NL1034540C2 - Urinoirinrichting. - Google Patents

Urinoirinrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1034540C2
NL1034540C2 NL1034540A NL1034540A NL1034540C2 NL 1034540 C2 NL1034540 C2 NL 1034540C2 NL 1034540 A NL1034540 A NL 1034540A NL 1034540 A NL1034540 A NL 1034540A NL 1034540 C2 NL1034540 C2 NL 1034540C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
urinal
hygiene
space
urinal device
shape
Prior art date
Application number
NL1034540A
Other languages
English (en)
Inventor
Jasper Theodor Johannes Noldus
Hendrikus Johannes Maria Willems
Original Assignee
Ct Eerlijke Techniek
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Ct Eerlijke Techniek filed Critical Ct Eerlijke Techniek
Priority to NL1034540A priority Critical patent/NL1034540C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1034540C2 publication Critical patent/NL1034540C2/nl

Links

Classifications

    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03DWATER-CLOSETS OR URINALS WITH FLUSHING DEVICES; FLUSHING VALVES THEREFOR
    • E03D13/00Urinals ; Means for connecting the urinal to the flushing pipe and the wastepipe; Splashing shields for urinals
    • E03D13/002Urinals ; Means for connecting the urinal to the flushing pipe and the wastepipe; Splashing shields for urinals intended for use by women
    • EFIXED CONSTRUCTIONS
    • E03WATER SUPPLY; SEWERAGE
    • E03DWATER-CLOSETS OR URINALS WITH FLUSHING DEVICES; FLUSHING VALVES THEREFOR
    • E03D13/00Urinals ; Means for connecting the urinal to the flushing pipe and the wastepipe; Splashing shields for urinals
    • E03D13/007Waterless or low-flush urinals; Accessories therefor

