NL1024342C2 - Werkwijze voor zelfdiagnose en zelfherstel van een geautomatiseerd systeem, en een systeem voor de werkwijze. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Werkwijze voor zelfdiagnose en zelfherstel van een geautomatiseerd systeem, en een systeem voor de werkwijze

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

De onderhavige uitvinding heeft in het algemeen betrekking op het gebied van systeemdiagnose en -herstel, en meer in het bijzonder 5 op een geautomatiseerde werkwijze, systeem en computerprogrammaproduct voor detecteren van een abnormale status van één of meer bedrijfsparameters, evalueren van de bedrijfsstatus voor isoleren van een mogelijke fout, en uitvoeren van geautomatiseerd herstel van de mogelijke fout.

10 Voor bepaalde toepassingen heeft elke verkeerde werking van apparatuur mogelijkerwijs kritieke gevolgen voor veiligheid en gezondheid van een patiënt, zoals apparatuur die wordt gebruikt in de gezondheidszorgindustrie. Zelfs met verbeterde productontwerpen kunnen niet alle bedrijfsonderhoudssituaties worden weggenomen. 15 Wanneer dergelijke onderhoudssituaties optreden kan de apparatuur te lijden hebben van onwerkzame tijd totdat een herstelling is uitgevoerd.

Geautomatiseerde systemen, zoals magnetische resonantie (MR) afbeeldingssystemen en computertomografie (CT) afbeeldingssystemen, 20 vereisen dat een persoon die het systeem bedient periodiek een onderhoudstechnicus inroept om te worden uitgezonden teneinde een fout of abnormale toestand binnen het geautomatiseerde systeem op te lossen. Bepaalde van deze fouten, zoals apparatuurfouten, vereisen uitzenden van een onderhoudstechnicus.

25 Hierbij wordt echter ingezien dat bepaalde fouten, zoals op programmatuur gebaseerde fouten, corrigeerbaar kunnen zijn zonder uitzenden van een onderhoudstechnicus. Derhalve bestaat er in de stand van de techniek een vraag naar een autonome, zelfdiagnostise-rende en zelfherstellende faciliteit voor een geautomatiseerd systeem 30 voor verminderen van onwerkzame systeemtijd en verminderen van de noodzaak voor menselijk tussenkomt bij diagnostiseren en herstellen van het systeem.

1 0 24 34?-_ _ _ - 2 -

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

De onderhavige uitvinding verschaft in één aspect een werkwijze voor zelfdiagnose en zelfherstel voor vereenvoudigen van bedrijf van 5 een geautomatiseerd systeem. De werkwijze omvat: bewaken van ten minste één bedrijfsparameter van het geautomatiseerde systeem; automatisch detecteren van een abnormale toestand van de ten minste ene bedrijfsparameter; 10 automatisch evalueren van de abnormale toestand van de ten minste ene bedrijfsparameter teneinde een mogelijke fout te isoleren die resulteert in de abnormale toestand; en uitvoeren van geautomatiseerd herstel van de mogelijke fout, en daarna automatisch bepalen of de abnormale toestand is weggenomen.

15 In een ander aspect wordt een werkwijze voor zelfdiagnose en zelfherstel verschaft voor vergemakkelijken van bedrijf van een geautomatiseerd systeem. Deze werkwijze omvat: vanuit een supervisie-onderdeel aanroepen van ten minste één zelfdetectie-onderdeel voor bewaken van ten minste één bedrijfsparameter van het geautomatiseerde 20 systeem en voor aan het supervisie-onderdeel overbrengen van een normale toestand of abnormale toestand van de ten minste ene bedri jf sparameter; door het supervisie-onderdeel aanroepen van een fout-zelfisoleeronderdeel wanneer het supervisie-onderdeel een abnormale toestand ontvangt vanuit het ten minste ene zelfdetectie-25 onderdeel waarbij het fout-zelfisoleeronderdeel automatisch de toestand evalueert van het ten minste ene bedrijfsonderdeel voor isoleren van een mogelijke fout die resulteert in de abnormale toestand; en vanuit het supervisie-onderdeel aanroepen van een zelfherstelonderdeel voor uitvoeren van een geautomatiseerd herstel 30 van de mogelijke fout, en daarna automatisch bepalen of de abnormale toestand is weggenomen.

