NL1038864C2 - Invoerinrichting voor plasticafval. - Google Patents

Invoerinrichting voor plasticafval. Download PDF

Info

Publication number
NL1038864C2
NL1038864C2 NL1038864A NL1038864A NL1038864C2 NL 1038864 C2 NL1038864 C2 NL 1038864C2 NL 1038864 A NL1038864 A NL 1038864A NL 1038864 A NL1038864 A NL 1038864A NL 1038864 C2 NL1038864 C2 NL 1038864C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
container
opening
input
input member
plastic waste
Prior art date
Application number
NL1038864A
Other languages
English (en)
Other versions
NL1038864A (nl
Inventor
Johan Jacobus Smoor
Original Assignee
V O F Leef
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by V O F Leef filed Critical V O F Leef
Priority to NL1038864A priority Critical patent/NL1038864C2/nl
Publication of NL1038864A publication Critical patent/NL1038864A/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1038864C2 publication Critical patent/NL1038864C2/nl

Links

Landscapes

  • Refuse Receptacles (AREA)
  • Processing Of Solid Wastes (AREA)

Description

TITEL: INVOERINRICHTING VOOR PLASTICAFVAL
BESCHRIJVING
5 De uitvinding heeft betrekking op een invoerinrichting voor het invoeren van plasticafval in een container of zak.
De onderhavige uitvinding beoogt een oplossing te bieden voor het probleem dat ontstaat bij gescheiden inzameling van 10 huishoudplastic, zoals plastic zakken etc., namelijk het volume dat dat plasticafval inneemt.
De uitvinding beoogt een systeem te bieden waarin dergelijk plasticafval op doeltreffende wijze en met eenvoudige middelen 15 kan worden gecomprimeerd.
Ter voldoening aan deze en andere eisen en wensen voorziet de uitvinding in inrichting, gevormd door of omvattende een invoerorgaan voor het onder uitoefening van druk invoeren van 20 plasticafval in een van een vulopening voorziene container of zak, welk invoerorgaan aan zijn binnenzijde een in hoofdzaak trechtervormig verloop heeft en een ruime invoeropening omvat en een relatief smalle doorvoeropening aan de kant van de vulopening van de container of zak, met een daartussen gelegen 25 geleidingsoppervlak voor het geleiden en comprimeren van het in te voeren plasticafval; welk invoerorgaan voorts verbindingsmiddelen omvat die zijn ingericht om het invoerorgaan zodanig met de vulopening van de container te kunnen verbinden dat het invoerorgaan niet 30 onopzettelijk, in het bijzonder als gevolg van tijdens het invoeren op het plasticafval en op de container uitgeoefende druk en/of door tegendruk van het plasticafval, van de container kan loskomen; waarbij de grootte van de dwarsdoorsnede van de 1038864 2 doorvoeropening substantieel geringer is dan de grootte van de dwarsdoorsnede van het gedeelte van de container dat aansluit op de doorvoeropening van het invoerorgaan en/of op de vulopening van de container.
5
Door zijn trechtervorm en zijn verbinding met de container of zak wordt door het invoerorgaan als het ware een invoerventiel gevormd tussen het plasticafval in zijn volumineuze vorm waarin het wordt aangeboden, en de gecomprimeerde vorm waarin 10 het zich in de container (of zak) bevindt, waarbij door het invoer-"ventiel" wordt voorkomen dat het plasticafval weer uitzet en de container verlaat. Op deze wijze kan veel plasticafval in een ruimte van geringe afmetingen worden opgeslagen en, nadat die ruimte vol is, aan bij voorbeeld de 15 gemeentelijke ophaaldienst worden aangeboden.
Behalve een sterke volumereductie, wordt bovendien bereikt dat het plasticafval, dat vaak in aanraking is geweest met groente, fruit, vleeswaren etc. en daarvan nog resten bevat, 20 veel minder kwalijk riekende dampen afgeeft, daar die, als gevolg van het comprimeren veelal door het plasticafval van de buitenlucht wordt afgesloten.
Opgemerkt wordt dat uit de octrooipublicaties EP1870337, 25 US4629233, US6131759 en CN201745995U, genoemd in het bij deze
