NL194422C

NL194422C - Assembly as well as bridge belonging to the assembly for binding a stem of a crop to a support.

Info

Publication number: NL194422C
Application number: NL9200189A
Authority: NL
Inventors: Marinus Giovanni Poortvliet
Original assignee: Marinus Giovanni Poortvliet
Priority date: 1992-02-03
Filing date: 1992-02-03
Publication date: 2002-04-04
Also published as: NL194422B; NL9200189A

Description

1 1944221 194422

Samenstel alsmede brug behorende tot het samenstel voor het binden van een stengel van een gewas aan een steunAssembly and bridge belonging to the assembly for binding a stem of a crop to a support

De uitvinding heeft betrekking op een samenstel voor het aan een steun binden van een stengel, zoals een 5 stam of een tak, van een gewas, omvattende een brug en ten minste één in het gebied van een eerste uiteinde daarvan, aan de brug bevestigde flexibele streng, waarbij ten minste twee vrije einden van de ten minste ene flexibele streng, in het gebied van een tweede, tegenover het eerste uiteinde gelegen uiteinde aan de brug te bevestigen zijn voor het vormen van lussen tussen de bevestigingspunten in het gebied van het eerste en het tweede uiteinde van de brug.The invention relates to an assembly for binding a stem, such as a stem or branch, to a support of a crop, comprising a bridge and at least one flexible fastener attached to the bridge in the area of a first end thereof. strand, wherein at least two free ends of the at least one flexible strand can be attached to the bridge in the region of a second end opposite the first end to form loops between the attachment points in the region of the first and the second end of the bridge.

10 Een dergelijk samenstel is bekend uit het Britse octrooischrift 699.757. Bij dit bekende samenstel is de brug nabij elk van zijn uiteinden voorzien van een sleuf, nabij één van zijn uiteinden voorzien van een opening en is de flexibele streng uitgevoerd als een schroefvormig gewikkelde veer uit staaldraad, die in de opening en in elk van de sleuven kan worden bevestigd teneinde een stengel aan een steun te binden. Bezwaren van dit samenstel zijn, dat de veer kostbaar en corrosiegevoelig is. Voorts bestaan de veer en 15 de brug uit relatief hard materiaal. In het bijzonder door de windingen van de veer, bestaat bij schavielen een grote kans op beschadiging van de stengel en de paal.Such an assembly is known from British Patent Specification 699,757. With this known assembly, the bridge is provided with a slot near each of its ends, with an opening near one of its ends and the flexible strand is designed as a helically wound steel wire spring, which in the opening and in each of the slots can be attached to bind a stem to a support. Disadvantages of this assembly are that the spring is expensive and sensitive to corrosion. Furthermore, the spring and the bridge consist of relatively hard material. Particularly due to the windings of the spring, there is a great risk of damage to the stem and the pole with shavels.

De uitvinding heeft als doel een samenstel te verschaffen, waarbij de flexibele streng en de brug relatief goedkoop en corrosievast kunnen zijn uitgevoerd en waarbij de kans op beschadiging van de stengel en de paal door schavielen is beperkt.The invention has for its object to provide an assembly in which the flexible strand and the bridge can be of relatively inexpensive and corrosion-resistant design and in which the risk of damage to the stem and the pile by shavings is limited.

20 Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt, doordat ten minste vrije uiteinden van de ten minste ene flexibele streng op hun beurt lussen vormen en in het genoemde gebied van het tweede uiteinde om de brug kunnen worden gelegd.This object is achieved according to the present invention in that at least free ends of the at least one flexible strand in turn form loops and can be laid around the bridge in the said area of the second end.

Doordat de streng is voorzien van lussen teneinde aan een uiteinde van de brug te kunnen worden bevestigd, behoeft deze niet te zijn uitgevoerd als een schroefveer, maar kan deze uit zacht materiaal, zoals 25 kunststof of rubber zijn vervaardigd. Door toepassing van zacht materiaal wordt de kans op beschadiging van de stam en de paal door schavielen tegengegaan.Because the strand is provided with loops in order to be able to be attached to one end of the bridge, it does not have to be designed as a coil spring, but can be made of soft material, such as plastic or rubber. The use of soft material reduces the risk of damage to the trunk and the pile by shavings.

