cornelis Maria
Priority to NL2000460A priority Critical patent/NL2000460C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL2000460C2 publication Critical patent/NL2000460C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A01AGRICULTURE; FORESTRY; ANIMAL HUSBANDRY; HUNTING; TRAPPING; FISHING
    • A01GHORTICULTURE; CULTIVATION OF VEGETABLES, FLOWERS, RICE, FRUIT, VINES, HOPS OR SEAWEED; FORESTRY; WATERING
    • A01G9/00Cultivation in receptacles, forcing-frames or greenhouses; Edging for beds, lawn or the like
    • A01G9/12Supports for plants; Trellis for strawberries or the like
    • A01G9/122Stakes
    • A01G9/124Means for holding stakes upright in, on, or beside pots

Description

NL 9613-Me/td Plantpot
De uitvinding heeft betrekking op een plantpot van kunststof, voorzien van een bodem en een zich daar vanaf uitstrekkende opstaande zijwand waarvan de bovenzijde een opening van de plantpot begrenst.
5 Bij de teelt van planten worden veelal metaaldraad- bogen, stokjes of rekjes gebruikt ter ondersteuning van de plant in de kunststof pot. Deze steun wordt in de pot in de grond gestoken, waarna de plant aan deze plantsteun wordt bevestigd, of er om heen wordt gewikkeld. Deze plantsteun wordt 10 veelal door de wortelkluit heen gestoken tot op de potbodem, waardoor deze kluit wordt beschadigd. Vaak staat de plantsteun niet stevig in de grond waardoor er een instabiel geheel ontstaat. De kwaliteit van de grond bepaalt mede deze stabiliteit.
Doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen 15 van een verbeterde kunststof plantpot, waarin de boven vermelde bezwaren tenminste gedeeltelijk worden ondervangen.
Daartoe heeft de pot volgens de uitvinding het kenmerk dat aan de zijwand tenminste nabij de bovenzijde daarvan een of meer, van de zijwand zijdelings uitstekende geïntegreer-20 de opneemorganen voor het opnemen en tenminste gedeeltelijk vastzetten van een plantsteun, in het bijzonder een pootje daarvan.
Door de plantpot te voorzien van geïntegreerde middelen om één of meerdere plantsteunen te bevestigen, in het 25 bijzonder metaaldraad, bamboe, hout, of kunststof steunmateri-aal, is de bevestiging daarvan onafhankelijk van de grond in de pot. Daardoor is een meer betrouwbare ondersteuning van de plantsteun mogelijk.
Opgemerkt wordt dat het Britse octrooischrift 755.292 30 een aardewerken plantpot openbaart, waarbij in de bovenrand van de zijwand van de plantpot een aantal gaten is aangebracht die door de zijwand en uiteindelijk naar de buitenzijde van de zijwand verlopen. In deze gaten kunnen pootjes van een plantsteun worden geplaatst. Een dergelijke voorziening is echter niet 2 bruikbaar bij een kunststof plantpot waarvan de wanddikte aanzienlijke geringer is dan die van een aardewerken pot.
In de uitvoering volgens conclusie 2 kan de plant-steun op eenvoudige wijze in een stabiele stand worden 5 ondersteund. In het geval van een zijdelingse toevoeropening kan het pootje van de plantsteun zowel van boven af als vanaf de zijkant in het opneemorgaan worden aangebracht. Meestal zal daarbij de toevoeropening enigszins kleiner zijn dan de dikte van het pootje van de plantsteun, waardoor het pootje met enige 10 kracht door de toevoeropening moet worden gestoken en de plantsteun vervolgens stevig in het opneemorgaan zal worden vastgehouden.
In de uitvoering volgens conclusie 3 zal de vorm van de buitenkant van de plantpot niet of nauwelijks worden beïn-15 vloed door de aanbrenging van het opneemorgaan, waardoor geen verstoring van de vorm zal optreden en bij het ontwerp van het opneemorgaan geen rekening behoeft te worden gehouden met het uiterlijk van de pot.
