NL1025051C2

NL1025051C2 - Information device for a fuel installation.

Info

Publication number: NL1025051C2
Application number: NL1025051A
Authority: NL
Inventors: Lucas Christiaan Fretz
Original assignee: Fretz Beheer B V
Priority date: 2003-12-18
Filing date: 2003-12-18
Publication date: 2005-06-21
Also published as: EP1544159A1

Description

Informatie-inrichting voor een brandstofinstallatieInformation device for a fuel installation

De uitvinding heeft betrekking op een informatie-inrichting voor een brandstofinstallatie voor voertuigen voorzien van ten minste een brandstofinlaat voor het toevoeren van brandstof en een voorruit, waarbij de informatie-inrichting is 5 voorzien van één of meer informatievelden met ten minste informatie over het toevoeren van de brandstof.The invention relates to an information device for a fuel installation for vehicles provided with at least one fuel inlet for supplying fuel and a windscreen, the information device being provided with one or more information fields with at least information about supplying the fuel.

Moderne samenlevingen kenmerken zich onder meer door een grote mate van mobiliteit. Derhalve wordt een groot beroep gedaan op de infrastructuur die geschikt moet zijn voor grote 10 aantallen voertuigen. Tot deze infrastructuur behoren niet enkel wegen, maar ook verschillende vormen van service langs deze wegen. De belangrijkste service is de verschaffing van brandstof bij tankstations.Modern societies are characterized by a high degree of mobility. Therefore, a great deal is invoked of the infrastructure that must be suitable for large numbers of vehicles. This infrastructure includes not only roads, but also various forms of service along these roads. The most important service is the provision of fuel at gas stations.

Veelal zijn dergelijke tankstations geschikt voor 15 zelfbediening, waarbij de gebruiker zelf brandstof toevoert en deze vervolgens afrekent. Tijdens het toevoeren van de brandstof staat de gebruiker van de brandstofinstallatie vaak met zijn rug naar de pompinstallatie toe. Aangezien de pompinstal-latie vaak één of meer tellers of' displays omvat met 20 informatie over het toevoeren van de brandstof, is deze informatie slecht zichtbaar zonder dat de gebruiker een ongemakkelijke houding moet aannemen.Such filling stations are often suitable for self-service, in which the user supplies fuel himself and subsequently pays for it. During the supply of the fuel, the user of the fuel installation often allows his back to the pump installation. Since the pump installation often comprises one or more counters or displays with information about supplying the fuel, this information is difficult to see without the user having to assume an uncomfortable position.

Het is een doelstelling van de uitvinding om een informatie-inrichting te verschaffen, waarbij het voor de 25 gebruiker eenvoudiger wordt kennis te nemen van de informatie ten aanzien van het toevoeren van de brandstof.It is an object of the invention to provide an information device in which it becomes easier for the user to become acquainted with the information regarding the supply of the fuel.

Deze doelstelling wordt gerealiseerd door het verschaffen van een informatie-inrichting, waarbij de informatievelden op een afstand voor de voorruit van een voer-30 tuig zijn of worden gepositioneerd. Op deze positie zijn de informatievelden, en daarmee de informatie in deze velden, voor de gebruiker van de brandstofinstallatie eenvoudig waarneembaar. De gebruiker van de brandstofinstallatie is gewoon 1025051 2 in de rijrichting van zijn voertuig en dus naar een punt voor de voorruit van zijn voertuig te kijken gedurende het toevoeren van de brandstof. De informatie in de informatievelden kan bijvoorbeeld betrekking hebben op de prijs van de brandstof 5 en/of de hoeveelheid brandstof die wordt of is toegevoerd. De informatievelden kunnen statisch zijn gepositioneerd op een positie waarbij de informatie-inrichting geen hinder veroorzaakt voor het passeren van de voertuigen. Ook kunnen de informatievelden dynamisch worden gepositioneerd zodanig dat 10 de informatie-inrichting of een deel daarvan beweegt om de informatievelden optimaal te kunnen positioneren ten opzichte van het voertuig. Deze positionering kan plaatsvinden bij gebruik van de brandstofinstallatie, bijvoorbeeld doordat het tankpistool van de brandstofinstallatie wordt genomen of door-15 dat de brandstoftoevoer wordt gestart.This object is achieved by providing an information device in which the information fields are or are positioned at a distance in front of the windscreen of a vehicle. At this position, the information fields, and therefore the information in these fields, are easily perceptible to the user of the fuel installation. The user of the fuel installation is accustomed to looking 1025051 2 in the direction of travel of his vehicle and thus at a point in front of his vehicle's windshield during the fuel supply. The information in the information fields may, for example, relate to the price of the fuel 5 and / or the amount of fuel that is or has been supplied. The information fields can be statically positioned at a position where the information device does not cause any hindrance for passing the vehicles. The information fields can also be dynamically positioned such that the information device or a part thereof moves in order to be able to position the information fields optimally relative to the vehicle. This positioning can take place when the fuel installation is used, for example because the fuel gun is removed from the fuel installation or the fuel supply is started.