De lussen van de beide einden van de streng trekken in gemonteerde toestand in ongeveer tegengestelde richtingen aan de brug en neigen ertoe naar elkaar toe te schuiven, waardoor de door de lussen op de brug uitgeoefende dwarskrachten elkaar ongeveer opheffen. Hierdoor worden aan de brug relatief lage 30 eisen wat betreft stijfheid en sterkte gesteld. Deze kan daardoor uit een, relatief soepel en zacht materiaal zijn vervaardigd, waardoor beschadiging van de stengel en de paal verder wordt tegengegaan. Als materiaal kan bijvoorbeeld kunststof, zoals PE of PP (eventueel hergebruikte kunststof), hout of rubber worden toegepast, waardoor ook corrosie eenvoudig kan worden tegengegaan.The loops of the two ends of the strand pull in the mounted state in approximately opposite directions on the bridge and tend to slide towards each other, whereby the transverse forces exerted by the loops on the bridge approximately cancel each other out. As a result, relatively low demands are made on the bridge in terms of stiffness and strength. This can therefore be manufactured from a relatively flexible and soft material, whereby damage to the stem and the pole is further prevented. As material, for example, plastic such as PE or PP (possibly recycled plastic), wood or rubber can be used, so that corrosion can also easily be prevented.

De uitvinding is gebaseerd op het inzicht, dat in gemonteerde toestand: 35 a. de brug in het gebied van het eerste uiteinde daarvan door de streng op zijn plaats kan worden gehouden, b. de brug door om het tweede uiteinde gelegde lussen verder kan worden gefixeerd tegen rotatie van het tweede uiteinde om de aansluiting van de streng in het gebied van het eerste uiteinde en c. de lussen van de streng daardoor zelf door de brug betrouwbaar vast kunnen worden gehouden.The invention is based on the insight that in mounted condition: a. The bridge can be held in place in the region of the first end thereof by the strand, b. the bridge through loops arranged around the second end can be further fixed against rotation of the second end about the connection of the strand in the area of the first end and c. the loops of the strand can thereby be held reliably by the bridge itself.

40 De streng kan reeds voor gebruik in het gebied van het eerste uiteinde aan de brug zijn bevestigd. Dit biedt het voordeel, dat het niet telkens nodig is een streng en een brug bij elkaar te zoeken.The strand may already be attached to the bridge for use in the area of the first end. This offers the advantage that it is not always necessary to find a strand and a bridge together.

Doordat de lusvormige uiteinden van de streng over de brug verschuifbaar zijn, wordt een aan de dikte van de stengel en de steun aangepaste positie van de lussen verkregen. Hierdoor wordt de bewegingsvrijheid van de stengel ten opzichte van de steun op een meer effectieve wijze beperkt, dan bij het bekende 45 samenstel het geval is.Because the loop-shaped ends of the strand are slidable over the bridge, a position of the loops adapted to the thickness of the stem and the support is obtained. This limits the freedom of movement of the stem relative to the support in a more effective manner than is the case with the known assembly.

Navolgend wordt de uitvinding nader geïllustreerd en toegelicht aan de hand van een aantal uitvoerings-voorbeelden, waarbij wordt verwezen naar de tekening. Daarbij toont: figuur 1 in perspectivisch aanzicht een boom die met behulp van een uitvoering van het samenstel aan 50 een paal is gebonden, figuur 2 een bovenaanzicht in doorsnede van de configuratie volgens figuur 1, figuur 3 een zijaanzicht van een brug van een inrichting volgens figuur 1, figuur 4 een zijaanzicht van een streng van een inrichting volgens figuur 1, figuur 5 een zijaanzicht van een brug volgens een tweede uitvoeringsvoorbeeld, 55 figuur 6 een zijaanzicht van een streng volgens een tweede uitvoeringsvoorbeeld, figuur 7 een zijaanzicht van een streng volgens een derde uitvoeringsvoorbeeld, figuur 8 een zijaanzicht van een brug volgens een derde uitvoeringsvoorbeeld, 194422 2 figuur 9 een aanzicht in doorsnede volgens de lijn IX—IX in figuur 8, figuur 10 een bovenaanzicht van een inrichting volgens een vierde uitvoeringsvoorbeeld, figuur 11 een zijaanzicht van de inrichting volgens figuur 10, en figuur 12 een bovenaanzicht van de inrichting volgens een variant op het in de figuren 10 en 11 5 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld.In the following the invention is further illustrated and elucidated with reference to a number of exemplary embodiments, with reference to the drawing. Fig. 1 shows in perspective view a tree which is bound to a pole by means of an embodiment of the assembly, Fig. 2 shows a top view in section of the configuration according to Fig. 1, Fig. 3 shows a side view of a bridge of a device according to figure 1, figure 4 a side view of a strand of a device according to figure 1, figure 5 a side view of a bridge according to a second exemplary embodiment, 55 figure 6 a side view of a strand according to a second exemplary embodiment, figure 7 a side view of a strand according to a third exemplary embodiment, figure 8 a side view of a bridge according to a third exemplary embodiment, 194422 2 figure 9 a sectional view along the line IX-IX in figure 8, figure 10 a top view of a device according to a fourth exemplary embodiment, figure 11 a side view of the device according to figure 10, and figure 12 shows a top view of the device according to a variant of the device exemplary embodiment shown in FIGS. 10 and 11.

