NL192518C - Inrichting voor het vervaardigen van een opvouwbaar vel. - Google Patents

Description

1 192518

Inrichting voor het vervaardigen van een opvouwbaar vel

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het vervaardigen van een opvouwbaar vel, zoals bijvoorbeeld een landkaart of een plattegrond, welk vel is voorzien van een aantal zich evenwijdig aan 5 elkaar uitstrekkende zigzagvormige vouwlijnen, waarbij om een vouwlijn de aan een vouwlijn aangrenzende veldelen ten opzichte van elkaar te vouwen zijn in een richting tegengesteld aan de richting waarin aan een naburige vouwlijn grenzende veldelen ten opzichte van deze naburige vouwlijn te vouwen zijn, en van verdere evenwijdig aan elkaar verlopende, zich dwars op de zigzagvormige vouwlijnen uitstrekkende vouwlijnen, zodanig dat deze verdere vouwlijnen veriopen door de hoekpunten waarin telkens twee 10 aangrenzende delen van de zigzagvormige vouwlijnen op elkaar aansluiten, waarbij de veldelen, die aan weerszijden zijn gelegen van een deel van een verdere vouwlijn dat zich uitstrekt tussen twee naburige zigzagvormige vouwlijnen, ten opzichte van elkaar om dit deel van de verdere vouwlijn te vouwen zijn in een richting tegengesteld aan de richting waarin de veldelen die zijn gelegen aan weerszijden van een op genoemd deel van de verdere vouwlijn aansluitend deel van de verdere vouwlijn om dit aansluitende deel 15 van de verdere vouwlijn te vouwen zijn.

Een inrichting voor het vervaardigen van een dergelijk opvouwbaar vel is bekend uit de in 1980 ter inzage gelegde Japanse openbaarmaking 151.460. De in deze publicatie beschreven inrichting omvat een ----^eetaltegenovensikaaropgesteldeeindlozebandenvdreledereenaantarbtokkendragerrOebrokkenvan beide banden zijn zodanig uitgevoerd, dat de aan tegenover elkaar liggende parten van bade banden 20 bevestigde blokken in elkaar grijpen. Een te vouwen vel moet tussen de banden door worden gevoerd om te worden gevouwen door de in elkaar grijpende blokken.

Deze inrichting is gecompliceerd van opbouw en in de praktijk is gebleken, dat het met behulp van deze inrichting niet mogelijk is om op een juist en nauwkeurig vouwen van een vel te realiseren.

Met de uitvinding wordt beoogd een inrichting van bovengenoemde soort te verkrijgen met behulp 25 waarvan op doelmatige en effectieve wijze een vel op de gewenste wijze kan worden gevouwen.

Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt, doordat de inrichting een vormblok omvat met een begrenzingsvlak opgebouwd uit voimviakken, die zich vanaf een aantal evenwijdig aan elkaar uitstrekkende en in een vlak gelegen zigzagvormige begrenzingslijnen schuin naar beneden uitstrekken en elkaar snijden volgens een aantal verdere, in een tweede zich evenwijdig aan het eerste vlak uitstrekkend vlak gelegen en 30 zich zigzagvormig en evenwijdig aan de eerstgenoemde zigzagvormige lijnen uitstrekkende lijnen, en volgens lijnen verlopend tussen de hoekpunten waar de een hoek met elkaar insluitende delen van de zigzagvormige lijnen elkaar snijden, terwijl een aantal ten opzichte van het vormblok en ten opzichte van elkaar op en neer beweegbare stempels zijn aangebracht, waarbij de naar het vormblok toe gekeerde zijde van iedere stempel zodanig is uitgevoerd, dat deze zijde past op de zich vanaf een zigzagvormige 35 begrenzingslijn aan een zijde van die begrenzingslijn schuin naar beneden uitstrekkende voimviakken.