Description

URINOIRINRICHTING.
De onderhavige uitvinding betreft een urinoirin-richting voor het staand urineren door vrouwen en/of man-5 nen dat plaatsbaar is op een locatie ter hoogte van de dijbenen in een staande oriëntatie van de mannen en vrouwen. Voorts betreft de onderhavige uitvinding een hygiëne-orgaan voor toepassing in een dergelijke urinoirinrich-ting. Voorts betreft de uitvinding het gebruik van een 10 dergelijke urinoirinrichting. Voorts betreft de uitvinding een werkwijze met betrekking op een dergelijke urinoirinrichting .
Urinoirs zijn bekend om te worden toegepast daar waar op een eenvoudige manier, ruimtebesparend en tijdsbe-15 sparend dient te worden geürineerd omdat urinoirs staande dienen te worden gebruikt. Ten eerste waren dergelijke urinoirs bekend voor gebruik door mannen aangezien mannen anatomisch het staand urineren gewend waren. Het is echter ingezien dat de genoemde voordelen van het staand urineren 20 in bijvoorbeeld drukke omstandigheden zoveel voordelen bieden dat urinoirs voor gebruik door vrouwen zijn ontwikkeld. Een brede toepassing hiervoor is echter uitgebleven. Een van de redenen hiervoor die de uitvinder van de onderhavige uitvinding heeft onderkend is dat gebruikers van 25 deze urinoirs de gedachte van het onverhoopt met een lichaamsdeel aanraken van het urinoir zo vervelend vinden dat men deze bij voorkeur niet gebruikt.
Het is een doel van de onderhavige uitvinding om dit nadeel te ondervangen. Hiertoe verschaft de onderhavi-30 ge uitvinding een urinoirinrichting voor het staand urineren door vrouwen en/of mannen die op fixeerbare wijze plaatsbaar is op een locatie ter hoogte van de dijbenen in een staande oriëntatie van de mannen en vrouwen waarbij: 1034540 2 - een opvangorgaan met een opvangruimte voor het opvangen van de urine definieerbaar is, en - tijdens het urineren contact tussen een of meer lichaamsdelen met een vuil deel van het opvangorgaan ver- 5 mijdbaar is door de toepassing van een vervangbaar hygië-neorgaan dat het opvangorgaan tijdens gebruik afschermt of dat mede toepasbaar is voor het vormen van het opvangorgaan.
Een voordeel van een dergelijke inrichting is dat 10 het hygiëneorgaan het lichaam beschermt tegen contact met vervuiling of urine van een vorige gebruiker van het urinoir. Hiervan hebben met name vrouwen voordeel aangezien voor het deponeren van de urine in de urinoirinrichting een relatief korte afstand wenselijk is welke afstand aan-15 raken kansrijker maakt. In belangrijke zin vormt het aanraken geen bezwaar meer aangezien het hygiëneorgaan rein is. Hierdoor wordt de toepassing en het gebruik van een urinoir voor vrouwen acceptabel. Als gevolg van het gebruik kunnen meer mensen urineren in minder tijd. Verder 20 kan het ruimtegebruik afnemen doordat een urinoir minder ruimte vereist dan een toilet. Doordat een urinoir niet noodzakelijkerwijs in een afsluitbare ruimte behoeft te worden gebruikt kan een optimale hoeveelheid privacy worden verschaft dat enerzijds het gebruik in het licht van 25 privacywensen wel zal worden gebruikt maar dat onnodig lang het gebruik van de privacy van een afgesloten ruimte wordt voorkomen.
In een eerste voorkeursuitvoeringsvorm omvat in de urinoirinrichting het opvangorgaan een goot met een ope-30 ning, en omvat de inrichting voorts vormbepalingsmiddelen voor het tenminste deels bepalen van de vorm van het hygi-eneorgaan tijdens gebruik in de inrichting.
3
Met behulp van de vormbepalingsmiddelen kan het hygiëneorgaan ten minste deels of in hoofdzaak worden gevormd naar de vorm van het opvangorgaan. Tevens verschaffen de vormbepalingsmiddelen eventueel enige weerstand te-5 gen onbedoeld verplaatsen van het hygiëneorgaan. Het is bijvoorbeeld voordelig wanneer deze aanpassing zodanig is dat de urine neerwaarts stroom over het hygiëneorgaan op zodanige wijze dat er geen lekken naar buiten het opvangorgaan plaats heeft. Dit wordt mede bereikt door de toe-10 passing van de vormbepalingsmiddelen.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten in de urinoirinrichting de vormbepalingsmiddelen tenminste een stang of clip die is gerangschikt binnen de opvangruimte. Deze stang kan worden gebruikt om bijvoorbeeld een 15 zakvormig hygiëneorgaan onder te schuiven zodat deze om het opvangorgaan is geplaatst en derhalve het aanraken van het opvangorgaan met bijvoorbeeld het dijbeen geen hygiënische nadelen verschaft.
