NL1034585C - Nood- of hulpverlichting, alsmede een armatuur voor een dergelijke verlichting. - Google Patents

Description

-1 -

Nood- of hulpverlichting, alsmede een armatuur voor een dergelijke verlichting

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een nood- of hulpverlichting. Het is bekend, dat in openbare gebouwen een noodverlichting aanwezig moet zijn, om in geval van 5 calamiteiten een vluchtweg voor het publiek of andere aanwezigen naar de uitgang aan te geven. Dergelijke verlichtingen zijn ook vaak aanwezig in gebouwen of plaatsen, die niet voortdurend sterk behoeven te worden verlicht, zoals kelders, parkeergarages, en dergelijke. Dergelijke verlichtingen hebben in het algemeen een permanente, tamelijk zwakke lichtbron.

Hoewel deze bekende verlichtingen goed voldoen, hebben deze echter ook enkele 10 nadelen. Zo verbruiken dergelijke verlichtingen, daar deze permanent branden, veel energie. Bovendien moet er een noodstroomvoorziening aanwezig zijn om in geval van stroomuitval energie voor de noodverlichting te leveren. Deze eisen maken de gebruikelijke noodverlichting duur zowel in aanschaf als in gebruik.

De uitvinding beoogt nu een nood- of hulpverlichting te verschaffen, waarbij de 15 hiervoor genoemde nadelen om eenvoudige wijze worden vermeden.

Dit oogmerk wordt volgens de uitvinding bereikt, doordat de verlichting een stralingsbron omvat, alsmede een naar deze stralingsbron gericht oppervlak, dat is voorzien van een laag van lichtgevende verf, die in hoofdzaak bestaat uit een bindmiddel met een hoeveelheid luminescerend pigment. Onder lichtgevende verf wordt in dit verband een verf of 20 pasta verstaan, die in hoofdzaak bestaat uit een bindmiddel met een groot gehalte aan luminescerend pigment. Dit luminescerende pigment heeft de eigenschap, dat het na enige tijd te zijn beschenen met licht zelf licht gaat uitstralen, en wel zodanig, dat het meer licht gaat uitstralen naarmate de omgeving donkerder wordt. Een verf van dit type is bijvoorbeeld bekend uit het Amerikaanse octrooi 6.358.563.

25 Deze combinatie volgens de uitvinding van een stralingsbron met een oppervlak, dat is bekleed met een lichtgevende verf, heeft het belangrijke voordeel, dat de lichtgevende verf bij het uitvallen van de stralingsbron voldoende licht uitstraalt om de functie van nood- of hulpverlichting te vervullen, zodat geen extra noodstroomvoorziening noodzakelijk is.

Bij voorkeur is volgens de uitvinding het oppervlak met de laag lichtgevende verf 30 geïncorporeerd in de armatuur van de stralingsbron.

Teneinde energie te besparen kan de verlichting zijn voorzien van een regelinrichting, die de stralingsbron intermitterend met instelbare tussenpozen aan en uit zet. Dit betekent, dat de laag lichtgevende verf steeds een korte tijd wordt opgeladen en vervolgens als de stralingsbron “uit” staat voldoende licht uitstraal om de functie van nood- of hulpverlichting te 35 vervullen. Daar de tijdsduur dat de stralingsbron “aan” staat vele malen korter is dan de tijdsduur dat de stralingsbron “uit” staat kan op deze wijze een aanzienlijke hoeveelheid energie worden bespaard. De lichtgevende verf kan bijvoorbeeld na enkele minuten te zijn 1034585 -2- opgeladen enkele uren licht uitstralen. Ook kortere flitsen van enkele seconden kunnen met instelbare tussenpozen voldoende zijn voor de goede werking van de verlichting.

In een nog andere uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt de stralingsbron gevormd door een ultraviolette stralingsbron. Een ultraviolette stralingsbron heeft het bijkomende 5 voordeel dat deze straling uitzonderlijk geschikt is om de luminuscerende pigmenten in de lichtgevende verf op te laden, zonder dat deze straling verstorend werkt voor eventueel in de buurt aanwezige personen. Door de lichtgevende verf met geschikte tussenpozen op te laden wordt zodoende een nood- of hulpverlichting verschaft, die een nagenoeg constante helderheid heeft.

10 De tussenpozen en de brandtijd van de stralingsbron zijn bij voorkeur instelbaar.

Volgens de uitvinding bestaat de laag van lichtgevende verf uit een transparant bindmiddel, dat een lage mate van UV blokkering heeft en een hoog gehalte aan luminuscerende pigmenten bevat.