Nederlandse octrooiaanvrage behorend onderzoek naar de stand van de techniek, een aantal trechtervormige inrichtingen bekend zijn die dienen als geleiding naar de vulopening van een container. Niet bekend uit deze publicaties is echter dat 30 de grootte van de dwarsdoorsnede van de doorvoeropening substantieel geringer is dan de grootte van de dwarsdoorsnede van het gedeelte van de container of van een eventueel om de container aangebrachte behuizing, dat aansluit op de doorvoeropening van het invoerorgaan en/of op de vulopening 3 van de container. De bekende inrichtingen zijn blijkbaar dan ook bedoeld te zijn voor een ander gebruik dan de onderhavige inrichting volgens de uitvinding. Doordat de grootte van de doorvoeropening substantieel geringer is dan de grootte van de 5 dwarsdoorsnede van het gedeelte van de container of van een eventueel om de container aangebrachte behuizing, wordt een veel betere afsluiting verkregen tussen de in de container geduwde plasticafval en de buitenomgeving (bijvoorbeeld de keuken), waardoor de reuk van de resten van groente, fruit, 10 vleeswaren etc. niet merkbaar is. Verder kan als gevolg van de nauwe doorvoeropening veel meer plasticafval door de container resp. behuizing worden opgenomen, namelijk doordat het plasticafval niet meer door de (immers nauwe) doorvoeropening terug kan en onder druk in de container resp. behuizing wordt 15 geperst.
Bij voorkeur is het geleidingsoppervlak, ten behoeve van een goede geleiding van het plasticafval en gelijkmatige compressie ervan, naar binnen toe gebold uitgevoerd. Deze 20 boiling van het geleidingsoppervlak, waardoor -in doorsnede gezien- aan de zijde van de (ruime) invoeropening de hoek tussen de raaklijn en de middellijn van de trechter groot is (bij voorbeeld 70° - 90°) en aan de zijde van de (smalle) doorvoeropening klein (bij voorbeeld 0° - 20°).
25
In het bijzonder wordt het invoerorgaan zeer geschikt geacht om samen te laten werken met een plastic container, in het bijzonder een plastic container die zelf plasticafval is, nadat die eerst werd gebruikt voor het bevatten van bij 30 voorbeeld melk. Van dergelijke in toenemende mate in gebruik zijnde plastic melkcontainers is de vul- of uitstroomopening voorzien van (een eerste) schroefdraad. Door de verbindingsmiddelen van het invoerorgaan te voorzien van (een tweede) schroefdraad die geschikt is om samen te werken met de 4 (eerste) schroefdraad van de vul- of uitstroomopening van de container kan aldus worden voorzien in een container die zelf plasticafval is en -door toepassing van het invoerorgaan volgens de uitvinding- uitstekend kan dienen om ander 5 plasticafval, in gecomprimeerde vorm, in op te slaan.
Opgemerkt wordt dat in plaats van schroefdraad, de vul- of uitstroomopening ook kan zijn voorzien van eerste vorm- of krachtsluitende koppelmiddelen, zoals bijvoorbeeld een bajonetsluiting, klemmiddelen of een perspassing, en waarbij 10 de verbindingsmiddelen van het invoerorgaan zijn voorzien van tweede vorm- of krachtsluitende koppelmiddelen die dan geschikt zijn om samen te werken met de eerste vorm- of krachtsluitende koppelmiddelen van de vul- of uitstroomopening van de container.
15
Bij voorkeur maakt het invoerorgaan deel uit van een inrichting voor het onder uitoefening van druk invoeren van plasticafval in een van een vulopening voorziene container, omvattende het invoerorgaan volgens de uitvinding, en een 20 behuizing of frame die resp. dat is ingericht voor het vormen van een verbinding tussen het invoerorgaan en een grondvlak en het daardoor bieden van ondersteuning aan het invoerorgaan bij het uitoefenen van druk op het plasticafval tijden de invoer ervan in het invoerorgaan. Op deze wijze wordt voorkomen dat 25 de container, die uit zichzelf tamelijk slap is en de druk die bij het via het invoerorgaan invoeren van plasticafval aan de bovenzijde op de container zou worden uitgeoefend, zelf niet goed kan weerstaan, tijdens het invoeren van plasticafval zou kunnen inzakken of instabiel worden.