__ __________ Opgemerkt wordt dat uit het Amerikaanse octrooi US-A-4.0Q8.591 een inrichting voor het vervaardigen---- van een opvouwbaar vel bekend is, welke inrichting is voorzien van twee ten opzichte van elkaar verplaatsbare matrijsdelen, waarbij elk matrijsdeel is voorzien van een aantal tanden. Eén matrijsdeel is in verticale richting verplaatsbaar en het andere matrijsdeel is in horizontale richting verplaatsbaar. Verder is elk 40 matrijsdeel aangesloten op een vacuüminrichting waarbij afwisselend het te vouwen vel door het ene en het andere matrijsdeel wordt vastgehouden. De verplaatsing in horizontale richting dient zeer nauwkeurig plaats te vinden daar anders de matrijsdelen bij het in verticale richting verplaatsen met elkaar in botsing komen.

Verder is het op deze wijze vervaardigen van een opvouwbaar vel relatief tijdrovend doordat de matrijsdelen behalve in verticale richting ook in horizontale richting ten opzichte van elkaar dienen te worden verplaatst.

45

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van de tekening.

Figuur 1 toont in bovenaanzicht een van vouwlijnen voorzien vel, dat is te vervaardigen met behulp van een inrichting volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont op grotere schaal schematisch in zijaanzicht een inrichting volgens de uitvinding.

50 Figuur 3 toont een aanzicht op een deel van de inrichting volgens figuur 2 uitmakend vormblok, gezien volgens de lijn III—III in figuur 2.

Het in figuur 1 weergegeven vel, dat bijvoorbeeld een landkaart, een plattegrond of dergelijke vormt is voorzien van een aantal zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende zigzagvormige vouwlijnen 1, die om en om 55 getrokken en gestippeld zijn afgebeeld. De aan weerszijden van een getrokken vouwlijn gelegen delen van het vel kunnen uitgaande van de vlakke stand van het vel ten opzichte van deze vouwlijn in een richting worden gevouwen, en wel zodanig, dat de gezien in figuur 1 aan de onderzijde van het vel gelegen zijden

Claims (3)

15 Voor het aanbrengen van de boven beschreven vouwlijnen 1 en 2 in een uitgangsvel kan gebruik worden gemaakt van een inrichting volgens de uitvinding zoals weergegeven in de figuren 2 en 3. De inrichting omvat een gestel 3, voorzien van een tafel 4, welke met behulp van een aandrijf- ----mechanisme 5 inhoogterichttnglrsstelbaar is. Op de tafel rust een vormblok 6. uit vormblok 6 is voorzien van enige naast elkaar gelegen en zich gezien in figuur 2 loodrecht op het vlak van tekening uitstrekkende 20 in dwarsdoorsnede driehoekvormige ruggen 7 die aan hun bovenzijden worden begrensd door een aantal in een horizontaal vlak gelegen zigzagvormige begrenzingslijnen 8. Vanaf deze zigzagvormige begrenzings-iijnen strekken vormvlakken 9 schuin naar beneden toe uit in de richting van verdere in een horizontaal vlak gelegen zigzagvomnige begrenzingslijnen 10. leder vormvlak 9 wordt verder begrensd door een tweetal begrenzingslijnen 11, welke verlopen tussen de hoekpunten, waar de een hoek met elkaar insluitende delen 25 van de zigzagvormige lijnen 8 en 10 elkaar snijden. Boven het vormblok 6 zijn een zevental stempels 12-18 opgesteld, die ieder met behulp van een verticaal veriopende drijfstang 19 zijn verbonden met een aandrijfmechanisme 20 met behulp waarvan de stempels 12-18 onafhankelijk van elkaar op en neer kunnen worden bewogen. De lengte van ieder stempel 12-18 is gemeten in een richting loodrecht op het vlak van tekening in 30 figuur 2 gelijk aan de lengte van het voimblok 6 gemeten in een richting loodrecht op het vlak van tekening gezien in figuur 2. Daarbij is verder het naar het vormblok 6 toegekeerde begrenzingszijde van een stempel 12-18 overeenkomend met de vormgeving en opstelling van de daaronder gelegen voimvlakken 9, zodat ieder stempel 12 nauwsluitend tot aanligging kan worden gebracht op de daaronder en in een zich loodrecht op het vlak van tekening in figuur 2 uitstrekkende rij voimvlakken 9.

