NL1031093C2 - Systeem voor het overbrengen van energie. - Google Patents

Description

SYSTEEM VOOR HET OVERBRENGEN VAN ENERGIE

De uitvinding heeft betrekking op een systeem voor het overbrengen van energie, omvattende: 5 - tenminste één buizennetwerk voor het regelen van de tempe ratuur van de omgeving van dit buizennetwerk, in het bijzonder een huis; - een in de grond gelegen energie-opslagsysteem dat gebruik maakt van aardwarmte; 10 - tenminste één distributietoevoer- en distributieafvoerlei- ding tussen het energie-opslagsysteem en elk buizennetwerk.

Volgens de bekende systemen worden de buizennetwerken met behulp van elektrolasmoffen verbonden met de distributietoevoer- en distributieafvoerleiding (de hoofdleiding). Een 15 dergelijk systeem heeft het nadeel dat indien problemen optreden bij één buizennetwerk dat zich bijvoorbeeld in een huis bevindt, het volledige distributiesysteem afgesloten moet worden teneinde de problemen te kunnen oplossen. Hierbij dient typisch een ongeveer lm diepe put te worden gegraven op 20 de plaats waar het buizennetwerk verbonden is met de hoofdleiding om de nodige werkzaamheden uit te voeren.

Het doel van de onderhavige uitvinding is het voorstellen van een systeem voor het ovérbrengen van energie, in het bijzonder warmte tussen een energie-opslag en een te verwar-25 men of af te koelen ruimte. Dit systeem moet in het bijzonder toelaten om op eenvoudige wijze lekkageproblemen op te lossen.

Daartoe onderscheidt de uitvinding zich daarin dat elk buizennetwerk via tussenkomst van een aansluitdoos verbonden 30 is met de distributieleidingen, in welke aansluitdoos een distributietoevoer- en een distributieafvoerbuis opgenomen zijn, welke enerzijds verbonden zijn met respectievelijk de distributietoevoer- en afvoerleiding, en welke anderzijds 1031093 2 voorzien zijn van aansluitpunten voor de uiteinden van de buizennetwerken, welke aansluitdoos voorzien is van tenminste acht openingen voor het doorlaten van de uiteinden van de buizennetwerken.

5 Een dergelijk systeem laat een eenvoudige installatie van een aardwarmtenetwerk toe. Door gebruik te maken van aan-sluitdozen met distributiebuizen zijn reparatiewerkzaamheden eenvoudig uit te voeren zonder dat grote delen van het netwerk afgesloten moeten worden. Bovendien biedt een dergelijke 10 aansluitdoos een bescherming voor de aansluitpunten en laat ze een gemakkelijke opgraven daarvan toe.

Voordelige uitvoeringsvormen zijn beschreven in de afhankelijke conclusies.

De uitvinding zal nader toegelicht worden aan de hand van 15 de onderstaande figuurbeschrijving en de tekening in bijlage, waarin een aantal niet beperkende uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding worden besproken. De tekening toont:

In figuur 1 een schematische aanzicht van een uitvoeringsvorm van het systeem volgens de uitvinding; 20 In figuur 2 een schematisch bovenaanzicht van een eerste uitvoeringsvorm van een verbonden aansluitdoos van een systeem volgens de uitvinding;

In figuur 3 een perspectivisch aanzicht van de eerste uitvoeringsvorm van een niet verbonden aansluitdoos van een 25 systeem volgens de uitvinding.

In figuur 4 een zijaanzicht van de eerste uitvoeringsvorm van figuur 3.

Figuur 1 toont een systeem voor het overbrengen van energie , omvattende: 30 - drie groepen buizennetwerken 31, 32, 33 voor het regelen van de temperatuur van respectievelijk een eerste groep woningen 41 (huizen 1-4), een tweede groep bedrijven 42 (bedrijven 1 en 2), en de rijweg van een brug 43; 3 - een in de grond gelegen energie-opslagsysteem 34 dat gebruik maakt van aardwarmte; - een eerste distributietoevoerleiding 35 en distributieaf-voerleiding 36 tussen het energie-opslagsysteem 34 en de 5 buizennetwerken 31, 32, en een tweede distributietoevoerleiding 37 en distributieafvoerleiding 38 tussen het energie-opslagsysteem 34 en het buizennetwerk 33.

Elk buizennetwerk 31, 32, 33 is via tussenkomst van telkens een aansluitdoos 51, 52, 53 verbonden met de distribu-10 tieleidingen 35, 36, 37, 38.

Een mogelijke uitvoeringsvorm van een dergelijke aansluitdoos zal beschreven worden aan de hand van figuren 2, 3 en 4.

Een mogelijke aansluiting is schematisch getoond in fi-15 guur 2. Het fluïdum, typisch water wordt toegevoerd vanaf de energieopslag, gaat de aansluitdoos binnen doorheen de toe-voerdistributiebuis 10, en wordt via een kraan 23 naar de buizennetwerken gevoerd. Vervolgens wordt het water dat typisch een deel van zijn energie heeft afgegeven aan de omge-20 ving afgevoerd door middel van een afvoerdistributiebuis ll. Deze distributiebuis 11 is eveneens voorzien van vier aan-sluitpunten waarop met tussenvoeging van telkens een kraan 23 de uiteinden 12' van de buizennetwerken zijn aangesloten.

Merk op dat het tevens mogelijk is om door middel van een 25 dergelijk systeem de omgeving van het buizennetwerk af te koelen door bijvoorbeeld koud water doorheen het buizennetwerk te sturen, dat na het doorlopen van het buizennetwerk enigszins opgewarmd afgevoerd wordt.