In het geval het opneemorgaan toch aan de buitenzijde 20 van de zijwand uitsteekt, zoals is aangegeven in conclusie 4, is het gunstig om deze in of onder een omtreksflens aan de bovenzijde van de zijwand te vormen. Het opneemorgaan kan dan ten minste gedeeltelijk in deze flens worden geïntegreerd.
In de uitvoering van conclusie 5 is door de zoeker 25 het inbrengen van de plantsteun vergemakkelijkt, waardoor een tuinder snel een groot aantal potten van de plantsteunen kan voorzien.
In de uitvoering van de zoeker volgens conclusie 7 dient de zijwand mede voor het geleiden van de plantsteun in de 30 richting van het opneemorgaan.
De uitvoering volgens conclusie 9 heeft het voordeel dat eventueel in het opneemorgaan aanwezige grond door de buitenwaarts geopende doorvoer kan ontsnappen terwijl toch een onderste aanslag aanwezig is om de plantsteun op de juiste 35 hoogte te ondersteunen.
De uitvoering volgens conclusie 10 is in het bijzonder bedoeld om de plantpot enerzijds spuittechnisch gunstig te kunnen vormen en stapelbaar te maken en anderzijds bij inge- 3 bruikname van de pot het uitsteeksel naar de gebruiksstand te kunnen vouwen teneinde ten minste gedeeltelijk als opneemorgaan te kunnen dienen.
Ten minste een gedeelte van de stabilisatiefunctie 5 van het opneemorgaan kan worden overgenomen door een bijzondere vormgeving van het pootje van de plantsteun. De conclusies 14 en 15 betreffen dergelijke uitvoeringsvormen, waarbij het opneemorgaan aan de plantpot relatief eenvoudig kan zijn, terwijl de vormgeving van het pootje of de pootjes van de plantsteun 10 ook mogelijkheden geven voor het tot stand brengen van verschillende standen van de plantsteun.
De uitvinding zal verder worden toegelicht aan de hand van de tekeningen, die uitvoeringsvoorbeelden van de pot volgens de uitvinding schematisch weergeven. De voorbeelden 15 zijn met een metaaldraadboog plantsteun verduidelijkt, alhoewel de betreffende plantpotten ook voor andere plantsteunen bruikbaar zijn. Grond en de plant zijn niet getekend.
Fig.l is een perspectivisch aanzicht van een pot met een plantsteun volgens een eerste uitvoering.
20 Fig.2A en 2B tonen een op grotere schaal weergegeven gedeelte van de plantpot van Fig.l, waarbij Fig. 2B een variant toont van het opneemorgaan van Fig. 1 en 2A.
Fig.3 is een perspectivisch aanzicht van een pot met een plantsteun volgens een verdere uitvoering.
25 Fig.4 toont op grotere schaal een detail van de plantpot van Fig. 4, echter zonder plantsteun.
Fig.5 is een op kleinere schaal weergegeven vertikale doorsnede van een plantpot met een plantsteun volgens nog een verdere uitvoering.
30 Fig. 6 toont in perspectivische doorsnede een ge deelte van de combinatie van de plantpot van Fig. 5 en de bijbehorende plantsteun.
Fig. 7 is een met de Fig. 6 overeenkomend aanzicht van een variant van deze uitvoering.
35 Fig.8 is een gedeeltelijk opengesneden perspectivisch aanzicht van een pot met een plantsteun volgens nog een verdere uitvoering.
4
Fig.9A en 9B zijn een bovenaanzicht, resp. verticale doorsnede van de plantpot volgens de uitvoering van Fig. 8 met de opneemorganen in een vlakke fabricagestand.
Fig. 9C en 9D illustreren met een op grotere schaal 5 weergegeven dwarsdoorsnede, resp. een bovenaanzicht van het op-neemorgaan van Fig. 9A, 9B de werking daarvan.
Fig. 10 A t/m D tonen vier varianten van het opnee-morgaan van Fig. 9D.