30
Bij proefnemingen is gebleken dat de invoer van plasticafval via het invoerorgaan nog wordt vergemakkelijkt indien het vlak van de invoeropening schuin staat op de richting van de middellijn van de trechter.
5
Een invoerorgaan zoals in het voorgaande beschreven kan ook ingericht zijn om samen te werken met een zak van plastic of een ander materiaal, bij voorbeeld een (gebruikt) plastic 5 draagtasje of een plastic of papieren afvalzak. In dat geval wordt gedacht aan een invoerorgaan van grotere afmetingen dan in het voorgaande, waar in het bijzonder wordt gedacht aan een invoerorgaan dat geschikt is voor samenwerking met een (gebruikte) plastic container voor melk etc. Voor samenwerking 10 met een zak kan het invoerorgaan een zich naar buiten toe uitstrekkende bevestigingsflens of zich naar buiten toe uitstrekkende bevestigingsdelen omvatten, waaromheen de opening van de zak kan worden aangebracht en door middel van spanmiddelen vastgezet, waardoor de zak "drukvast" met het 15 invoerorgaan is verbonden en er door samendrukking veel plasticafval in de zak kan worden gedrukt. Ook in dit geval oefent het invoerorgaan een ventielwerking uit, waarbij het invoerorgaan verhindert dat het in de zak gedrukte plasticafval weer terugkomt.
20
Ook bij toepassing van een zak voor het opnemen van plasticafval kan voorzien zijn in een behuizing of frame die resp. dat is ingericht voor het vormen van een verbinding tussen het invoerorgaan en een grondvlak en het daardoor 25 bieden van ondersteuning aan het invoerorgaan bij het uitoefenen van druk op het plasticafval tijden de invoer ervan in het invoerorgaan. Echter kan ook voorzien zijn in middelen waardoor het invoerorgaan -met daaraan de zak- bij voorbeeld aan de muur kan worden opgehangen.
30
Hierna zal de uitvinding nader worden besproken aan de hand van enige uitvoeringsvoorbeelden, onder verwijzing naar enkele figuren.
6
Figuur la-e toont een uitvoeringsvoorbeeld van het invoerorgaan volgens de uitvinding, tezamen met een behuizing en een algemeen bekende plastic container; 5 Figuur 2a toont een inrichting die is samengebouwd uit de in figuur 1 getoonde componenten;
Figuur 2b toont een alternatieve vormgeving van een samengebouwde inrichting;
Figuur 3a-d toont een tweede uitvoeringsvoorbeeld van het 10 invoerorgaan volgens de uitvinding, tezamen met een behuizing en een plastic zak.
Figuur 4 toont een in detail variant op het tweede uitvoeringsvoorbeeld, getoond in figuur 3.
15 Figuur la-e toont in perspectief (a) resp. in dwarsdoorsnede (b) een invoerorgaan 1 voor het onder uitoefening van druk invoeren van plasticafval in een van een vulopening 2 voorziene container 3 (c), welk invoerorgaan 1 aan zijn binnenzijde een in hoofdzaak trechtervormig verloop heeft en 20 een ruime invoeropening 4 omvat en een relatief smalle doorvoeropening 5 aan de kant van de vulopening van de container 3, met een daartussen gelegen geleidingsoppervlak 6 voor het geleiden en comprimeren van het in te voeren plasticafval. Het invoerorgaan 1 omvat voorts 25 verbindingsmiddelen 7 -in de vorm van schroefdraad- die zijn ingericht om het invoerorgaan 1 zodanig met de vulopening 2 van de container 3 te kunnen verbinden dat het invoerorgaan 1 niet onopzettelijk, in het bijzonder als gevolg van tijdens het invoeren op het plasticafval en op de container 1 30 uitgeoefende druk en/of door tegendruk van het plasticafval, van de container kan loskomen. Ten behoeve van een goede geleiding van het plasticafval en gelijkmatige compressie ervan, is het geleidingsoppervlak 6, naar binnen toe (d.w.z. in de richting van de middellijn 8) gebold uitgevoerd. In de 7 figuur lb staat het vlak 9 van de invoeropening 4 haaks op de richting van de middellijn 8 van de trechter. Bij proefnemingen is gebleken dat de invoer van plasticafval via het invoerorgaan nog wordt vergemakkelijkt indien het vlak 9 5 van de invoeropening 4 schuin staat op de richting van de middellijn 8 van de trechter, zoals is aangegeven in dwarsdoorsnedefiguur ld.