De informatievelden kunnen in hoofdzaak parallel aan en op een afstand van de voorruit zijn of worden gepositioneerd. Als alternatief kunnen de informatievelden onder een hoek staan of worden georiënteerd ten opzichte van de voorruit 20 zodanig dat de informatievelden naar een gebruiker van de brandstofinstallatie toe zijn gekeerd.The information fields can be or be positioned substantially parallel to and at a distance from the windscreen. Alternatively, the information fields may be angled or oriented with respect to the windshield 20 such that the information fields face a user of the fuel installation.

In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding is de informatie-inrichting ten minste voorzien van een beweegbare arm met een kopstuk omvattende de informatievelden 25 en is de informatie-inrichting ingericht om de arm te besturen • zodanig dat het kopstuk met de informatievelden automatisch ten opzichte van de voorruit wordt gepositioneerd. Een dergelijke arm bewerkstelligd een grote flexibiliteit voor de informatie-inrichting zodat de inrichting toepasbaar is voor 30 een grote variëteit aan afmetingen van voertuigen.In a preferred embodiment according to the invention, the information device is at least provided with a movable arm with a head piece comprising the information fields and the information device is adapted to control the arm such that the head piece with the information fields is automatically positioned relative to the windshield is positioned. Such an arm provides great flexibility for the information device so that the device is applicable to a wide variety of vehicle dimensions.

In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding omvat de informatie-inrichting meerdere informatievelden waarbij ten minste één van de informatievelden ruimte biedt voor reclame. Door de informatievelden zowel informatie ten 35 aanzien van de brandstoftoevoer te laten bevatten als van reclame te voorzien, wordt een hoge attentiewaarde voor de reclame gerealiseerd.In a preferred embodiment according to the invention, the information device comprises several information fields, wherein at least one of the information fields offers space for advertising. By having the information fields both contain information with regard to the fuel supply and with advertising, a high attention value for the advertising is realized.

1025051 31025051 3

In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding omvat de informatie-inrichting één of meer sensoren voor het positioneren van de informatievelden ten opzichte van de voorruit van een voertuig. De inrichting en werking van derge-5 lijke sensoren zal voor de vakman duidelijk zijn en zal niet nader worden toegelicht. De sensoren positioneren de informatievelden op een geschikte afstand van de voorruit van het voertuig zodat de informatie voor de gebruiker goed leesbaar is. Een geschikte afstand ligt bijvoorbeeld in het gebied van 10 0,3-2,0 meter, zoals 50 centimeter.In a preferred embodiment according to the invention, the information device comprises one or more sensors for positioning the information fields relative to the windscreen of a vehicle. The arrangement and operation of such sensors will be clear to those skilled in the art and will not be explained further. The sensors position the information fields at a suitable distance from the windscreen of the vehicle so that the information is easily readable by the user. A suitable distance is, for example, in the range of 0.3-2.0 meters, such as 50 centimeters.

In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvinding omvat de informatie-inrichting sensoren en een beweegbare arm die zodanig zijn ingericht dat het kopstuk een beweging van het voertuig volgt. Hierdoor wordt voorkomen dat een dyna-15 mische informatie-inrichting schade aanricht of beschadigd wordt wanneer het voertuig beweegt. Deze functionaliteit is voorts van belang wanneer de informatie-inrichting verder een middel omvat voor het afgeven van een fluïdum in de richting van de voorruit, zoals hierna nog zal worden besproken.In a preferred embodiment according to the invention the information device comprises sensors and a movable arm which are arranged such that the head piece follows a movement of the vehicle. This prevents a dynamic information device from causing damage or being damaged when the vehicle is moving. This functionality is furthermore important when the information device further comprises means for delivering a fluid in the direction of the windscreen, as will be discussed below.

20 In een voorkeursuitvoeringsvorm volgens de uitvin ding is de arm van de informatie-inrichting gemonteerd aan een dakconstructie of naast de brandstofinstallatie. De eerste optie kan voordelig zijn doordat de dakconstructie reeds voor bekabeling van andere eenheden of functies van een servicesta-25 tion wordt toegepast. Voorts kan een bevestiging aan de dakconstructie voordelen bieden doordat het vloeroppervlak van een tankstation ongemoeid kan worden gelaten. Het vloeroppervlak van een tankstation is veelal gecompliceerd en kostbaar doordat bijv. moet worden voorkomen dat brandstofrestanten in 30 de bodem terechtkomen zodat het modificeren van het vloeroppervlak bij voorkeur moet worden voorkomen. Wanneer er geen dakconstructie is, kan de arm van de informatie-inrichting ook naast of bij de service-eenheid worden geplaatst.In a preferred embodiment according to the invention, the arm of the information device is mounted on a roof construction or next to the fuel installation. The first option can be advantageous in that the roof construction is already used for cabling other units or functions of a service station. Furthermore, an attachment to the roof construction can offer advantages in that the floor surface of a gas station can be left untouched. The floor surface of a gas station is often complicated and expensive in that it is necessary, for example, to prevent fuel residues from ending up in the ground, so that modification of the floor surface should preferably be prevented. If there is no roof construction, the arm of the information device can also be placed next to or at the service unit.