In de figuren 1 en 2 is weergegeven, hoe onder gebruikmaking van een samenstel 1 volgens een uitvoeringsvoorbeeld, een stengel van een gewas - in dit geval een stam 2 van een boom - aan een steun - in dit geval in de vorm van een paal 3 - is gebonden. Het samenstel omvat een brug 4 (zie ook figuur 3) 10 en een flexibele streng 5 (zie ook figuur 4). De streng 5 is aan de brug 4 bevestigd in het gebied van een eerste uiteinde 6 daarvan. Vrije einden 7, 8 van de flexibele streng 5 zijn in het gebied van een tweede, tegenover het eerste uiteinde 6 gelegen uiteinde 9 aan de brug 4 bevestigd en vormen tussen tussen de bevestigingspunten in het gebied van het eerste en het tweede uiteinde 6 en 9 van de brug 4.Figures 1 and 2 show how, using an assembly 1 according to an exemplary embodiment, a stem of a crop - in this case a trunk 2 of a tree - on a support - in this case in the form of a pole 3 - is bound. The assembly comprises a bridge 4 (see also figure 3) 10 and a flexible strand 5 (see also figure 4). The strand 5 is attached to the bridge 4 in the region of a first end 6 thereof. Free ends 7, 8 of the flexible strand 5 are attached to the bridge 4 in the region of a second end 9 opposite the first end 6 and form between the attachment points in the region of the first and the second end 6 and 9 from the bridge 4.

De vrije uiteinden van de flexibele streng 5 vormen op hun beurt lussen 10, 11 en zijn in het genoemde 15 gebied van het tweede uiteinde 9 om de brug 4 gelegd.The free ends of the flexible strand 5 in turn form loops 10, 11 and are arranged around the bridge 4 in the said area of the second end 9.

Doordat de streng 5 is voorzien van de lussen 10 en 11, kunnen de vrije uiteinden aan een uiteinde van de brug 4 worden bevestigd door de lussen 10, 11 over dat uiteinde te leggen. De streng 5 kan zijn uitgevoerd uit bijvoorbeeld kunststof of rubber. De lussen 10,11 van de beide einden 7, 8 van de streng 5 trekken in tegengestelde richting aan de brug 4 en neigen ertoe naar elkaar toe te schuiven. Hierdoor wordt 20 op de brug een relatief klein buigend moment uitgeoefend en hoeft de brug 4 slechts aan relatief lage eisen wat betreft stijfheid en sterkte te voldoen. Deze kan daardoor bijvoorbeeld uit een soepele soort kunststof zijn vervaardigd, waardoor beschadiging van de stam 2 en de paal 3 door schavielen tegen de brug 4 wordt tegengegaan.Because the strand 5 is provided with loops 10 and 11, the free ends can be attached to one end of the bridge 4 by laying the loops 10, 11 over that end. The strand 5 can be made of, for example, plastic or rubber. The loops 10, 11 of the two ends 7, 8 of the strand 5 pull in the opposite direction on the bridge 4 and tend to slide towards each other. As a result, a relatively small bending moment is exerted on the bridge and the bridge 4 only has to meet relatively low requirements in terms of stiffness and strength. As a result, it can for instance be manufactured from a flexible type of plastic, as a result of which damage to the stem 2 and the pile 3 against the bridge 4 is prevented.

