NL1035802C2 - Inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, alsmede een daarmee voorzien bed. - Google Patents

Inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, alsmede een daarmee voorzien bed. Download PDF

Info

Publication number
NL1035802C2
NL1035802C2 NL1035802A NL1035802A NL1035802C2 NL 1035802 C2 NL1035802 C2 NL 1035802C2 NL 1035802 A NL1035802 A NL 1035802A NL 1035802 A NL1035802 A NL 1035802A NL 1035802 C2 NL1035802 C2 NL 1035802C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
air
bed
net
foregoing
permeable
Prior art date
Application number
NL1035802A
Other languages
English (en)
Inventor
Yoeri Nagtegaal
Thomas Petrus Van Den Groenendaal
Original Assignee
Qrisp B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Qrisp B V filed Critical Qrisp B V
Priority to NL1035802A priority Critical patent/NL1035802C2/nl
Priority to PCT/NL2009/050476 priority patent/WO2010016759A2/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1035802C2 publication Critical patent/NL1035802C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A47FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
    • A47CCHAIRS; SOFAS; BEDS
    • A47C21/00Attachments for beds, e.g. sheet holders, bed-cover holders; Ventilating, cooling or heating means in connection with bedsteads or mattresses
    • A47C21/04Devices for ventilating, cooling or heating
    • A47C21/042Devices for ventilating, cooling or heating for ventilating or cooling
    • A47C21/044Devices for ventilating, cooling or heating for ventilating or cooling with active means, e.g. by using air blowers or liquid pumps
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24FAIR-CONDITIONING; AIR-HUMIDIFICATION; VENTILATION; USE OF AIR CURRENTS FOR SCREENING
    • F24F13/00Details common to, or for air-conditioning, air-humidification, ventilation or use of air currents for screening
    • F24F13/02Ducting arrangements
    • F24F13/06Outlets for directing or distributing air into rooms or spaces, e.g. ceiling air diffuser
    • F24F13/068Outlets for directing or distributing air into rooms or spaces, e.g. ceiling air diffuser formed as perforated walls, ceilings or floors

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mattresses And Other Support Structures For Chairs And Beds (AREA)
  • Invalid Beds And Related Equipment (AREA)