Het in de figuren la, lb en ld getoonde invoerorgaan 1 is 10 ingericht om samen te werken met de in figuur lc getoonde plastic container. Die plastic container kan bij voorbeeld tevoren reeds gebruikt zijn voor het bevatten van bij voorbeeld melk of limonade. De vul- of uitstroomopening 2 ervan is voorzien van schroefdraad 2a, waarbij de 15 verbindingsmiddelen 7 van het invoerorgaan 1 worden gevormd door schroefdraad 7 die geschikt is om samen.te werken met de op de vul- of uitstroomopening 2 van de container 3 aangebrachte schroefdraad 2a.
20 De inrichting voor het onder uitoefening van druk invoeren van plasticafval in de container 3 door middel van het invoerorgaan 1 wordt bij voorkeur gecompleteerd door een behuizing 10 die is ingericht voor het vormen van een verbinding tussen het invoerorgaan 1 en een grondvlak 11 -bij 25 voorbeeld een tafelblad of aanrecht waarop de inrichting wordt neergezet- en het daardoor bieden van ondersteuning aan het invoerorgaan 1 bij het uitoefenen van druk op het plasticafval tijden de invoer ervan in het invoerorgaan 1. De behuizing 10 is aan de bovenzijde voorzien van een opening 12 waar de van 30 schroefdraad voorziene vul- of uitstroomtuit 2a van onderaf in wordt gestoken, waarna het invoerorgaan 1 op die vul- of uitstroomtuit 2a wordt geschroefd. Zoals ook in de dwarsdoorsnede van figuur lb is aangegeven, wordt aldus het invoerorgaan 1 door' de behuizing 10 ondersteund, waardoor de 8 op het invoerorgaan 1 tijdens het invoeren van het plasticafval uitgeoefende druk wordt opgenomen door de -stevige- behuizing 10 en het -tamelijk slappe- materiaal van de container 2 wordt ontlast, waardoor de container 2 niet 5 meer de neiging heeft om door de invoerdruk instabiel te worden en/of in te zakken.
In de figuren la-e is aangegeven dat de (oppervlakte)grootte van de dwarsdoorsnede van de doorvoeropening 5 -aangeduid met 10 (A) substantieel geringer is dan de (oppervlakte)grootte aangeduid met (B) van de dwarsdoorsnede van het gedeelte van de container 3 resp. van de om de container aangebrachte behuizing 10 dat aansluit op de doorvoeropening 5 van het invoerorgaan 1 en/of op de vulopening 2 van de container 3 15 resp. de behuizing 10.
Figuur 2a toont een inrichting die is samengebouwd uit de in figuur 1 getoonde componenten 1 en 10.
20 Figuur 2b toont een alternatieve vormgeving van een inrichting met componenten die functioneel gelijk zijn aan het invoerelement 1 en de behuizing 10. Van het trechtervormige invoerelement 1 staat het vlak 9 van de invoeropening schuin op de richting van de middellijn 8 van de trechter. Bovendien 25 is in dit uitvoeringsvoorbeeld de behuizing 10 verbonden met de bovenrand -aan de zijde van de invoeropening- van het trechtervormige invoerelement 1.
Ten slotte wordt nog opgemerkt dat het plasticafval via het 30 invoerorgaan 1 in de container kan worden geduwd door gebruik te maken van willekeurig wat voor "duworgaan", hetzij een speciaal voor de inrichting ontworpen duwstaaf of -stamper 20, hetzij de achterkant van bij voorbeeld een houten pollepel. Echter wordt bij voorkeur gebruik gemaakt van een speciale 9 stamper die is ingericht en vormgegeven om de invoeropening af te sluiten wanneer er nog onvoldoende plastic in de container zit om de invoeropening 4 en/of doorvoeropening 5 af te sluiten. Bij voorkeur zijn onderaan de stamper tandjes 5 aangebracht voor een goede grip op het door te voeren plastic. De tandjes steken bovendien het plastic lek, waardoor de lucht uit het plastic kan ontsnappen en het comprimeren wordt bevorderd.