De brug 4 vormt bovendien een afstandshouder tussen de stam 2 en de paal 3, waardoor beschadiging 25 van de stam 2 en de paal 3 door schavielen tegen elkaar wordt tegengegaan.The bridge 4 moreover forms a spacer between the stem 2 and the pole 3, as a result of which damage to the stem 2 and the pole 3 is prevented by scraping against each other.

De brug 4 wordt in het gebied van zijn eerste uiteinde door de om de paal 3 en de stam 2 geslagen streng 5 op zijn plaats gehouden. Door om het tweede uiteinde 9 gelegde lussen 10, 11 is de brug 4 gefixeerd tegen rotatie van het tweede uiteinde 9 om de bevestiging van de streng 5 in het gebied van het eerste uiteinde 6. De lussen 10, 11 van de streng 5 worden daardoor zelf door de brug 4 betrouwbaar vast 30 gehouden.The bridge 4 is held in place in the region of its first end by the strand 5 wrapped around the post 3 and the stem 2. Through loops 10, 11 laid around the second end 9, the bridge 4 is fixed against rotation of the second end 9 about the attachment of the strand 5 in the region of the first end 6. The loops 10, 11 of the strand 5 are thereby reliably retained by the bridge 4 itself.

Voor het aan de paal 3 binden van de stam 2 kan de streng 5 aan de brug worden bevestigd, kan de brug 4 tussen de paal 3 en de stam 2 door worden gestoken en kunnen de lussen 10 en 11 om het tweede uiteinde 9 van de brug 4 worden gelegd. Aldus kan de stam 2 zeer snel aan de paal 3 worden gebonden.To bind the stem 2 to the post 3, the strand 5 can be attached to the bridge, the bridge 4 can be inserted between the post 3 and the stem 2 and the loops 10 and 11 around the second end 9 of the bridge 4 are laid. The stem 2 can thus be bonded to the post 3 very quickly.

Uiteraard kunnen op overeenkomstige wijze, met overeenkomstige voordelen als hiervoor en hierna 35 beschreven, ook takken en dergelijke aan steunen worden bevestigd. Het samenstel kan in verschillende afmetingen worden uitgevoerd, variërend van zeer klein voor het opbinden van bijvoorbeeld kamerplanten tot groot voor het ondersteunen van bijvoorbeeld jonge bomen en zogenaamde ’’spilbomen", die men in de fruitteelt veelvuldig aan kan treffen.Naturally, branches and the like can also be attached to supports in a corresponding manner, with corresponding advantages as described above and hereinafter. The assembly can be made in various sizes, ranging from very small for tying up house plants, for example, to large for supporting, for example, young trees and so-called "pivot trees", which can be found frequently in fruit growing.

De flexibele streng 5 volgens het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld is aan beide zijden van de brug 4 in 40 zijn geheel uitgevoerd als een lus. Doordat een eind van de streng aan een zijde van de brug in zijn geheel is uitgevoerd als een lus, wordt de door dat eind van de streng 5 op de stam 2 of de paal 3 uitgeoefende kracht verdeeld over twee gedeeltes van dat eind van de streng 5. Hierdoor wordt de kans op schade aan de stam 2 of de paal 3 verder tegengegaan. Voorts kan daardoor dat eind van de streng 5 in zijn geheel nagenoeg loodrecht ten opzichte van de stam 2 verlopen, zodat de maximale in de streng 5 optredende 45 spanning relatief laag kan blijven en is de lus relatief groot, waardoor deze gemakkelijk om het tweede uiteinde 9 van de brug 4 kan worden gelegd.The flexible strand 5 according to the present exemplary embodiment is entirely designed as a loop on both sides of the bridge 4 in 40. Because an end of the strand on one side of the bridge is designed in its entirety as a loop, the force exerted by that end of the strand 5 on the stem 2 or the pole 3 is distributed over two parts of that end of the strand 5. This further reduces the risk of damage to the log 2 or the post 3. Furthermore, as a result, that end of the strand 5 as a whole can run substantially perpendicularly to the stem 2, so that the maximum stress occurring in the strand 5 can remain relatively low and the loop is relatively large, so that it is easy to wrap around the second end. 9 of the bridge 4 can be laid.

