NL1025977C2 - Inklapbaar bouwelement. - Google Patents

Description

• Λ

Inklapbaar bouwelement

De uitvinding heeft betrekking pp een inklapbaar bouwelement dat zelfstandig of samengesteld met één of meer bouwelementen een bouwwerk vormt, en in het bijzonder op een inklapbaar bouwelement dat als een container vervoerd 5 kan worden en vervolgens in uitgeklapte toestand dienst kan doen als verblijfplaats en/of afscheiding.

Een dergelijk bouwelement kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor het verschaffen van een tijdelijke verblijfplaats en/of afscheiding, bijvoorbeeld op een 10 bouwlocatie of bij een evenement zoals een sportevenement of een popconcert. Deze tijdelijke verblijfplaats kan al naar gelang de behoefte ingericht worden als bijvoorbeeld toilet- en/of douchevoorziening, kleedkamer, kassa, loket, koffiehoek of kraam.

15 In ingeklapte toestand zijn de afmetingen van het inklapbare bouwelement, bijvoorbeeld, bodemwand nagenoeg gelijk aan die van een standaard container zodat het ingeklapte bouwelement op bekende wijze per trein, vrachtauto, schip, en dergelijke, vervoerd kan worden.

20 Een inklapbare container is bijvoorbeeld bekend uit het Nederlands octrooischrift 1017159. Hierin wordt een inklapbare container beschreven voor stukgoed omvattende een bodemwand, op de bodemwand neerklapbare langszijwanden en dwars zij wanden, en een dakwand. De 25 langszijwanden en de dwars zij wanden zijn scharnierend met 1025977 • * 2 de bodemwand gekoppeld. Bovendien zijn de dwarszijwanden door middel van pendeldelen met de dakwand gekoppeld, zodanig dat in ingeklapte toestand de beide dwarszijwanden, afgedekt door de dakwand, op de beide 5 langszijwanden rusten. De pendeldelen bezitten een lengte die circa de helft bedraagt van de hoogte van de dwarszijwanden. In volledig uitgeklapte toestand zijn deze pendeldelen aan de binnenzijde van de container, parallel aan de dakwand gelegen. Het neerklappen van de 10 dwars zij wanden kan zodoende worden ingeleid door het heffen van de dakwand tot een positie dat de dwarszijwanden onder invloed van de zwaartekracht aan de dakwand komen te hangen, waarna de dakwand met de daaraan hangende dwarszijwanden kan worden neergelaten.

15 Een nadeel van de bekende container is dat de tegen het plafond gelegen pendeldelen de inwendige hoogte van een dergelijke constructie, met name ter plaatse van deze pendeldelen verkleind. Dit is met name nadelig voor het toepassen van een dergelijke constructie in een 20 inklapbaar bouwelement; voor het verkrijgen van voldoende stahoogte dient namelijk de bekende container als geheel hoger uitgevoerd te worden.

Een doel van de onderhavige uitvinding is om een inklapbare constructie te bieden die beter geschikt is om 25 toegepast te worden als inklapbaar bouwelement en die bovengenoemd nadeel althans ten dele opheft.

Vanuit een aspect voorziet de uitvinding hiertoe in een inklapbaar bouwelement omvattende een bodemwand, een dakwand en ten minste twee op de bodemwand neerklapbare 30 ondersteuningsmiddelen die over de omtrek van het bouwelement verdeeld zijn voor het althans in opgerichte toestand op afstand ondersteunen van de dakwand boven de bodemwand, waarbij de ten minste twee op de bodemwand 35 neerklapbare ondersteuningsmiddelen enerzijds scharnierend en anderzijds door middel van pendeldelen gekoppeld zijn met de bodemwand en dakwand, 1025977 , t 3 waarbij de pendeldelen, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, aan een naar een buitenzijde van het inklapbaar bouwelement gekeerde zijde van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuninge-5 middelen geplaatst zijn, en waarbij de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen van hun neezgeklapte naar een opgerichte positie vrije zwaaibanen doorlopen.

Door het aan de buitenzijde plaatsen van de 10 pendeldelen wordt de stahoogte van het inklapbaar bouwelement in uitgeklapte toestand niet op nadelige wijze door de pendeldelen beïnvloedt. Bovendien zijn de pendeldelen niet meer zichtbaar aan de binnenzijde van het bouwelement in uitgeklapte toestand, waardoor de 15 binnenruimte van het bouwelement eenvoudiger en indien nodig meer representatief ingericht kan worden.

Een verder voordeel van de aan de buitenzijde plaatsen van de pendeldelen is, dat deze pendeldelen beschikbaar zijn voor verdere functies zoals bijvoorbeeld 20 hieronder beschreven.

Door de koppeling met de dakwand worden genoemde ondersteuningsmiddelen automatisch opgericht bij het opheffen van de dakwand door bijvoorbeeld een hijs- of hefinrichting in de vorm van bijvoorbeeld een kraan of een 25 heftruck. Tijdens het öpheffen doorlopen de ondersteuningsmiddelen vrije zwaaibanen van hun op de bodemwand neergeklapte positie naar een opgerichte positie. Hierdoor interfereren deze zwaaibanen niet met elkaar, waardoor vermeden wordt dat deze ondersteuningsmiddelen onderling 30 schranken. Dit schranken van deze met de bodemwand en dakwand gekoppelde ondersteuningsmiddelen zou namelijk voor problemen kunnen zorgen bij het in- en uitklappen van het inklapbaar bouwelement of het in- en uitklappen zelfs kunnen belemmeren.

35 In een uitvoeringsvorm zijn de pendeldelen met een eerste uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld met de bodemwand of de dakwand, en met een tweede uiteinde daarvan 1025977 » « 4 scharnierend gekoppeld met in hoofdzaak het midden van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen. Hierdoor wordt een verder nadeel van de bekende container, namelijk dat de pendeldelen over 5 een hoek van 180 graden zwaaien, waardoor de dakwand tot een hoogte van minstens 1,5 keer de zijwand hoogte opgehesen moet worden, ten minste ten dele opgeheven. Bij het inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding hoeven de pendeldelen bij het oprichten slechts over een hoek van in 10 hoofdzaak 90 graden gedraaid te worden. De dakwand hoeft nu niet veel hoger geheven te worden dan de uiteindelijke hoogte van het inklapbaar bouwelement, hetgeen het oprichten aanzienlijk vereenvoudigd. Zo kan bij de inrichting volgens de uitvinding bijvoorbeeld gebruik 15 gemaakt worden van een hef inrichting met een beperkt hoogtebereik zoals, bijvoorbeeld een standaard heftruck.

