NL194622C

NL194622C - Beslag voor het vasthouden van het uiteinde van een touw.

Info

Publication number: NL194622C
Application number: NL9400907A
Authority: NL
Inventors: Tom Lindhardt Wils
Original assignee: Kompan As
Priority date: 1993-06-04
Filing date: 1994-06-03
Publication date: 2002-09-03
Also published as: FR2706007A1; NL9400907A; DK65393D0; DK172983B1; DK65393A; NL194622B; DE9408642U1; FR2706007B1

Description

1 194622

Beslag voor het vasthouden van het uiteinde van een touw

De uitvinding heeft betrekking op een beslag voor het vasthouden van een touweinde aan een vast object, zoals een paal, een deel van een gebouw of dergelijk vast object, welk beslag in het bijzonder kan worden 5 gebruikt voor speelwerktuigen voor de montage van netconstructies waarbij het touweinde is voorzien van optuiginrichting in de vorm van een metalen huls, die om het uiteinde van het touw is vastgeklemd, welke metalen huls op afstand van het uiteinde is voorzien van een rondgaande groef, en waaarbij de huls wordt vastgehouden in een opneemgat in het beslag en daaraan door middel van grendelorganen wordt vastgehouden, die volledig of ten dele in de groef verlopen en de grendelmiddelen pennen zijn, die in gaten 10 in het beslag in de zijden van het opneemgat verlopen.

Een beslag van het in de aanhef genoemde soort is bekend uit het Amerikaanse octrooischrift 1.394.019 (Jensen). Uit dit document is een inrichting bekend voor het fixeren van het uiteinde van een touw. Om het uiteinde is een manchet geplaatst met daarin een cirkelvormige groef. De manchet wordt gestoken in een opneemgat van een omhullend verbindingselement. Vervolgens wordt in de groef van de manchet een bout 15 gestoken. De bout voorkomt een translatie van de manchet uit het opneemgat in het verbindingselement. Rotatie van de manchet in het opneemgat blijft wel mogelijk.

Wanneer men het beslag volgens het Amerikaanse octrooischrift gebruikt, moet men om het touweinde, inclusief het beslag, aan een vaste ondersteuning, zoals bijvoorbeeld een muur, te bevestigen, traditionele bevestigingsorganen gebruiken. Dit is nadelig. Ondanks de aanwezigheid van de manchet die in een 20 bevestigingselement wordt gestoken, blijkt de inrichting volgens het genoemde Amerikaanse octrooi een ontoereikende oplossing te bieden om een touweinde aan een vaste ondersteuning te bevestigen.

Uitgaande van de inrichting die bekend is uit de genoemde stand van de techniek is het doel van de onderhavige uitvinding om te voorzien in een inrichting van het in de aanhef genoemde soort waarmee men een touweinde, omsloten door een manchet, kan fixeren op een vaste ondersteuning, terwijl het manchet is 25 te roteren ten opzichte van het verbindingselement en daarmee zwenkbaar is ten opzichte van het verbindingselement.

Dat doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt doordat het beslag bestaat uit een huis, dat is voorzien van een dwars op het opneemgat verlopend lagergat, waarin een lagerpen met een doorgaande boring kan lopen, en waarbij de lagerpen een deel is van een lagerstuk met een aanslagviak, dat op het 30 vaste object kan aanliggen, en waarbij een bout, waarvan de kop op de buitenkant van het huis kan aanliggen, door de boring en in het vaste object op zodanige wijze kan verlopen, dat het huis op de lagerpen kan draaien.

Door de maatregelen volgens de onderhavige uitvinding wordt bereikt dat het uiteinde van het touw zeker kan worden vastgehouden en het samenstellen van de delen op de plaats van de montage kunnen 35 plaatsvinden. Hierdoor wordt een betrouwbare en stabiele opbouw van het touw in een beslag bereikt, dat op verschillende manieren kan worden uitgevoerd. Het touwwerk kan bijvoorbeeld evenwijdig aan of loodrecht op het vaste object verlopen en in alle situaties zeker in het beslag zijn bevestigd. Door het vormen van het beslag als een enkel deel dat aan een vast object kan worden bevestigd kan het uiteinde van het touw uit het beslag steken. Hierdoor kan het uiteinde van het touw aan een plat vlak op een tot nu 40 toe niet bekende eenvoudige en zekere wijze worden vastgehouden.

Volgens de uitvinding is het mogelijk dat de lagerpen is voorzien van een uitsteeksel, dat voor het draaibaar vasthouden van het huis en het lagerstuk kan snappen in een groef in het lagergat. Door deze maatregel wordt de hantering en de montage vereenvoudigd.

Door het aanslagviak vlak uit te voeren is het beslag geschikt voor een vast object met een vlakke 45 buitenzijde.

Uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding worden hierna aan de hand van de tekening verder toegelicht.

Zo tonen: figuur 1 een kabelhuis gezien van buiten, 50 figuur 2 het kabelhuis gezien van binnen, figuur 3 het lagerdeel gezien van buiten, figuur 4 een doorsnede door de afzonderlijke delen van het beslag en het uiteinde van het touw voor de samenstelling, figuur 5 het beslag en het uiteinde van het touw na de samenstelling, 55 figuur 6 het beslag en het uiteinde van het touw na de bevestiging aan een vast object.