De flexibele streng 5 is bij voorkeur vervaardigd uit een kunststof die na plastische vervorming, na verloop van tijd, althans gedeeltelijk, naar zijn oude vorm terug vervormt.The flexible strand 5 is preferably made from a plastic which after plastic deformation, after some time, at least partially deforms back to its old form.

Dit vergemakkelijkt het aanbrengen van de lussen van de streng 5 om het tweede uiteinde 9 van de brug 50 4. Voorts kan hierdoor een nauwsluitende aansluiting van streng 5 om de paal 3 en de stam 2 met een beperkte elasticiteit worden verkregen. Hierdoor wordt schavielen van de samengebonden delen tegengegaan.This facilitates the provision of the loops of the strand 5 around the second end 9 of the bridge 50 4. Furthermore, a close fitting of strand 5 around the post 3 and the stem 2 can be obtained with a limited elasticity. This prevents shavings from the parts bound together.

De flexibele streng 5 verloopt door een doorgang 12 in het gebied van het eerste uiteinde van de brug en is in zijn langsrichting door die doorgang 12 verschuifbaar. Dit biedt het voordeel, dat de spanning in de 55 streng 5 gelijkmatig over de einden 7 en 8 aan weerszijden van de. brug 4 wordt verdeeld, doordat de streng 5 automatisch naar die zijde van de brug 4 verschuift, waar de spanning in de streng 5 het grootst is. Het samenstel is hierdoor zowel geschikt voor het binden van een stengel aan een steun met een ongeveer 3 194422 gelijke dikte, als aan een steun met een aanzienlijk grotere of kleinere dikte.The flexible strand 5 runs through a passage 12 in the area of the first end of the bridge and is slidable in its longitudinal direction through that passage 12. This offers the advantage that the tension in the 55 strand 5 is evenly across the ends 7 and 8 on either side of the. bridge 4 is divided by the strand 5 automatically shifting to that side of the bridge 4 where the tension in the strand 5 is greatest. The assembly is therefore suitable both for binding a stem to a support with a thickness of approximately 3 194422, and to a support with a considerably greater or smaller thickness.

De flexibele streng 5 is in de doorgang opgesloten, waardoor de brug 4 en de streng 5 voor kunnen worden gemonteerd. Indien de streng 5 reeds voor gebruik in het gebied van het eerste uiteinde 6 aan de brug 4 is bevestigd, is het bij toepassing van het samenstel niet telkens nodig een streng 5 en een brug 4 5 bij elkaar te zoeken.The flexible strand 5 is confined in the passage, so that the bridge 4 and the strand 5 can be mounted in front. If the strand 5 is already attached to the bridge 4 for use in the area of the first end 6, it is not always necessary to find a strand 5 and a bridge 4 together when the assembly is used.

De flexibele streng 5 volgens het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld is eindloos omlopend uitgevoerd.The flexible strand 5 according to the present exemplary embodiment is of endless design.

Door deze eenvoudige vormgeving kan de streng 5 tegen lage kosten worden vervaardigd en worden spanningsconcentraties in het materiaal van de streng tegengegaan.Due to this simple design, the strand 5 can be manufactured at low costs and stress concentrations in the material of the strand are prevented.

Teneinde de streng 5 met tegenover elkaar gelegen gedeeltes op afstand van elkaar door de doorgang 10 12 te kunnen voeren en geleiden, omvat de doorgang 12 twee openingen 13 en een van de ene opening 13 naar de andere opening 13 verlopende spleet 14. Bij assemblage van het samenstel wordt een uiteinde 10 of 11 van de streng 5 door de spleet 14 gedrukt, totdat tegenover elkaar gelegen gedeeltes van de streng 5 door de openingen 13 verlopen. Doordat de spleet 14 nauwer is dan de dikte van de streng 5 worden de tegenover elkaar gelegen gedeeltes van de streng 5 in de openingen 13 opgesloten.In order to be able to guide and guide the strand 5 with opposite portions spaced apart through the passage 10 12, the passage 12 comprises two openings 13 and a slit 14 extending from one opening 13 to the other opening 13. In the assembly, one end 10 or 11 of the strand 5 is pressed through the slit 14 until opposed portions of the strand 5 pass through the openings 13. Because the gap 14 is narrower than the thickness of the strand 5, the opposite parts of the strand 5 are confined in the openings 13.

