NL1029905C2 - Doseerinrichting. - Google Patents

Description

Doseerinrichting

De uitvinding heeft betrekking op een doseerinrich-ting voor het doseren van hoeveelheden gemalen koffie, waarbij de inrichting een reservoir omvat voor de gemalen koffie.

Een dergelijke doseerinrichting is alom bekend in de 5 vorm van een reservoir met een maatlepel. De maatlepel heeft een inhoud die overeenkomt me een vooraf bepaalde gewenste hoeveelheid gemalen koffie, bijvoorbeeld voldoende voor het zetten van één kop.

De bekende doseerinrichting heeft het nadeel dat de ! 10 gedoseerde hoeveelheid in de praktijk zelden overeenkomt met de vooraf bepaalde gewenste hoeveelheid. De maatlepel wordt niet helemaal vol geschept, of wordt vol geschept met een kop erop. Bovendien wordt de maatlepel met de hand bewogen van het reservoir naar een houder die met gemalen koffie moet 15 worden gevuld. Deze beweging kan eenvoudig verlies van gemalen koffie uit de maatlepel tot gevolg hebben. Dit beïnvloedt niet alleen de gedoseerde hoeveelheid, maar wanneer de gemorste koffie buiten het reservoir terechtkomt ook extra rei-nigingshandelingen nöodzakelijk maken.

20 Het is het doel van de onderhavige uitvinding om de genoemde nadelen te voorkomen of te verminderen.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt door het verschaffen van een doseerinrichting voor het doseren van hoeveelheden gemalen koffie, waarbij de inrichting een reser-25 voir omvat voor de gemalen koffie, waarbij de inrichting is voorzien van een schuif, die in een geleider beweegbaar is van een eerste positie naar een tweede positie, waarbij de schuif in samenwerking met de geleider een kamer bepaalt, die in de eerste positie een opening aan de bovenzijde omvat die 30 ligt onder een opening in het reservoir, en in de tweede positie een opening aan de onderzijde omvat. Bij een dergelijke doseerinrichting zal, wanneer de schuif wordt bewogen naar de eerste positie, de kamer zich vullen met gemalen koffie uit het reservoir. Wanneer nu de schuif wordt bewogen naar de 35 tweede positie zal de hoeveelheid koffie, die zich in de ka- 1029905- __ t i 2 mer bevindt, door de opening aan de onderzijde van de kamer vallen. Het is nu voldoende om een houder voor gemalen koffie onder deze opening te plaatsen en de gedoseerde hoeveelheid koffie zal in deze houder terechtkomen. De aldus gedoseerde 5 hoeveelheid koffie zal (bij voldoende gevuld reservoir) altijd precies gelijk zijn aan de inhoud van de kamer. Daarbij is het voldoende om de houder onder de opening aan de onderzijde van de kamer te plaatsen om de houder zonder morsen op eenvoudige wijze te vullen met één of meerdere doseringen ge-10 malen koffie.

In een speciale uitvoeringsvorm van de doseerinrich-ting is de doseerinrichting voorzien van een bedieningsinrichting voor het doen bewegen van de schuif tussen de eerste en de tweede positie. Een dergelijke bedieningsinrichting kan 15 op verschillende gebruikelijke wijzen zijn uitgevoerd, zoals een drukknop met servomotor en relais, met hydraulische of pneumatische kleppen en dergelijke.

In een zeer eenvoudige uitvoeringsvorm omvat de bedieningsinrichting een handvat. Met dit handvat kan de schuif 20 dan heen en weer worden bewogen tussen de eerste en de tweede positie en kan zo op eenvoudige wijze de doseerinrichting worden bediend. De bediening wordt verder vereenvoudigd wanneer de bedieningsinrichting een veer omvat voor het bewegen van de schuif van de tweede positie naar de eerste positie.

25 De schuif wordt dan met behulp van het handvat bewogen van de eerste positie naar de tweede positie, waarin de koffie uit de kamer stroomt. Na het legen van de kamer is het dan voldoende om het handvat los te laten en zal de veer de schuif terug doen bewegen naar de eerste positie.

30 In een constructief eenvoudige en daarom tegen rela tief lage kosten te vervaardigen uitvoeringsvorm omvat de schuif twee evenwijdige wanden, die in wezen loodrecht staan op een bewegingsrichting van de schuif, of worden de verticale wanden van de kamer gevormd door de schuif.

35 In een andere uitvoeringsvorm is de schuif voorzien van middelen voor het instellen van een afmeting van de kamer. Hierdoor is het mogelijk de dosering van de doseerinrichting aan te passen.