10 Figuur 3a-d toont een üitvoeringsvoorbeeld van het invoerorgaan 1 dat is ingericht voor samenwerking met een plastic zak 13 en een behuizing 14, voorzien van een opening 15. Het invoerorgaan 1 -dat wat maatvoering betreft is aangepast aan samenwerking met een zak- omvat een zich naar 15 buiten toe uitstrekkende bevestigingsflens 16, waaromheen de opening van de zak kan worden aangebracht en door middel van spanmiddelen vastgezet. Die spanmiddelen kunnen bij voorbeeld worden gevormd door in het invoerorgaan 1 aangebrachte uitsparingen 17, waardoorheen delen 18 van de plastic 20 (afval)zak of plastic draagtas, zoals die vaak gratis door winkels aan het publiek worden verstrekt (wat in sommige landen heeft geleid tot veel zwerfafval in de natuur), kunnen worden getrokken en in een klemuitsparing 19 vastgezet, waardoor de zak om de flens 16 kan worden vastgetrokken.
25 Vervolgens wordt de zak 13 via de opening 15 in de behuizing geplaatst, waarna het invoerorgaan 1 op de bovenzijde van de behuizing 14 rust. In plaats daarvan kan de zak 13 -voorzien van het invoerorgaan 1- ook bijvoorbeeld aan een haak in de muur of in een keukenkastje worden opgehangen.
30
Wanneer de zak 13 is opgenomen in de behuizing 14 zal, als de zak 13 zich vult de zak 13 door het gevulde afvalplastic tegen de zijkanten van de behuizing 14 drukken en daardoor worden opgevangen. De behuizing 14 is bij voorkeur voorzien van een 10 losneembare bodemplaat, waardoor de druk op de zak 13 aan alle zijden door de behuizing wordt opgevangen en het plasticafval (via het invoerorgaan 1) kan worden gecomprimeerd. Doordat de invoeropening 4 groot en de doorvoeropening 5 klein is, kan 5 het gecomprimeerde plasticafval niet via het invoerorgaan 1 "ontsnappen".
Opgemerkt wordt dat de invoeropening 4 en/of de doorvoeropening 5 en/of het geleidingsoppervlak 6 een in 10 hoofdzaak cirkelvormige dwarsdoorsnede in het horizontale vlak kunnen vertonen, zoals in de getoonde uitvoeringsvoorbeelden het geval is. Deze ronde vorm is bij uitstek geschikt voor het vullen van de inrichting met plastic zakjes, zakken etc.
Echter kan er ook de voorkeur aan worden gegeven om de 15 invoeropening 4 en/of de doorvoeropening 5 en/of het geleidingsoppervlak 6 een in hoofdzaak ellipsvormige of een in hoofdzaak sleufvormige en/of rechthoekige dwarsdoorsnede vertonen. Deze opmerking geldt ook voor de opening 12 in de behuizing 10, welke opening bij voorkeur zal worden aangepast 20 op de (ronde, ellipsoïde of sleufvormige) dwarsdoorsnede van met name de doorvoeropening 5. Figuur 4 toont in detail een invoerorgaan 1 waarvan de invoeropening 4, de doorvoeropening 5, de (haaks op elkaar staande) geleidingsoppervlakken 6 en de in de behuizing 10 aangebrachte opening 12 een in hoofdzaak 25 sleufvormige en/of rechthoekige dwarsdoorsnede vertonen. Een ruimte 23 dient voor het opvangen van het boveneinde van de in de behuizing opgenomen plasticzak (hier niet getoond), terwijl de opening 12 rondom is voorzien van een pakking 24. Deze sleufvormige uitvoering van het invoerorgaan 1 is bij uitstek 30 geschikt voor het invoeren van zoals vleesbakjes, platgeslagen flessen etc. Een verder voordeel is ook dat ook de behuizing smaller kan worden uitgevoerd, waardoor die minder in de weg staat in kleine ruimtes. Zelfs biedt deze uitvoering mogelijkheden om uitschuifbaar in bijvoorbeeld een 11 keukenkastje te kunnen installeren.
Aldus wordt door de uitvinding een oplossing geboden voor het probleem dat ontstaat bij gescheiden inzameling van 5 huishoudplastic, zoals plastic zakken etc., namelijk het volume dat dat plasticafval inneemt en biedt de uitvinding een systeem waarin dergelijk plasticafval op doeltreffende wijze en met eenvoudige middelen kan worden gecomprimeerd.
1 03 88 64 ,