15 Doordat de spleet 14 via een omweg van de ene naar de andere opening 13 verloopt, kan een aan de spleet grenzend gedeelte van de brug 4, dat tussen de openingen 13 is gelegen, worden weggebogen voor het vergroten van de spleet 14. Hierdoor wordt het plaatsen van de streng 5 in de doorgang 12 vergemakkelijkt.Because the gap 14 extends from one opening 13 to the other via a detour, a portion of the bridge 4 adjacent the gap, which is situated between the openings 13, can be bent away to enlarge the gap 14. This placing the strand 5 in the passage 12 facilitates.

In figuur 5 is een tweede uitvoeringsvoorbeeld 104 van de brug weergegeven. Bij deze brug 104 is de 20 doorgang 112 via een spleet 114 verbonden met de buitenrand van de brug 104. Dit maakt het mogelijk de streng 5 in zijn dwarsrichting door de spleet 114 naar de doorgang 112 te voeren. Doordat de spleet 114 nabij de doorgang 112 een kleinere breedte heeft dan de dikte van de streng 5, is de streng 5 na plaatsing in de doorgang 112 opgesloten. Doordat de spleet 114 een naar de doorgang toe geleidelijk afnemende breedte heeft, is de streng 5 echter toch gemakkelijk door de spleet 114 naar de doorgang 112 te voeren.Figure 5 shows a second exemplary embodiment 104 of the bridge. At this bridge 104 the passage 112 is connected via a slit 114 to the outer edge of the bridge 104. This makes it possible to feed the strand 5 in its transverse direction through the slit 114 to the passage 112. Because the gap 114 near the passage 112 has a smaller width than the thickness of the strand 5, the strand 5 is confined after placement in the passage 112. Because the slit 114 has a width gradually decreasing towards the passage, however, the strand 5 can nevertheless be easily passed through the slit 114 to the passage 112.

25 In figuur 6 is een streng 105 weergegeven, die bijzonder geschikt is voor toepassing in combinatie met de brug 104 volgens figuur 5. Evenals bij de streng 5 volgens figuur 4 zijn de uiteinden van de streng 105 uitgevoerd als lussen 110 en 111. Deze streng 105 heeft echter een middengedeelte 115, dat enkelvoudig Is uitgevoerd en een dwarsdoorsnede heeft, die qua vorm en afmetingen overeen komt met de vorm van de doorgang 112.Figure 6 shows a strand 105, which is particularly suitable for use in combination with the bridge 104 according to figure 5. As with the strand 5 according to figure 4, the ends of the strand 105 are designed as loops 110 and 111. This strand 105, however, has a central portion 115 which is of a single design and has a cross-section which corresponds in shape and dimensions to the shape of the passage 112.

30 Het middengedeelte kan ook bandvormig zijn uitgevoerd, waardoor een betere drukverdeling over de aan elkaar gebonden stengel en de steun kan worden verkregen.The central part can also be belt-shaped, whereby a better pressure distribution over the stuck together and the support can be obtained.

De lussen 110 en 111 vormen elk een voorbij een binnengelegen lus 116 resp. 117 uitstekend gedeelte. Dit maakt het mogelijk, bij het over het tweede uiteinde 109 (figuur 5) leggen van de lussen 116 en 117, de streng 115 vast te houden aan de uitstekende gedeeltes 110 resp. 111. Dit vergemakkelijkt het aanbrengen 35 van het samenstel en verkleint de kans op bekneld raken van vingers tussen een lus en een brug.The loops 110 and 111 each form one beyond an inner loop 116, respectively. 117 excellent part. This makes it possible, when laying the loops 116 and 117 over the second end 109 (Fig. 5), to hold the strand 115 to the projecting portions 110 and 110, respectively. 111. This facilitates the application of the assembly and reduces the risk of fingers getting trapped between a loop and a bridge.

Doordat de uitstekende gedeeltes worden gevormd door de buitengelegen lussen 110 en 111 is de werkzame lengte van de streng instelbaar, door naar keuze de binnengelegen lussen 116 en 117 dan wel één van de of beide buitengelegen lussen 110 en 111 om het tweede uiteinde 109 van de brug 104 te leggen.Because the projecting portions are formed by the outer loops 110 and 111, the effective length of the strand can be adjusted by optionally the inner loops 116 and 117 or one or both of the outer loops 110 and 111 around the second end 109 of the to build bridge 104.