Systeem en computerprogrammaproducten die overeenkomen met de hierboven samengevatte werkwijzen worden eveneens hierin beschreven en er worden uitsluitende rechten voor gevraagd. Voort worden hierin 35 in detail andere uitvoeringsvormen en aspecten van de uitvinding beschreven en worden er uitsluitende rechten voor gevraagd.

1024342 |-----· - 3 -

KORTE BESCHRIJVING VAN DE TEKENING

De onderhavige uitvinding kan worden vormgegeven in uiteenlopende onderdelen en rangschikkingen van onderdelen, en in 5 uiteenlopende stappen en rangschikkingen van stappen. De hierbij gepresenteerde tekening is voor doelen van illustreren van bepaalde uitvoeringsvormen en dient niet te worden uitgelegd als beperke zij de uitvinding. Het onderwerp dat wordt beschouwd als de uitvinding is in het bijzonder aangeduid in en er worden onderscheidenlijk uitslui-10 tende rechten voor gevraagd in de conclusies aan het einde van de beschrijving.

Fig. 1 is een schematische weergave van één uitvoeringsvorm van een onderdeel van een geautomatiseerde zelfdiagnose- en zelfherstelfaciliteit voor een geautomatiseerd systeem, in 15 overeenstemming met een aspect van de onderhavige uitvinding;

Fig. 2 is een uitgebreide schematische weergave van één uitvoeringsvorm van op een toepassings-onderhoudverschaffer (application service provider, ASP) gebaseerde acties voor de geautomatiseerde zelfdiagnose- en zelfherstelfaciliteit van fig. 1, in overeenstemming 20 met een aspect van de onderhavig uitvinding; en

Fig. 3A, 3B & 3C zijn een stroomdiagram van één verwerkingsuit-voeringsvorm van een geautomatiseerde zelfdiagnose- en zelfherstelfaciliteit voor een geautomatiseerd systeem, in overeenstemming met een aspect van de onderhavige uitvinding.

25

NAUWKEURIGE BESCHRIJVING VAN DE UITVINDING

Hoewel hierin besproken onder verwijzing naar medische systemen, zoals MR systemen en CT systemen is de openbaar gemaakte facili-30 teit toepasbaar op de zelfdiagnose en het zelfherstel van een grote verscheidenheid aan geautomatiseerde systemen. Voorts omvatten de onderhoudssituaties die vatbaar zijn voor geautomatiseerd herstel zowel reactief als pro-actief herstel. De hierbij gepresenteerde conclusies beogen al dergelijke systemen en situaties te omvatten.

35 De hierbij openbaar gemaakte faciliteit omvat een autonoom zelfdiagnose- en zelfherstelvermogen voor geautomatiseerde systemen teneinde een onwerkzaam systeemtijdsinterval dat het gevolg is van een gangbare onderhoudstoestand hetzij volledig weg te nemen of aanzienlijk te verkorten. Voor bepaalde geautomatiseerde systemen, in 40 het bijzonder door programmatuur bestuurde systemen zijn echt bepaal- _1 0 24342__ __ - 4 - de bedrijfstoestanden die kunnen worden bewaakt en zelf worden hersteld voordat de toestanden zorgen voor achteruitgang van systeemprestatie en eventueel onwerkzame tijd. Voor andere typen fouten, die apparatuuroplossingen zouden kunnen vereisen, kan de hierbij openbaar 5 gemaakte faciliteit een eerstelijns diagnose uitvoeren om de plaats van de fout te bepalen, en een op een afstand gelegen plaats informeren, zodanig dat de foute toestand in een minimale tijd kan worden hersteld tijdens het daaropvolgende bezoek ter plekke door een onderhoudstechnicus. De hierbij openbaar gemaakte geautomatiseerde 10 faciliteit, die in het geautomatiseerde systeem kan worden ingebouwd, kan één of meer van de volgende functies uitvoeren: geautomatiseerde bewaking van werking van apparatuur; geautomatiseerd detecteren van afwijkingen; geautomatiseerd bepalen van soort afwijking en herstel-optisch; geautomatiseerd herstel van programmatuurproblemen; geauto-15 matiseerd de tijd vaststellen voor en uitvoeren van herstel en bijwerken; en geautomatiseerd controleren van werking na herstel-handelingen.