Description

INRICHTING VOOR HET AAN EEN BED TOEVOEREN VAN EEN LUCHTSTROOM, ALSMEDE EEN DAARMEE VOORZIEN BED
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 5 inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom. De uitvinding heeft verder betrekking op een bed voorzien van een dergelijke inrichting, alsmede op een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke inrichting, en op werkwijze voor het conditioneren van een 10 luchtstroom met een dergelijke inrichting.
In onder andere vakantieoorden en hotels is het gebruikelijk om ten minste de verblijfruimte van de gasten te voorzien van een airconditioning, die het klimaat in de ruimte naar wens van de gasten kan regelen. Met name in 15 warme klimaten, zoals in tropische gebieden, zullen gebruikers veelal ' s nachts het vertrek waarin ze slapen willen koelen. Het gedurende de nacht koelen van deze slaapruimte gaat gepaard met een aanzienlijk energieverbruik. Er is derhalve behoefte aan een 20 slaapcomfort verhogende inrichting, welke tevens energetisch gunstig is.
De uitvinding verschaft een inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, omvattende: een aanzuigeenheid voor het aanzuigen van een luchtstroom, een 25 conditioneringseenheid voor het conditioneren van de door de aanzuigeenheid aangezogen luchtstroom, een boven het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan, en tussen de aanzuigeenheid en het luchtpermeabel orgaan aangebrachte buizen voor het van de aanzuigeenheid naar het 30 luchtpermeabel orgaan geleiden van lucht; verder omvattende een rondom het bed plaatsbaar netvormig orgaan voor het in hoofdzaak binnen het daardoor ingesloten volume behouden van de geconditioneerde luchtstroom, waarbij het netvormig 2 orgaan een in hoofdzaak luchtpermeabel gedeelte, en een in hoofdzaak luchtdicht gedeelte omvat, en waarbij het luchtdicht gedeelte zich ten minste vanaf een niveau overeenkomstig een ligvlak van een matras van een bed 5 neerwaarts uitstrekt en waarbij het in hoofdzaak luchtpermeabel gedeelte zich vanaf het niveau overeenkomstig het ligvlak van het matras van het bed bovenwaarts uitstrekt.
Doordat in plaats van het conditioneren van de 10 lucht van het gehele vertrek waarin het bed staat, de conditionering wordt geconcentreerd op het gebied in de directe nabijheid van het bed en de gebruikers daarvan, wordt een kostenbesparende, energetische en slaapcomfort verhogende inrichting verschaft.
15 Doordat het netvormig orgaan de geconditioneerde luchtstroom binnen het daardoor ingesloten volume behoudt, wordt de geconditioneerde luchtstroom ten minste gedeeltelijk opnieuw door de inrichting opnieuw geconditioneerd. Bijvoorbeeld gekoelde lucht, die vanuit het 20 zich boven het bed bevindende luchtpermeabel orgaan is neergedaald op de op het bed liggende persoon, zal via het netvormig orgaan weer opnieuw door de aanzuigeenheid van de inrichting worden aangezogen. De temperatuur van deze lucht is - hoewel deze enigszins zal opwarmen voordat deze opnieuw 25 wordt aangezogen - reeds koeler dan de lucht in het slaapvertrek buiten het door het netvormig orgaan ingesloten volume, waardoor slechts een geringe mate van bijkoeling nodig is. Het netvormig orgaan verhoogt aldus de efficiëntie van de inrichting, hetgeen de inrichting energetisch 30 gunstiger maakt. Het netvormig orgaan kan tevens dienst doen als klamboe, ofwel muskietennet, hetgeen in tropische oorden een welkome aanvullende functie is voor het van de slapende personen weghouden van ongedierte.
3
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is het luchtpermeabel orgaan een buis van textiel. De luchtstroom verlaat hierdoor nagenoeg geruisloos de inrichting, waardoor het slaapcomfort behouden blijft.
5 Het buisvormig boven het bed geplaatste luchtpermeabel orgaan strekt zich in hoofdzaak in lengterichting van het bed uit, en is in breedterichting gezien in hoofdzaak centraal boven het ligvlak van het matras aangebracht.