Bij voorkeur bedraagt het gehalte aan luminescerende pigmenten ongeveer 65 vol%. 15 De uitvinding wordt tevens belichaamd in een armatuur voor een stralingsbron, die een huis omvat, waarin een stralingsbron kan worden aangebracht, welk huis tevens een lichtvenster heeft voor het doorlaten van de door de stralingsbron opgewekte straling. Deze armatuur onderscheidt zich doordat tenminste een gedeelte van het binnenoppervlak van het huis, dat naar de stralingsbron is gericht, en door het lichtvenster zichtbaar is, is bedekt met 20 een laag lichtgevende verf.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van de bijgaande tekening, waarin de enkele figuur schematisch een armatuur voor een nood of hulpverlichting volgens de uitvinding weergeeft.

Zoals zichtbaar in de figuur bestaat de armatuur uit een huis 1, dat één of meer 25 fittingen bevat voor het aanbrengen van de stralingsbron 2, zoals een gloeilamp, gasontladingsbuis of dergelijke. Het huis bevat een lichtvenster 3 voor het doorlaten van de door de stralingsbron opgewekte straling. Dit lichtvenster kan zijn voorzien van lamellen, een open rooster of een doorzichtige plaat. In de weergegeven uitvoeringsvorm is op de wand, die de fittingen voor de stralingsbron draagt een laag 4 van lichtgevende verf aangebracht. 30 Deze laag zal na te zijn opgeladen door de stralingsbron licht uitstralen door het lichtvenster. De laag lichtgevende verf kan direct op het huis 1 van de armatuur zijn aangebracht, maar het is natuurlijk ook mogelijk om van met deze lichtgevende verf beklede stroken in het huis 1 te bevestigen.

De armatuur kan eventueel nog zijn voorzien van een (niet weergegeven) 35 regelinrichting om de stralingsbron gedurende een instelbare tijdsduur “uit” te zetten en gedurende een bepaalde tijdsduur te laten branden.

Eventueel is het nog mogelijk om in één armatuur een UV-lamp (blacklight) en een normale lamp aan te brengen. In dit geval kan de UV-lamp, als de normale lamp is -3- uitgeschakeld, de lichtgevende verf met bepaalde tussenpozen opladen. De normale lamp kan dan bijvoorbeeld normaliter “uit” staan en door middel van een naderingsschakelaar worden aangezet.

Het oppervlak dat is bekleed met lichtgevende verf, kan worden gekozen naar gelang 5 het gebruiksdoel of de functie van de armatuur. Zo kan een dergelijke armatuur ook dienst doen als “nachtlamp” voor bijvoorbeeld kinderkamers.

Het zal duidelijk zijn, dat binnen het kader van de bijgaande conclusies, een groot aantal wijzigingen en varianten mogelijk zijn, die alle voor de vakman op dit gebied voor de hand zullen liggen.

10 1 0 3 A 5 8 5

Claims (9)

1. Nood- of hulpverlichting, omvattende een stralingsbron, die is bevestigd in een 5 armatuur en kan worden aangesloten op een stroombron, met het kenmerk, dat een naar de stralingsbron gericht oppervlak aanwezig is, dat is bekleed met een lichtgevende verf, die in hoofdzaak bestaat uit een transparant bindmiddel met luminescerende pigmenten.

2. Nood- of hulpverlichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het oppervlak met de laag lichtgevende verf is geïncorporeerd in de armatuur.

3. Nood- of hulpverlichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat deze een regelinrichting bevat om de stralingsbron met tussenpozen steeds een korte tijd te 15 laten branden.

4. Nood- of hulpverlichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat de tussenpozen en de brandtijd van de stralingsbron instelbaar zijn.

5. Nood- of hulpverlichting volgens de voorafgaande conclusies 1-3, met het kenmerk, dat de stralingsbron bestaat uit een ÜV-lamp.

6. Nood- of hulpverlichting volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de stralingsbron bestaat uit een UV-lamp en uit een lamp voor normaal licht, waarbij 25 de brandtijden van beide lampen afzonderlijk instelbaar zijn.

7. Nood- of hulpverlichting volgens een of meer van de voorafgaande conclusies, met het kenmerk, dat de lichtgevende verf en gehalte van ongeveer 65 vol% aan luminescerende pigmenten bevat. 30

8. Armatuur voor een verlichting volgens een of meer van de voorafgaande conclusies 1-6, omvattende een huis, waarin een stralingsbron kan worden aangebracht, welk huis een lichtvenster bevat voor het doorlaten van de door de stralingsbron opgewekte straling, met het kenmerk, dat tenminste een gedeelte 35 van een inwendig oppervlak van het huis, dat naar de stralingsbron is gericht en door het lichtvenster zichtbaar is, is bedekt met een laag lichtgevende verf. 3 4 5 8 5 -5-

9. Armatuur volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat de armatuur een regelinrichting omvat voor het gedurende een instelbare tijdsduur met instelbare tussenpozen “aan” zetten van de stralingsbron. ' 4 5 8 5