In een verdere uitvoeringsvorm is de dakwand voorzien van een afvoeropening voor een vloeistof en omvat een van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare 20 ondersteuningsmiddelen een afvoerbuis waarvan een uiteinde, althans in opgerichte toestand, aansluit op de afvoeropening. Een dergelijke utiliteitsdoorvoer van het ondersteuningsmiddel biedt de mogelijkheid om zo'n ondersteuningsmiddel te voorzien van extra functies. In 25 genoemde uitvoeringsvorm dient het ondersteuningsdeel behalve voor de ondersteuning van de dakwand althans in opgerichte toestand van het bouwelement. Op deze wijze kan althans één van de ondersteuningsmiddelen functioneel zijn voor het afvoeren van bijvoorbeeld hemelwater vanaf het dak 30 van bouwelement volgens de uitvinding en wordt, althans grotendeels voorkomen dat hemelwater langs de zijkant van het uitgeklapte bouwelement afloopt.

Daarnaast of als alternatief kan een van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteunings-35 middelen en een bijbehorend pendeldeel een doorgaande utiliteitsdoorvoer omvatten voor het doorvoeren van een utiliteitsleiding van de bodemwand naar de dakwand of vice 1025977 • · 5 versa. Door de utiliteitsdoorvoer deels door het ondersteuningsmiddel en door het pendeldeel te voeren, wordt een continu aanwezige doorvoer verkregen tussen de bodemwand en de dakwand zowel in ingeklapte, als in 5 uitgeklapte toestand. Een dergelijke doorvoer is derhalve uitermate geschikt voor het aanbrengen van een flexibele utiliteitsleiding, welke bijvoorbeeld permanent aangebracht kan worden.

Bij voorkeur omvat een dergelijke utiliteits-10 leiding een of meer van een reeks omvattende een elektriciteitleiding, een waterleiding, een gasleiding, een bliksemafleider en een communicatieleiding. Zo kan bijvoorbeeld de dakwand aan de binnenzijde voorzien zijn van verlichtingsmiddelen, die aangesloten zijn pp een 15 elektriciteitsleiding die door de utiliteitsleiding volgens deze uitvoeringsvorm van de uitvinding loopt en die bijvoorbeeld permanent gekoppeld is met een aansluit-inrichting voor een externe energievoorziening die. in de bodemwand geplaatst is. Op deze wijze hoef na het 20 oprichten van het inklapbaar bouwelement enkel een externe energievoorziening aangesloten te worden om gebruikt te kunnen maken van bijvoorbeeld deze verlichtingsmiddelen. Hierdoor wordt het installeren van een inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding verder vereenvoudigd. Een 25 dergelijke elektriciteitsdoorvoer van de bodemwand naar de dakwand kan bijvoorbeeld ook gebruikt worden voor het voeden van elektrische apparaten, zoals bijvoorbeeld luchtbehandelingsapparaten, die in of tegen de dakwand gemonteerd of plaatsbaar zijn.

30 In een uitvoeringsvorm vormt één of meer van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen, althans in opgerichte toestand, een zijwand of een zijwanddeel van het bouwelement vormt. Ook deze uitvoeringsvorm van het ondersteuningsmiddel biedt de 35 mogelijkheid om zo'n ondersteuningsmiddel te voorzien van extra functies. In genoemde uitvoeringsvorm dient het ondersteuningsdeel behalve voor de ondersteuning van de 1025977 • * 6 dakwand althans in opgerichte toestand van het bouwelement, ook als buitenwand en/of afscheidingswand.

In een uitvoeringsvorm is de zijwand of het zijwanddeel enerzijds scharnierend met de bodemwand en 5 anderzijds door middel van pendeldelen met de dakwand gekoppeld, waarbij twee op afstand naast elkaar gelegen pendeldelen door middel van dwarsverbindingen tot een raamwerk gevormd zijn. Bij voorkeur sluit het raamwerk, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, aan een 10 opening in de zijwand of het zijwanddeel aan. Bij voorkeur is het raamwerk voorzien van tralies voor het ten minste ten dele afsluiten van de opening. Een raam of loket functie is aldus in deze zijwand of dit zijwanddeel geïntegreerd.

15 In een uitvoeringsvorm omvat het inklapbaar bouwelement één of meer zijwanden of zijwanddelen die alleen scharnierend met de bodemwand gekoppeld is voor het op de bodem neerklappen van deze zijwanden of zijwanddelen. Op deze wijze vormen deze zijwanden of zijwanddelen, die 20 geen ondersteuningsmiddel vormt, een vast onderdeel van het inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding en zijn aldus ook in ingeklapte toestand van het bouwelement aanwezig. Deze zijwanden of zijwanddelen kunnen gemakkelijk geplaatst worden door simpelweg opklappen hiervan, bij voorkeur nadat 25 de dakwand op de ondersteuningsmiddelen geplaatst is, en hoeven niet afzonderlijk aangevoerd en/of opgeslagen te worden.

In een alternatieve uitvoeringsvorm is ten minste één zijwand of zijwanddeel scharnierend met een 30 ondersteuningsmiddel gekoppeld voor het tegen het ondersteuningsmiddel wegklappen van deze zijwand of dit zijwanddeel. Ook nu vormt deze zijwand of dit zijwanddeel een vast onderdeel van het inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding. Echter deze zijwand of dit zijwanddeel wordt 35 samen met het ondersteuningsmiddel opgericht bij het optillen van de dakwand. Doordat dit zijwanddeel scharnierend met het ondersteuningsmiddel verbonden is, bij 1025977 7 voorkeur langs zijde van het ondersteuningsmiddel die niet grenst aan de bodemwand of dakwand, kan de zijwand of het zijwanddeel op zijn plaats gezwaaid worden (net als een deur), nadat de dakwand op de ondersteuningsmiddelen 5 geplaatst is. Hierdoor kan deze zijwand of dit zijwanddeel op een eenvoudige wijze, handmatig geplaatst worden.