De arm omvat bij voorkeur segmenten waarvan er één 35 of meer ten opzichte van elkaar kunnen transleren en/of roteren. Een dergelijke constructie bevordert de flexibiliteit van de informatie-inrichting ten aanzien van bijv. het positioneren van de informatievelden.The arm preferably comprises segments of which one or more can translate and / or rotate relative to each other. Such a construction promotes the flexibility of the information device with respect to, for example, the positioning of the information fields.

1025051 41025051 4

In een uitvoeringsvorm volgens de uitvinding kan het kopstuk tevens ten minste één middel omvatten voor het afgeven van een fluïdum in de richting van de voorruit zodanig dat op ten minste een deel van de voorruit een gezichtsveldverstoren-5 de en verwijderbare laag wordt gevormd wanneer het voertuig ten opzichte van de service-eenheid een verplaatsing ondergaat voordat een vrijgavesignaal is ontvangen voor de brandstofinstallatie. Een gezichtsveldverstorende laag is bijvoorbeeld een ondoorzichtige laag of een beeldvervormende laag, zoals 10 een verf resp. een gel. Deze laag maakt het voor de bestuurder van het voortuig onmogelijk, althans moeilijk, het voertuig te besturen door het gebrek aan zicht, zodat wegrijden zonder te betalen aanmerkelijk wordt bemoeilijkt. Bij voorkeur heeft de aangebrachte laag enige resistentie of viscositeit, zodat de 15 laag niet eenvoudig met bijvoorbeeld een ruitenwisser te verwijderen is. De laag zal uiteindelijk wel verwijderbaar zijn.In an embodiment according to the invention, the head piece can also comprise at least one means for delivering a fluid in the direction of the windscreen such that on at least a part of the windscreen a field-of-view and removable layer is formed when the vehicle a displacement relative to the service unit before a release signal has been received for the fuel installation. A field of view-distorting layer is, for example, an opaque layer or an image-distorting layer, such as a paint or a layer. a gel. This layer makes it impossible, or at least difficult, for the driver of the vehicle to drive the vehicle due to the lack of visibility, so that driving away without paying is made considerably more difficult. The applied layer preferably has some resistance or viscosity, so that the layer cannot easily be removed with, for example, a windscreen wiper. The layer will eventually be removable.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een werkwijze voor het informeren van een gebruiker van een brandstofinstallatie voor voertuigen voorzien van ten minste 20 een brandstof inlaat voor het toevoeren van brandstof en een voorruit, omvattende de stap van het automatisch positioneren van een kopstuk met één of meer informatievelden van het voertuig bij gebruik van de brandstofinstallatie. De informatievelden kunnen of in hoofdzaak parallel aan en op een 25 afstand van de voorruit worden gepositioneerd of onder een hoek ten opzichte van de voorruit. Een dergelijke werkwijze bewerkstelligd een betrouwbare en klantvriendelijke wijze van het informeren van de gebruiker.The invention further relates to a method for informing a user of a vehicle fuel installation provided with at least one fuel inlet for supplying fuel and a windscreen, comprising the step of automatically positioning a head piece with one or more information fields of the vehicle when using the fuel installation. The information fields can be positioned either substantially parallel to and at a distance from the windscreen or at an angle to the windscreen. Such a method achieves a reliable and customer-friendly method of informing the user.

De uitvinding zal hierna verder worden geïllustreerd 30 aan de hand van de bijgevoegde figuren, welke voorkeursuitvoeringsvormen volgens de uitvinding tonen. Vanzelfsprekend wordt de uitvinding op geen enkele wijze beperkt door deze specifieke en de voorkeur verdienende uitvoeringsvormen.The invention will be further illustrated below with reference to the accompanying figures, which show preferred embodiments according to the invention. Of course, the invention is in no way limited by these specific and preferred embodiments.

In de figuren toont: 35 Fig. 1 een tankstation voorzien van een informatie- inrichting volgens een eerste uitvoeringsvorm volgens de uitvinding; 10250b1 5In the figures: FIG. 1 a gas station provided with an information device according to a first embodiment according to the invention; 10250b1 5

Fig. 2 een kopstuk voorzien van informatievelden volgens een eerste uitvoeringsvorm van de uitvinding;FIG. 2 a head piece provided with information fields according to a first embodiment of the invention;

Fig. 3 een kopstuk voorzien van informatievelden volgens een tweede uitvoeringsvorm van de uitvinding; 5 Figs. 4-8 de werking van de informatie-inrichting volgens de uitvoeringsvorm als getoond in Fig. 1;FIG. 3 a head piece provided with information fields according to a second embodiment of the invention; FIGs. 4-8 show the operation of the information device according to the embodiment as shown in FIG. 1;

Figs. 9 en 10 een tweede uitvoeringsvorm van een informatie- inrichting volgens de uitvinding, enFIGs. 9 and 10 a second embodiment of an information device according to the invention, and

Figs. 11-13 een derde uitvoeringsvorm van een infor-10 matie-inrichting volgens de uitvinding.FIGs. 11-13 a third embodiment of an information device according to the invention.

