NL1031628C2 - Automatisch sluitende afdekinrichting voor een containerput. - Google Patents

Description

Automatisch sluitende afdekinrichting voor een containerput BESCHRIJVING: 5

Gebied van de uitvinding.

De uitvinding heeft betrekking op een automatisch sluitende afdekinrichting voor een containerput omvattende ten minste één afdekplaat die schamierbaar met een rond 10 de opening van de containerput aanwezig randconstructie is verbonden, alsmede een sluitinrichting voor het automatisch voor de opening van de containerput brengen van de afdekplaat nadat een container uit de containerput is genomen. Met containerput wordt een containerput bedoeld voor het onder het maaiveld plaatsen van een container. De afdekinrichting dient zich automatisch te sluiten op het moment dat een in de containerput 15 aanwezige container uit de put genomen wordt. Dit om te voorkomen dat iemand per ongeluk in de put zou kunnen vallen. Voorts dient de afdekinrichting zich automatisch te openen bij het in de put plaatsen van een container.

Stand van de techniek.

20

Een dergelijke afdekinrichting is bekend uit de Franse octrooiaanvrage nr. 2857948. Deze bekende afdekinrichting heeft twee afdekplaten die door veren naar de gesloten stand gedraaid worden en die tegen de veerkracht in opengedraaid dienen te worden. Nadeel van deze bekende afdekinrichting is dat mochten de veren om wat voor 25 reden dan ook dienst weigeren, de afdekplaten niet in de juiste stand komen om de containerput af te dekken met alle nadelen van dien.

Samenvatting van de uitvinding.

30 Een doel van de uitvinding is het verschaffen van een afdekinrichting van de in de aanhef omschreven soort die bedrijfszekerder is dan de bekende afdekinrichting. Hiertoe is de afdekinrichting volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de sluitinrichting 11031628- 2 ten minste één contragewicht omvat dat via kabels op afstand van de schamieras, waarom de afdekplaat draaibaar is, verbonden is met de afdekplaat. De afstand van de bevestigingspunten van de kabels tot de schamieras is zodanig dat de door het contragewicht op de afdekplaat uitgeoefende kracht voldoende is om deze naar de gesloten 5 stand omhoog te trekken.

Opgemerkt wordt dat uit de Franse octrooiaanvrage nr. 2809474 een inrichting met contragewichten op zich bekend is. Hierbij is een verticaal verplaatsbaar frame via kabels gekoppeld met contragewichten die langs een zijde van de constructie in verticale richting verplaatsbaar zijn. Indien bij de hieruit bekende inrichting het frame 10 vervangen wordt door de uit FR 2857948 bekende scharnierbare afdekplaten, dan is niet bekend waar de kabels aan de afdekplaten zijn bevestigd. Bovendien bevinden de nabij de randconstructie aan de bovenzijde aanwezige omleidrollen zich allen nabij een zijde van de randconstructie en zijn er aan de bovenzijde geen omleidrollen op afstand van deze zijde aanwezig.

15 Door de kabels over kogelgelagerde wielen om te leiden is de kans dat de afdekplaat niet automatisch naar de afdekstand gaat nihil. Bij voorkeur heeft de afdekking twee afdekplaten en zijn er twee contragewichten die elk via kabels met één van de afdekplaten zijn verbonden.

De afdekplaat is bij voorkeur om een, in een bus gelagerde as schamierbaar. 20 De kans dat de om een, in een bus gelagerde, as scharnierende afdekplaat vastloopt, is veel kleiner dan dat een schaarconstructie vastloopt. Hierdoor is de kans dat de put niet automatisch afgedekt wordt veel kleiner dan bij de bekende afdekinrichting.

Een gunstige uitvoeringsvorm van de afdekinrichting volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de schamieras langs een zijde van de opening van de containerput 25 aanwezig is en dat het contragewicht langs een aan deze zijde grenzende wand van de containerput verticaal verplaatsbaar is.