10 Volgens een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de conditioneringseenheid een koeleenheid voor het koelen van de luchtstroom. Hierdoor is de inrichting geschikt voor toepassing in onder andere landen met een warm klimaat, en in het bijzonder voor vakantieoorden waar gasten veelal niet 15 gewend zullen zijn aan het plaatselijke klimaat. De inrichting volgens de uitvinding zal de gasten extra slaapcomfort kunnen bieden.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de conditioneringseenheid een verwarmingseenheid voor 20 het verwarmen van de luchtstroom, hetgeen in medische toepassingen bijvoorbeeld voor bedlegerige patiënten die zo ernstig verzwakt zijn dat ze moeite hebben met hun temperatuurhuishouding kan worden toegepast.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm 25 is verder een filter voorzien voor het uit de luchtstroom filteren van luchtverontreinigingen, hetgeen de hygiëne verbeterd.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm bevindt de scheiding tussen het in hoofdzaak luchtpermeabele gedeelte 30 en het in hoofdzaak luchtdichte gedeelte van het netvormig orgaan zich bij voorkeur op een hoogte tussen 0 en 15 cm, meer bij voorkeur tussen 2 en 10 cm, en nog meer bij voorkeur op een hoogte van in hoofdzaak 5 cm ten opzichte 4 van het ligvlak van het matras van het bed. De uit het boven het bed geplaatste luchtpermeabel orgaan tredende gekoelde lucht zal neerdalen en zich daarbij ook buitenwaarts in de richting van het netvormig orgaan verspreiden. Wanneer de 5 scheiding zich op de genoemde hoogten bevindt, wordt enerzijds de naar het netvormig orgaan verplaatste luchtstroom tegengehouden door het in hoofdzaak luchtdichte gedeelte van het netvormig orgaan. Anderzijds wordt enkel daar waar de luchtstroom zich zal hebben verspreid tot nabij 10 de rand van het ligvlak van het matras, deze luchtstroom worden tegengehouden door het netvormig orgaan. Boven dit niveau kan het netvormig orgaan luchtdoorlatend zijn, waardoor tevens enige mate van lucht van buiten het door het netvormig orgaan afgesloten volume tot het daardoor 15 afgesloten volume kan toetreden. Hierdoor vindt een controleerbare en beperkte verversing plaats, die onder andere vanuit hygiënisch oogpunt gewenst is en comfortverhogend werkt. Doordat de verversing beperkt en controleerbaar is, blijft het systeem zo energetisch 20 mogelijk, dat wil zeggen dat er niet meer nieuwe lucht van buiten het door het netvormig orgaan afgesloten volume wordt toegelaten dan noodzakelijk is.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat de inrichting ten minste aan de bovenzijde van het 25 volume dat door het netvormig orgaan wordt ingesloten een in hoofdzaak luchtdichte afscheiding. Warme lucht zal opstijgen en zich in het vertrek waarin het bed staat nabij het plafond van deze slaapruimte verzamelen. De luchtdichte afscheiding voorkomt dat deze nabij het plafond verzamelde 30 warme lucht wordt meegezogen, daardoor de efficiëntie verder verbeterend.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de uitstroomsnelheid van de lucht uit het boven het bed 5 plaatsbaar luchtpermeabel orgaan bij voorkeur tussen 0,04 - 0. 12 m/s, meer bij voorkeur tussen 0,06 - 0,10 m/s, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 0,08 m/s. Deze uitstroomsnelheden van bijvoorbeeld 0,04, 0,05, 0,06, 0,07, 5 0,08, 0,09, 0,10, 0,11 en 0,12 m/s, tezamen met de valversnelling die de zwaartekracht op de geconditioneerde (gekoelde) lucht uitoefent, zorgt ervoor dat de snelheid van de luchtstroom bij het bereiken van een op het bed liggende persoon zodanig laag is dat deze persoon een 10 comfortverhogende verkoeling ervaart, zonder dat de luchtstroom daarbij als tochtig wordt ervaren.