Fig. 1 toont een tankstation 1 voorzien van een brandstofinstallatie 2 onder een overkapping of dakconstructie 3. Het tankstation 1 is voorzien van een informatie-inrichting 4 welke een rail 5 omvat waaraan een arm 6 beweegbaar langs de 15 rail 5 is opgehangen en welke arm 6 aan het uiteinde een kopstuk 7 bevat. De arm 6 is scharnierbaar om het scharnierpunt 8. De informatie-inrichting 4 is bij voorkeur van een licht materiaal, zoals aluminium of kunststof, zodat de arm 6 en in het bijzonder het kopstuk 7 eenvoudig kan worden gemanipu-20 leerd.FIG. 1 shows a gas station 1 provided with a fuel installation 2 under a roof or roof construction 3. The gas station 1 is provided with an information device 4 which comprises a rail 5 on which an arm 6 is movably suspended along the rail 5 and which arm 6 is mounted on the end comprises a head piece 7. The arm 6 is pivotable about the pivot point 8. The information device 4 is preferably of a light material, such as aluminum or plastic, so that the arm 6 and in particular the head piece 7 can be easily manipulated.

Figs. 2 en 3 tonen uitvoeringsvormen van het kopstuk 7. Het kopstuk 7 kan een middel 20 voor het afgeven van een fluïdum omvattende een spuitmond 21 en een reservoir 22 voor het fluïdum hebben. Het middel 20 is bij voorkeur losneembaar 25 van het kopstuk 7, zodat het vervangen of bijgevuld kan worden. Opgemerkt wordt dat het middel 20 niet noodzakelijkerwijs het reservoir 22 omvat; het fluïdum kan ook van buitenaf, bijvoorbeeld via een toevoer langs of inwendig van de arm 6 aan de spuitmond 21 worden toegevoerd. De spuitmond 21 is geschikt 30 vormgegeven en kan één of meer spuitstukken omvatten voor het aanbrengen van het fluïdum op een voertuig. De breedte van de spuitmond 21 kan de volledige breedte van een voertuig bestrijken of kleiner zijn, waarbij de spuitmond 21 kan zijn ingericht om het fluïdum in bijv. een waaiervorm te versprei-3 5 den.FIGs. 2 and 3 show embodiments of the head piece 7. The head piece 7 may have a fluid delivery means 20 comprising a nozzle 21 and a fluid reservoir 22. The means 20 is preferably detachable from the head piece 7, so that it can be replaced or refilled. It is noted that the means 20 does not necessarily include the reservoir 22; the fluid can also be supplied to the nozzle 21 from outside, for example via a supply along or inside of the arm 6. The nozzle 21 is suitably designed and may comprise one or more nozzles for applying the fluid to a vehicle. The width of the nozzle 21 can cover the entire width of a vehicle or be smaller, while the nozzle 21 can be adapted to disperse the fluid in, for example, a fan shape.

Het kopstuk 7 omvat tevens sensoren 23 en informatievelden 24, 25 in de vorm van bijvoorbeeld een teller, display of een vlak of constructie voor het aanbrengen van in- 1 0 25051 6 formatie door middel van bijv. kaarten of stickers. Het display kan bijvoorbeeld een TFT-scherm omvatten. Het informatieveld 24 kan bijvoorbeeld een teller omvatten welke de hoeveelheid afgenomen brandstof van de brandstofinstallatie 5 2 aangeeft, terwijl het informatieveld 25 reclame bevat. Het kopstuk 7 kan verder nog middelen 26 en 27 voor bijvoorbeeld een lichtsignaal en een geluidssignaal en een camera 28 bevatten. Het lichtsignaal en/of geluidssignaal kunnen bijv. worden geactiveerd wanneer het fluïdum wordt afgegeven op het voer-10 tuig. Ook kan het middel 27 dienen om geluid te produceren bij het weergeven van informatie in het informatieveld 24 of 25, zoals bijv. begeleidend geluid of commentaar bij het vertonen van een reclameboodschap.The head piece 7 also comprises sensors 23 and information fields 24, 25 in the form of, for example, a counter, display or a surface or construction for providing information by means of, for example, cards or stickers. The display may, for example, comprise a TFT screen. The information field 24 may, for example, comprise a counter which indicates the amount of fuel taken from the fuel installation 5, while the information field 25 contains advertisements. The head piece 7 may furthermore comprise means 26 and 27 for, for example, a light signal and an audio signal and a camera 28. The light signal and / or sound signal can, for example, be activated when the fluid is delivered to the vehicle. The means 27 may also serve to produce sound when displaying information in the information field 24 or 25, such as, for example, accompanying sound or commentary when displaying an advertising message.

Figs. 4-8 tonen een voorbeeld van de werking van de 15 informatie-inrichting 4 als getoond in Fig. 1, voorzien van een kopstuk 7 als getoond in Fig. 3.FIGs. 4-8 show an example of the operation of the information device 4 as shown in FIG. 1, provided with a head piece 7 as shown in FIG. 3.

In Fig. 4 wordt de situatie getoond waarbij een voertuig V met een voorruit W het tankstation 1 binnenrijdt voor de innemen van brandstof van de brandstofinstallatie 2.In FIG. 4 shows the situation in which a vehicle V with a windscreen W enters the filling station 1 for taking fuel from the fuel installation 2.