Een verdere gunstige uitvoeringsvorm van de afdekinrichting volgens de uitvinding is gekenmerkt, doordat de kabels vanaf het contragewicht recht omhoog lopen en nabij de schamieras door een eerste omleidwiel omgeleid worden naar een op afstand 30 van de schamieras aan de randconstructie aanwezig tweede omleidwiel en daarna op afstand van de schamieras aan een zijde van de afdekplaat zijn bevestigd.

Om ervoor te zorgen dat in gesloten stand van de afdekplaat deze niet 3 ongewenst open gaat, is een verdere uitvoeringsvorm van de afdekinrichting gekenmerkt, doordat de afdekplaat op afstand van de scharnieras is voorzien van ten minste een draaibare haak die in gesloten stand van de afdekplaat achter een aan de randconstructie aanwezige pen haakt en daarmee de afdekplaat in de gesloten stand vergrendelt. Bij 5 voorkeur bevindt zich aan elke zijde van de afdekplaat een haak, zodat niet door het per ongeluk ontgrendelen van één haak de afdekplaat open zou kunnen vallen onder invloed van het erop aanwezige gewicht. Bovendien dienen de haken onafhankelijk van elkaar ontgrendeld te worden. De haken zijn voorts van boven af zichtbaar zodat duidelijk waarneembaar is of zij zich in de vergrendelde stand bevinden of niet.

10 Om ervoor te zorgen dat bij het inbrengen van een container in de put de afdekplaat ontgrendelt wordt, is nog een verdere uitvoeringsvorm van de afdekinrichting gekenmerkt, doordat de afdekinrichting voorts ten minste één bedieningsplaat omvat die bevestigd is aan een draaibare as, aan welke as voorts een pal is bevestigd die bij verdraaiing de haak kan verdraaien vanuit een grendelstand, waarin de haak de afdekplaat 15 vergrendelt, naar een vrijgavestand, waarin de haak de afdekplaat vrijgeeft, welke bedieningsplaat in gesloten stand van de afdekplaat van boven af bediend kan worden en bij uitoefening van een neerwaarts gerichte kracht op de bedieningsplaat de haak achter de pen uit verdraait. De bedieningsplaat is op een zodanige plaats in de afdekplaat aanwezig dat bij het plaatsen van een container deze tegen de bedieningsplaat drukt en onder invloed 20 van zijn eigen gewicht de bedieningsplaat wegdrukt waarbij de haak van achter de pen vandaan komt. Vervolgens drukt de container onder invloed van zijn eigen gewicht de afdekplaat weg waarbij deze scharniert om de scharnieras en daarbij de contragewichten omhoog trekt.

25 Beknopte omschrijving van de tekeningen.

Hieronder zal de uitvinding nader worden toegelicht aan de hand van een in de tekeningen weergegeven uitvoeringsvoorbeeld van de afdekinrichting volgens de uitvinding. Hierbij toont: 30 Figuur 1 een uitvoeringsvorm van de afdekinrichting volgens de uitvinding in gesloten stand;

Figuur 2 de in figuur 1 weergegeven afdekinrichting in geopende stand; 4

Figuur 3 de afdekinrichting in gesloten stand met losgenomen de afdekplaten; en

Figuur 4 een afdekplaat van de afdekinrichting in onderdelen uiteengenomen.

5

Gedetailleerde omschrijving van de tekeningen.

In de figuren 1,2 en 3 is een uitvoeringsvorm van de afdekinrichting volgens de uitvinding in gesloten respectievelijk open stand weergegeven. De afdekinrichting 1 10 heeft een randconstructie 3, die om de opening van een put wordt aangebracht, en twee afdekplaten 5 die draaibaar om een scharnieras 7 met de randconstructie zijn verbonden.