Fig. 11 is een perspectivisch aanzicht van een plant-10 pot volgens nog een verdere uitvoering.
Fig. 12 toont op grotere schaal het detail XII uit
Fig. 11.
Fig. 13 is een bovenaanzicht van detail XII uit Fig.
12.
15 Fig. 14 is een perspectivisch aanzicht van de boven zijde van de zijwand van een plantpot volgens de uitvinding met een groot aantal verdere varianten van het opneemorgaan.
Fig. 15 is een met Fig. 14 overeenkomend aanzicht van nog een verdere variant van het opneemorgaan volgens de uitvin-20 ding.
Fig. 16A-16C tonen in perspectief de bovenrand van een omgekeerde plantpot met nog een verdere variant van het opneemorgaan in een fabricagestand, een tussenstand en een gebruiksstand.
25 Fig. 17, 18A en 18B tonen een gedeelte van een plant- steun en bijbehorende plantpot in zijaanzicht, resp. perspectivisch aanzicht.
Fig. 19A, 19B en 20 tonen in zijaanzichten een variant van de plantpot en bijbehorende plantsteun van Fig. 17 en 30 18, waarbij Fig. 19B en 19A twee gebruiksstanden tonen.
Fig. 21 en 22 is een perspectivisch aanzicht van een gedeelte van een plantpot en bijbehorende plantsteun volgens nog een verdere uitvoering
Fig. 23A en 23B zijn perspectivische aanzichten van 35 een gedeelte van een plantpot (en plantsteun) volgens een verdere uitvoeringsvorm.
Fig.1-4 tonen een eerste uitvoeringsvoorbeeld van de pot 1 met nabij de bovenrand daarvan één of meerdere aangegoten 5 busjes 2 die dienst doen als opneemorgaan voor een plantsteun S. In dit busje 2 wordt het uiteinde van de draadvormige plantsteun S gestoken zodat de plantsteun stevig aan de pot bevestigd is. De plantsteun kan elke vorm hebben maar zal in 5 zijn algemeenheid aan de onderzijde de vorm van een pootje, zoals een al dan niet gebogen staafje, stokje of draad hebben.
Fig.l toont de uitvoering van de pot 1 met deze busjes 2 aan de binnenzijde. De holte 2A kan b.v. getrapt, conisch of onrond zijn om de gewenste klemming te bereiken en om de 10 maattolerantie van de stok of draaddikte op te vangen.
Fig.2A toont een detail van dit busje. Fig.2B toont een uitvoering van een busje als zijdelings geopend busje 3. De wanden 3B van dit busje kunnen zo gevormd zijn dat het uiteinde van de plantsteun S ook met een zijwaartse beweging in holte 3A 15 geklikt kan worden. De plaats van de busjes kan variëren van de binnenzijde tot halverwege de potwand 4 tot aan de buitenzijde.
Fig.3 en 4 tonen een uitvoering van de pot 1 met aangegoten busjes 5 aan de buitenzijde. Het busje kan ter versteviging met een extra rib 6 aan de pot verbonden. Voordeel 20 van deze plaatsing is enige flexibiliteit in zijwaartse richting. De busjes 5 kunnen aan de onderzijde gesloten of open zijn.
Fig.5 - 7 tonen een uitvoering van de pot 10 met één of meerdere gatenstelsels in de wand die tezamen het opneemor-25 gaan voor de plantsteun S vormen. Elk gatenstelsel bestaat uit een gat 12 in de horizontale flens 11 aan de bovenrand van de zijwand 13 en een gat 14 in zijwand 13 die min of meer verticaal boven elkaar liggen. Het uiteinde van de plantsteun S wordt van boven af door gat 12 en vervolgens door het bij voor-30 keur ovale gat 14 gestoken. Gat 12 kan gedeeltelijk een buisje zijn, en/of de potrand kan ter plaatse verstevigd zijn met een b.v. en rib 15.
