NL1036196C2 - Werkwijze voor het leggen van een vloer en vloer. - Google Patents
Werkwijze voor het leggen van een vloer en vloer. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1036196C2 NL1036196C2 NL1036196A NL1036196A NL1036196C2 NL 1036196 C2 NL1036196 C2 NL 1036196C2 NL 1036196 A NL1036196 A NL 1036196A NL 1036196 A NL1036196 A NL 1036196A NL 1036196 C2 NL1036196 C2 NL 1036196C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- floor
- layer
- parts
- adhesive
- viewing
- Prior art date
Links
Classifications
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
- E04F15/00—Flooring
- E04F15/18—Separately-laid insulating layers; Other additional insulating measures; Floating floors
- E04F15/20—Separately-laid insulating layers; Other additional insulating measures; Floating floors for sound insulation
-
- E—FIXED CONSTRUCTIONS
- E04—BUILDING
- E04F—FINISHING WORK ON BUILDINGS, e.g. STAIRS, FLOORS
- E04F15/00—Flooring
- E04F15/18—Separately-laid insulating layers; Other additional insulating measures; Floating floors
- E04F15/20—Separately-laid insulating layers; Other additional insulating measures; Floating floors for sound insulation
- E04F15/203—Separately-laid layers for sound insulation
Description
Korte aanduiding: Werkwijze voor het leggen van een vloer en vloer.
BESCHRIJVING
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor 5 het leggen van een vloer, omvattende de stappen van: a. het op een ondervloer aanbrengen van een tussenvloer door het op de ondervloer plaatsen van afzonderlijke delen van de tussenvloer, b. het op de tussenvloer aanbrengen van een zichtvloer door het op de tussenvloer bevestigen van aan krimp en zwel onderhevige afzonderlijke 10 delen van de zichtvloer.
De uitvinding heeft verder betrekking op een vloer, gelegd middels de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding.
EP 0 629 755 openbaart een werkwijze voor het leggen van een vloer, waarbij een zichtvloer op een elastische laag wordt gehecht, welke zwevend, 15 ofwel verschuifbaar op een ondervloer is aangebracht. Aanwezigheid van een tussenvloer is in het genoemde octrooi niet aan de orde. In veel gevallen is de aanwezigheid van een tussenvloer echter gewenst of zelfs vereist. Een tussenvloer wordt bijvoorbeeld aangebracht om de ondervloer spijkerbaar te maken, indien de kwaliteit van de ondervloer onvoldoende is en/of voor het verbeteren van thermische 20 en/of akoestische eigenschappen van de vloer. Met akoestische eigenschappen wordt met name bedoeld reducering van contactgeluid van de zichtvloer naar de ondervloer. Reducering van contactgeluid is met name in appartementen en etagebouw aan de orde. Het verhogen van thermische isolatie is bijvoorbeeld in oudbouw aan de orde, waar ondervloeren direct op het maaiveld zijn gestort.
25 Een algemeen bekende en toegepaste werkwijze voor het leggen van een vloer volgens de inleiding omvat het star verlijmen van een uit delen bestaande tussenvloer op een ondervloer, waarna een uit delen bestaande en aan krimp en zwel onderhevige zichtvloer op de tussenvloer wordt bevestigd, in het algemeen door middel van starre verlijmingen of blinde vernageling. In deze 30 bekende werkwijze is de ondervloer bijvoorbeeld een betonvloer of een houten verdiepingsvloer. De tussenvloer bestaat uit plaatmateriaal zoals platen fermacell of spaanplaat. De aan krimp en zwel onderhevige zichtvloer kan bijvoorbeeld een strokenvloer of een parketvloer zijn, of bestaan uit carrés (houten vloerpanelen), al dan niet in combinatie met de eerdergenoemde typen zichtvloer. Een vloer kan 1036196 2 krimpen en zwellen als gevolg van voor het vochtgehalte van het hout bepalende veranderingen in de Relatieve Lucht-Vochtigheid (RLV), als gevolg van wisselingen in temperatuur, of als gevolg van een combinatie van beide.
Een nadeel van de met bovengenoemde bekende werkwijze 5 verkregen vloer is de gevoeligheid van de vloer voor zwel en krimp van de afzonderlijke delen van de zichtvloer. Bij zwel en krimp blijken afzonderlijke delen van de zichtvloer door deformatie (bij krimp schotelen en bij zwel bollen) zich los te rukken dan wel zich los te scheuren van de tussenvloer. Verhelpen van een dergelijke situatie is niet of nauwelijks mogelijk zonder de gehele vloer te 10 verwijderen en opnieuw te leggen, ofwel, de aangerichte schade is gelijk aan de waarde van de vloer.