Bij voorkeur zijn deze zijwanden of zijwanddelen die elkaar in de ingeklapte toestand van het bouwelement overlappen, getrapt met de bodemwand verbonden. Hierdoor 10 wordt de volgorde van het in- en uitklappen van de zijwanden en zijwanddelen eenduidig bepaald. Bovendien zorgt dit voor een goede positionering van de vlakken op elkaar in ingeklapte toestand.

In een uitvoeringsvorm omvat het inklapbare 15 bouwelement volgens de uitvinding een eerste zijwand of zijwanddeel en tweede zijwand of zijwanddeel, die nabij een hoek van het inklapbaar bouwelement op elkaar aansluiten, waarbij de eerste zijwand of het eerste zijwanddeel een uit het vlak van de zijwand of het zijwanddeel stekende rand 20 omvat die, indien de zijwand of het zijwanddeel omhoog geklapt is, de hoek van het inklapbaar bouwelement vormt. De tweede zijwand die of het tweede zijwanddeel dat aansluit op de uit het vlak stekende rand van de eerste zijwand of het eerste zijwanddeel, hoeft niet tot in de 25 hoek doorlopen. Hierdoor kan voorkomen worden dat, tijdens het omhoog klappen, de tweede zijwand of het tweede zijwanddeel schrankt met een eerder opgeklapte eerste zijwand of eerste zijwanddeel.

In een uitvoeringsvorm ligt de eerste zijwand of 30 het eerste zijwanddeel in de ingeklapte toestand van het bouwelement op de tweede zijwand of het tweede zijwanddeel, waarbij de uit het vlak van de eerste zijwand of het eerste zijwanddeel stekende rand opneembaar is in een ruimte van het scharnier van de onderliggende tweede zijwand of het 35 onderliggend tweede zijwanddeel. Hierdoor wordt een efficiënte ruimtebenutting verkregen.

In een uitvoeringsvorm omvat het inklapbare - ft ; > —· · · ί Ü ZiJ ii ·ί 8 bouwelement volgens de uitvinding ten minste één uitwisselbare zijwand of zijwanddeel. Uitwisselbare zijwanden of zijwanddelen maken het bouwelement multifunctioneel. Dat wil zeggen dat de zijwanden of 5 zijwanddelen aanpasbaar kunnen worden aan de gewenste functie van het inklapbaar bouwelement. Zo kan bijvoorbeeld bij een gebruik als loket of kassa het inklapbaar bouwelement veranderd worden, waarbij drie zijwanddelen van een langszijwand uitgewisseld worden, zodat bijvoorbeeld 10 aan één langszijde drie loketten of kassa's naast elkaar geplaatst zijn.

In een uitvoeringsvorm omvat ten minste één zijwand of zijwanddeel een toegangsdeur. Bij voorkeur is de toegangsdeur, althans in opgerichte toestand van het 15 inklapbaar bouwelement, draaibaar naar de binnenzijde van het inklapbaar bouwelement geplaatst.

In een uitvoeringsvorm is de bodemwand voorzien van middelen voor het aangrijpen van een hijs- of hef inrichting. Bij voorkeur omvatten de middelen voor het 20 aangrijpen van een hijs- of hef inrichting, hijsogen of lepelkokers voor het opnemen van de vorken van een heftruck. Hierdoor is het inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding op eenvoudige en snelle wijze door middel van bijvoorbeeld een heftruck te plaatsen en te verplaatsen.

25 In een uitvoeringsvorm is de dakwand voorzien van middelen voor het aangrijpen van een hijs- of hef inrichting. Bij voorkeur omvatten de middelen voor het aangrijpen van een hijs- of hef inrichting, hijsogen of lepelkokers voor het opnemen van de vorken van een 30 heftruck. Hierdoor is het inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding op eenvoudige en snelle wijze uit- en inklapbaar.

In een uitvoeringsvorm omvat het inklapbare bouwelement vergrendelingsmiddelen voor het vergrendelend 35 koppelen van de bodemwand met de dakwand, althans in een ingeklapte toestand van het bouwelement. Hierdoor kan de bodemwand met de dakwand solide met elkaar gekoppeld 1025977 9 worden, zodat een ongewenst uitklappen van het inklapbaar bouwelement, bijvoorbeeld tijdens transport, voorkomen kan worden.

In een uitvoeringsvorm omvatten de dakwand eerste 5 koppelmiddelen en de bodemwand tweede koppelmiddelen, waarbij de eerste koppelmiddelen van het inklapbaar bouwelement koppelbaar zijn met de tweede koppelmiddelen van een verder inklapbaar bouwelement dat met zijn bodemwand boven op de dakwand van het inklapbaar 10 bouwelement geplaatst is. Hierdoor kunnen inklapbare bouwelementen volgens de uitvinding op een veilige wijze gestapeld worden. Bij voorkeur zijn deze bouwelementen zowel in opgerichte toestand als in ingéklapte toestand stapelbaar.

15 In een uitvoeringsvorm omvat het bouwelement aan zijn omtrek gelegen verdere koppelmiddelen voor het onderling zij aan zij koppelen van het inklapbaar bouwelement met een verder inklapbaar bouwelement. Bij voorkeur zijn de verdere koppelmiddelen asm de 20 ondersteuningsmiddelen en/of pendeldelen bevestigd. Hierdoor kunnen meerdere inklapbare bouwelement naast elkaar geplaatst worden en onderling gekoppeld worden voor het vergroten van de inwendige ruimte in een gebouw dat opgebouwd is uit inklapbare bouwelementen volgens de 25 uitvinding.

In een verder aspect voorziet de uitvinding in een inklapbaar bouwelement omvattende een bodemwand, een dakwand en ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen die over de omtrek van het 30 bouwelement verdeeld zijn voor het althans in opgerichte toestand op afstand ondersteunen van de dakwand boven de bodemwand, waarbij de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen enerzijds scharnierend 35 en anderzijds door middel van pendeldelen gekoppeld zijn met de bodemwand en dakwand, waarbij de pendeldelen met een eerste uiteinde 'i 025977 10 daarvan scharnierend gekoppeld zijn met de bodemwand of de dakwand, en met een tweede uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld zijn met in hoofdzaak het midden van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteunings-5 middelen, en waarbij zwaaibanen die de ondersteuningsmiddelen doorlopen van hun neergeklapte naar een opgerichte positie niet met elkaar interfereren.