In Fig. 5 en 6 zijn de gaten 12 en 14 rondom gesloten. Door ter plaatse van de gaten 12, 14 de wanden 11, 13 35 geheel of gedeeltelijk een verdunning toe te passen kan door middel van uitbreken en/of doorsteken een zijdelingse opening 16 voor het gat gecreëerd worden, zoals in Fig. 7 is te zien.
De Fig. 5 en 6 enerzijds en Fig. 7 anderzijds tonen dat de 6 plantsteun aan de onderzijde recht kan zijn of haakvormig kan zijn omgebogen teneinde het uittrekken van de plantsteun uit het gat 14 te bemoeilijken.
Fig.8 - 10 tonen een uitvoering van de pot 20 met één 5 of meerdere vouwbare uitsteeksels of oren 21 voor het vormen van het opneemorgaan voor de plantsteun. Hiertoe bezit het oor 21 een uitsparing of gat 22. Het voordeel van deze uitvoering is de geringe stapelhoogte tijdens opslag en vervoer. Een tweede voordeel van deze uitvoering is dat deze ook door middel van 10 vacuümvormen te produceren is, waardoor de malkosten aanzienlijk lager zijn dan bij een spuitgegoten product.
In Fig.8 is de plantpot in zijn gebruiksstand getoond met de plantsteun S gemonteerd.
Fig.9A en 9B tonen de vorm van de pot 20 zoals deze 15 gefabriceerd en gestapeld wordt, dat wil zeggen dat de oren 21 dan in een horizontale vlakke stand liggen.
Voordat de plantsteun S gemonteerd wordt, wordt het oor 21 omgevouwen (Fig. 9C). Daarna wordt de plantsteun S in de uitsparing 22 gestoken tot voldoende diepte in de pot 20. Het 20 vouwen kan vergemakkelijkt worden door een plaatselijke voorziening of vouwlijn 27 (Fig. 9D) . Dit kan b.v. een lijnvormige verdieping-, verdunning, ril of perforatie zijn.
Fig. 10 A t/m D tonen verschillende uitvoeringen van de uitsparingen 22 en vouwvoorziening 27 in het oor 21. Een 25 uitvoering van het oor met een uitsparing 22 volgens Fig. 10A verkrijgt een open vorkachtige vorm welke ook na het plaatsen van de plantsteun S gevouwen kan worden.
Fig. 8 en 9 tonen ook verschillende uitvoeringen van de potbodem 24. Bodem 24 van de pot 20 kan voorzien zijn van 30 schotjes, of ribben 25 of andere voorzieningen voor het tenminste zijdelings vasthouden van het onderste uiteinde van de plantsteun S. De plantsteun S kan tot tussen de ribben 25 op de potbodem 24 gestoken worden. In plaats van de ribben zijn ook pennetjes, kruisjes, ringetjes, schotjes etc. toepasbaar, en/of 35 de bodem van de pot 20 heeft een gedeeltelijke verdieping voor dit doel.
Het oor 21 met gat of uitsparing 22 beperkt de beweging van de plantsteun ter plaatse van de bovenzijde van de 7 pot. De ribben 25 en/of verdieping beperken de bewegingsvrijheid van de plantsteun onderin de pot.
De figuren 11-13 tonen een verdere uitvoeringsvorm van de plantpot volgens de uitvinding. Deze uitvoering is ver-5 gelijkbaar met die van Fig. 1, doch in dit geval is het busje 26 aan de bovenzijde voorzien van een zoeker 27 die het inbrengen van het onderste uiteinde van de plantsteun S vergemakkelijkt. De zoeker bestaat in dit geval uit een boven het gat 28 in het busje 26 verlopend verticaal wandje dat aan 10 de binnenzijde van de zijwand van de pot gesloten is en naar de buitenzijde is geopend en daar ook conisch uitloopt.
Fig. 12 en 13 tonen nog dat het (conische) gat 28 in het busje 26 één of meer inwendige (conische) ribben 29 zijn aangebracht, zodat nog wat grondvezeltjes kunnen uitwijken in-15 dien de steun in het gat is gestoken en het onderste uiteinde van de plantsteun op zekere manier te kunnen vasthouden.