20 De informatie-inrichting 4 is op dit tijdstip in een rustposi-tie. In deze situatie kan het voertuig V bij voorkeur onder de informatie-inrichting 4 doorrijden, zodat voertuigen die geen gebruik maken van de brandstofinstallatie 2 geen hinder van de informatie-inrichting 4 ondervinden. Wanneer een gebruiker van 25 de brandstofinstallatie 2 brandstof toevoert aan het voertuig V kan hij eenvoudig kennisnemen van de informatie van het informatieveld 24. De gebruiker hoeft zich niet in een ongemakkelijke positie te manoeuvreren om een teller op de brandstofinstallatie 2 zelf te raadplegen. Eventueel kan het 30 kopstuk 7 lager zijn gepositioneerd wanneer de brandstofinstallatie 2 enkel voor personenauto's bestemd is. Doordat de blik van de gebruiker van de brandstofinstallatie 2 tijdens het toevoeren van de brandstof veelal op het kopstuk 7 zal zijn gericht, zal de attentiewaarde van de reclame die op of 35 in het informatieveld 25 is aangebracht groot zijn.The information device 4 is in a rest position at this time. In this situation the vehicle V can preferably drive underneath the information device 4, so that vehicles that do not use the fuel installation 2 do not experience any hindrance from the information device 4. When a user of the fuel installation 2 supplies fuel to the vehicle V, he can simply peruse the information from the information field 24. The user does not have to maneuver himself into an uncomfortable position to consult a counter on the fuel installation 2 himself. Optionally, the head piece 7 may be positioned lower when the fuel installation 2 is intended for passenger cars only. Because the gaze of the user of the fuel installation 2 during the supply of the fuel will usually be directed at the head piece 7, the attention value of the advertisement placed on or in the information field 25 will be large.

De informatie van de informatievelden 24, 25 kan ook dynamisch ten opzichte van het voertuig V worden gepositioneerd. Wanneer de berijder van het voertuig V het tankpistool 1025051 7 (niet zichtbaar) van de brandstofinstallatie 2 neemt, wordt de informatie-inrichting 4 geactiveerd, zoals getoond in zijaanzicht in Fig. 5 en in vooraanzicht in Fig. 6. De arm 6 beweegt daartoe langs de rail 5 in de richting van het voertuig V. Te-5 vens worden de segmenten 6A, 6B, 6C van de arm 6 telescopisch uitgeschoven, zodanig dat het kopstuk 7 en in het bijzonder de informatievelden 24, 25 met behulp van de sensoren 23 op een vooraf bepaalde afstand D van de voorruit W van het voertuig V wordt gepositioneerd. De afstand D bedraagt bijv. 70 centime-10 ter.The information from the information fields 24, 25 can also be positioned dynamically relative to the vehicle V. When the driver of the vehicle V takes the fuel gun 1025051 7 (not visible) from the fuel installation 2, the information device 4 is activated, as shown in side view in FIG. 5 and in front view in FIG. 6. To this end, the arm 6 moves along the rail 5 in the direction of the vehicle V. The segments 6A, 6B, 6C of the arm 6 are also telescopically extended such that the head piece 7 and in particular the information fields 24 25 is positioned at a predetermined distance D from the windscreen W of the vehicle V by means of the sensors 23. The distance D is, for example, 70 centimeters to 10 ter.

Wanneer het kopstuk 7 tevens het middel 20 voor het afgeven van een fluïdum omvat, kunnen verdere overwegingen een rol spelen bij het bepalen van de afstand D ten opzichte van de voorruit W. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan het be-15 reik van de spuitmond 21, het oppervlak van de voorruit W dat door de spuitmond 21 moet worden bestreken ten einde een ge-zichtsveldverstorende laag aan te brengen die voorkomt dat het voertuig kan wegrijden en veiligheidsoverwegingen. Veiligheidsoverwegingen kunnen bijvoorbeeld met zich meebrengen dat 20 de spuitmond 21 voor het fluïdum bij voorkeur boven de motorkap H van het voertuig V wordt gepositioneerd, zodat er zich tussen de spuitmond 21 en de voorruit W geen personen kunnen bevinden die bij inwerkingtreding van de inrichting met het fluïdum in aanraking komen.When the head piece 7 also comprises the means 20 for delivering a fluid, further considerations may play a role in determining the distance D relative to the windshield W. Here, for example, the range of the nozzle may be considered. 21, the surface of the windshield W to be covered by the nozzle 21 in order to provide a field of view distorting layer that prevents the vehicle from driving away and safety considerations. For safety reasons, for example, the fluid nozzle 21 may preferably be positioned above the hood H of the vehicle V, so that no persons can be present between the nozzle 21 and the windscreen W when the device with the fluid come into contact.