35 Nadat de tafel 4 met het daarop ondersteunde vormblok 6 op de gewenste hoogte is gebracht kan nu een te vouwen vel met behulp van een niet nader weergegeven toevoerinrichting boven op het vormblok 6 worden gelegd, zodanig dat dit vel op de zigzagvoimige begrenzingsranden 8 rust. De stempels 12-18 worden zodanig ingesteld, dat de onderste punten van deze stempels 12-18 althans nagenoeg op het vel rusten, zodat het vel geen ongewenste opwaartse bewegingen kan uitvoeren.

40 Vervolgens worden de stempels 12-18 één voor één naar beneden bewogen tot zij in aanligging komen op de daaronder gelegen vormvlakken van het vormblok 6, te beginnen met het stempel 12. Het stempel 12 wordt dus eerst naar beneden bewogen om gezien in figuur 2 het linker uiteinde van het op het voimblok 6 rustende vel met behulp van het stempel 12 tegen de gezien in figuur 2 meest linkse rij van achter elkaar gelegen vormvlakken te drukken. Vervolgens wordt het stempel 13 naar beneden bewogen om een volgend 45 deel van het vel tegen de volgende rij voimvlakken te drukken, enz. In de praktijk is gebleken, dat zo op effectieve wijze de gewenste vouwlijnen in het vel kunnen worden aangebracht. Nadat alle stempels naar beneden zijn gedrukt kunnen de stempels 12-18 en het vormblok 6 weer in een van elkaar afgekeerde richting worden verplaatst, waarna het voorgevouwen vel kan worden verwijderd. 50 Inrichting voor het vervaardigen van een opvouwbaar vel, zoals bijvooibeeld een landkaart of een piatte-55 grond, welk vel is voorzien van een aantal zich evenwijdig aan elkaar uitstrekkende zigzagvormige vouwlijnen, waarbij om een vouwlijn de aan de vouwlijn aangrenzende veldelen ten opzichte van elkaar te vouwen zijn in een richting tegengesteld aan de richting waarin aan een naburige vouwlijn grenzende 3 ïsreaie veldelen ten opzichte van deze naburige vouwlijn te vouwen zijn, en van verdere evenwijdig aan elkaar verlopende en zich dwars op de zigzagvormige vouwlijnen uitstrekkende vouwlijnen die verlopen door de hoekpunten waarin telkens twee aangrenzende delen van de zigzagvormige vouwlijnen op elkaar aansluiten, waarbij de veldelen, die aan weerszijden zijn gelegen van een deel van een verdere vouwlijn, dat zich 5 uitstrekt tussen twee naburige zigzagvormige vouwlijnen, ten opzichte van elkaar om dit deel van de verdere vouwlijn te vouwen zijn in een richting tegengesteld aan de richting waarin de veldelen, die zijn gelegen aan weerszijden van een op genoemd deel van de verdere vouwlijn aansluitend deel van de verdere vouwlijn om dit aansluitende deel van de verdere vouwlijn te vouwen zijn, met het kenmerk, dat de inrichting een vonmblok (6) omvat met een begrenzingsvlak opgebouwd uit vormvlakken (9), die zich vanaf een aantal 10 evenwijdig aan elkaar uitstrekkende en in een vlak gelegen zigzagvormige begrenzingslijnen (8) schuin naar beneden uitstrekken en elkaar snijden volgens een aantal verdere in een tweede zich evenwijdig aan het eerste vlak uitstrekkende vlak gelegen en zich zigzagvormig en evenwijdig aan de eerstgenoemde zigzagvormige lijnen (8) uitstrekkende lijnen (10), en volgens lijnen (11) verlopend tussen de hoekpunten waar de een hoek met elkaar insluitende delen van de zigzagvormige lijnen (8,10) elkaar snijden, terwijl 15 een aantal ten opzichte van het vormblok en ten opzichte van elkaar op en neer beweegbare stempels (12-18) zijn aangebracht, waarbij de naar het vormblok toe gekeerde zijde van iedere stempel (12-18) zodanig is uitgevoerd, dat deze zijde past op de zich vanaf een zigzagvormige begrenzingslijn (8) aan een van die begrenzingslijn schuin naar beneden uitstrekkende vormvlakken (9). Hierbij 2 bladen tekening