Fig. 1 beeldt één opbouwvoorbeeld af van een geautomatiseerd systeem met een zelfdiagnose- en zelfherstelfaciliteit in overeen-20 stemming met een aspect van de onderhavige uitvinding. Deze opbouw omvat een aftaster 110 en toepassingsonderhoudsverschaffer (ASP) 120 voor opdrachten. Aftaster 110 kan elke soort geautomatiseerde machine of apparatuur omvatten die één of meer subsystemen of onderdelen heeft waarvoor de zelfdiagnose- en zelfherstelfaciliteit gewenst is.

25 Aftaster 110 omvat in dit voorbeeld een zelfdetectieonderdeel 112 en heeft een voorziening voor opnemen van cliëntinvoer 114. Bij wijze van specifiek voorbeeld zal aftaster 110 een systeem voor magnetische-resonantieafbeelding of een computertomografie aftestsysteem kunnen omvatten.

30 Hoewel een afzonderlijke ASP niet vereist is voor bereiken van de doelen van de onderhavige uitvinding (d.w.z. de faciliteit zal kunnen worden ondergebracht binnen de aftaster 110), vermindert onderbrengen van bepaalde functies van de zelfdiagnose- en zelfherstelfaciliteit op een externe centrale entiteit zoals in ASP 35 200 (zie fig. 2) de noodzaak om deze functies onder te brengen op de geautomatiseerde machine zelf, waardoor de berekeningsbelasting van de machine wordt verminderd. De faciliteit omvat een supervisie-onderdeel 122, een diagnose-onderdeel 124, een herstelonderdeel 126, en een terugvoeronderdeel 128, alsmede een configuratietabel 123. De 40 faciliteit communiceert met een virtueel on-line centrum (VOLC) 130, 1 024342___ _ - 5 - dat in één voorbeeld een centraal op afstand gelegen onderhoudscentrum zou kunnen zijn dat verantwoordelijk is voor coördineren van de onderhoudsfuncties voor geografisch verdeelde geautomatiseerde machines (b.v. meervoudige aftasters). Tijdens het 5 zelfherstelproces zou de ASP 120 voor opdrachten een melding 132 kunnen sturen naar het on-line centrum voor uitsturen van een onderhoudstechnicus (FE) wanneer een abnormale toestand het gevolg is van een falen. In dit voorbeeld is de onderhoudstechnicus de persoon die typisch verantwoordelijk is voor herstel en onderhoud van de 10 geautomatiseerde machine ter plekke.

De vakman op het gebied zal opmerken dat de beginselopbouw volgens fig. 1 een onderdeelgebaseerde opbouw is, in dit voorbeeld bevat de ASP bepaalde beschermde kennis (zoals hierin openbaar gemaakt), en maakt eenvoudiger kennisonderhoud mogelijk, in overeen-15 stemming met aspecten van de onderhavige uitvinding. De uiteenlopende functies die zijn getoond in de beginselopbouw volgens fig. 1 kunnen worden uitgevoerd door vier programmatuurmodules of -onderdelen, met de namen Supervisie-onderdeel, Zelfdetectie-onderdeel, Fout-isoleer-onderdeel en Zelfherstelonderdeel. Bij wijze van voorbeeld kunnen 20 deze onderdelen de functies zoals hieronder beschreven hebben.

Supervisie-onderdeel: * Bepaalt welk plaatselijk zelfherstelfaciliteitsonderdeel moet 25 worden aangeroepen en wanneer.

* Ontvangt gegevens uit zelfdetectie-onderdèlen, interpreteert gegevens, roept fout-zelfisoleeronderdeel aan, bepaalt dat een fout ogenblikkelijk (real time) kan worden hersteld, roept zelfherstelonderdeel aan voor uitvoeren van herstel- en herstelcontrolestappen, 30 voert toestandsterugvoer uit indien van toepassing, en houdt een logboek bij van alle toepasselijke ingangen.

* Communiceert alle zekere foutsituaties, bijvoorbeeld die welke apparatuurherstel met zich meebrengen, naar een centraal op afstand gelegen onderhoudscentrum.

35 * Communiceert met een centraal op afstand gelegen onderhoudscentrum voor invoeren en beslissingen op ondernemingsniveau.

1024342 - 6 -

Zelfdetectie-onderdeel(onderdelen): * Elk zelfdetectie-onderdeel kan worden aangewezen om een bepaald 5 subsysteem of detail van de geautomatiseerde machine te bewaken.

* Is gewoonlijk in rusttoestand en wordt aangeroepen door het super-visie-onderdeel wanneer het nodig is.

* Indien aangeroepen om te werken communiceert het een norma-le/abnormale toestand van vooraf bepaalde parameters naar het super- 10 visie-onderdeel; communicatiefrequentie bepaald door het supervisie-onderdeel.