Claims (8)

1. Invoerorgaan (1) voor het onder uitoefening van druk invoeren van plasticafval in een van een vulopening (2) 5 voorziene container (3) of zak, welk invoerorgaan aan zijn binnenzijde een in hoofdzaak trechtervormig verloop heeft en een ruime invoeropening (4) omvat en een relatief smalle doorvoeropening (5) aan de kant van de vulopening (2) van de container of zak, met een 10 daartussen gelegen geleidingsoppervlak (6) voor het geleiden en comprimeren van het in te voeren plasticafval; welk invoerorgaan voorts verbindingsmiddelen (7) omvat die zijn ingericht om het invoerorgaan zodanig met de 15 vulopening van de container te kunnen verbinden dat het invoerorgaan niet onopzettelijk, in het bijzonder als gevolg van tijdens het invoeren op het plasticafval en op de container uitgeoefende druk en/of door tegendruk van het plasticafval, van de container kan loskomen; 20 waarbij de grootte (A) van de dwarsdoorsnede van de doorvoeropening (5) substantieel geringer is dan de grootte (B) van de dwarsdoorsnede van het gedeelte van de container (3) of van een om de container aangebrachte behuizing (10), dat aansluit op de doorvoeropening van 25 het invoerorgaan (1) en/of op de vulopening (2) van de container.
2. Invoerorgaan volgens conclusie 1, waarbij het geleidingsoppervlak, ten behoeve van een goede geleiding 30 van het plasticafval en gelijkmatige compressie ervan, naar binnen toe gebold is uitgevoerd.
3. Invoerorgaan volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het vlak (9) van de invoeropening schuin staat op 1 03 ^8 6 A c de richting van de middellijn (8) van de trechter.
4. Invoerorgaan volgens één van de voorgaande conclusies, ingericht om samen te werken met een plastic container. 5
5. Invoerorgaan volgens conclusie 4, ingericht om samen te werken met een plastic container, geschikt en/of gebruikt voor het bevatten van melk of een andere vloeistof, waarvan de vul- of uitstroomopening is voorzien van 10 eerste vorm- of krachtsluitende koppelmiddelen, zoals bijvoorbeeld schroefdraad, een bajonetsluiting, klemmiddelen of een perspassing, waarbij de verbindingsmiddelen van het invoerorgaan zijn voorzien van tweede vorm- of krachtsluitende koppelmiddelen die 15 geschikt zijn om samen te werken met de eerste vorm- of krachtsluitende koppelmiddelen van de vul- of uitstroomopening van de container.
6. Invoerorgaan volgens één van de voorgaande conclusies, 20 ingericht om samen te werken met een zak (13) van plastic of een ander materiaal.
7. Invoerorgaan volgens conclusie 6, omvattende een zich naar buiten toe uitstrekkende bevestigingsflens (16) of 25 zich naar buiten toe uitstrekkende bevestigingsdelen, waaromheen de opening van de zak kan worden aangebracht en door middel van spanmiddelen (17,19) vastgezet.
8. Inrichting voor het onder uitoefening van druk invoeren 30 van plasticafval in een van een vulopening voorziene container (3) of zak (13), omvattende het invoerorgaan (1) volgens één van de conclusies 1 - 6 en een behuizing (10,14) of frame die resp. dat is ingericht voor het vormen van een verbinding tussen het invoerorgaan en een grondvlak (11) en het daardoor bieden van ondersteuning aan het invoerorgaan bij het uitoefenen van druk op het plasticafval tijden de invoer ervan in het invoerorgaan. 1 0 3 8 8 6 4
NL1038864A 2011-06-08 2011-06-08 Invoerinrichting voor plasticafval. NL1038864C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1038864A NL1038864C2 (nl) 2011-06-08 2011-06-08 Invoerinrichting voor plasticafval.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1038864A NL1038864C2 (nl) 2011-06-08 2011-06-08 Invoerinrichting voor plasticafval.
NL1038864 2011-06-08