25 Tijdens het tanken kan de gebruiker die brandstof toevoert kennis nemen van de informatie die wordt weergegeven in de informatievelden 24, 25, welke velden zich op een eenvoudig waarneembare positie voor deze persoon bevinden. Dit vergroot de kans dat de gebruiker de spuitmond 21 niet als be-30 dreigend ervaart. De informatievelden 24, 25 worden bij voorkeur op een afstand D en in hoofdzaak parallel aan de voorruit W gepositioneerd wanneer het kopstuk 7 tevens een spuitmond 21 omvat, ten einde het aanbrengen van een fluïdum op de voorruit W te vereenvoudigen.During refueling, the user supplying fuel can take cognizance of the information displayed in the information fields 24, 25, which fields are in an easily observable position for this person. This increases the chance that the user does not experience the nozzle 21 as threatening. The information fields 24, 25 are preferably positioned at a distance D and substantially parallel to the windscreen W when the head piece 7 also comprises a nozzle 21, in order to simplify the application of a fluid to the windscreen W.

35 De informatievelden 24, 25 kunnen onder een hoek staan of worden georiënteerd ten opzichte van de voorruit W zodanig dat de informatievelden 24, 25 naar een gebruiker van de brandstofinstallatie 2 toe zijn gekeerd. Een dergelijke 1025051 δ hoek kan bijvoorbeeld worden bewerkstelligd doordat segment 6C van de arm 6 roteert ten opzichte van het segment 6B, zodat het aanvankelijk parallel aan de voorruit W liggende vlak van het kopstuk 7 naar de brandstofinstallatie 2 wordt gekeerd.The information fields 24, 25 can be angled or oriented with respect to the windscreen W such that the information fields 24, 25 are directed towards a user of the fuel installation 2. Such an angle of 1025051 δ can be achieved, for example, in that segment 6C of the arm 6 rotates with respect to the segment 6B, so that the surface of the head piece 7 initially parallel to the windshield W is turned to the fuel installation 2.

5 Het zal duidelijk zijn dat andere wijzen van rotatie mogelijk zijn en binnen de beschermingsomvang van de uitvinding vallen.It will be clear that other modes of rotation are possible and fall within the scope of the invention.

Wanneer de gebruiker de ingenomen brandstof vervolgens afrekent wordt de informatie-inrichting 4 teruggebracht naar de rustpositie als getoond in Fig. 4. Deze deactivering 10 vindt bijvoorbeeld plaats doordat de betaling een vrijgavesig-naal genereert, welk vrijgavesignaal door de informatie-inrichting 4 wordt ontvangen en de instructie bevat dat de informatie- inrichting 4 naar de rustpositie kan worden teruggebracht. Wanneer het kopstuk 7 het middel 20 omvat, zal 15 het fluïdum in dit geval dus niet op de voorruit W van het voertuig V worden gedeponeerd.When the user then settles the fuel taken in, the information device 4 is returned to the rest position as shown in FIG. 4. This deactivation occurs, for example, in that the payment generates a release signal, which release signal is received by the information device 4 and contains the instruction that the information device 4 can be returned to the rest position. When the head piece 7 comprises the means 20, the fluid in this case will therefore not be deposited on the windscreen W of the vehicle V.

Wanneer er brandstof is toegevoerd maar de informa-tie-inrichting 4 geen vrijgavesignaal ontvangt, is er niet voor de brandstof betaald. Deze situatie wordt getoond in Fig. 20 7. De sensoren 23 bewerkstelligen dat het kopstuk 7 zich met het voertuig V meebeweegt doordat de arm 6 draait om het scharnierpunt 8. Tegelijkertijd wordt een fluïdum F afgegeven vanuit de spuitmond 21 in de richting van de voorruit W van het voertuig V, zodanig dat op ten minste een deel van de 25 voorruit W een gezichtsveldverstorende laag wordt gevormd.When fuel has been supplied but the information device 4 does not receive a release signal, the fuel has not been paid for. This situation is shown in FIG. 7. The sensors 23 cause the head piece 7 to move with the vehicle V in that the arm 6 rotates around the pivot point 8. At the same time, a fluid F is delivered from the nozzle 21 in the direction of the windscreen W of the vehicle V, such that a field of view distorting layer is formed on at least a part of the windscreen W.

Het fluïdum F kan alle denkbare substanties of gassen omvatten die de eigenschap hebben dat zij op de voorruit W een gezichtsveldverstorende laag vormen of anderszins deze werking hebben. Deze laag is enerzijds niet eenvoudig verwij-30 derbaar, zodat wordt voorkomen dat bijv. het enkele activeren van bijv. de ruitenwissers de laag direct zal verwijderen, maar anderszins uiteindelijk wel verwijderbaar zodat er geen blijvende aantasting van het voertuig V resteert. Een voorbeeld van een dergelijk fluïdum is bijv. verf die de voorruit 35 w of een deel daarvan ondoorzichtig maakt of een gel die een beeldverstoring teweegbrengt. Het is ook mogelijk om het middel 20 van twee of meer verschillende substanties of gassen te voorzien of van een substantie en een gas. Deze verschillende 1025051 9 substanties kunnen tegelijkertijd of achtereenvolgens vanuit het mondstuk 21 op de voorruit W worden gedeponeerd, waarbij bijvoorbeeld de toestand van de eerst aangebrachte laag wordt gemodificeerd door de daarna aangebrachte substantie of het 5 daarna aangebrachte gas. Tevens valt te denken aan gecompliceerde substanties die bijv. een verandering in de kristalstructuur ondergaan wanneer zij in aanraking komen met een voorruit W met een bepaalde temperatuur zodat een ge-zichtsveldverstorende laag ontstaat.The fluid F can comprise all conceivable substances or gases which have the property that they form a field of view-distorting layer on the windscreen W or otherwise have this effect. On the one hand, this layer is not easily removable, so that it is prevented, for example, that the windscreen wipers, for example, simply remove the layer immediately, but otherwise it is eventually removable so that no permanent damage to vehicle V remains. An example of such a fluid is, for example, paint which makes the windscreen 35 w or a part thereof opaque or a gel which causes an image disturbance. It is also possible to provide the agent 20 with two or more different substances or gases or with a substance and a gas. These different 1025051 9 substances can be deposited simultaneously or successively from the nozzle 21 on the windshield W, wherein, for example, the state of the first applied layer is modified by the subsequently applied substance or the subsequently applied gas. It is also possible to envisage complicated substances which, for example, undergo a change in the crystal structure when they come into contact with a windscreen W with a certain temperature, so that a field of view distorting layer is created.