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het drukverschil tussen de lucht in het boven het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan en de lucht in het door het 15 netvormig orgaan ingesloten volume voorkeur tussen 30 - 90 Pa, meer bij voorkeur tussen 40 - 70 Pa, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 50 Pa. Deze drukverschillen van bijvoorbeeld 30, 40, 50, 60, 70, 80 en 90 Pa, zijn geschikt gebleken voor het opwekken van de hierboven genoemde 20 uitstroomsnelheden, en daarmee geschikt om aan de op het bed liggende persoon een comfortabele geconditioneerde luchtstroom toe te voeren.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvat het boven het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan een 25 van poriën voorzien uittreedoppervlak dat bij voorkeur tussen 0,50 - 2,00 m2, meer bij voorkeur tussen 0,75 - 1,50 m2, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 1 m2. Dit oppervlak van het uittreedoppervlak, van bijvoorbeeld 0,50, 0,75, 1, 00, 1,25, 1, 50, 1, 75 en 2,00 m2, is groot genoeg gebleken 30 om bij een tweepersoons bed over het gehele matrasoppervlak een geconditioneerde luchtstroom aan te voeren.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het debiet van de luchtstroom uit het boven het bed 6 plaatsbaar luchtpermeabel orgaan bij voorkeur tussen 100 -300 m3/h, meer bij voorkeur tussen 150 - 250 m3/h, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 200 m3/h. Deze debieten, van bijvoorbeeld 100, 125, 150, 175, 200, 225, 250, 275 en 300 5 m3/h, die worden opgewekt door de aanzuigeenheid, verschaffen een voldoende circulatie om op een voor de personen comfortabele wijze de luchtstroom te conditioneren.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm kan de gebruiker naar wens schakelen tussen één of meer 10 verschillende met deze debietwaarden overeenkomende standen, zoals bijvoorbeeld 100, 125, 150, 175, 200, 225, 250, 275 en 300 m3/h.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is het temperatuurverschil tussen de lucht in het boven het 15 bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan en de lucht in het door het netvormig orgaan ingesloten volume bij voorkeur tussen 0 - 10 °C, meer bij voorkeur tussen 2-7 ‘C, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 5 °C. Deze temperaturen, van bijvoorbeeld 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 en 10 °C, zijn 20 geschikt gebleken om de op het bed liggende personen zelfs in warme slaapruimtes waar de temperatuur tot wel 45 °C kan zijn, een comfortabele nachtrust te verschaffen.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de doorlaatbaarheid van het in hoofdzaak luchtpermeabel 25 gedeelte van het netvormig orgaan zodanig dat de verhouding tussen aanvoer van lucht van buiten het door het netvormig orgaan ingesloten volume en recirculatie van reeds in het door het netvormig orgaan ingesloten volume aanwezige geconditioneerde lucht in hoofdzaak tussen 30/70 - 10/90, en 30 meer bij voorkeur in hoofdzaak 20/80. Een zodanige doorlaatbaarheid dat bijvoorbeeld 20% aanvoer verse lucht zich verhoudt tot 80% recirculatie is comfortabel en 7 energetisch gunstig gebleken, daar slechts een geringe mate van bijkoelen en/of verwarmen is benodigd.
Volgens een nog verdere voorkeursuitvoeringsvorm is de afstand tussen het matras en het netvormig orgaan bij 5 voorkeur 0-50 cm is, meer bij voorkeur 5-20 cm is, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 10 cm is. In het bijzonder wanneer er enige afstand is tussen het matras en het netvormig orgaan kan de luchtstroom in voldoende mate ongehinderd opnieuw worden aangezogen.
10 De uitvinding heeft verder betrekking op een bed dat is voorzien van een inrichting zoals hierboven beschreven.
Voorts heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een dergelijke 15 inrichting, alsmede op een werkwijze voor het conditioneren van een luchtstroom met een dergelijke inrichting.
In de navolgende beschrijving worden voorkeursuitvoeringsvormen van de onderhavige uitvinding aan de hand van de tekening verder verklaard, waarin tonen: 20 Figuur 1: een perspectivisch aanzicht van een bed dat is uitgerust met een inrichting volgens de uitvinding; en