1029905- t f 3

Wanneer een reservoir met gemalen koffie gedurende langere tijd in rust is geweest, bijvoorbeeld doordat er geen gebruik is gemaakt van de doseerinrichting, is het mogelijk dat de gemalen koffie in het reservoir licht gaat klonteren.

5 In dat geval is het mogelijk dat bij het doseren niet de gewenste hoeveelheid gemalen koffie wordt afgegeven door de doseer inrichting. Dit wordt voorkomen door een uitvoeringsvorm die bijzondere voorkeur heeft, waarin de inrichting is voorzien van middelen voor het ontklonteren van gemalen koffie in 10 het reservoir. In een zeer eenvoudige, maar doeltreffende uitvoeringsvorm omvatten de middelen voor het ontklonteren tenminste één uitsteeksel, dat met de schuif is verbonden en in het reservoir uitsteekt.

Het heeft voordeel wanneer de doseerinrichting is 15 voorzien van middelen voor het ontvangen van een houder voor de koffie. De houder kan dan daarin worden geplaatst door de gebruiker, die daardoor zijn handen vrij heeft voor het bedienen van de doseerinrichting. De houder kan een houder zijn voor een willekeurige soort koffiezetapparaat.

20 In een uitvoeringsvorm waarin het reservoir boven de opening een zich naar de opening vernauwende vorm heeft, wordt dat bij een leeg gerakend reservoir ook de laatste hoeveelheid gemalen koffie naar de kamer geleid en wordt voorkomen dat resten gemalen koffie in het reservoir achter blij-25 ven.

Door het reservoir aan de bovenzijde te voorzien van een koffiemolen, wordt het mogelijk om met behulp van de doseerinrichting volgens de uitvinding vers gemalen koffie te doseren.

30 De uitvinding wordt steeds beschreven voor gebruik voor dosering van gemalen koffie. Echter de doseerinrichting is evenzeer geschikt voor dosering van andere materialen, zoals suiker, oploskoffie, thee, melkpoeder, wasmiddelen e.d.

Hierna zal de uitvinding nader worden toegelicht aan 35 de hand van een voorkeursuitvoeringsvorm, mede door verwijzing naar de bijgevoegde tekening, waarin wordt getoond in: fig. 1 een eerste voorbeeld van een uitvoeringsvorm van een doseerinrichting volgens de uitvinding, in doorsnede 1029905- 4 loodrecht op de bewegingsrichting van de schuif, fig. 2 doorsnede door de doseerinrichting volgens fig. 1, in de bewegingsrichting van de schuif, fig. 3a en 3b respectievelijk een vooraanzicht en 5 een zijaanzicht van een schuif in een tweede uitvoeringsvorm van een doseerinrichting volgens de uitvinding, en fig. 4 een derde uitvoeringsvorm van een schuif in doorsnede.

Figuren 1 en 2 tonen een eerste voorbeeld van een uitvoe-10 ringsvorm van een doseerinrichting volgens de uitvinding, met een reservoir 1, een schuif 2 en een geleider 3. Reservoir 1 is aan de onderzijde voorzien van een opening 4, die strookt met een opening 5 aan de bovenzijde van de geleider 3. geleider 3' is vorder voorzien van een opening 6 aan de onderzijde. 15 Schuif 2 is beweegbaar in geleider 3, en vormt samen met geleider 3 een kamer 7. De verticale wanden van kamer 7 maken deel uit van schuif 2. In de eerste positie, die is getoond in fig. 2, heeft kamer 7 een bodem die wordt gevormd door geleider 3, maar is open aan de bovenzijde, tengevolge 20 van opening 5 in de geleider en opening 4 in het reservoir.

Gemalen koffie die zich in het reservoir 1 bevindt zal in deze positie kamer 7 vullen.

Wanneer de schuif 2 met behulp van knop 8 wordt verschoven naar een tweede positie, waarin de kamer zich bevindt 25 boven opening 6, zal de gemalen koffie uit de kamer 7 door opening 6 uitstromen. Deze uitstromend gemalen koffie kan dan worden verzameld in een hier niet getoonde houder. In de houder zal dan een vooraf bepaalde hoeveelheid koffie worden verzameld. Vervolgens kan schuif 2 weer terug worden gescho-30 ven naar de eerste positie.

De hoeveelheid koffie die op deze wijze door de doseerinrichting wordt afgegeven wordt uitsluitend bepaald door de inhoud van kamer 7 en zal iedere keer dat de doseerinrichting wordt bediend gelijk zijn. Door eenvoudig een houder on-35 der opening 6 te plaatsen wordt de koffie zonder morsen in houder 6 afgegeven.