Fig. 14 toont een aantal varianten van het busje 26 van Fig. 11-13, dat hier als variant A is aangeduid. Variant B bezit een zoekerwand 31 aan de binnenzijde van de zijwand van 20 de plantpot en verloopt ook evenwijdig daaraan voor het vormen van een gootvormige zoeker. Het busje kan zijdelings over de hele lengte zijn geopend voor het zijdelings opnemen van het onderste pootje van de plantsteun S doch kan ook over een grotere lengte gesloten zijn.
25 De variant C toont een busje dat alleen aan de boven zijde enigszins conisch is uitgevoerd.
Variant D in Fig. 14 toont de meest eenvoudige uitvoering van het busje aan de binnenzijde van de zijwand van de plantpot.
30 Variant E van het busje bezit een zoeker in de vorm van een schuin langs van de binnenzijde van de zijwand van de plantpot oplopende gootvormige geleiding 32 die naar het bovenste uiteinde van het gaat in het busje verloopt.
Fig. 15 toont een busje met een zoeker die vergelijk-35 baar is met de zoeker van variant E van Fig. 14. Ook hier verloopt een wand althans ongeveer evenwijdig aan de zijwand van de pot voor het vormen van een in dit geval oplopende goot- 8 vormige geleiding 32 naar de bovenzijde van het gat in het busje 26 teneinde een zoeker te vormen.
De Fig. 16A-16C tonen een variant van de uitvoeringsvorm volgens Fig. 8-10. Ook in dit geval is aan de bovenrand 5 van de zijwand van de plantpot een uitsteeksel aangebracht, in dit geval een uitsteeksel 33 dat in de fabricagestand in één vlak ligt met een horizontale flens aan de bovenrand van de zijwand van de plantpot. Dit uitsteeksel 33 bezit een omgezet uiteinde 34, twee vanaf de flens aan de bovenrand van de zij-10 wand van de plantpot verlopende ribben 35 voor het vormen van een busje met de buitenzijde van de zijwand van de pot, terwijl in de horizontale flens een gat 36 is aangebracht. Indien het uitsteeksel 33 van de fabricagestand volgens Fig. 16A benedenwaarts wordt omgevouwen (zie Fig. 16B) zal de ruimte tussen de 15 ribben 35 in lijn komen met het gat in de flens, terwijl uiteindelijk het omgezette uiteinde 34 van het uitsteeksel in ingrijping kan komen met een samenwerkende uitsparing 37 in de zijwand van de plantpot (zie Fig. 16C) voor het vergrendelen van het uitsteeksel 33 in de stand waarin dit uitsteeksel al-20 thans ongeveer verticaal verloopt. In dat geval vormt het uitsteeksel 33 met de ribben 35 en de zijwand van de plantpot een opneemorgaan voor de plantsteun die via het gat 36 kan worden ingebracht en dat op het omgezette uiteinde 34 komt te rusten.
25 De Figuren 17-18 tonen een verdere variant van de plantpot met opneemorgaan voor de plantsteun S. In dit geval is de plantsteun S zelf ook aangepast om met het opneemorgaan van de plantpot samen te werken. Hiertoe is het onderste uiteinde van de plantsteun S een aantal malen gebogen voor het vormen 30 van twee boven elkaar gelegen dwarsgedeelten SI en S2. Deze dwarsgedeelten kunnen samenwerken met op ongeveer een zelfde afstand boven elkaar in de zijwand van de plantpot aangebrachte gaten 38 en 39, waarbij in dit geval een bovenste gat 38 in de bovenrand van de zijwand is aangebracht in de bovenwaartse 35 richting is geopend teneinde de dwarsgedeelten SI en S2 van de plantsteun S gemakkelijk van binnenuit aan te kunnen brengen.
In de stand volgens Fig. 18a en 18b is het onderste uiteinde 9 van de plantsteun stevig aan de zijwand van de plantpot bevestigd.