In de uitvoeringsvorm van figuren 2 en 3 is de aansluit-30 doos voorzien van twee keer acht openingen waarin de uiteinden 12, 12' van de buizennetwerken opneembaar zijn. In de niet gebruikte openingen (14) kunnen afstopdoppen geplaatst 4 worden om te vermijden dat afval of andere ongewenste materie in de aansluitdoos terecht komt.

Figuur 3 toont een perspectivisch aanzicht van een uitvoeringsvorm van een aansluitdoos voor een systeem volgens de 5 uitvinding. Het samenstel bestaat uit een houder 1 en een deksel 13. Voor elke distributiebuis zijn twee distributie-openingen 16, 16' aangebracht in twee tegenoverstaande wanden 15 van de houder 1. De houder 1 is langs weerszijden aan zijn bovenrand voorzien van een in hoofdzaak horizontale flens 17 10 waarin halfcirkelvormige kanalen 18 zijn aangebracht. Deze kanalen werken samen met de halfcirkelvormige kanalen 19 welke aangebracht zijn in de onderrand van het deksel 13, zodat kanaalvormige uitsparingen (openingen 14 in figuur 2) gevormd worden wanneer het deksel op de houder wordt ge-15 plaatst. Het deksel 13 is geprofileerd uitgevoerd en het middendeel 20 ervan is verhoogd uitgevoerd om voldoende ruimte te voorzien voor het aansluiten van de buisuiteinden 12, 12' van de buizennetwerken op de distributiebuizen 10, ll.

Zoals best te zien is in figuur 2, heeft de toevoerlei-20 ding die een persleiding is typisch een kleinere diameter dat de afvoerleiding. Tussen de aansluitpunten en de uiteinden 12, 12' van de buizennetwerken zijn verder kraaninrichtingen 23 (zie figuren 2 en 4) voorzien zodat een buizennetwerk op eenvoudige wijze kan worden afgesloten zonder dat het reste-25 rend distributiesysteem hiervan hinder ondervindt.

De uitvinding is niet beperkt tot de hierboven beschreven uitvoeringsvoorbeelden van de uitvinding, maar wordt bepaald door de beschermingsomvang van de hiernavolgende conclusies.

1031093

Claims (9)

1. Systeem voor het overbrengen van energie, omvattende: - tenminste één buizennetwerk (31, 32, 33) voor het regelen 5 van de temperatuur van de omgeving van dit buizennetwerk, in het bijzonder een huis; - een in de grond gelegen energie-opslagsysteem dat gebruik maakt van aardwarmte; - tenminste één distributietoevoer- en distributieafvoerlei-10 ding (T, A) tussen het energie-opslagsysteem en elk buizennetwerk; met het kenmerk, dat elk buizennetwerk via tussenkomst van een aansluitdoos verbonden is met de distributieleidingen (T, A), in welke aansluitdoos een distributietoevoer- en een distri-15 butieafvoerbuis (10, 11) opgenomen zijn, welke enerzijds verbonden zijn met respectievelijk de distributietoevoer- en afvoerleiding (T, A) en welke anderzijds voorzien zijn van aansluitpunten voor de uiteinden (12, 12') van de buizennet-werken, 20 welke aansluitdoos voorzien is van openingen (14) voor het doorlaten van de uiteinden (12, 12·) van de bui zennetwerk en.

2. Systeem volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het buizennetwerk aangebracht is in een van de volgende elementen: één of meer huizen, een rijweg, een brug, een vliegveld, 25 een bedrijfsterrein.

3. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de aansluitdoos een houder (1) met staande wanden (15) en een daarop passend deksel (13) omvat, en dat de openingen (14) gevormd worden door uitsparingen (18, 19) die 30 aangebracht zijn ter hoogte van de verbinding tussen de staande wanden (15) en het deksel (13) .

4. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat voor elke distributiebuis (10, 11) twee 1031093 distributie-openingen (16, 16') aangebracht zijn in de aan-sluitdoos welke verbindbaar zijn met de respectievelijke uiteinden van de distributiebuis (10, 11), welke respectievelijke uiteinden bij voorkeur speciaal ingericht zijn voor de 5 koppeling met de toevoer- en afvoerleiding (T, A).

5. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de uiteinden (12, 12') van elk buizennetwerk met tussenvoeging van een kraan (23) verbonden zijn met de dis-tributiebuizen (10, 11).

6. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de houder (1) en het deksel (13) vervaardigd zijn uit kunststof.

7. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de niet gebruikte openingen (14) gedicht worden, 15 bijvoorbeeld met behulp van afstopdoppen.

8. Systeem volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de aansluitdoos voorzien is van tenminste acht openingen (14) voor het doorlaten van de uiteinden (12, 12') van de buizennetwerken.

9. Werkwijze volgens het installeren van een systeem volgens één der voorgaande conclusie, met het kenmerk, dat een aantal aansluitdozen (l) wordt geselecteerd in overeenstemming met het aantal aan te sluiten buizennetwerken, waarbij een met twee distributieopeningen (16, 16') ingerichte 25 staande wand (15) van een aansluitdoos (1) geplaatst wordt tegenover een met twee distributieopeningen (16, 16') ingerichte staande wand van een volgende geselecteerde aansluitdoos (1), en de overeenstemmende een of meer distributieopeningen (16, 16') aan elkaar worden gekoppeld, welke stappen 3Ó herhaald worden tot alle geselecteerde aansluitdozen (1) aan elkaar zijn gekoppeld. < 1031093