Figuur 2: een perspectivisch aanzicht van de in figuur 1 getoonde inrichting, waarbij het bed doorzichtig is 25 weergegeven.
De in de figuren getoonde inrichting 1 voor het aan een bed 2 toevoeren van een luchtstroom, omvat een zich onder het bed 2 bevindende aanzuigeenheid 4 voor het aanzuigen van een te conditioneren luchtstroom. Deze door de 30 aanzuigeenheid 4 aangezogen luchtstroom Al wordt geconditioneerd in een conditioneringseenheid 6. De geconditioneerde luchtstroom A2 wordt vervolgens via één of meer buizen 10 als luchtstroom A3 naar een zich boven het 8 bed 2 bevindende luchtpermeabele buis 8 geleid. De luchtpermeabele buis 8 is bijvoorbeeld een buis van textiel. De getoonde buis 8 heeft in de getoonde uitvoeringsvorm een in hoofdzaak halfronde vorm, wat het voordeel heeft dat deze 5 vlak tegen de in hoofdzaak rechte afscheiding 20 aan de bovenzijde kan aanliggen en in alle gewenste richtingen lucht A4 kan verspreiden. Het textiel van de buis is voorzien van poriën die een zodanige doorlaatbaarheid verschaffen dat de geconditioneerde luchtstroom A4 met een 10 gewenste uitstroomsnelheid de buis verlaat. De luchtstroom A4 die de buis 8 verlaat heeft een uitstroomsnelheid en wordt bovendien beïnvloedt door de op de luchtstroom A4 uitgeoefende zwaartekracht. Koude lucht heeft een hogere dichtheid dan warme lucht, en zal daardoor in neerwaartse 15 richting versnellen. De luchtstroom A4 versnelt en verspreidt zich over nagenoeg het gehele bedoppervlak, waardoor op het bed 2 liggende personen een comfortabele geconditioneerde luchtstroom A5 ervaren. De luchtstroom A5 wordt via een luchtdicht gedeelte 18 van het netvormig 20 orgaan 14, welk net 14 tevens dienst doet als klamboe ofwel muskietennet, binnen het door het net 14 omsloten volume gehouden, en zal uiteindelijk onder het bed 2 geraken, waar deze door de aanzuigeenheid 4 opnieuw wordt aangezogen als luchtstroom Al.
25 Boven het luchtdicht gedeelte 18 van het net 14, heeft het net 14 uit een luchtdoorlatend gedeelte 16. De scheiding tussen het luchtdicht gedeelte 18 en het luchtdoorlatend gedeelte 16 kan een plotselinge overgang 22 zijn, maar kan tevens een geleidelijke overgang omvatten.
30 Het bovenste, luchtdoorlatende gedeelte 16 biedt de op het bed liggende personen een 'open' gevoel, en staat bovendien enige toevoer van lucht van buiten het door het net 14 omsloten volume toe. Hierdoor kan een gewenste verversing 9 worden verkregen, bijvoorbeeld 20% aanvoer van lucht die zich in de slaapruimte buiten het door het net 14 omsloten volume bevindt (luchtstroom A6 in figuur 2). Doordat de luchtstroom Al dan bestaat uit 80% via luchtstroom A4, A5 5 aangevoerde lucht, en 20% via luchtstroom A6 aangevoerde lucht, is slechts een geringe mate van bijkoelen nodig om de gewenste temperatuur bij het uit de buis 8 treden tijdens de volgende cyclus te verkrijgen.
Aan de bovenzijde is het door het net 14 omsloten 10 volume afgesloten door een luchtdichte afscheiding 20, die voorkomt dat warme lucht - die de neiging zal hebben zich nabij het plafond in het slaapvertrek te verzamelen - wordt meegezogen in de luchtstroom A4.
Nabij de randen is er bij voorkeur enige afstand, 15 bijvoorbeeld 10 cm, tussen het muskietennet en het matras, opdat de luchtstroom A5 in hoofdzaak ongehinderd kan worden aangezogen.
Verder kan in de aanzuigeenheid 4 een filter 12 zijn aangebracht voor het uit de lucht filteren van 20 luchtverontreinigingen, zoals stofdeeltjes.
De hierboven beschreven uitvoeringsvormen zijn, hoewel ze voorkeursuitvoeringsvormen van de uitvinding tonen, enkel bedoeld om de onderhavige uitvinding te illustreren en niet om op enigerlei wijze de omschrijving 25 van de uitvinding te beperken. Hoewel de uitvoeringsvorm is beschreven aan de hand van gekoelde lucht, is het tevens denkbaar dat de geconditioneerde luchtstroom verwarmd is. De omvang van de uitvinding wordt dan ook uitsluitend bepaald door de nu volgende conclusies.