Een doel van de onderhavige uitvinding is derhalve een werkwijze voor het leggen van een vloer te verschaffen waarbij de met de werkwijze verkregen vloer in hoge mate ongevoelig is voor de met name visuele gevolgen van zwel en 15 krimp van de afzonderlijke delen van de zichtvloer voor de vloer. Het genoemde doel is bereikt met de werkwijze volgens de uitvinding, welke het kenmerk heeft, dat ten behoeve van stap a. een uit elastisch en/of veerkrachtig materiaal bestaande laag welke aan zijn bovenzijde is voorzien van een kleeflaag op de ondervloer wordt geplaatst, waarna de afzonderlijke delen van de tussenvloer op de laag worden 20 bevestigd. Een voordeel van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding is dat doordat de delen van de tussenvloer middels de kleeflaag op de elastische en/of veerkrachtige laag zijn bevestigd, de tussenvloer voldoende mogelijkheid heeft om door afschuiven ten opzichte van de ondervloer zwel dan wel krimp van de afzonderlijke delen van de zichtvloer op te vangen en aldus enerzijds door 25 deformatie als gevolg van zwel en krimp veroorzaakte losrukking of losscheuring van de zichtvloer te voorkomen en anderzijds bij eventueel op zwel volgende krimp van de afzonderlijke delen van de zichtvloer, onder invloed van de elastische en/of veerkrachtige laag, de afzonderlijke delen van de zichtvloer weer in een direct ten opzichte van elkaar aansluitende positie te dwingen, waardoor het ontstaan van 30 open naden tussen afzonderlijke delen van de zichtvloer wordt verminderd of zelfs wordt voorkomen. Een dergelijke elastische en/of veerkrachtige laag is overigens op zich bekend uit het genoemde Europees octrooi EP 0 629 755.
In een gunstige voorkeursuitvoeringsvorm wordt ten behoeve van stap b. van de werkwijze volgens de uitvinding een elastische en/of veerkrachtige 3 verdere laag welke zowel aan zijn bovenzijde als aan zijn onderzijde is voorzien van een kleeflaag op de tussenvloer bevestigd waarbij de afzonderlijke delen van de zichtvloer op de verdere laag worden bevestigd. Hiermee wordt het ontstaan van open naden tussen afzonderlijke delen van de zichtvloer in nog hogere mate 5 tegengegaan, doordat de verdere laag bij zwel en krimp van de delen van de zichtvloer, enige afschuiving van een deel van de zichtvloer ten opzichte van een deel van de tussenvloer waarop het betreffende deel van de zichtvloer is bevestigd, toestaat. Tevens wordt mogelijk optredende losscheuring dan wel losrukking van afzonderlijke delen van de zichtvloer in nog hogere mate voorkomen.
10 In een verdere gunstige voorkeursuitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding omvat de kleeflaag van de laag een kleefmiddel met een zodanige samenstelling dat na opbrenging een zelfklevende werking is verkregen, waarbij na verwijdering van de delen van de tussenvloer nagenoeg geen kleefresten achterblijven op de delen van de tussenvloer. Een dergelijke kleeflaag is 15 op zich bekend uit NL 1031653. De eigenschappen van het voor een dergelijke kleeflaag gebruikte kleefmiddel komen overeen met die van de kleeflaag toegepast bij stickers van de soort “Post-it”. Toepassing van een dergelijke laag leent zich met name voor vloeren die tijdelijk worden geplaatst en/of snel verwijderbaar dienen te zijn.
20 Om dezelfde redenen als hierboven omschreven is het gunstig indien de kleeflaag van de verdere laag een kleefmiddel omvat met een zodanige samenstelling dat na opbrenging een zelfklevende werking is verkregen, waarbij na verwijdering van de delen van de zichtvloer nagenoeg geen kleefresten achterblijven op de delen van de zichtvloer.
25 De onderhavige uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van de beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van een werkwijze volgens de uitvinding aan de hand van de navolgende figuur:
Figuur 1 toont schetsmatig een doorsnede van een gedeelte van een vloer gelegd volgens de werkwijze van de onderhavige uitvinding.