In een variant volgens Fig. 19 en 20, waarbij nog een onderste verticaal gedeelte S3 aan het uiteinde van de plant-5 steun S is gevormd, is het onderste gat 39 in de zijwand van de plantpot in verticale richting langgerekt uitgevoerd, zodat de plantsteun in verticale richting kan bewegen terwijl deze aan de plantpot is bevestigd. Zodoende kan het bovenste dwarsge-deelte SI van de plantsteun ook in verticale richting in het 10 bovenwaarts geopende gat in de zijwand worden gestoken en kan de plantsteun, nadat het bovenste dwarsgedeelte uit het bovenste gat is bewogen, zijdelings scharnieren om het onderste dwarsgedeelte S2.
Fig.21 en 22 tonen een verdere variant van de plant-15 pot met opneemorgaan voor de plantsteun S. In dit geval is de plantsteun S zelf ook aangepast om met het opneemorgaan van de plantpot samen te werken. Hiertoe is het onderste uiteinde van de plantsteun S een aantal malen gebogen voor het vormen van een dwarsgedeelte SI en vertikaal gedeelte S4. Deze delen kun-20 nen samenwerken met op ongeveer een zelfde afstand bij elkaar in de zijwand van de plantpot aangebrachte gaten 38 en 40, waarbij in dit geval het onderste gat 40 in het horizontale deel van de zijwand is aangebracht teneinde de delen SI en S4 van de plantsteun stevig aan de zijwand van de plantpot te be-25 vestigen.
De Fig. 23A en 23B tonen nog een verdere, spuittech-nisch voordelige variant van het opneemorgaan dat in dit geval weer aan de buitenzijde de zijwand van de plantpot onder een horizontale flens aan de bovenrand van de zijwand is aange-30 bracht. In dit geval is het opneemorgaan voorzien van een aantal boven elkaar geplaatste opnemers 41, waarin het onderste uiteinde van de plantsteun zijdelings kan worden ingeklikt, terwijl een onderste aanslag 42 de plantsteun in verticale richting kan ondersteunen. In een dergelijke uitvoering kan het 35 opneemorgaan nimmer door grond worden geblokkeerd doordat deze grond altijd gemakkelijk kan worden weggedrukt. Het zijdelings inklikken van de plantsteun maakt het mogelijk om het onderste uiteinde daarvan (haaks) om te buigen teneinde het uittrekken 10 uit het opneemorgaan te verhinderen. Dit maakt het automatiseren van handelingen met de plantpot en plantsteun betrouwbaarder, bijvoorbeeld indien het samenstel aan de plantsteun wordt opgetild. De plantsteun kan hiertoe nog een 5 aangepaste vorm worden gegeven, bijvoorbeeld door in het bovenste gedeelte van de plantsteun een omgekeerd V-vormige uitbuiging aan te brengen.
De uitvinding is niet beperkt tot het in tekeningen weergegeven en in de voorgaande beschreven uitvoeringsvoorbeel-10 den en kan op verschillende manieren binnen het kader van de uitvoering gevarieerd worden.

Claims (16)

1. Plantpot van kunststof, voorzien van een bodem en een zich daar vanaf uitstrekkende opstaande zijwand waarvan de bovenzijde een opening van de plantpot begrensd, waarbij aan de zijwand tenminste nabij de bovenzijde daarvan een of meer 5 van de zijwand zijdelings uitstekende geïntegreerde opneemor-ganen zijn aangebracht voor het opnemen en tenminste gedeeltelijk vastzetten van een plantsteun, in het bijzonder een pootje daarvan.
2. Plantpot volgens conclusie 1, waarbij het opnee-10 morgaan is uitgevoerd met een in hoofdzaak buisvormig en bij voorkeur in hoofdzaak verticaal gericht gedeelte met een opening voor het opnemen van de plantsteun, eventueel voorzien van een zijdelingse toevoeropening.