Claims (19)

1. Inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, omvattende: 5. een aanzuigeenheid (4) voor het aanzuigen van een luchtstroom; - een conditioneringseenheid (6) voor het conditioneren van de door de aanzuigeenheid (4) aangezogen luchtstroom; 10. een boven het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan (8); - tussen de aanzuigeenheid (4) en het luchtpermeabel orgaan (8) aangebrachte buizen (10) voor het van de aanzuigeenheid (4) naar het luchtpermeabel orgaan (8) 15 geleiden van lucht; verder omvattende een rondom het bed plaatsbaar netvormig orgaan (14) voor het in hoofdzaak binnen het daardoor ingesloten volume behouden van de geconditioneerde luchtstroom, waarbij het netvormig orgaan (14) een in 20 hoofdzaak luchtpermeabel gedeelte (16), en een in hoofdzaak luchtdicht gedeelte (18) omvat, en waarbij het luchtdicht gedeelte (18) zich ten minste vanaf een niveau overeenkomstig een ligvlak van een matras van een bed neerwaarts uitstrekt en waarbij het in hoofdzaak 25 luchtpermeabel gedeelte (16) zich vanaf het niveau overeenkomstig het ligvlak van het matras van het bed bovenwaarts uitstrekt.
2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de 30 aanzuigeenheid (4) onder het bed plaatsbaar is.
3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij het luchtpermeabel orgaan (8) een buis van textiel is.
4. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het buisvormig boven het bed plaatsbare luchtpermeabel orgaan (8) in hoofdzaak in lengterichting van 5 het bed uitstrekkend aanbrengbaar is, in breedterichting gezien in hoofdzaak centraal boven het ligvlak van een matras van het bed aanbrengbaar is.
5. Inrichting volgens een van de voorgaande 10 conclusies, waarbij de conditioneringseenheid (6) een koeleenheid omvat voor het koelen van de luchtstroom.
6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de conditioneringseenheid (6) een 15 verwarmingseenheid omvat voor het verwarmen van de luchtstroom.
7. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij verder een filter (12) is voorzien voor 20 het uit de luchtstroom filteren van luchtverontreinigingen.
8. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de scheiding tussen het in hoofdzaak luchtpermeabele gedeelte (16) en het in hoofdzaak 25 luchtdichte gedeelte (18) van het netvormig orgaan (14) zich bij voorkeur op een hoogte tussen 0 en 15 cm, meer bij voorkeur tussen 2 en 10 cm, en nog meer bij voorkeur op een hoogte van in hoofdzaak 5 cm ten opzichte van het ligvlak van het matras van het bed bevindt. 30
9. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de inrichting ten minste aan de bovenzijde van het volume dat door het netvormig orgaan (14) wordt ingesloten een in hoofdzaak luchtdichte afscheiding 5 (20) omvat.
10. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de uitstroomsnelheid van de lucht uit het boven het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan (8) bij 10 voorkeur tussen 0,04 - 0,12 m/s is, meer bij voorkeur tussen 0,06 - 0,10 m/s is, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 0,08 m/s is.
11. Inrichting volgens een van de voorgaande 15 conclusies, waarbij het drukverschil tussen de lucht in het boven het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan (8) en de lucht in het door het netvormig orgaan (14) ingesloten volume voorkeur tussen 30 - 90 Pa is, meer bij voorkeur tussen 40 - 70 Pa is, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 20 50 Pa is.
12. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het boven het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan (14) een van poriën voorzien 25 uittreedoppervlak omvat dat bij voorkeur tussen 0,50 - 2,00 m2 is, meer bij voorkeur tussen 0,75 - 1,50 m2 is, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 1 m2 is.
13. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij het debiet van de luchtstroom uit het boven het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan (14) bij voorkeur tussen 100 - 300 m3/h is, meer bij voorkeur tussen 5 150 - 250 m3/h is, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 200 m3/h is.
15. Inrichting volgens een van de conclusies 7-12, waarbij het temperatuurverschil tussen de lucht in het boven 10 het bed plaatsbaar luchtpermeabel orgaan (8) en de lucht in het door het netvormig orgaan (14) ingesloten volume bij voorkeur tussen 0 - 10 °C is, meer bij voorkeur tussen 2-7 °C is, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 5 'C is.
15. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de doorlaatbaarheid van het in hoofdzaak luchtpermeabel gedeelte (16) van het netvormig orgaan (14) zodanig is dat de verhouding tussen aanvoer van lucht van buiten het door het netvormig orgaan (14) ingesloten volume 20 en recirculatie van reeds in het door het netvormig orgaan (14) ingesloten volume aanwezige geconditioneerde lucht in hoofdzaak tussen 30/70 - 10/90 is, en meer bij voorkeur in hoofdzaak 20/80 is.
16. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij de afstand tussen het matras en het netvormig orgaan (14) bij voorkeur 0-50 cm is, meer bij voorkeur 5-20 cm is, en nog meer bij voorkeur in hoofdzaak 10 cm is. 30
17. Bed, voorzien van een inrichting volgens een van de voorgaande conclusies.
18. Werkwijze voor het vervaardigen van een inrichting volgens een van de conclusies 1-16.
19. Werkwijze voor het conditioneren van een 5 luchtstroom met een inrichting volgens een van de conclusies 1-16 .
NL1035802A 2008-08-08 2008-08-08 Inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, alsmede een daarmee voorzien bed. NL1035802C2 (nl)