40 In figuur 7 is een derde uitvoeringsvoorbeeld 205 van een streng weergegeven, die in het bijzonder geschikt is voor toepassing in combinatie met een brug 4 volgens figuur 3 of een brug 204 volgens figuren 8 en 9, waarvan de doorgang, 12, 212 is voorzien van op een onderlinge afstand gelegen openingen 13, 213. Evenals de streng 5 volgens figuur 4 is deze streng eindloos uitgevoerd. Tussen buitengelegen lussen 210 en 211 zijn echter aan de zijde van de lus 211 nog een aantal opeenvolgende binnengelegen lussen 45 218-221 aangebracht. De werkzame lengte van de streng 205 kan in vijf opeenvolgende standen worden ingesteld door de bijbehorende lus 211, 218-221 over het uiteinde 9, 209 van de brug 4, 204 te leggen.Figure 7 shows a third embodiment 205 of a strand, which is particularly suitable for use in combination with a bridge 4 according to Figure 3 or a bridge 204 according to Figures 8 and 9, the passage 12, 212 of which is provided of openings 13, 213 located at a mutual distance. Like the strand 5 according to figure 4, this strand is endless. Between outer loops 210 and 211, however, a number of consecutive inner loops 45 218-221 are provided on the side of the loop 211. The effective length of the string 205 can be adjusted to five consecutive positions by placing the associated loop 211, 218-221 over the end 9, 209 of the bridge 4, 204.

De brug volgens de figuren 8 en 9 is voorzien van ribben 222 in langsrichting, waardoor een vergroting van de buigstijfheid van de brug 204 en een vergroting van de afstand tussen een stengel en steun, waar de brug tussen is geplaatst, wordt verkregen. Door de vergrote afstand tussen de stengel en de steun, 50 wordt tegengegaan, dat de stengel en de steun elkaar kunnen raken en tegen elkaar kunnen schavielen. De vergrote afstand tussen stengel en steun is in het bijzonder voordelig bij het aan elkaar binden van stengels en steunen, waarbij ten minste de stengel of de steun onregelmatig verloopt.The bridge according to figures 8 and 9 is provided with ribs 222 in the longitudinal direction, whereby an increase in the bending stiffness of the bridge 204 and an increase in the distance between a stem and support between which the bridge is placed is obtained. The increased distance between the stem and the support 50 prevents the stem and the support from touching each other and scraping against each other. The increased distance between stem and support is particularly advantageous when connecting stems and supports to each other, wherein at least the stem or the support runs irregularly.

De brug volgens de figuren 8 en 9 heeft voorts een verbreed middengedeelte, waardoor de stengel en de steun over een relatief groot oppervlak tegen de brug 204 aan kunnen liggen. Door de ribben 222 55 meegevend uit te voeren kan worden bereikt, dat de brug zich vormt naar de vorm van de stengel en de steun die daartegen aanliggen.The bridge according to Figs. 8 and 9 furthermore has a widened middle section, so that the stem and the support can abut against the bridge 204 over a relatively large surface. By constructively yielding the ribs 222 55, it can be achieved that the bridge forms to the shape of the stem and the support that abut against it.

De ribben deel maken telkens deel uit van een Ω-profilering. Hierdoor kan de brug eenvoudig wordenThe ribs part are always part of a Ω-profiling. This makes the bridge easy

Claims

194422 4 and has large surfaces on each side against which the stem and the support can lie. Figures 10 and 11 show an exemplary embodiment in which a bridge 304 and a flexible strand 305 are made of the same piece of material. This makes it possible to manufacture the assembly without any assembly operation. The strand is fixedly attached to that bridge in the area of the first end 306 of the bridge 304. The bridge 304 can be bent with respect to the strand 305 to a position extending transversely to the strand. Subsequently a stem can be tied to a support with the aid of the assembly according to this exemplary embodiment as with the aid of the assembly shown in Figs. 1-4.

An assembly for binding to a support a stem, such as a stem or a branch, of a crop, comprising a bridge and at least one flexible strand attached to the bridge in the region of a first end thereof, wherein at least two free ends of the at least one flexible strand to be fastened to the bridge in the region of a second end opposite the first end to form loops between the fastening points in the region of the first and the second end of the bridge, characterized in that at least free ends of the at least one flexible strand 50 in turn form loops (10, 11; 110, 111; 210, 211; 310, 311) and in said region of the second end to the bridge.