3. Plantpot volgens conclusie 1 of 2, waarbij het op-15 neemorgaan binnenwaarts van de zijwand uitsteekt.
4. Plantpot volgens conclusie 1 of 2, waarbij het op-neemorgaan buitenwaarts van de zijwand uitsteekt en bij voorkeur in of onder een omtreksflens aan de bovenzijde van de zijwand is gevormd.
5. Plantpot volgens conclusie 3, waarbij het buisvor mige gedeelte is voorzien van een zoeker voor het vergemakkelijken van de inbrenging van de plantsteun.
6. Plantpot volgens conclusie 5, waarbij de zoeker is voorzien van een zoekerrand aan de bovenzijde van het buisvor- 25 mige gedeelte.
7. Plantpot volgens conclusie 5, waarbij de zoeker is uitgevoerd met een rand of wand die zich althans ongeveer evenwijdig aan de zijwand in de richting van de opening van het buisvormig gedeelte uitstrekt.
8. Plantpot volgens een der conclusies 3-5, waarbij het buisvormige gedeelte een benedenwaarts conisch toelopend gat begrenst.
9. Plantpot volgens conclusie 4, waarbij het opnee-morgaan is uitgevoerd met een aantal boven elkaar geplaatste 35 opneemorganen met een buitenwaarts geopende doorvoer, alsmede bij voorkeur een onderste aanslag.
10. Plantpot volgens conclusie 4, waarbij aan de bovenzijde van de zijwand een zijdelings uitsteeksel is gevormd, dat vouwbaar is nabij de zijwand voor het vormen van tenminste een gedeelte van het opneemorgaan na het vouwen ten opzichte 5 van de zijwand.
11. Plantpot volgens conclusie 10, waarbij het zijdelings uitsteeksel aan een met een gat uitgevoerde omtreksflens is gevormd en het uitsteeksel benedenwaarts vouwbaar is en ten opzichte van de zijwand vastzetbaar is voor het 10 vormen van het in hoofdzaak buisvormige gedeelte en bij voorkeur ook een bodem daarvan.
12. Plantpot volgens conclusie 10, waarbij het in hoofdzaak platte zijdelingse uitsteeksel ten opzichte van de zijwand bovenwaarts en binnenwaarts vouwbaar is en is uitge- 15 voerd met ten minste een gat voor het vormen van het opneemorgaan.
13. Plantpot van kunststof voorzien van een bodem en een zich daar vanaf uitstrekkende opstaande zijwand waarvan de bovenzijde een opening van de plantpot begrensd, alsmede een 20 plantsteun met tenminste twee pootjes, waarbij in of aan de zijwand tenminste twee althans ongeveer boven elkaar gelegen openingen zijn gevormd voor het doorvoeren en ondersteunen van elk van de pootjes.
14. Plantpot volgens conclusie 13, waarbij het 25 pootje van de plantsteun is gebogen voor het vormen van ten minste twee ongeveer dwars verlopen gedeelten voor doorvoer van het pootje door de gaten van de pot.
15. Plantpot volgens conclusie 14, waarbij de bovenste opening naar de bovenzijde van de zijwand toe is geopend 30 en het onderste gat langgerekt is voor het toestaan van beweging van het dwarsgedeelte van het pootje van de plantsteun, zodanig dat andere dwarsgedeelte de bovenste opening kan binnen- of uittreden.
16. Plantpot volgens conclusie 14, waarbij het 35 pootje van de plantsteun is gebogen voor het vormen van een althans ongeveer horizontaal en vertikaal verlopend gedeelte voor doorvoer van het pootje door de gaten van de pot.
NL2000460A 2007-01-30 2007-01-30 Plantpot. NL2000460C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000460A NL2000460C2 (nl) 2007-01-30 2007-01-30 Plantpot.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL2000460 2007-01-30
NL2000460A NL2000460C2 (nl) 2007-01-30 2007-01-30 Plantpot.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL2000460C2 true NL2000460C2 (nl) 2008-07-31

Family

ID=38291224

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL2000460A NL2000460C2 (nl) 2007-01-30 2007-01-30 Plantpot.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL2000460C2 (nl)

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2012141C2 (nl) * 2014-01-24 2015-07-29 Voskamp Vollebregt Holding B V Plantpotsysteem, alsmede plantpot en stoksteun daarvoor.

Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4040208A (en) * 1975-10-08 1977-08-09 Fred England Plant holder and anchor for orchid plants and the like
DE2835939A1 (de) * 1978-08-17 1980-02-21 Gerhard Fischer Stabhalterung fuer topfpflanzen mit hohem wuchs
US4631861A (en) * 1985-06-24 1986-12-30 Wuthrich David L Combination plant pot and trellis
WO1997022240A1 (de) * 1995-12-19 1997-06-26 Hubert Payr Pflanzbehälter mit einer pflanzstab-fixiereinrichtung
DE19915401A1 (de) * 1999-04-06 2000-10-19 Kneisl Wendelin Blumentopf, Befestigungsvorrichtung mit Stützstab
GB2380115A (en) * 2001-10-01 2003-04-02 Anthony Richard Norman Plant tray and support

Patent Citations (6)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US4040208A (en) * 1975-10-08 1977-08-09 Fred England Plant holder and anchor for orchid plants and the like
DE2835939A1 (de) * 1978-08-17 1980-02-21 Gerhard Fischer Stabhalterung fuer topfpflanzen mit hohem wuchs
US4631861A (en) * 1985-06-24 1986-12-30 Wuthrich David L Combination plant pot and trellis
WO1997022240A1 (de) * 1995-12-19 1997-06-26 Hubert Payr Pflanzbehälter mit einer pflanzstab-fixiereinrichtung
DE19915401A1 (de) * 1999-04-06 2000-10-19 Kneisl Wendelin Blumentopf, Befestigungsvorrichtung mit Stützstab
GB2380115A (en) * 2001-10-01 2003-04-02 Anthony Richard Norman Plant tray and support

Cited By (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL2012141C2 (nl) * 2014-01-24 2015-07-29 Voskamp Vollebregt Holding B V Plantpotsysteem, alsmede plantpot en stoksteun daarvoor.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US6161332A (en) Protective container for a potlike or boxlike container
US11447363B2 (en) Hose holder
US20140097120A1 (en) Coffee pod holder and tray with movable dividers
NL2000460C2 (nl) Plantpot.
US20110084083A1 (en) Collapsible bin
US20120205327A1 (en) Stackable or nestable shelf with reinforced platform
FR2569963A1 (fr) Corniere support de plateau, panneau ou autre et meuble forme a l'aide de corniere de ce type
KR200429952Y1 (ko) 재배박스의 다층구조
US6003824A (en) Method of hanging a clay flowerpot
US4837972A (en) Straight-hanging tapered plant pot
US586485A (en) Flower-pot
FR2805521A1 (fr) Ensemble de conditionnement comprenant une palette et des parois laterales demontables
FR2602966A1 (fr) Baignoire specialement concue pour nouveau-nes et enfants en bas age
EP2752110B1 (en) Flower bucket with water-control device
FR2774576A1 (fr) Jardiniere autonome ou similaire, notamment pour la decoration florale de balcons et de terrasses
WO1998011772A1 (fr) Dispositif pour contenir et suspendre une charge d'un materiau, par exemple pot de fleur
EP1297739A1 (fr) Jardinière empilable avec consoles de suspension
KR102462319B1 (ko) 다층 선반 조립구조
FR2676342A1 (fr) Support de guidage pour panier en fils.
FR2463063A3 (fr) Recipient pour liquides, s'opposant au debordement
US876872A (en) Detachable bail for flower-pots.
NL1030490C2 (nl) Bloembak, in het bijzonder voor verfraaien van palen en stammen.
JP2539662Y2 (ja) ハンドル付き容器
KR20230083041A (ko) 싱크대 선반
WO2001080625A1 (en) Seedling nursing vessel

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Owner name: MARIJTJE HOOGENDOORN

Effective date: 20100112

MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20160201