Bij voorkeur is de tenminste ene stang beweegbaar 20 ten opzichte van het opvangorgaan, bij voorkeur op kantelbare of scharnierbare wijze. Hierdoor wordt het aanbrengen van het hygiëneorgaan verder vereenvoudigd.
Indien de stang beweegbaar is middels een bedie-ningsorgaan, zoals een met de stang verbonden arm of een 25 elektrische actuator, die nabij de inrichting is gerangschikt wordt de plaatsing van het hygiëneorgaan verder vereenvoudigd.
Bij voorkeur strekt het bedieningsorgaan zich uit onder de opvangruimte. Hierdoor kan de bediening van de 30 stang worden uitgevoerd met een eenvoudige constructie van het geheel terwijl dit bedieningsorgaan tijdens het urineren geen sta-in-de-weg vormt.
4
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding omvatten in de urinoirinrichting de vormbepalingsmiddelen tenminste een onderdrukopwekkende inrichting voor het verschaffen van onderdruk tussen de 5 goot en het hygiëneorgaan en deze onderdrukopwekkende inrichting bij voorkeur kanalen omvat met ten minste een uitmonding in de opvangruimte. Hierbij wordt het mogelijk dat het hygiëneorgaan na het losjes aanbrengen daarvan gefixeerd blijft zolang als wenselijk is. Het verwijderen 10 van het hygiëneorgaan is mogelijk met of zonder de aanwezigheid van de onderdruk. De onderdruk wordt bij voorkeur afgeschakeld voor het aanbrengen of verwijderen van het hygiëneorgaan.
In een verdere voorkeursuitvoeringsvorm omvatten 15 de vormbepalingsmiddelen kleefmiddelen voor het verschaffen van een kleefwerking tussen tenminste een deel van de goot en het hygiëneorgaan. Bij deze uitvoeringsvorm is het bijvoorbeeld mogelijk om een aantal op elkaar gekleefde hygiëneorganen stapelgewijs aan te brengen op de opvang-20 ruimte. Het wegnemen van de bovenste verschaft dan een goede hygiëne van de volgende in de stapel die schoon is. Zeker wanneer de buitenrand van de hygiëneorgaanstapel inwaarts wijst is de hygiëne gewaarborgd aangezien het aanraken van de randen wordt voorkomen.
25 In een verdere uitvoeringsvorm is het opvangorgaan vormbaar door het onder voorspanning houden van een folie-orgaan dat tevens dienst doet als hygiëneorgaan. In deze uitvoeringsvorm omvat het opvangorgaan op zichzelf geen opvangruimte vormend materiaal maar wel steundelen waar-30 over het hygiëneorgaan wordt geplaatst en op spanning gebracht .
Voor een eenvoudig gebruik omvat de inrichting doorvoermiddelen voor een doorvoerbaar hygiëneorgaan.
5
Hierdoor kan een zekere voorraad hygiëneorganen worden aangebracht zodat de gebruiker geen aanbrenghandelingen behoeft uit te voeren. Van de gebruiker wordt wellicht verlangd dat deze een handmatige doorvoer uitvoert of een 5 automatische doorvoer actueert. Bij voorkeur omvatten hierbij de doorvoermiddelen opslagmiddelen voor het opslaan van toe te voeren hygiëneorgaandelen alsmede gelei-dingsmiddelen voor het geleiden van de hygiëneorgaandelen.
Bij verdere voorkeur is het hygiëneorgaan in de 10 lengterichting van de opvangruimte transporteerbaar of is het hygiëneorgaan in een overdwarse richting van de opvangruimte transporteerbaar.
In een verdere uitvoering omvat de inrichting spoelmiddelen omvattende bij voorkeur openingen in de 15 vormbepalingsmiddelen of de opvangruimte voor het verschaffen van een toevoeropening van spoelvloeistof. Een voordeel van dergelijke spoelmiddelen is dat de inrichting door de gebruiker kan worden gespoeld of dat er spoelen plaats kan vinden op automatische wijze.
20 Het toepassen van stromende vloeistof zoals water kan tevens worden gebruikt om een folie van een hygiëneorgaan gepositioneerd te houden tegen de wand van de opvangruimte zodat het de stromende vloeistof effectief dienst doet als vormbepalingsmiddel. Hierbij is de toevoer van de 25 vloeistof te beschouwen als deel vervat in de vormbepalingsmiddelen .
De vormbepalingsmiddelen en/of het hygiëneorgaan worden bij voorkeur onder voorspanning gehouden voor het verkrijgen van een wenselijke stroming van de vloeistof 30 en/of voor een wenselijke vorm van het hygiëneorgaan.
Bij voorkeur omvat het hygiëneorgaan een folie omvattende bij voorkeur een papier, kunststof of cellulose, dat bij verdere voorkeur de vorm van een zak heeft. Een 6 zak wordt in deze tekst gedefinieerd als een aan tenminste een zijde open kous van een folie of plat materiaal.
Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een hygiëneorgaan voor toepassing in een urinoir-5 inrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies. Een voordeel van een dergelijk hygiëneorgaan is dat deze bij toepassing in een urinoirinrichting volgens de onderhavige uitvinding hygiënische aanraakmogelijkheid, zij het wellicht koud en onbedoeld, verschaft van de in-10 richting met lichaamsdelen waarvan het anderszins onwenselijk is dat deze de inrichting aanraken.
Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een transporteerbare toiletruimte-inrichting voor gebruik op verschillende locaties, omvattende: 15 - een gebruikszijde, omvattende een gebruikswand of combinatie van gebruikswanden die een zijde van de toiletruimte definiëren, voor het aan deze zijde aan de wand of op de vloer in hoofdzaak er nabij bevestigen van een toilet of urinoir, 20 - tenminste twee beweegbare afsluitwanden voor het daarmee afsluiten van de toiletruimte waarbij de afsluitwanden in een transporttoestand in hoofdzaak in de richting van de gebruikszijde inklapbaar zijn en in een ge-bruikstoestand ten opzichte van de gebruikszijde uitklap-25 baar zijn en samen met de gebruikszijde een toiletruimte definiëren.
Een eerste voordeel van een dergelijke inrichting is dat een toiletinrichting kan worden verschaft die een relatief gering transportvolume paart aan een groot ge-30 bruiksgemak met een groot gebruiksvolume.
Bij voorkeur wordt de gebruikszijde gevormd door een gebogen of niet lineaire wand, of een aantal ten opzichte van elkaar in een hoek geplaatste deelwanden waar- 7 bij urinoirinrichting zich bevindt in de ruimte daartussen en de afsluitwanden beweegbaar zijn in de richting van de urinoirinrichting. Hierdoor wordt als voordeel verkregen dat de afsluitwanden geheel kunnen worden ingeklapt ter-5 wijl de urinoirinrichtingen aanwezig zijn in de ruimte.
Het toepassen van treden tot op het niveau van de vloer biedt de mogelijkheid van een verhoogde vloer voor het eenvoudig verschaffen van privacy. Bijvoorbeeld inkijk over een lage deur wordt hierdoor voorkomen terwijl tevens 10 een lage deur mogelijk is zodat de gebruikers de verblijftijd kort houden omdat hun aanwezigheid zichtbaar is vanwege de lage deur.
Een verder aspect van de onderhavige uitvinding betreft een werkwijze omvattende stappen voor: 15 - het verschaffen van een inrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies, - het verschaffen van een toepasbaar hygiëneor- gaan.
In de volgende figuren zijn soortgelijke onderde-20 len van verschillende uitvoeringsvormen aangeduid met dezelfde verwijzingscijfers, ook al zijn de soortgelijke delen niet identiek. De vakman zal dit binnen het begrip van deze tekst als geheel kunnen begrijpen. Verdere voordelen kenmerken en details van de onderhavige uitvinding worden 25 in het navolgende beschreven aan de hand van een aantal uitvoeringsvormen onder verwijzing naar de aangehechte figuren waarbij: - Fig. 1 een weergave is in perspectief van een eerste voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige 30 uitvinding; - Fig. 2 een weergave is in perspectief van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm volgens de onderhavige uitvinding; 8 - Fig. 3A een weergave is in vooraanzicht van een verdere uitvoeringsvorm; - Fig. 3B een weergave is in zijaanzicht van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; 5 - Fig. 4 een weergave is in perspectief van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; - Fig. 5A een weergave is in perspectief van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; - Fig. 5B een weergave is in doorsnede van de uit-10 voering van Fig. 5A; - Fig. 6 een weergave is in perspectief van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; - Fig. 7 een weergave is in perspectief van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; 15 - Fig. 8A,B een weergave is in doorsnede van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; - Fig. 8C een weergave is in perspectief van een werkingsprincipe van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; - Fig. 9A een weergave is in perspectief van een 20 verdere voorkeursuitvoeringsvorm; - Fig. 9B een weergave is in bovenaanzicht van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; - Fig. 9C een weergave is in zijaanzicht van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; 25 - Fig. 10 een weergave is in perspectief van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm; - Fig. 10A een vooraanzicht is van de uitvoering van Fig. 10; - Fig. 11 een weergave is in zijaanzicht van de 30 uitvoering van Fig. 10; - Fig. 12 een weergave is in bovenaanzicht van een verdere voorkeursuitvoeringsvorm.
9