Priority Applications (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1035802A NL1035802C2 (nl) 2008-08-08 2008-08-08 Inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, alsmede een daarmee voorzien bed.
PCT/NL2009/050476 WO2010016759A2 (en) 2008-08-08 2009-07-31 Device for supplying an airflow to a bed, and a bed provided therewith

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1035802 2008-08-08
NL1035802A NL1035802C2 (nl) 2008-08-08 2008-08-08 Inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, alsmede een daarmee voorzien bed.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1035802C2 true NL1035802C2 (nl) 2010-02-09

Family

ID=40433631

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1035802A NL1035802C2 (nl) 2008-08-08 2008-08-08 Inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, alsmede een daarmee voorzien bed.

Country Status (2)

Country Link
NL (1) NL1035802C2 (nl)
WO (1) WO2010016759A2 (nl)

Families Citing this family (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20180310716A1 (en) * 2017-04-27 2018-11-01 UHV Technologies, Inc. Air conditioning system for a reduced space area of a room

Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB481991A (en) * 1935-11-25 1938-03-22 Luigi Polo A process and apparatus for the ventilation and division of the air space in an enclosure
US3505989A (en) * 1967-05-29 1970-04-14 Johnson & Johnson Controlled environmental apparatus
US3511162A (en) * 1969-02-20 1970-05-12 Johnson & Johnson Apparatus and method for isolating a patient zone
WO2004092658A1 (en) * 2003-04-08 2004-10-28 Halo Innovations, Inc. Systems for delivering conditioned air to personal breathing zones
US20050121530A1 (en) * 2003-12-04 2005-06-09 Thomas Song System defined as thermoister for monitoring, controlling and adjusting a sleeper's environmental conditions of the space above entire bed surface

Patent Citations (5)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB481991A (en) * 1935-11-25 1938-03-22 Luigi Polo A process and apparatus for the ventilation and division of the air space in an enclosure
US3505989A (en) * 1967-05-29 1970-04-14 Johnson & Johnson Controlled environmental apparatus
US3511162A (en) * 1969-02-20 1970-05-12 Johnson & Johnson Apparatus and method for isolating a patient zone
WO2004092658A1 (en) * 2003-04-08 2004-10-28 Halo Innovations, Inc. Systems for delivering conditioned air to personal breathing zones
US20050121530A1 (en) * 2003-12-04 2005-06-09 Thomas Song System defined as thermoister for monitoring, controlling and adjusting a sleeper's environmental conditions of the space above entire bed surface

Also Published As

Publication number Publication date
WO2010016759A2 (en) 2010-02-11
WO2010016759A3 (en) 2010-06-24

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US20080028536A1 (en) Mattress with cooling airflow
US7036163B2 (en) Furniture cover sheet
KR102465811B1 (ko) 공기 흐름을 지향하기 위한 복수의 직물 유형을 갖는 포켓식 코일 층을 포함하는 지지 쿠션, 및 그의 표면 온도를 제어하기 위한 방법
KR100726095B1 (ko) 온풍, 냉풍 또는 자연풍을 선택적으로 송풍하는 기능을 구비한 에어매트
US7908688B2 (en) Portable ventilation system
RU2600306C2 (ru) Многозональная матрасная опора с управляемой температурой
US7913332B1 (en) Drawn air bed ventilator
JP2008533414A (ja) 温度可変クッションおよびヒートポンプ
US20150282631A1 (en) Temperature Control Pad
EP2957191B1 (en) A top mattress
JP2013528776A (ja) 熱電パーソナル・コンフォート制御寝具のためのシステム及び方法
US96989A (en) Improved means for ventilating-, cooling-, and warming- beds
KR20210035133A (ko) 미세발열체를 이용한 온도제어 매트리스
CN208973041U (zh) 一种带有空调通风功能的床
JP2011189116A5 (nl)
NL1035802C2 (nl) Inrichting voor het aan een bed toevoeren van een luchtstroom, alsmede een daarmee voorzien bed.
KR20090108518A (ko) 냉풍, 자연풍 송풍 기능 및 온열 기능을 구비한온수보일러 에어 매트리스
CN205980120U (zh) 一种床式空调
EP2741637A1 (en) Mattress cover and method for controlling humidity therein
JP2007202682A (ja) 空調装置付きベッド
KR20210035183A (ko) 베딩 시스템 및 방법
US20180085054A1 (en) Sleep surface system and method thereof
JP4385870B2 (ja) 空気調和方法及びそれを用いた睡眠カプセル
JP2009014222A (ja) 睡眠環境の提供方法及び睡眠環境装置
JP4483495B2 (ja) 睡眠カプセル

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20180901