10 Het zal duidelijk zijn dat het afgeven van het fluï dum F richting de voorruit W bij voorkeur niet bij zeer kleine of kleine verplaatsingen van het voertuig V ten opzichte van de pompinstallatie 2 dient plaats te vinden. Er is bijvoorkeur sprake van een substantiële verplaatsing. Wanneer het voertuig 15 V bijv. trilt ten gevolge van een langsrijdende vrachtwagen of zich enigszins verplaatst doordat het niet op de handrem staat, dient geen fluïdum te worden afgegeven. De gevoeligheid van de spuitmond 21 kan worden bepaald door bijv. de instelling van de sensoren 23 en de besturing van het middel 20 door 20 deze sensoren. Het is tevens mogelijk dat de spuitmond 21 zodanig is afgesteld dat eerst een klein volume fluïdum op de voorruit W wordt gedeponeerd als waarschuwing.It will be clear that the delivery of the fluid F towards the windscreen W should preferably not take place with very small or small displacements of the vehicle V relative to the pump installation 2. There is preferably a substantial displacement. If the vehicle 15 V, for example, vibrates as a result of a passing truck or moves slightly because it is not on the parking brake, no fluid should be delivered. The sensitivity of the nozzle 21 can be determined by, for example, the setting of the sensors 23 and the control of the means 20 by these sensors. It is also possible that the nozzle 21 is adjusted such that first a small volume of fluid is deposited on the windscreen W as a warning.

Anderzijds dient een verplaatsing van het voertuig V in een richting van het kopstuk 7 af, zoals weergegeven door 25 de pijl A in Fig. 8, de werking van de spuitmond 21 niet te frustreren. De arm 6 kan door draaiing om het scharnierpunt 8 een achterwaartse beweging van het voertuig V volgen doordat de sensoren 23 deze beweging detecteren, zodat de spuitmond 21 op de juiste afstand van de voorruit W wordt gehouden en het 30 fluïdum F kan worden afgegeven.On the other hand, a displacement of the vehicle V in a direction away from the head piece 7, as represented by the arrow A in FIG. 8, not to frustrate the operation of the nozzle 21. The arm 6 can follow a rearward movement of the vehicle V by rotation about the pivot point 8 because the sensors 23 detect this movement, so that the nozzle 21 is kept at the correct distance from the windscreen W and the fluid F can be delivered.

Figs. 9 en 10 tonen een tweede uitvoeringsvorm van de informatie-inrichting 4, waarbij de arm 6 is uitgevoerd als een scharnierend opgehangen robotarm met segmenten 6A en 6B die ook ten opzichte van elkaar kunnen roteren. Hierdoor kan 35 worden afgezien van de rail 5 volgens de eerste uitvoeringsvorm als getoond in Fig. l en wordt een zeer flexibel inzetbare inrichting verkregen. De lengte van de verschillende segmenten 6A, 6B en eventuele verdere segmenten kan zodanig 1025051 10 worden bepaald dat het bereik van de informatie-inrichting 4 geschikt is voor het tankstation 1. Het kopstuk 7 bevat de informatievelden 24, 25, zodat de informatie voor de gebruiker van de brandstofinstallatie 2 op een geschikte positie wordt 5 weergegeven. De arm 6 kan tevens het kopstuk 7 met de spuit-mond 21 voor het af geven van het fluïdum F geschikt positioneren ten opzichte van de voorruit W van het voertuig V en het voertuig V volgen wanneer het een verplaatsing ondergaat ten opzichte van de brandstofinstallatie 2. De werking 10 van deze uitvoeringsvorm is verder identiek aan de werking van de uitvoeringsvorm zoals getoond en beschreven voor de Figs.FIGs. 9 and 10 show a second embodiment of the information device 4, wherein the arm 6 is designed as a hingedly suspended robot arm with segments 6A and 6B that can also rotate relative to each other. This makes it possible to dispense with the rail 5 according to the first embodiment as shown in FIG. and a highly flexible device can be obtained. The length of the different segments 6A, 6B and any further segments can be determined so that the range of the information device 4 is suitable for the gas station 1. The head piece 7 contains the information fields 24, 25, so that the information for the user of the fuel installation 2 at a suitable position is shown. The arm 6 can also suitably position the head piece 7 with the nozzle 21 for dispensing the fluid F relative to the windscreen W of the vehicle V and follow the vehicle V when it undergoes a displacement relative to the fuel installation 2 The operation of this embodiment is further identical to the operation of the embodiment as shown and described for Figs.