Een eerste voorkeursuitvoeringsvorm (Fig. 1) betreft een vrouwenurinoir 15, althans een urinoir dat specifiek geschikt is voor vrouwen terwijl mannen er ook gebruik van zouden kunnen maken. Dit geldt in beginsel voor 5 alle voorkeursuitvoeringsvormen.
In deze uitvoering is een goot 14 bevestigd aan een muurplaat 51 voor bevestiging aan een muur of wand. De goot omvat de wanddelen 1 met bovenranden 7 die aan de onderzijde aan elkaar zijn bevestigd. De voorzijde van de 10 goot is voorzien van kieren 4 voor het verschaffen van een eenvoudige inbrenging van de zak 3. Onder de goot en muurplaat strekt zich een afvoer 6 uit. Vanuit de goot is toegang tot de afvoer verschaft middels openingen 5. In de goot bevindt zich een neerhoudstang 2 voor het neerhouden 15 van de zak 3 die dienst doet als hygiëneorgaan. Door het neerhouden wordt voorkomen dat de bovenzijde van de zak strak komt te staan en de urine zijwaarts of voorwaarts de goot verlaat en de urine neerwaarts zal stromen naar de openingen 5. Hierbij bevindt zich de zak om de wanden van 20 de goot en onder de stang 2.
In de uitvoering van Fig. 2 is de vorm van de goot anders en is deze uit een deel gevormd met een wand 1, opening 8 en openingranden 7. In de goot bevindt zich een stang 2 voor het neerhouden van de zak 3. Deze zak wordt 25 onder voorspanning gehouden middels een gewicht 10 die onder de goot is gerangschikt middels een buigbaar element 9. Op alternatieve wijze is het gewicht eenvoudigweg opgehangen middels een koord 9 of dergelijke.
In de uitvoering van Fig. 3 is de goot soortgelijk 30 aan die van Fig. 1 maar is de stang 2 beweegbaar gerangschikt op een om het scharnierpunt scharnierbare wijze. De stang 2 is verbonden met de handle 11 die beweegbaar is tussen de weergave in doorgetrokken lijnen en de weergave 10 in onderbroken lijnen. Deze handle bevindt zich onder de goot om aangeduide redenen en is beweegbaar in de richting van de pijl F zodat de stang 2 beweegt in de richting van de pijl E.
5 In de uitvoering van Fig. 4 is de goot vervaardigd als uit een schuin doorgesneden buis met een wand 1 en een snede 7. In de wand van de goot bevinden zich twee kanalen 21 voor het daardoor afzuigen van lucht, met andere woorden het verschaffen van een onderdruk in het kanaal. De 10 kanalen 21 hebben openingen 20. De zak 3 wordt aangezogen zodra deze wordt ingebracht in de goot.
In de uitvoering van Fig. 5 is het hygiëneorgaan uitgevoerd als een klevende folie die pakketgewijs in de goot wordt gebracht als de stapel 22. Na gebruik van de 15 bovenste wordt deze verwijderd en de volgende gebruikt. Na gebruik van de hele stapel wordt een nieuwe stapel aangebracht. Het verwijderen wordt uitgevoerd middels een per vel aangebrachte strip 23 die aan het einde niet is voorzien van kleefstof waardoor de strips eenvoudig te veren-20 kelen zijn en daarmee het betreffende vel te verwijderen is.
In Fig. 6 is de zak aanbrengbaar en verwijderbaar in de richting van de pijlen G. het vormgevingsorgaan is hier uitgevoerd als een clip 24 die over de wand van de 25 goot kan worden geschoven waarbij de clip wordt bevestigd door middel van de korte zijde aan de onderzijde van de goot en de lange zijde aan de bovenzijde van de goot. Hierdoor wordt verzekerd dat de zak laag blijft ondanks de opwaartse druk van de wanden van de goot waardoor de zak 30 zonder de clip omhoog zou komen naarmate deze verder is ingebracht. De omhoogkomende zak zou terugstromen van de urine kunnen veroorzaken hetgeen wordt voorkomen middels de clip.
11
In Fig. 7 is het hygiëneorgaan uitgevoerd als een langs de goot geleide strook folie 26. De folie wordt doorgevoerd vanaf twee spoelen (niet getoond) die bij voorkeur op een eenvoudig te verwisselen plaats kunnen 5 worden gerangschikt. De folie wordt geleid middels gelei-derollen 27. Behalve middels een folieaandrijving in de richting van de pijlen H is een beweging van de goot in de richting van de pijlen K voorzien waarmee het transport van de folie tot stand kan worden gebracht of geholpen.
10 In de uitvoering van Fig. 8 wordt een strook folie 26 in de lengterichting van de goot getransporteerd. In deze uitvoering is zelfs geen sprake van een fysiek aanwezige goot maar wordt de goot gevormd middels steunen voor de folie die de vorm van de folie tot een goot bepalen. In 15 Fig. 8A wordt de goot gevormd door kralen 61 die roteerbaar zijn bevestigd om een hartlijn 60 vormend assenstelsel. Hierdoor wordt een goot gevormd middels het over de kralen gespannen folie 26.