30 De vloer 1 die schetsmatig in doorsnede is weergegeven in figuur 1 is gelegd op een ondervloer 10, welke bijvoorbeeld een betonnen verdiepingsvloer van een woonhuis is. Voor het leggen van de vloer wordt allereerst een laag 2 op ondervloer 10 aangebracht. Laag 2 wordt gevormd door naast elkaar liggende banen, waarbij de afzonderlijke banen op de nodige lengte van een rol waarop deze 4 wordt geproduceerd en afgeleverd worden afgesneden. Een baan van laag 2 op zich is samengesteld uit een elastische en/of veerkrachtige kernlaag 21 die aan zijn bovenzijde is voorzien van een kleeflaag 22. In figuur 1 is ter verduidelijking de hoogte van kleeflaag 22 vergroot weergegeven en zijn twee afzonderlijke banen van 5 laag 2 weergegeven. Voor het afdekken van kleeflaag 22 totdat de afzonderlijke delen van een op laag 2 aan te brengen vloer worden aangebracht, is op kleeflaag 22 een beschermlaag aangebracht (niet in figuur 1 weergegeven). In de praktijk sluiten de afzonderlijke banen van laag 2 zo direct mogelijk op elkaar aan zonder elkaar te overlappen, waardoor het gehele oppervlak van de ondervloer 10 met 10 (banen van) laag 2 is bedekt. Overigens kan in plaats van uit banen, laag 2 tevens worden opgebouwd uit plaatvormige elementen. Laag 2 wordt hierbij bij voorkeur niet duurzaam met ondervloer 10 verbonden, waardoor deze als gevolg van zwel en krimp van stroken 51 van zichtvloer 5 ten opzichte van de ondervloer kan bewegen, zoals hieronder nader zal worden toegelicht. Voor stabiele vloersystemen waarvan 15 de zichtvloer slechts in beperkte mate gevoelig is voor zwel en krimp kan in plaats van laag 2 eventueel een laag die zowel aan de bovenzijde als aan de onderzijde van de elastische en/of veerkrachtige kernlaag van een kleeflaag is voorzien worden toegepast, waarbij de laag middels deze onderste kleeflaag op de ondervloer wordt bevestigd.
20 Vervolgens wordt op laag 2 een tussenvloer 3 aangebracht, welke uit afzonderlijke delen 31 van spaanplaat is opgebouwd, leder op zich geschikt plaatmateriaal voldoet echter voor gebruik als tussenvloer, evenals bijvoorbeeld afgekeurd mozaïekparket. De afzonderlijke delen 31 van de tussenvloer 3 zijn koud ten opzichte van elkaar, met een kleine onderlinge speling 32, op de kleeflaag 22 25 van laag 2 bevestigd. Speling 32 is in figuur 1 voor de duidelijkheid vergroot afgebeeld. Uiteraard kunnen de afzonderlijke delen 31 ook van messing en groef zijn voorzien. Volledigheidshalve wordt in dit kader vermeld dat in de in figuur 1 weergegeven situatie de banen van laag 2 zich uitstrekken over meerdere delen 31 van tussenvloer 3. In de praktijk zullen de banen zich afhankelijk van de afmetingen 30 van delen 31 uitstrekken over één of meer delen 31.
Zichtvloer 5, in dit uitvoeringsvoorbeeld meer bepaald een strokenvloer opgebouwd uit afzonderlijke stroken 51 die rondom (vierzijdig) onderling met een mes-en-groef verbinding 52 worden verbonden, wordt middels een dubbelzijdige kleeflaag 4 op de tussenvloer 3 bevestigd. De delen 31 van 5 tussenvloer 3 strekken zich hierbij, althans in de doorsnede van figuur 1 weergegeven dwarsrichting van de stroken 51 gezien, uit over meerdere stroken 51. Dit is, alhoewel voordelig binnen het kader van de uitvinding, echter geen vereiste. Ook een uit relatief kleine delen opgebouwde tussenvloer voldoet. Kleeflaag 4 kan in 5 dit kader bijvoorbeeld een lijmlaag zijn of, bij voorkeur, een uit banen opgebouwde laag die bestaat uit een elastisch en/of veerkrachtige kernlaag analoog aan laag 21, echter in dit geval aan beide zijden voorzien van een kleeflaag analoog aan kleeflaag 22. Indien kleeflaag 4 eveneens bestaat uit een dergelijke elastische en/of veerkrachtige kernlaag voorzien van kleeflagen, draagt laag 4 er eveneens aan bij 10 dat de aan krimp en zwel onderhevige afzonderlijke delen 51 steeds in een direct ten opzichte van elkaar aansluitende positie worden getrokken. Het toegevoegd effect van een dergelijke elastische laag 4 is het grootst bij delen 51 die zich ter plaatse van het midden van een betreffend deel 31 van tussenvloer 3 bevinden.