Figuren 3a en 3b tonen respectievelijk een vooraanzicht en een zijaanzicht van een schuif 2 in een tweede uit- ΙΠΟΟΟηί 5 voeringsvorm van een doseerinrichting volgens de uitvinding. De schuif 2 van figuren 3a en 3b is voorzien van uitsteeksels 9, die in de eerste positie in het reservoir 1 uitsteken. Wanneer nu schuif 1 naar de tweede positie wordt bewogen, be-5 wegen uitsteeksels 9 door reservoir 1 en zullen eventueel gevormde klonten van gemalen koffie in reservoir 1 los maken en ontklonteren. Uitsteeksels 9 zijn verend en flexibel bevestigd aan schuif 2, zodat wanneer zij het eind van openingen 4 en 5 bereiken zich horizontaal vouwen. Bij terugschuiven van 10 schuif 2 van de tweede positie naar de eerste positie zullen de uitsteeksels zich weer oprichten en in reservoir 1 uitsteken.

Fig. 4 toont een derde uitvoeringsvorm van een schuif (2) in doorsnede. Hier is handvat 8 verbonden met één 15 uiteinde van schroef 12. Een wand 10 van kamer 7 is verbonden met een daarop loodrecht staand vlak 11, dat verloopt over de gehele breedte van de schuif (2) aan de bovenzijde daarvan. Bovenvlak 11 is verbonden met een verticale strook 14, die in het midden is voorzien van een opening ter plaatse waarvan 20 moer 13 op strook 14 is bevestigd. Schroef 12 werkt samen met moer 13. Door nu aan knop 8 te draaien verschuift wand 10 van kamer 7 in horizontale richting, waardoor het volume van kamer 7 instelbaar is.

Hoewel hierboven voorbeelden van uitvoeringsvormen van doseerinrichtingen volgens de uitvinding zijn beschreven, dient te worden begrepen dat deze voorbeelden van uitvoeringsvormen slechts dienen om de uitvinding nader toe te lichten. Het is mogelijk om tal van wijzigingen aan te brengen zonder af te wijken van de reikwijdte van de uitvinding, zoals deze is vastgelegd in de bijgevoegde conclusies.

1029905-

Claims (13)

1. Doseerinrichting voor het doseren van hoeveelheden gemalen koffie, waarbij de inrichting een reservoir (1) omvat voor de gemalen koffie, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van een schuif (2), die in een geleider (3) 5 beweegbaar is van een eerste positie naar een tweede positie, waarbij de schuif (2) in samenwerking met de geleider (3) een kamer (7) bepaalt, die in de eerste positie een opening (5) aan de bovenzijde omvat die ligt onder een opening (4) in het reservoir, en in de tweede positie een opening (6) aan de on- 10 derzijde omvat.

2. Doseerinrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de doseerinrichting is voorzien van een bedieningsinrichting voor het doen bewegen van de schuif (2) tus- l sen de eerste en de tweede positie.

3. Doseerinrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat de bedieningsinrichting een handvat (8) omvat.

4. Doseerinrichting volgens conclusie 2, met het i kenmerk, dat de bedieningsinrichting een veer omvat voor het bewegen van de schuif (2) van de tweede positie naar de eer- 20 ste positie.

5. Doseerinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 4, met het kenmerk, dat de schuif (2) twee evenwijdige wanden omvat die in wezen loodrecht staan op een bewegingsrichting van de schuif (2).

6. Doseerinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 5, met het kenmerk, dat de verticale wanden van de kamer (7) worden gevormd door de schuif (2).

7. Doseerinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 6, met het kenmerk, dat de schuif (2) is voorzien van 30 middelen voor het instellen van een afmeting van de kamer (7) .

8. Doseerinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 7, met het kenmerk, dat tussen de schuif (2) en de geleider (3) een afdichting is aangebracht.

9. Doseerinrichting volgens één van de conclusies 1 1029905- I - tot 8, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van middelen voor het ontklonteren van gemalen koffie in het reservoir (1) .

10. Doseerinrichting volgens conclusie 9, met het 5 kenmerk, dat de middelen voor het ontklonteren tenminste één uitsteeksel (9) omvat, dat met de schuif (2) is verbonden en in het reservoir (1) uitsteekt.

11. Doseerinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 10, met het kenmerk, dat de inrichting is voorzien van 10 middelen voor het ontvangen van een houder voor de koffie.

12. Doseerinrichting volgens één van de conclusies 1 tot 11, met het kenmerk, dat het reservoir (1) boven de opening (4) een zich naar de opening (4) vernauwende vorm heeft.

13. Doseerinrichting volgens één van de conclusies 1 15 tot 11, met het kenmerk, dat het reservoir (1) aan de bovenzijde is voorzien van een koffiemolen. 1 029905-