In een uitvoeringsvorm zijn de pendeldelen, 10 althans in opgerichte toestand van het bouwelement, aan een naar een buitenzijde van het inklapbaar bouwelement gekeerde zijde van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen geplaatst.

In een verder aspect voorziet de uitvinding in 15 een inklapbaar bouwelement omvattende een bodemwand, een dakwand en ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen die over de omtrek van het bouwelement verdeeld zijn voor het althans in opgerichte toestand op afstand ondersteunen van de dakwand boven de 20 bodemwand, waarbij de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen enerzijds scharnierend en anderzijds door middel van pendeldelen gekoppeld zijn met de bodemwand en dakwand, en 25 waarbij de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen van hun neergeklapte naar een opgerichte positie vrije zwaaibanen doorlopen.

Een verder nadeel van de bekende inklapbare container is, dat bij het uitklappen de dakwand slechts op 30 de dwars zij wanden rust. Hierdoor kan de dakwand in het midden tussen de dwars zij wanden doorbuigen, hetgeen het opklappen van de langs zij wanden hindert.

Door de koppeling met de dakwand worden genoemde ondersteuningsmiddelen automatisch opgericht bij het 35 opheffen van de dakwand door bijvoorbeeld een hijs- of hefinrichting in de vorm van bijvoorbeeld een kraan of een heftruck. Als de gekoppelde ondersteuningsmiddelen 1025977 11 opgericht zijn kan de dakwand vervolgens op deze ondersteuningsmiddelen geplaatst worden. Doordat het inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding ten minste drie met de dakwand gekoppelde ondersteuningsmiddelen omvat 5 waarbij deze ondersteuningsmiddelen over de omtrek van het inklapbaar bouwelement verdeeld zijn, wordt de dakwand beter en/of stabieler ondersteund door de ondersteuningsmiddelen. Hierdoor kan een doorbuigen van de dakwand althans grotendeels voorkomen worden.

10 Een verder voordeel van de stabielere ondersteuning is, dat de ondersteuningsmiddelen de dakwand na opheffen kunnen dragen, en in het bijzonder stabiel kunnen dragen. Het gebruik van een hijs- of hefinrichting kan hierdoor beperkt worden tot het heffen van de dakwand 15 en het plaatsen van deze dakwand op de ondersteunings-middelen. Voor het verder uitklappen en/of monteren van het inklapbaar bouwelement is de hijs- of hefinrichting niet meer nodig. Vervolgens kunnen zijwanden en zijwanddelen geplaatst worden. Het inklapbaar bouwelement volgens de 20 uitvinding kan aldus op een eenvoudige en snelle wijze uitgeklapt en opgebouwd worden.

In een uitvoeringsvorm zijn de pendeldelen, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, aan een naar een buitenzijde van het inklapbaar bouwelement 25 gekeerde zijde van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen geplaatst. Een voordeel van de aan de buitenzijde plaatsen van de pendeldelen is, dat deze beschikbaar zijn voor verdere functies.

In een uitvoeringsvorm zijn de pendeldelen met 30 een eerste uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld met de bodemwand of de dakwand, en met een tweede uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld met in hoofdzaak het midden van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen. Dit levert een eenvoudige 35 constructie op, waarbij de pendeldelen bij het oprichten van het inklapbaar bouwelement, slechte over een hoek van nagenoeg 90 graden hoeven te draaien.

1025377 I · 12

In een uitvoeringsvorm vormt één of meer van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen, althans in opgerichte toestand, een zijwand of een zijwanddeel van het bouwelement.

5 In een uitvoeringsvorm omvat het inklapbaar bouwelement langszijden en dwarszijden, waarbij genoemde zijwand of genoemd zijwanddeel aan een eerste langszijde van het inklapbaar bouwelement geplaatst is. Bij voorkeur vormt het ondersteuningsmiddel een zijwanddeel. Hierdoor is 10 het niet nodig om de gehele langszij wand te koppelen, maar slechts het zijwanddeel dat met de bodemwand en dakwand gekoppeld is. Kleinere zijwanddelen hebben ieder een geringer gewicht dan een zijwand uit één stuk, waardoor het gewicht voor het optillen van de dakwand verminderd kan 15 worden door niet alle zijwanddelen met de bodemwand en de dakwand te koppelen. Enerzijds biedt dit het voordeel dat minder sterke hef- of hijsinrichtingen nodig zijn voor het uitklappen van het inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding. Anderzijds kunnen niet met de dankwand 20 gekoppelde zijwanddelen ruimte bieden voor de zwaaibanen van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen.

In een uitvoeringsvorm vormen twee verdere van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare 25 ondersteuningsmiddelen aan de dwarszijden van het inklapbaar bouwelement, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, dwarszijwanden of dwarszijwanddelen. Bij voorkeur omvat elk van deze ondersteuningsmiddelen in de vorm van op de bodemwand neerklapbare zijwanddelen de 30 gehele dwars zij wand. Doordat het ten minste één met de dakwand gekoppelde zijwanddeel van de eerste langszijwand nagenoeg loodrecht op de twee met de dakwand gekoppelde dwarszijwanden staat, verkrijgt de constructie, als de dakwand slechts op deze koppelmiddelen rust, een verbeterde 35 stijfheid. Bovendien wordt de dakwand op een meer stabiele wijze door deze koppelmiddelen ondersteund.

In een uitvoeringsvorm vormt een verdere van de 1025977 13 ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen aan een tweede langszijde van het inklapbaar bouwelement, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, een verdere zijwand of verder zijwanddeel 5 van het inklapbare bouwelement vormt.

In een uitvoeringsvorm zijn de ondersteunings-middelen vormende zijwanddelen van de eerste langszijwand versprongen geplaatst zijn ten opzichte van ondersteunings-middelen vormende zijwanddelen van de tweede langszijwand. 10 Deze versprongen plaatsing van de ondersteuningsmiddelen zorgt voor een meer stabiele ondersteuning van de dakwand, als de dakwand slechts pp de koppelmiddelen rust, in vergelijking met deze ondersteuning bij de bekende inklapbare container. Verder kan door deze versprongen 15 plaatsing van de ondersteuningsmiddelen vrije zwaaibanen verkregen worden.