Indien op een willekeurig moment na het leggen van de vloer de 15 afzonderlijke delen 51 van zichtvloer 5 zwellen dan wel krimpen als gevolg van een veranderende Relatieve Luchtvochtigheid of temperatuur, schuiven de delen 31 van tussenvloer 3 af ten opzichte van de ondervloer 10 waardoor losrukken of losscheuren wordt voorkomen. Bij zwel van delen 51 zal de elastische en/of veerkrachtige laag 2 zich spannen. Bij eventueel op de zwel volgende krimp van 20 delen 51 zullen deze in een direct ten opzichte van elkaar aansluitende positie getrokken worden als gevolg van die spanning van het elastisch en/of veerkrachtig gedrag van laag 2.
Indien de zichtvloer 5 tijdelijk wordt gelegd of indien het gewenst is dat deze eenvoudig verwijderbaar is, bijvoorbeeld in het geval van een tijdelijke 25 tentoonstellingsvloer, is het voordelig indien laag 4 gelijk is aan laag 2, echter in dit geval aan beide zijden van de elastische en/of veerkrachtige kernlaag voorzien van een kleeflaag die gekenmerkt is als die van het post-it type, zodat na het aanbrengen van de delen 51 zelfklevende werking is verkregen, waarbij na verwijdering van de delen 51 van de zichtvloer 5 nagenoeg geen kleefresten 30 achterblijven op de delen 51.
Indien de tussenvloer 3 eveneens tijdelijk wordt geplaatst of indien het gewenst is dat deze eenvoudig verwijderbaar is, bijvoorbeeld in het geval van een tentoonstellingsvloer, is het voordelig indien de kleeflaag van laag 2 eveneens een kleefmiddel omvat met een zodanige samenstelling dat na aanbrenging van 6 delen 31 een zelfklevende werking is verkregen, waarbij na verwijdering van de delen 31 van de tussenvloer 3 nagenoeg geen kleefresten achterblijven op de delen 31.
Hoewel in het bovenstaande een uit afzonderlijke stroken 51 5 opgebouwde zichtvloer 5 is beschreven, is de uitvinding eveneens van toepassing voor bijvoorbeeld parketvloeren, kurkvloeren, laminaatvloeren en andere vloeren die uit delen zijn opgebouwd en die aan zwel en krimp onder invloed van temperatuur en/of Relatieve Luchtvochtigheid onderhevig zijn.
10 1036196
Claims (5)
1. Werkwijze voor het leggen van een vloer (1), omvattende de stappen van: 5 a. het op een ondervloer (10) aanbrengen van een tussenvloer (3) door het op de ondervloer plaatsen van afzonderlijke delen (31) van de tussenvloer, b. het op de tussenvloer aanbrengen van een zichtvloer (5) door het op de tussenvloer bevestigen van aan krimp en zwel onderhevige afzonderlijke 10 delen (51) van de zichtvloer, met het kenmerk, dat ten behoeve van stap a. een uit elastisch en/of veerkrachtig materiaal bestaande laag (2) welke aan zijn bovenzijde is voorzien van een kleeflaag (22) op de ondervloer wordt geplaatst, waarna de afzonderlijke delen van de tussenvloer op de laag worden bevestigd.
2. Werkwijze volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat ten behoeve van stap b. een elastische en/of veerkrachtige verdere laag (4) welke zowel aan zijn bovenzijde als aan zijn onderzijde is voorzien van een kleeflaag op de tussenvloer wordt bevestigd waarbij de afzonderlijke delen van de zichtvloer op de verdere laag worden bevestigd.
3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, waarbij de kleeflaag (22) van de laag (2) een kleefmiddel omvat met een zodanige samenstelling dat na opbrenging een zelfklevende werking is verkregen, waarbij na verwijdering van de delen van de tussenvloer nagenoeg geen kleefresten achterblijven op de delen van de tussenvloer.
4. Werkwijze volgens conclusie 2 of 3, waarbij de kleeflaag van de verdere laag (4) een kleefmiddel omvat met een zodanige samenstelling dat na opbrenging een zelfklevende werking is verkregen, waarbij na verwijdering van de delen van de zichtvloer nagenoeg geen kleefresten achterblijven op de delen van de zichtvloer.