In de Figs. 8B en 8C is het transport van de folie 20 schematisch weergegeven middels een assenstelsel met assen 28,31,32,33 waarover de folie die afkomstig is vanaf de rol 35 met schone folie in de richting van de rol 34 met de gebruikte folie. In deze figuren B,C is de vorm die door de kralen wordt verschaft niet getoond ten gunste van 25 de schematische eenvoud. De kralen hebben als doel de assen gebogen mogelijk te maken. Ook is een gebogen niet roteerbare as met een glad oppervlak mogelijk. De folie wordt getransporteerd in de richting van de pijlen L. Op alternatieve wijze is het mogelijk om in deze uitvoering 30 gebruik te maken van een fysieke goot waarbij de gebruikte folie wordt getransporteerd in de afvoer.
In Fig. 9 is een toiletbehuizing 39 getoond met vier urinoirruimten. Elk van de toiletruimten is bereik- 12 baar via twee treden 43,44 die opklapbaar zijn in de ruimte onder de goot 1. Centraal bevinden zich vier wanden 42 met daaraan bevestigd vier urinoirgoten 1. Opdat de goten niet uit de vierhoek steken zijn de wanden gebogen uitge-5 voerd. Bij voorkeur omvatten de wanden de verlagingen 42 zodat de personen 45 onderling contact kunnen hebben. Hierdoor wordt het enerzijds sociale aspect vergroot en wordt anderzijds volledige afzondering voorkomen hetgeen een lange verblijfstijd tegengaat en wachtijden in drukke 10 omstandigheden verkort.
Elk van de ruimten omvat twee beweegbare wanden of deuren 40,41 die in hoofdzaak even groot of enigszins kleiner zijn dan de zijde van de ruimte die wordt gevormd door de urinoirwand 42. Hierdoor zijn de deuren 40,41 vol-15 ledig inklapbaar wanneer de opklapbare treden 43,44 zijn opgeklapt in de toiletruimte. Tevens zijn de deuren bruikbaar als afsluitwanden door deze tegen de neergelaten treden te laten aanslaan. Na sluiting ontstaat een in hoofdzaak driehoekige ruimte tussen de deuren waar een persoon 20 45 kan staan op de bovenste trede 43.
De toiletbehuizing is voor transport zo compact als de buitenzijde van de ingeklapte deuren terwijl het tijdens gebruik zoveel ruimte biedt als wordt verschaft door de uitgeklapte deuren. Naast de vierhoekige vorm van 25 de viervoudige uitvoering die hier is beschreven zijn meervoudige lay-outs mogelijk afhankelijk van de schaal van de toepassing. De bereikte voordelen van deze urinoir-behuizing zijn mogelijk doordat de staruimte niet vereist is tijdens transport.
30 In Fig. 10 is een uitvoering getoond waarin de goot 14 in vooraanzicht een in hoofdzaak V vorm heeft met een daarin aangebrachte stang 2 voor het neerhouden van een zak die dienst doet als hygiëneorgaan. De stang is 13 middels een metalen blokje 17 aangebracht in de roestvast-stalen goot.
Het verlengde van de goot van Fig. 10 is getoond in Fig. 11. De goot verloopt met een bocht naar beneden 5 tot een bodemplaat voor bevestiging aan de grond. De v vormige goot doet hierbij dienst als afvoer 6. Door deze constructie ontstaat een eenvoudig te vervaardigen inrichting die voorts eenvoudig plaatsbaar is en waarvan de werking eenvoudig is in te zien voor de gebruikers.
10 In Fig. 12 is een uitvoering getoond met een op- vanggoot soortgelijk aan die van Fig. 5 met om daarom heengeleid een in hoofdzaak horizontale beugel 70 die middels een bevestigingsblok 71 is bevestigd aan een zijde van de goot. Het bevestigingsblok is voorzien van een 15 snijkant 73. Voorts is de inrichting hier voorzien van een toevoer van een slangvormig hygiëneorgaan dat vanaf een rol of klos in een wenselijke hoeveelheid wordt toegevoerd aan de beugel 70 in de richting van de pijl M. Na elk gebruik kan de slang worden doorgevoerd. Hierbij wordt deze 20 aan een zijde opengesneden middels de snijkant 73 en vervolgens opgerold op een afvoerrol voor de gebruikte slang. Het doel hiervan is dat elke gebruiker een schoon deel van de slang ter beschikking heeft om direct contact met de inrichting te voorkomen en ontspannen te kunnen zijn zon-25 der het risico de inrichting te raken.
In het voorgaande is de onderhavige uitvinding beschreven aan de hand van enkele voorkeursuitvoeringsvormen. Verschillende aspecten van verschillende uitvoeringen worden beschreven geacht in combinatie met elkaar waarbij 30 alle combinaties die op basis van dit document door een vakman kunnen worden gemaakt dienen te worden meegelezen. Deze voorkeursuitvoeringsvormen zijn niet beperkend voor 14 de beschermingsomvang van deze tekst. De gevraagde rechten worden bepaald in de aangehechte conclusies.
1034540