In een uitvoeringsvorm omvatten zowel de eerste als de tweede langszijwand drie zijwanddelen, waarbij het middelste zijwanddeel van de eerste langszijwand één van de 20 ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen vormt, en waarbij de twee buitenste zijwanddelen van de tweede langszijwand twee van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen vormen; Slechts één van twee recht tegenover 25 elkaar gelegen zijwanddelen is dus gekoppeld met de bodemwand en dakwand. Hierdoor is er voldoende ruimte voor de zwaaibanen van de met de bodemwand en de dakwand gekoppelde zijwanddelen. Bovendien is hierdoor de gehele afstand tussen de twee tegenover elkaar gelegen eerste en 30 tweede langszij wanden beschikbaar voor het neerklappen van de gekoppelde zijwanddelen. Hierdoor kan ook bij een smal bouwelement voldoende hoogte bereikt worden, daar de hoogte van de gekoppelde zijwanddelen nagenoeg gelijk kan zijn aan de breedte van het inklapbaar bouwelement.

35 De uitvinding zal worden toegelicht aan de hand van in de bij gevoegde tekeningen weergegeven voorbeeld-uitvoeringsvorm. Getoond wordt in: 1025877 14

Figuur 1 een schematisch aanzicht van een voor-beelduitvoeringsvorm van een inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding, in ingeklapte toestand,

Figuur 2 de voorbeelduitvoeringsvorm van figuur 5 1 waarbij de dakwand opgetild wordt;

Figuur 3 de voorbeelduitvoeringsvorm van figuur 1, waarbij de dakwand op drie zijwanddelen opligt;

Figuur 4 een schematisch perspectivisch aanzicht van de voorbeelduitvoeringsvorm zoals getoond in figuur 3, 10 vanaf de andere zijde bekeken;

Figuur 5 een perspectivisch aanzicht van de voorbeelduitvoeringsvorm getoond in figuur 4, waarbij verdere zijwanddelen opgeklapt zijn;

Figuur 6 een perspectivisch aanzicht van de 15 voorbeelduitvoeringsvorm zoals getoond in figuur 5, waarbij eèn dwarszijwand opgeklapt is;

Figuur 7 een aanzicht van de voorbeelduitvoeringsvorm zoals getoond in figuur 3, waarbij het middelste zijwanddeel opgeklapt ie; 20 Figuur 8A, 8B en 8C bovenaanzichten in dwarsdoorsnede van verschillende voorbeelduitvoerings-vormen waarbij de ondersteuningsmiddelen op verschillende wijzen rond de omtrek van het bouwelement verdeeld zijn;

Figuur 9 een aanzicht van een verdere 25 voorbeelduitvoeringsvorm van het inklapbaar bouwelement volgens de uitvinding;

Figuren 10A en 10B een doorsnede aanzicht van een ondersteuningsmiddel voorzien van een utiliteitsdoorvoer; en 30 Figuur 11 een aanzicht van een drietal bouwelementen welke samengesteld zijn voor het vormen van een bouwelement.

In ingeklapte vorm vormt het inklapbare bouwelement 1 volgens een voorbeelduitvoeringsvorm van de 35 uitvinding een plat pakket, zoals getoond in figuur 1. De dakwand 2 van het inklapbare bouwelement 1 rust op een viertal steunpunten 10. De steunpunten liggen bijvoorbeeld 'ü n !; o i U O ó f < t 15 in een verhouding 2:5:2 aan de langszijde van het inklapbare bouwelement 1. Deze steunpunten 10 zorgen ervoor dat de neergeklapte zijwanden vrij liggen van de dakwand 2. Verder kunnen in neergeklapte situatie de 5 steunpunten 10 vergrendeld worden voor een stabiele verbinding tussen de dakwand 2 en de bodemwand 3. De dakwand 2, en de bodemwand 3, zijn rondom voorzien van een aantal opstaande randen 2', 22''', 2', 3,#— Deze opstaande randen van de dakwand en de bodemwand even hoog en zijn de 10 opstaande randen van de bodemwand passend tussen de opstaande randen van de dakwand. Samen vormen deze opstaande randen een in hoofdzaak gesloten rand rondom het ingeklapte bouwelement 1, waarbinnen de zijwanden liggen opgesloten.

15 Voor het uitklappen van het inklapbare bouwelement 1, is de dakwand 2 voorzien van een hijsoog 11, dat bij voorkeur in een verdiept gedeelte van de dakwand weggeklapt kan worden. Door dit hijsoog 11 aan een hijsinrichting te koppelen kan de dakwand 2 ten opzichte 20 van de bodemwand 3 opgetild worden in de richting Λ (zie figuur 2) . De zijwanden en zijwanddelen die door middel van pendeldelen in de vorm van pendelstij len 6 met de dakwand gekoppeld zijn, worden automatisch opgericht bij het opheffen van de dakwand 2 ten opzichte van de 25 bodemwand 3.

Figuur 2 toont dat een eerste langszij wand 4 en een daartegenover gelegen tweede langszijwand 5 van deze voorbeelduitvoeringsvorm ieder drie op de bodemwand neerklapbare zijwanddelen omvatten. De twee buitenste 30 zijwanddelen 4a van de eerste langszij wand 4 zijn door middel van pendelstijlen 6 verbonden met de dakwand 2. In neergeklapte toestand liggen deze gekoppelde zijwanddelen 4a boven op de neergeklapte buitenste zijwanddelen 5a van de tweede langszijwand 5. Het middelste zijwanddeel 5b van 35 de tweede langszijwand 5 is ook via pendelstijlen gekoppeld aan de dakwand 2, en ligt in ingeklapte toestand boven op het middelste zijwanddeel 4 van de eerste 1025977 16 langszijwand 4. De pendelstijlen 6 zijn in verticale zin beschouwd op halve hoogte scharnieren gekoppeld met de zijwanddelen 4a, 5b. De andere zijde van de pendelstijlen 6 zijn nabij de rand van de dakwand 2 gekoppeld. Indien de 5 dakwand opgetild is tot nagenoeg de uiteindelijke hoogte van het inklapbare bouwelement 1, liggen de pendelstijlen 6 aan tegen de zijwanddelen 4a, 5b. De pendelstijlen 6 en de zijwanddelen 4a, 5b zijn dan verticaal geplaatst, en de dakwand 2 kan steunen op de zijwanddelen 4a, 5b, zoals 10 getoond in figuur 3.