De afdekinrichting 1 is voorzien van een sluitinrichting die twee contragewichten 9 heeft die via kabels 11 op afstand van de scharnieras 7 aan de afdekplaten 5 zijn bevestigd. De kabels 11 worden geleid over kogelgelagerde 15 omleidwielen 13,15 en lopen vanaf het contragewicht 9 recht omhoog waarna zij nabij de scharnieras 7 door een eerste omleidwiel 13 omgeleid worden naar een op afstand van de scharnieras aan de randconstructie 3 aanwezig tweede omleidwiel 15, waarna ze aan een zijde van de afdekplaten 5 zijn bevestigd,

De afdekplaten 5 zijn op afstand van de scharnieras 7 voorzien van 20 grendelinrichtingen 17 om de afdekplaten in de gesloten stand te houden, zie ook figuur 4 waarin een afdekplaat 5, in onderdelen uiteengenomen, is weergegeven en waarin de constructie van de grendelinrichtingen 17 duidelijk zichtbaar is. Elke grendelinrichting heeft een draaibare haak 19 die in gesloten stand van de afdekplaat 5 achter een aan de randconstructie 3 aanwezige pen 21 haakt en daarmee de afdekplaat in de gesloten stand 25 vergrendelt. Deze haak 19 is bevestigd op een as 23 waarop voorts een bedieningsplaat 25 en een pal 20 zijn bevestigd. Deze bedieningsplaat is in gesloten stand van de afdekplaat van boven af bedienbaar via een daarboven aanwezige kap 26 en verdraait de pal 20 die de haak 19 meeneemt en deze achter de pen 21 vandaan draait indien er een neerwaarts gerichte kracht op uitgeoefend wordt.

30 Om te voorkomen dat de afdekplaat door een persoon ontgrendeld kan worden indien deze op de bedieningsplaat gaat staan, is de as 23 gekoppeld met een sterke veer 30 waardoor deze alleen door een grote kracht verdraaid kan worden.

5

Hoewel in het voorgaande de uitvinding is toegelicht aan de hand van de tekeningen, dient te worden vastgesteld dat de uitvinding geenszins tot de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm is beperkt. De uitvinding strekt zich mede uit tot alle van de in de tekeningen getoonde uitvoeringsvorm afwijkende uitvoeringsvormen binnen het door 5 de conclusies gedefinieerde kader.

! i N031628-

Claims (5)

1. Automatisch sluitende afdekinrichting voor een containerput omvattende ten minste één afdekplaat die schamierbaar met een rond de opening van de containerput aanwezig randconstructie is verbonden, alsmede een sluitinrichting voor het automatisch 5 voor de opening van de containerput brengen van de afdekplaat nadat een container uit de containerput is genomen, met het kenmerk, dat de sluitinrichting ten minste één contragewicht omvat dat via kabels op afstand van de scharnieras, waarom de afdekplaat draaibaar is, verbonden is met de afdekplaat.

1 “ 1 ™ ^η j i

2. Afdekinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de scharnieras 10 langs een zijde van de opening van de containerput aanwezig is en dat het contragewicht langs een aan deze zijde grenzende wand van de containerput verticaal verplaatsbaar is.

3. Afdekinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de kabels vanaf het contragewicht recht omhoog lopen en nabij de scharnieras door een eerste omleidwiel omgeleid worden naar een op afstand van de scharnieras aan de randconstructie aanwezig 15 tweede omleidwiel en daarna op afstand van de scharnieras aan een zij de van de afdekplaat zijn bevestigd.

4. Afdekinrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de afdekplaat op afstand van de scharnieras is voorzien van ten minste een draaibare haak die in gesloten stand van de afdekplaat achter een aan de randconstructie aanwezige 20 pen haakt en daarmee de afdekplaat in de gesloten stand vergrendelt.

5. Afdekinrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk, dat de afdekinrichting voorts ten minste één bedïeningsplaat omvat die bevestigd is aan een draaibare as, aan welke as voorts een pal is bevestigd die bij verdraaiing de haak kan verdraaien vanuit een grendel stand, waarin de haak de afdekplaat vergrendelt, naar een 25 vrijgavestand, waarin de haak de afdekplaat vrijgeeft, welke bedïeningsplaat in gesloten stand van de afdekplaat van boven af bediend kan worden en bij uitoefening van een neerwaarts gerichte kracht op de bedïeningsplaat de haak achter de pen uit verdraait. 11031628-