4-8.4-8.

Figs. 11-13 tonen een derde uitvoeringsvorm van de informatie-inrichting 4 volgens de uitvinding, waarbij het 15 tankstation 1 geen dakconstructie 3 heeft. De informatie- inrichting 4 is in deze uitvoeringsvorm naast de brandstofinstallatie 2 geplaatst, waarbij de arm 6 waaraan het kopstuk 7 is bevestigd bestaat uit segmenten 6A, 6B, 6C die ten opzichte van elkaar beweegbaar kunnen zijn door translatie of rotatie. 20 Hierdoor wordt bewerkstelligd dat de informatievelden 24, 25 van het kopstuk 7 op een geschikte positie voor de gebruiker van de brandstofinstallatie 2 kunnen worden weergegeven.FIGs. 11-13 show a third embodiment of the information device 4 according to the invention, wherein the gas station 1 has no roof construction 3. In this embodiment the information device 4 is placed next to the fuel installation 2, wherein the arm 6 to which the head piece 7 is attached consists of segments 6A, 6B, 6C which can be moved relative to each other by translation or rotation. This ensures that the information fields 24, 25 of the head piece 7 can be displayed in a suitable position for the user of the fuel installation 2.

Voorts kan de spuitmond 21 geschikt ten opzichte van de voorruit W van het voertuig V worden gepositioneerd en kan de 25 spuitmond 21 een beweging van het voertuig V volgen binnen de grenzen als bepaald door de beweegbare segmenten.Furthermore, the nozzle 21 can be suitably positioned with respect to the windscreen W of the vehicle V and the nozzle 21 can follow a movement of the vehicle V within the limits determined by the movable segments.

De werking van deze uitvoeringsvorm is verder identiek aan de werking van de uitvoeringsvorm zoals getoond en beschreven voor de Figs. 4-8.The operation of this embodiment is further identical to the operation of the embodiment as shown and described for Figs. 4-8.

10250511025051

Claims

Information device (4) for a fuel installation (2) for vehicles (V) provided with at least one fuel inlet for supplying fuel and a windscreen (W), the information device (4) being provided with one or more information fields (24, 25) with at least information about the supply of the fuel characterized by wherein the information fields (24, 25) are or are positioned at a distance (D) for the windscreen (W) of a vehicle (V) - 10 down.

Information device (4) according to claim 1, wherein the information fields (24, 25) are or are positioned substantially parallel to and at a distance from the windscreen.

The information device (4) according to claim 1, wherein the information fields (24, 25) are angled or oriented with respect to the windshield (W) such that the information fields (24, 25) to a user of the fuel installation (2).

Information device (4) according to one or more of the preceding claims, wherein the information device (4) is at least provided with a movable arm (6) with a head piece (7) comprising the information fields (24, 25) and wherein the information device (4) is adapted to control the arm (6) such that the head piece (7) with the information fields (24, 25) is automatically positioned relative to the windscreen (W).

5. Information device (4) according to one or more of the preceding claims, wherein the information device (4) is adapted to be positioned when using the fuel installation.

6. Information device (4) according to one or more of the preceding claims, wherein the information device (4) comprises a plurality of information fields (24, 25) and wherein at least one of the information fields (25) offers space for advertising. 1025051

Information device (4) according to one or more of the preceding claims, wherein the information device (4) comprises one or more sensors (23) for positioning the information fields (24, 25) relative to the windscreen (W) of 5 the vehicle (V).

Information device (4) according to claim 7, wherein the sensors (23) position the information fields (24, 25) at a distance (D) of 0.3 - 2.0 meters from the windscreen (W) of the vehicle (V).

Information device (4) according to claim 7 or 8, wherein the sensors (23) and the movable arm (6) are arranged such that the head piece (7) follows a movement of the vehicle (V).

10. Information device (4) as claimed in one or more of the claims 4-9, wherein the arm (6) is mounted on a roof construction (3) or next to the fuel installation (2).

11. Information device (4) as claimed in one or more of the claims 4-10, wherein the arm (6) comprises segments (6A, 6B, 6C) of which one or more can translate with respect to each other and / or rotate.

12. Information device (4) according to one or more of claims 4-11, wherein the head piece (7) also comprises at least one means (20) for delivering a fluid (F) in the direction of the windscreen ( W) in such a way that at least a part of the windscreen (W) a field-resistant and removable layer is formed when the vehicle (V) is displaced relative to the service unit (2) before a release signal has been received for the fuel installation (2).

The information device (4) according to claim 12, wherein the fluid (F) comprises a paint or a gel.

14. Method for informing a user of a fuel installation (2) for vehicles (V) provided with at least one fuel inlet for supplying fuel and a windscreen (W), comprising the step of automatically positioning a head piece ( 7) with one or more information fields (24,25) for the windscreen (W) of the vehicle (V) when using the fuel installation (2). 1025051