Claims (18)

1. Urinoirinrichting voor het staand urineren door vrouwen en/of mannen die op fixeerbare wijze plaatsbaar is 5 op een locatie ter hoogte van de dijbenen in een staande oriëntatie van de mannen en vrouwen waarbij: - een opvangorgaan met een opvangruimte voor het opvangen van de urine definieerbaar is, en - tijdens het urineren contact tussen een of meer 10 lichaamsdelen met een vuil deel van het opvangorgaan vermijdbaar is door de toepassing van een vervangbaar hygië-neorgaan dat het opvangorgaan tijdens gebruik afschermt of dat mede toepasbaar is voor het vormen van het opvangorgaan .
2. Urinoirinrichting volgens conclusie 1, waarbij het opvangorgaan een goot met een opening omvat, en de inrichting voorts vormbepalingsmiddelen omvat voor het tenminste deels bepalen van de vorm van het hygiëneorgaan 20 tijdens gebruik in de inrichting.
3. Urinoirinrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de vormbepalingsmiddelen tenminste een stang of clip die is gerangschikt binnen de 25 opvangruimte omvatten.
4. Urinoirinrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij de tenminste ene stang beweegbaar is ten opzichte van het opvangorgaan, bij voor- 30 keur op kantelbare of scharnierbare wijze.
5. Urinoirinrichting volgens conclusie 4 waarbij de stang beweegbaar is middels een bedieningsorgaan, zoals 054540 een met de stang verbonden arm of een elektrische actuator, die nabij de inrichting is gerangschikt.
6. Urinoirinrichting volgens conclusie 5 waarbij 5 het bedieningsorgaan zich bij voorkeur uitstrekt onder de opvangruimte.
7. Urinoirinrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij de vormbepalingsmiddelen 10 tenminste een onderdrukopwekkende inrichting omvat voor het verschaffen van onderdruk tussen de goot en het hygië-neorgaan en deze onderdrukopwekkende inrichting bij voorkeur kanalen omvat met ten minste een uitmonding in de opvangruimte . 15
8. Urinoirinrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de vormbepalingsmiddelen kleefmiddelen omvatten voor het verschaffen van een kleef-werking tussen tenminste een deel van de goot en het hygi- 20 eneorgaan.
9. Urinoirinrichting volgens conclusie 1 waarbij het opvangorgaan vormbaar is door het onder voorspanning houden van een folieorgaan dat tevens dienst doet als hy- 25 giëneorgaan, bij voorkeur middels een afhangend gewichte-lement.
10. Urinoirinrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies waarbij de inrichting doorvoermidde- 30 len omvat voor een doorvoerbaar hygiëneorgaan.
11. Urinoirinrichting volgens conclusie 9 of 10 waarbij de doorvoermiddelen opslagmiddelen omvatten voor het opslaan van toe te voeren hygiëneorgaandelen alsmede geleidingsmiddelen voor het geleiden van de hygiëneorgaandelen. 5 12. ürinoirinrichting volgens conclusie 9, 10 of 11 waarbij het hygiëneorgaan in de lengterichting van de opvangruimte transporteerbaar is. 13. ürinoirinrichting volgens een of meer van de 10 conclusies 9-12 waarbij het hygiëneorgaan in een overdwar- se richting van de opvangruimte transporteerbaar is. 14. ürinoirinrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies omvattende spoelmiddelen omvattende 15 bij voorkeur openingen in de vormbepalingsmiddelen of de opvangruimte voor het verschaffen van een toevoeropening van spoelvloeistof. 15. ürinoirinrichting volgens een of meer van de 20 voorgaande conclusies waarbij de vormbepalingsmiddelen en/of het afschermorgaan onder voorspanning worden gehouden . 16. ürinoirinrichting volgens een of meer van de 25 voorgaande conclusies waarbij het hygiëneorgaan een folie omvat, omvattende bij voorkeur een papier, kunststof of cellulose, dat bij verdere voorkeur de vorm van een zak heeft.
17. Gebruik van een ürinoirinrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies.
18. Hygiëneorgaan volgens een of meer van de voorgaande conclusies voor toepassing in een urinoirinrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies. 19. transporteerbare toiletruimte-inrichting voor gebruik op verschillende locaties, omvattende: - een gebruikszijde, omvattende een gebruikswand of combinatie van gebruikswanden die een zijde van de toiletruimte definiëren, voor het aan deze zijde aan de wand 10 of op de vloer in hoofdzaak er nabij bevestigen van een toilet of urinoir, - tenminste twee beweegbare afsluitwanden voor het daarmee afsluiten van de toiletruimte waarbij de afsluitwanden in een transporttoestand in hoofdzaak in de rich- 15 ting van de gebruikszijde inklapbaar zijn en in een ge-bruikstoestand ten opzichte van de gebruikszijde uitklapbaar zijn en samen met de gebruikszijde een toiletruimte definiëren.
20. Inrichting volgens conclusie 19 waarbij de ge bruikszi jde wordt gevormd door een gebogen of niet lineaire wand, of een aantal ten opzichte van elkaar in een hoek geplaatste deelwanden waarbij urinoirinrichting zich bevindt in de ruimte daartussen en de afsluitwanden beweeg- 25 baar zijn in de richting van de urinoirinrichting.
21. Inrichting volgens conclusie 19 of 20 omvattende een verhoogde vloer met bij voorkeur treden tot op het niveau van de vloer. 30
22. Inrichting volgens een of meer van de conclusie 19, 20 of 21 waarbij drie of meer van de gebruiksruimten met de bijbehorende wanden zijn gecombineerd.
23. Inrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies 1-18 opgenomen in een inrichting volgens een of meer van de conclusies 19-22. 5
24. Werkwijze omvattende stappen voor: - het verschaffen van een inrichting volgens een of meer van de voorgaande conclusies, - het verschaffen van een toepasbaar hygiëneor- 10 gaan. 0 34 540
NL1034540A 2007-10-18 2007-10-18 Urinoirinrichting. NL1034540C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1034540A NL1034540C2 (nl) 2007-10-18 2007-10-18 Urinoirinrichting.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1034540 2007-10-18
NL1034540A NL1034540C2 (nl) 2007-10-18 2007-10-18 Urinoirinrichting.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1034540C2 true NL1034540C2 (nl) 2009-04-21