De figuren 1 tot 6 tonen een voorbeeld van een beslag dat zwaaibaar is aangebracht aan een vast object

Claims

194622 2 18, bijvoorbeeld in de vorm van een paal of dergelijke en waarin een touw 11 wordt vastgehouden. Het touw 11 is, zoals de figuren 4 tot 6 tonen, voorzien van een metalen huls 10, die kan bestaan uit een aluminium manchet, die op het uiteinde van het touw is geplaatst, en daarna door het samendrukken op algemeen bekende manier wordt gekrompen om het touw vast te klemmen. 5 De huls 10 is op een afstand van het uiteinde voorzien van een rondgaande groef 12, die langs de buitenkant van de huls verloopt, waarbij er voldoende materiaal over is opdat de trekkrachten in het touw door het materiaal onder de groef 12 kunnen worden opgenomen. Het beslag zelf bestaat uit een huis 1, zoals getoond in figuren 1 en 2. Dit ovaal uitgevoerde huis of deksel, heeft een opening aan het einde in de vorm van een opneemgat 3, welk gat een blind gat is. 10 Twee blinde gaten 4, die vanaf de achterkant van het huis en naar binnen toe verlopen, zijn aan tegenover elkaar gelegen zijden van het opneemgat 3 zodanig aangebracht, dat de twee pennen 17 van staal of dergelijke, zoals getoond in figuren 4 tot 6, van achteren in het huis 1 kunnen worden gevoerd en daardoor wordt de huls in de groef 12 vastgehouden wanneer het touweinde 11 is ingezet en in de kegel moet worden vastgehouden. 15 Verder is een doorgaand lagergat 2 aangebracht, dat vanaf de buitenkant van het huis verloopt met een bepaalde diameter teneinde zodoende in het midden een schouder te vormen bij de overgang naar een kleinere diameter, teneinde zo het eigenlijke lagergat 2 te vormen. In het lagergat 2 is aan de schouder een rondom lopende groef 5 aangebracht en in het gat met de grootste diameter is een dienovereenkomstige groef 6 aangebracht. 20 Een lagerstuk 7 is, zoals figuren 3 en 4 tonen, voorzien van een lagerpen 8, die aan het uiteinde is voorzien van een naarbuiten stekende ribbe 9, die bij de samenstelling in de sluitgroef 5 van het lagergat 2 kan insnappen. De lagerpen 8 vormt een naar buiten stekend deel van het lagerstuk 7 waarvan de achterkant het aansiagvlak vormt voor het vaste object 18. 25 Een boring 14 loopt door de lagerpen 8. Opgemerkt wordt, dat het lagerstuk 7 in de samengestelde toestand de gaten 4 met pennen 17 op zodanige wijze afdekken, dat de pennen niet naar buiten kunnen vallen. Het samenstellen van de delen kan worden gezien in de figuren 4 tot 6. Het touweinde 11 met de huls 10 wordt in het opneemgat 3 en de beide pennen 17 worden in de gaten 4 geleid. Daarna wordt het 30 lagerstuk 7 ingedrukt en met behulp van het grijpen van de ribben 9 in de groef 5 vastgehouden, en de gaten 4 met de pennen 17 worden toegedekt. Het monteren van het beslag is te zien in figuur 6. Een Franse schroef of bouw 13, zoals getoond in figuur 4, wordt voorzien van een schijf 13A en in de boring 14 door het huis heen ingevoerd, en de schijf zal tegen het eindvlak van de lagertap 8 aanliggen. Hierna wordt de schroef of de bout 13 met behulp van een 35 moer op het vaste object, bijvoorbeeld een paal, vastgezet. Om de kop van de bout te bedekken kan een beschermingskap of dop 15 op algemeen bekende wijze worden opgeperst welke kap aan de buitenkant kan zijn voorzien van een uitsteeksel 16 dat kan snappen in de groef 6 in het grote gat van het huis, zoals getoond in figuur 6. De montage is op deze wijze voltooid, en het uiteinde van het touw zal vastzitten aan het huis, dat vrij 40 kan draaien op de lagerpen die met behulp van de bout aan het vaste object is bevestigd.

1. Beslag voor het vasthouden van een touweinde aan een vast object, zoals een paal, een deel van een gebouw of dergelijk vast object, welk beslag in het bijzonder kan worden gebruikt voor speelwerktuigen voor de montage van netconstructies waarbij het touweinde is voorzien van optuiginrichting in de vorm van een metalen huls, die om het uiteinde van het touw is vastgeklemd, welke metalen huls op afstand van het uiteinde is voorzien van een rondgaande groef, en waaarbij de huls wordt vastgehouden in een opneemgat 50 in het beslag en daaraan door middel van grendelorganen wordt vastgehouden, die volledig of ten dele in de groef verlopen en de grendelmiddelen pennen zijn, die in gaten in het beslag in de zijden van het opneemgat verlopen, met het kenmerk, dat het beslag bestaat uit een huis (1), dat is voorzien van een dwars op het opneemgat (3) verlopend lagergat (2), waarin een lagerpen (8) met een doorgaande boring (14) kan lopen, en waarbij de lagerpen een deel is van een lagerstuk (7) met een aansiagvlak, dat op het 55 vaste object (18) kan aanliggen, en waarbij een bout (13), waarvan de kop op de buitenkant van het huis (1) kan aanliggen, door de boring (14) en in het vaste object (18) op zodanige wijze kan verlopen, dat het huis (1) op de lagerpen (8) kan draaien (figuur 6). 3 194622

2. Beslag volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de lagerpen (8) is voorzien van een uitsteeksel (9), dat voor het draaibaar vasthouden van het huis (1) en het lagerstuk (7) kan snappen in een groef (5) in het iagergat.

3. Beslag volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het aanslagvlak vlak is. Hierbij 4 bladen tekening