Figuur 4 toont dezelfde situatie als figuur 3, maar dan van de andere kant bekeken. Figuur 4 toont de langszijwand 5 waarvan een zijwanddeel 5b door middel van pendelstijlen 6 verbonden is met de dakwand 2. Deze 15 pendelstijlen 6 zijn gekoppeld middels dwarsverbindingen 7 tot een raamwerk dat in de toestand zoals getoond in figuur 4, aansluit op een opening 12 in het zijwanddeel 5b. Deze opening 12 kan ingericht worden als raam of loket. Het raamwerk dat opbouwelementd is uit de 20 pendelstijlen 6 en de dwarsverbinding 7 kan verder voorzien zijn van een traliewerk 13. Bij het omhoog klappen van de zijwanddeel 5b wordt het traliewerk 13 automatisch voor de opening 12 geplaatst.

Vervolgens kunnen de niet gekoppelde zijwanden 25 en zijwanddelen opgeklapt worden.

De inrichting van figuur 4 is, vanuit een andere hoek bekeken, getoond in figuur 5, waarbij de buitenste zijwanddelen 5a van de tweede langszijwand 5 omhoog geklapt zijn. Bij voorkeur worden echter eerst de 30 dwarszijwanden 8 omhoog geklapt zodat aan de constructie zo snel mogelijk een hoge mate van stijfheid verleend wordt.

Aanzichten waarbij alle zijwanden en zijwanddelen opgeklapt zijn, zijn verder getoond in de 35 figuren 6 en 7.

Verder kan het inklapbare bouwelement voorzien zijn van een deur. Bijvoorbeeld, zoals getoond in figuur 1025977

• I

17 7, is het middelste zijwanddeel 4b van de eerste langszijwand 4 voorzien zijn van een naar binnen draaiende deur 14. Verder kan, bijvoorbeeld, een zijwand met toegangsdeur ook in een dwarszijwand 8 geplaatst worden.

5 Het inklapbare bouwelement 1 volgens de uitvinding is nu gereed om ingericht te worden.

De zijwanden 4, 5, 8 of zijwanddelen 4a, 4b, 5a, 5b zijn uitwisselbaar. Bijvoorbeeld kunnen de drie zijwanddelen 4a, 4b aan de eerste langszijwand 4 10 verwisseld worden door zijwanddelen die voorzien zijn van een loket, zodat aan deze langszijwand 4 drie loketten naast elkaar geplaatst kunnen worden.

Diverse uitvoeringsvormen van een inklapbaar bouwelement zijn getoond in figuren 8A, 8B en 8C. Deze 15 figuren tonen een bovenaanzicht, waarbij de ondersteuningsmiddelen, die hier tevens een zijwanddeel 4a, 5b, 8a en 9a vormen, door middel van een dikke lijn zijn aangegeven, en de overige zijwanddelen 4b, 5b, 8 en 9 met een dunne lijn.

20 Bovendien kunnen, indien het inklapbare bouwelement bijvoorbeeld toegepast wordt als stand voor een expositie in een beurshal, één of meer niet gekoppelde zijwanden of zijwanddelen weggelaten worden voor het creëren van één of meer brede toegangen.

25 In een voorkeursuitvoeringsvorm zijn de ondersteuningsmiddelen als smalle peilers gevormd, bijvoorbeeld zoals aangegeven in figuur 8C door verwijzingscijfer 9c (hierbij hoeven de zijwanden 9a dan niet als ondersteuningsmiddel uitgevoerd te zijn) of zoals 30 aangegeven in figuur 9.

In figuur 9 is een bouwelement getoond dat voorzien is van vier ondersteuningmiddelen 94 die scharnierend met de bodemwand 93 en door middel van pendeldelen 96 met de dakwand 92 gekoppeld zijn, en die 35 nabij de hoeken van het uitgeklapte bouwelement geplaatst zijn. In essentie biedt een dergelijke uitvoeringsvorm een zeer flexibel toepasbaar bouwelement, dat bijvoorbeeld als .V25977

« I

18 tussenruimte kan dienen in een samengesteld bouwwerk, of dat met diverse zijwanden voorzien kern worden die gekozen kunnen worden in afhankelijkheid van de functie van het bouwelement of bouwwerk.

5 De ondersteuningsmiddelen, hetzij in de vorm van een kolom of in de vorm van een zijwanddeel, kunnen verder voorzien zijn van doorvoeren voor bijvoorbeeld hemelwater zoals getoond in figuur 10A. Hiertoe is de dakwand 102 bijvoorbeeld voorzien van een omlopende rand 109 zodat 10 hemelwater niet langs de zijkant van het bouwelement kan afwateren. De dakwand 102 is voorzien van een doorgaande opening 107, en de bodemwand 103 is voorzien van een doorgaande opening 108. In uitgeklapte toestand van het bouwelement sluit het ondersteuningsmiddel 104, althans 15 een afwateringsbuis hierin, aan op de doorgaande opening 107 van de dakwand 102 en op de doorgaande opening 108 van de bodemwand 103. Hemelwater kan nu via de opening 107, de afwateringbuis in het ondersteuningsmiddel 104 en de opening 108 weggevoerd worden.

20 Bij voorkeur is de opening 108 in de bodemwand 103 aansluitbaar op een externe waterafvoer, zoals bijvoorbeeld een riool. Hierdoor kan zelfs bij zeer nat weer, de directe omgeving, van het bouwelement relatief droog gehouden worden omdat het hemelwater afgevoerd wordt 25 en niet in de directe omgeving van het bouwelement geloosd hoeft te worden.

Verder is de bodemwand 103 voorzien van een oplopende trede 105 die passend in een omlopende rand 109 van een dakwand 102 van een verder bouwelement geplaatst 30 kan worden. Hierdoor zijn de bouwelementen onderling stapelbaar waarbij de bodemwand 103 van een bovenste bouwelement gekoppeld is met de dakwand 102 van het onderste bouwelement.