Family

ID=39500056

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1034540A NL1034540C2 (nl) 2007-10-18 2007-10-18 Urinoirinrichting.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1034540C2 (nl)

Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5224222A (en) * 1991-10-15 1993-07-06 Jones Kathie K Urinals
US5390374A (en) * 1993-06-21 1995-02-21 Hubrig; Sylvan E. Water-conserving urinal

Patent Citations (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US5224222A (en) * 1991-10-15 1993-07-06 Jones Kathie K Urinals
US5390374A (en) * 1993-06-21 1995-02-21 Hubrig; Sylvan E. Water-conserving urinal

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1030202C2 (nl) Sanitaire inrichting.
US20100223720A1 (en) Power operated urinal apparatus for a commode.
US8615824B2 (en) Stool collector
CA2406774A1 (en) Urine collection kit
US20110030130A1 (en) PP flushable urinating device for women
US11464373B2 (en) Splatter shield for toilet
US20120124723A1 (en) Folding device for male child urination
JPH05501741A (ja) 女性が利用できる小便器
US20020162848A1 (en) Wet toilet tissue dispenser combined with dry tissue roll
FI87756B (fi) Paose och paosehaollare daertill
NL1034540C2 (nl) Urinoirinrichting.
RU2553578C2 (ru) Переносной мешок для экскрементов
US11129507B2 (en) Roller cover toilet system and method
US10849805B1 (en) Bed
US11523958B2 (en) Device for the discharge of urine
JPH04363426A (ja) 大便器の役目をする傾斜式カバーが備わる水洗便器
JP2002065513A (ja) 洋式便器の便座又は便座蓋の開閉装置
KR102480617B1 (ko) 소변 비산 방지장치
BE1027277B1 (nl) Combi toiletinrichting
SG177793A1 (en) Toilet
US20220178127A1 (en) Toilet backsplash guard device
JP3225361U (ja) 男性用導尿器
GB2457056A (en) A portable urinal
JP6880535B2 (ja) 腰掛式水洗便器
JP2002529196A (ja) 患者用椅子

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
MM Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20151101