5. Vloer (1), gelegd middels de werkwijze volgens één van bovenstaande conclusies. 1036196
Priority Applications (1)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1036196A NL1036196C2 (nl) | 2008-11-13 | 2008-11-13 | Werkwijze voor het leggen van een vloer en vloer. |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1036196 | 2008-11-13 | ||
NL1036196A NL1036196C2 (nl) | 2008-11-13 | 2008-11-13 | Werkwijze voor het leggen van een vloer en vloer. |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1036196C2 true NL1036196C2 (nl) | 2010-05-17 |
Family
ID=40821653
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1036196A NL1036196C2 (nl) | 2008-11-13 | 2008-11-13 | Werkwijze voor het leggen van een vloer en vloer. |
Country Status (1)
Country | Link |
---|---|
NL (1) | NL1036196C2 (nl) |
Citations (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CH273892A (de) * | 1949-06-03 | 1951-03-15 | Moerker Otto | Bodenbelag. |
DE1659862A1 (de) * | 1967-11-15 | 1972-01-13 | Rhofa Schwingbodenbau Gmbh | Schwingboden |
DE29921600U1 (de) * | 1999-12-08 | 2000-02-17 | Pfleiderer Holzwerkstoffe | Leiser Laminatboden |
NL1024635C2 (nl) * | 2003-10-28 | 2005-05-02 | B P M Van Baar Parket Montage | Ondervloertegel voor een parketvloer en werkwijze voor het leggen van een parketvloer. |
DE202004009618U1 (de) * | 2004-06-18 | 2005-10-27 | Gummiwerk Kraiburg Relastec Gmbh | Bodenaufbau, insbesondere für Gebäude |
EP1681405A1 (de) * | 2005-01-13 | 2006-07-19 | Berry Finance Nv | Fussbodenpaneel |
-
2008
- 2008-11-13 NL NL1036196A patent/NL1036196C2/nl not_active IP Right Cessation
Patent Citations (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
CH273892A (de) * | 1949-06-03 | 1951-03-15 | Moerker Otto | Bodenbelag. |
DE1659862A1 (de) * | 1967-11-15 | 1972-01-13 | Rhofa Schwingbodenbau Gmbh | Schwingboden |
DE29921600U1 (de) * | 1999-12-08 | 2000-02-17 | Pfleiderer Holzwerkstoffe | Leiser Laminatboden |
NL1024635C2 (nl) * | 2003-10-28 | 2005-05-02 | B P M Van Baar Parket Montage | Ondervloertegel voor een parketvloer en werkwijze voor het leggen van een parketvloer. |
DE202004009618U1 (de) * | 2004-06-18 | 2005-10-27 | Gummiwerk Kraiburg Relastec Gmbh | Bodenaufbau, insbesondere für Gebäude |
EP1681405A1 (de) * | 2005-01-13 | 2006-07-19 | Berry Finance Nv | Fussbodenpaneel |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US9631380B2 (en) | Disposable protective sheeting for decks and floors | |
US20070048482A1 (en) | Disposable protective sheeting for decks and floors | |
US8763337B2 (en) | Transition strip for floor panel and method of installation, replacement, and repair using the same | |
US7228668B2 (en) | Protective covering and method of manufacturing | |
CA2743287C (en) | Articles and methods for laying ceramic tile floor | |
US8590269B2 (en) | Easily replaceable ceramic tile floor | |
CA2691514A1 (en) | Layer composite as a support for ceramic, stone or similar coverings | |
US20190316352A1 (en) | Wall/Roof Construction System and Related Method | |
NL1036196C2 (nl) | Werkwijze voor het leggen van een vloer en vloer. | |
US9217251B2 (en) | Articles and methods for laying ceramic tile floor | |
JP3606368B2 (ja) | 置き敷き床仕上げ材 | |
NL1038711C2 (nl) | Systeemwand en werkwijze voor het maken van een systeemwand. | |
US20050055942A1 (en) | Method for manufacturing and installing a prefabricated hardwood floor | |
US20200217063A1 (en) | Wall/Roof Construction System and Related Method | |
CA2662125A1 (en) | Self-spacing wood composite panels | |
EP2913817A1 (en) | Display poster fixing system | |
CZ2001773A3 (cs) | Podloľka určená pro zvukovou izolaci plovoucí desky | |
EP3070232A1 (en) | Articles and methods for laying ceramic tile floor | |
JP4647176B2 (ja) | シート材張着構造及びシート材張着方法 | |
CA2609807A1 (en) | Panelling system | |
CZ33611U1 (cs) | Demontovatelné lehké podlahové a podhledové stavební dílce | |
WO2007123393A1 (en) | Floor or wall covering removably fixed to an elastic intermediate layer by an adhesive | |
AU2013206672A1 (en) | Disposable protective sheeting for decks and floors | |
DE102012006684A1 (de) | Instant-Hallenbodenschutz | |
JP2010261305A (ja) | 床材の施工構造 |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
V1 | Lapsed because of non-payment of the annual fee |
Effective date: 20120601 |