De ondersteuningsmiddelen 104 en pendeldelen 35 106, hetzij in de vorm van een kolom of in de vorm van een zijwanddeel, kunnen verder voorzien zijn van utiliteits-doorvoeren voor bijvoorbeeld een elektriciteitsleiding 110 1025977 19 zoals getoond in figuur 10B. Op deze wijze kan een elektrisch apparaat, zoals bijvoorbeeld een verlichting 111, die in of aan de dakwand 102 geplaatst is, aangesloten zijn op een aansluiting 112 die koppelbaar is 5 met een externe energievoorziening. De bedrading van de utiliteitsdoorvoeren van een eerste bouwelement kunnen via de aansluiting 112 ook gekoppeld worden met de bedrading van de utiliteitsdoorvoeren van een tweede bouwelement, waardoor een keten ontstaat die een samengesteld bouwwerk 10 van energie kan voorzien.

Een voorbeeld van een samengesteld bouwwerk is getoond in figuur 11, waarbij een drietal bouwelementen zoals weergegeven in figuur 9 aan hun dwarszijden met elkaar verbonden zijn. Een dergelijke constructie kan 15 bijvoorbeeld gebruikt worden voor een afrastering van een terrein. Hierbij is één langszijwand van ieder bouwelement voorzien van een afrastering 117, 117', 117*. De dakwanden 112, 112', 112" die bij voorkeur aan de binnenzijde van de afrastering van het terrein geplaatst zijn kunnen hierbij 20 bij slecht weer dienen als schuilinrichting tegen neerslag.

Hierbij zij opgemerkt dat de hierboven beschreven uitvoeringsvormen van de uitvinding bedoeld zijn als illustratie van de uitvinding en niet om de 25 uitvinding te beperken. Een deskundige zal zeker in staat zijn om alternatieve uitvoeringsvormen te ontwerpen die binnen de beschermingsomvang van de bij gevoegde conclusies vallen.

’ϋ25977

Claims (37)

1. Inklapbaar bouwelement omvattende een bodemwand, een dakwand en ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen die over de omtrek van het bouwelement verdeeld zijn voor het althans in 5 opgerichte toestand op afstand ondersteunen van de dakwand boven de bodemwand, waarbij dè ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen enerzijds scharnierend en anderzijds door middel van pendeldelen gekoppeld zijn 10 met de bodemwand en dakwand, waarbij de pendeldelen, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, aan een naar een buitenzijde van het inklapbaar bouwelement gekeerde zijde van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare 15 ondersteuningsmiddelen geplaatst zijn, en waarbij de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen van hun neergeklapte naar een opgerichte positie vrije zwaaibanen doorlopen.

2. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 1, 20 waarbij de pendeldelen met een eerste uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld zijn met de bodemwand of de dakwand, en met een tweede uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld zijn met in hoofdzaak het midden van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen.

3. Inklapbaar bouwelement volgens conclusies 1 of 2, waarbij de dakwand voorzien is van een afvoeropening voor een vloeistof en waarbij een van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen een afvoerbuis omvat waarvan een uiteinde, althans in 30 opgerichte toestand, aansluit op de afvoeropening.

4. Inklapbaar bouwelement volgens conclusies 1, 2 of 3, waarbij een van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen en een bijbehorend pendeldeel een doorgaande utiliteitsdoorvoer omvat voor het 35 doorvoeren van een utiliteitsleiding van de bodemwand naar 1025977 de dakwand of vice versa.

5. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 4, waarbij de utiliteitsleiding een of meer omvat van een reeks omvattende een elektriciteitleiding, een 5 waterleiding, een gasleiding, een bliksemafleider en een communicatieleiding.

6. Inklapbaar bouwelement volgens conclusies 1 -5, waarbij één of meer van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen, althans in 10 opgerichte toestand, een zijwand of een zijwanddeel van het bouwelement vormt.

7. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 6, waarbij de zijwand of het zijwanddeel enerzijds scharnierend met de bodemwand en anderzijds door middel van 15 pendeldelen met de dakwand gekoppeld is, waarbij twee op afstand naast elkaar gelegen pendeldelen door middel van dwarsverbindingen tot een raamwerk gevormd zijn.

8. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 7, waarbij het raamwerk, althans in opgerichte toestand van 20 het bouwelement, aansluit aan een opening in de zijwand of het zijwanddeel.

9. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 8, waarbij het raamwerk voorzien is van tralies voor het ten minste ten dele afsluiten van de opening.

10. Inklapbaar bouwelement volgens één der voorgaande conclusies, verder omvattende één of meer zijwanden of zijwanddelen die alleen scharnierend met de bodemwand gekoppeld is voor het op de bodem neerklappen van deze zijwanden of zijwanddelen.

11. Inklapbaar bouwelement volgens één der voorgaande conclusies, verder omvattende ten minste één zijwand of zijwanddeel dat scharnierend met een ondersteuningsmiddel gekoppeld voor het tegen het ondersteuningemiddel wegklappen van deze zijwand of dit 35 zijwanddeel.

12. Inklapbaar bouwelement volgens conclusies 10 of 11, waarbij zijwanden en zijwanddelen die elkaar in de i 0 2 5 9 7 7 ingeklapte toestand van het bouwelement overlappen, getrapt met de bodemwand verbonden zijn.

13. Inklapbaar bouwelement volgens conclusies 10, 11 of 12, omvattende een eerste zijwand of zijwanddeel en 5 tweede zijwand of zijwanddeel, die nabij een hoek van het inklapbaar bouwelement op elkaar aansluiten, waarbij de eerste zijwand of het eerste zijwanddeel een uit het vlak van de zijwand of het zijwanddeel stekende rand omvat die, indien de zijwand of het zijwanddeel omhoog geklapt is, de 10 hoek van het inklapbaar bouwelement vormt.

14. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 13, waarbij de eerste zijwand of het eerste zijwanddeel in de ingeklapte toestand van het bouwelement op de tweede zijwand of het tweede zijwanddeel ligt, en waarbij de uit 15 het vlak van de eerste zijwand of het eerste zijwanddeel stekende rand opneembaar is in een ruimte van het scharnier van de onderliggende tweede zijwand of het onderliggend tweede zijwanddeel.

15. Inklapbaar bouwelement volgens één der 20 voorgaande conclusies, omvattende ten minste één uitwisselbare zijwand of zijwanddeel.