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1038864A NL1038864A (nl) 2012-12-11
NL1038864C2 true NL1038864C2 (nl) 2012-12-17

Family

ID=47684085

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1038864A NL1038864C2 (nl) 2011-06-08 2011-06-08 Invoerinrichting voor plasticafval.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1038864C2 (nl)

Also Published As

Publication number Publication date
NL1038864A (nl) 2012-12-11

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1009812C2 (nl) Afsluitklep voor een container.
US20150165460A1 (en) Fluid Dispenser, System and Filling Process
NL8202944A (nl) Doserende afgeefinrichting.
KR20130114068A (ko) 변형가능한 튜브로부터 물질을 분배하기 위한 장치
NL1038864C2 (nl) Invoerinrichting voor plasticafval.
US8602267B2 (en) Device for discharging liquid or substantially liquid products from a compressible container of flexible material
KR20180003125U (ko) 다층식 찬합세트
FR2968288A1 (fr) Dispositif de tri et de stockage de dechets menagers
WO2018096503A1 (en) A lid for a container
JP2006502919A (ja) ブリック・タイプのパッケージ用のスリーブ及びディスペンサ
FR2761250A1 (fr) Dispositif de pressage pour cadres empilables de moulage et de cuisson de produits alimentaires
FI61287C (fi) Avfallspressaggregat
FR2489266A1 (fr) Ensemble doseur et container pour distributeur
US2520538A (en) Paper cup container and dispenser
KR102083025B1 (ko) 장류 비닐 포장지의 내용물 압착 배출장치 및 그 압착 배출장치를 이용한 내용물 압착 배출 방법
JP2002177133A (ja) 果実挿入器
KR200485693Y1 (ko) 생활 음식물 쓰레기 종량제 비닐 봉투 깔때기 지지대
BE1027611B1 (nl) Voedselhouder
US866724A (en) Barrel-cabinet.
CN107985650A (zh) 一种正扣式垂直扣盖机及方法
DK181378B1 (da) Holder til understøtning af beholder med flydende indhold
NL1018232C2 (nl) Samenstel van een frame en een verpakking.
US10653275B2 (en) Tuna press strainer
KR102095112B1 (ko) 폐용기 압축장치
JP3118570U (ja) 袋入り粘稠物の絞り出し台

Legal Events

Date Code Title Description
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20150101