An assembly according to claim 1, characterized in that the flexible strand (5, 205) on at least one side of the bridge as a whole forms an endless loop.

An assembly according to any one of the preceding claims, characterized in that the bridge (304) and the flexible 55 strand (305) are made from the same piece of material.

An assembly according to any one of the preceding claims, characterized in that the flexible strand is made of a plastic which, after plastic deformation, deforms over time, at least partially, back to its old shape.

Assembly as claimed in claim 1 or 2, wherein the flexible strand extends through a passage in the area of the first end of the bridge, characterized in that the flexible strand is confined in the passage and is slidable in its longitudinal direction through that passage .

An assembly according to claim 5, characterized in that the flexible strand (5, 205) is endlessly formed.

An assembly according to any one of claims 5-6, characterized in that the passage comprises two openings (13, 213) and a slit (14, 214) extending from one opening to the other opening.

8. Assembly as claimed in claim 7, characterized in that the gap (14, 214) runs from the one opening (13, 213) to the other opening (13, 213) via a detour.

An assembly according to any one of claims (5-7), characterized in that the passage (112) is connected via a slit (114) to the outer edge of the bridge (104).

An assembly according to any one of the preceding claims, characterized in that the bridge (204, 304) is provided with at least one rib (222, 322) in the longitudinal direction.

To increase the flexural rigidity thereof, the bridge 304 has a greater thickness than the strand 305 and is provided with ribs 322 which form a Ω profile. These measures are particularly important in the assembly according to this exemplary embodiment, because the bridge is made of the same, relatively flexible material as the strand 305. Instead of being an Ω-shaped cross-section, the bridge can advantageously have an oval cross-section .

A sufficiently large bending stiffness of the bridge can hereby be achieved with a suitable dimensioning, while the bridge, both towards the support and towards the strand of the crop, has a relatively large supporting surface but no sharp edges. Figure 12 shows another variant of the exemplary embodiment shown in Figures 10 and 11, in which inner loops 318 and 319 are provided on each side of the bridge 304, inwardly of the outer loops 310 and 311. This makes it possible to use the assembly according to this variant for joining a larger variety of strands to a larger variety of supports and / or to use material that is less deformable for the strand 305. At each of the bridges 4, 104, 204, 304, the second end 9,109, 209, 309 of the bridge has a greater width than an inner adjacent portion 23, 123, 223, 323 of that bridge. This offers the advantage that loops of the strands 5,105, 205, 305 laid over the second end remain reliably around the second end at a certain length of the bridge. A further advantage of this is that for laying the second loop of the strand over the second end, the bridge can be pulled back over an increased distance in the direction of its first end without the first loop slipping off the second end . Retracting the bridge prior to placing the second loop over the bridge facilitates attaching the second loop. This is of particular importance because when the second loop of the strand is laid over the second end, the tension in the strand is relatively high. However, it is also possible to provide the bridge with a second end with a constant width or even with a second end tapering in a side view. The bridge 204 according to Figs. 8 and 9 has on the outside of its widened portion in the area 35 of the second end 209 arrows extending in the direction of the second end. This makes it easier to lay the loops of the strand over the second end. For reliable anchoring of the loops, the sides of the widening away from the end 209 can be hook-shaped and extend inwards towards that end, so that a loop can be hooked behind that widening. 40

An assembly according to claim 10, characterized in that the rib (222, 322) forms part of a Ω profile.

An assembly according to any one of the preceding claims, characterized in that at least one end of the strand (105, 205) is provided with a portion (110) projecting beyond a loop (116, 117, 218-221; 318, 319) (111, 211, 218220, 310, 311, 318).

An assembly according to claim 12, characterized in that the protruding portion (110, 111, 211, 218-220, 310, 311, 318) is designed as a subsequent loop.

An assembly according to any one of the preceding claims, characterized in that the second end (9,109, 209, 309) of the bridge (4, 104, 204, 304) has a greater width than an inner adjacent (23, 123, 223 , 323) portion of that bridge.

Bridge for use as part of an assembly according to any one of the preceding claims, with a passage (12, 112, 212) for a flexible strand, characterized in that the passage is exclusively located in the area of one of the ends of the bridge. Hereby 5 sheets of drawing