16. Inklapbaar bouwelement volgens één der voorgaande conclusies, omvattende ten minste één een toegangsdeur omvattende zijwand of zijwanddeel.

17. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 16, waarbij de deur, althans in opgerichte toestand van het inklapbaar bouwelement, draaibaar naar de binnenzijde van het inklapbaar bouwelement geplaatst is.

18. Inklapbaar bouwelement volgens één der 30 voorgaande conclusies, waarbij de bodemwand voorzien is van middelen voor het aangrijpen van een hijs- of hefinrichting.

19. Inklapbaar bouwelement volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de dakwand voorzien is van 35 middelen voor het aangrijpen van een hijs- of hefinrichting.

20. Inklapbaar bouwelement volgens conclusies 18 : A , (ƒ. / / * < 7 W K? i of 19, waarbij de middelen voor het aangrijpen van een hijs- of hefinrichting, hijsogen of lepelkokers voor het opnemen van de vorken van een heftruck omvatten.

21. Inklapbaar bouwelement volgens één der 5 voorgaande conclusies, verder omvattende vergrendelings- middelen voor het vergrendelend koppelen van de bodemwand met de dakwand, althans in een ingeklapte toestand van het bouwelement.

22. Inklapbaar bouwelement volgens één der 10 voorgaande conclusies, waarbij de dakwand eerste koppel- middelen en de bodemwand tweede koppelmiddelen omvatten, waarbij de eerste koppelmiddelen van het inklapbaar bouwelement koppelbaar zijn met de tweede koppelmiddelen van een verder inklapbaar bouwelement dat met zijn 15 bodemwand boven op de dakwand van het inklapbaar bouwelement geplaatst is.

23. Inklapbaar bouwelement volgens één der voorgaande conclusies, waarbij het bouwelement aan zijn omtrek gelegen verdere koppelmiddelen omvat voor het 20 onderling zij aan zij koppelen van het inklapbaar bouwelement met een verder inklapbaar bouwelément.

24. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 23, waarbij de verdere koppelmiddelen aan de ondersteunings-middelen en/of pendeldelen bevestigd zijn.

25. Inklapbaar bouwelement omvattende een bodemwand, een dakwand en ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen die over de omtrek van het bouwelement verdeeld zijn voor het althans in opgerichte toestand op afstand ondersteunen van de dakwand 30 boven de bodemwand, waarbij de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen enerzijds scharnierend en anderzijds door middel van pendeldelen gekoppeld zijn met de bodemwand en dakwand, 35 waarbij de pendeldelen met een eerste uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld zijn met de bodemwand of de dakwand, en met een tweede uiteinde daarvan scharnierend 1025977 gekoppeld zijn met in hoofdzaak het midden van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen, en waarbij zwaaibanen die de ondersteuningsmiddelen 5 doorlopen van hun neergeklapte naar een opgerichte positie niet met elkaar interfereren.

26. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 25, waarbij dë pendeldelen, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, aan een naar een buitenzijde van het 10 inklapbaar bouwelement gekeerde zijde van de ten minste twee op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen geplaatst zijn.

27. Inklapbaar bouwelement omvattende een bodemwand, een dakwand en ten minste drie op de bodemwand 15 neerklapbare ondersteuningsmiddelen die over de omtrek van het bouwelement verdeeld zijn voor het althans in opgerichte toestand op afstand ondersteunen van de dakwand boven de bodemwand, waarbij de ten minste drie op de bodemwand 20 neerklapbare ondersteuningsmiddelen enerzijds scharnierend en anderzijds door middel van pendeldelen gekoppeld zijn met de bodemwand en dakwand, en waarbij de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen van hun neergeklapte 25 naar een opgerichte positie vrije zwaaibanen.doorlopen.

28. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 27, waarbij de pendeldelen, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, aan een naar een buitenzijde van het inklapbaar bouwelement gekeerde zijde van de ten minste 30 drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen geplaatst zijn.

29. Inklapbaar bouwelement volgens conclusies 27 of 28, waarbij de pendeldelen met een eerste uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld zijn met de bodemwand of de 35 dakwand, en met een tweede uiteinde daarvan scharnierend gekoppeld zijn met in hoofdzaak het midden van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare a o o s Q 7 7 } u Z D v t > ft ondersteuningsmiddelen.

30. Inklapbaar bouwelement volgens conclusies 27, 28 of 29, waarbij één of meer van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen, althans 5 in opgerichte toestand, een zijwand of een zijwanddeel van het bouwelement vormt.

31. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 30, waarbij het inklapbaar bouwelement langszijden en dwarszijden omvat waarbij de zijwand of het zijwanddeel aan 10 een eerste langszijde van het inklapbaar bouwelement geplaatst is.

32. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 31, waarbij twee verdere van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen aan de dwarszijden van 15 het inklapbaar bouwelement, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, dwarszijwanden of dwarszijwanddelen vormen.

33. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 31, waarbij een verdere van de ten minste drie op de bodemwand 20 neerklapbare ondersteuningsmiddelen aan een tweede langszijde van het inklapbaar bouwelement, althans in opgerichte toestand van het bouwelement, een verdere zijwand of verder zijwanddeel van het inklapbare bouwelement vormt.

34. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 33, waarbij ondersteuningsmiddelen vormende zijwanddelen van de eerste langszijwand versprongen geplaatst zijn ten opzichte van ondersteuningsmiddelen vormende zijwanddelen van de tweede langszijwand.

35. Inklapbaar bouwelement volgens conclusie 34, waarbij zowel de eerste als de tweede langszijwand drie zijwanddelen omvatten, waarbij het middelste zijwanddeel van de eerste langszijwand één van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen vormt, en 35 waarbij de twee buitenste zijwanddelen van de tweede langszijwand twee van de ten minste drie op de bodemwand neerklapbare ondersteuningsmiddelen vormen. λ \ · , . . , i l ii v * % v^· » U i · > ·

36. Inklapbaar bouwelement voorzien van een of meer van de in de bij gevoegde beschrijving omschreven en/of in de bijgevoegde tekeningen getoonde kenmerkende maatregelen.

37. Bouwwerk omvattende één of meer bouwelementen volgens één der voorgaande conclusies. -o-o-o-o-o-o-o-o- BP/MB 1025977