Fout-zelfisoleeronderdeel(onderdelen) ; 15 * Gewoonlijk in rusttoestand; aangeroepen door supervisie-onderdeel wanneer dit "abnormale toestand(en)" ontvangt vanuit het zelfdetectie-onderdeel (onderdelen).

* Voert bij aanroepen analyse van abnormale parameters uit om fout te vinden alsmede de betrouwbaarheidsgraad bij isoleren van de fout.

20

Zelfherstelonderdeel: * Gewoonlijk in rusttoestand; door supervisie-onderdeel aangeroepen wanneer dit zeer betrouwbare foutisoleerresultaten ontvangt vanuit 25 fout-zelfisoleeronderdeel(onderdelen).

* Waarborgt dat de herstelstappen en geschatte herstelduur beschikbaar zijn.

* Waarschuwt bediener van machine en verzoekt ingeplande tijd voor uitvoeren van herstelstappen.

30 * Voert herstelstappen uit op ingeplande tijd.

* Controleert herstel; voert terug naar vorige toestand indien herstel niet geslaagd.

* Waarschuwt bediener van machine en supervisie-onderdeel bij ge-slaagd/niet geslaagd herstel.

35 Fig. 2 beeldt de volgorde uit van gebeurtenissen en aard van communicatie tussen een aftaster, ASP en virtueel on-line centrum in één voorbeeld van een faciliteit in overeenstemming met een aspect van de onderhavige uitvinding. Merk op dat de "configuratietabel" is verschaft als een gemakkelijk hulpmiddel voor inplannen van gebeurte-40 nissen. Zoals getoond in de figuur detecteert zelfdetectie-onderdeel 1 0 74 34?_ _ - 7 - 112 een normale en/of een abnormale toestand die wordt doorgestuurd naar het supervisieonderdeel 122. Supervisieonderdeel 122. plant diagnose in van elke abnormale toestand onder gebruikmaking van configuratietabel 123. De foutgegevens worden doorgestuurd vanuit het 5 supervisie-onderdeel 122 naar één of meer diagnoseonderdelen 124. Diagnoseonderdelen 124 geven één of meer mogelijke herstellen terug aan supervisie-onderdeel 122. Supervisie-onderdeel 122 verzoekt vervolgens cliënt invoer 114, bijvoorbeeld van een bedienend persoon van het geautomatiseerde systeem. Onderdeel 122 communiceert aan die 10 bedienende persoon dat een abnormale toestand is gedetecteerd en een mogelijk herstel is aangeduid. De invoer 114 van de cliënt is een antwoord terug aan het supervisie-onderdeel 122, dat de invoer gebruikt voor inplannen van een herstellen van de abnormale toestand onder gebruikmaking van de configuratietabel 123. Het supervisie-15. onderdeel 122 voert een herstelling uit onder gebruikmaking van één of meer herstelonderdelen 126. Herstelonderdelen 126 geven een geslaagd/gefaald-aanduiding terug aan het supervisie-onderdeel bij automatisch herstel bij de mogelijke fout, en het supervisie-onderdeel bepaalt automatisch of de abnormale status (of toestand) is 20 weggenomen.

Fig. 3A, 3B & 3C beelden een gedetailleerder procesvoorbeeld af van één uitvoeringsvorm van de werkingen van een zelf-diagnose- en zelfherstelfaciliteit in overeenstemming met een aspect van de onderhavige uitvinding. De vakman op het gebied zal opmerken dat de 25 hierin openbaargemaakte procédés eenvoudig kunnen worden geïmplementeerd als programmatuurmodules of -onderdelen voor een bepaalde toepassing, gebaseerd op de hierin verschafte beschrijving. Voorts

dient te worden opgemerkt dat één of meer van de in het voorbeeld I

volgens fig. 3A, 3B & 3C afgeheelde stappen kunnen worden weggelaten, 30 in afhankelijkheid van de bepaalde toepassing van de faciliteit.

Beginnend met fig. 3A begint de faciliteit met een supervisieonderdeel dat ononderbroken geselecteerde subsysteemwerkingen bewaakt door periodiek en ononderbroken één of meer zelfdetectie-onderdeel (onderdelen) die zijn toegewezen aan het subsysteem (de subsystemen) 35 van belang 302 uit rusttoestand te halen. Het zelfdetectie-onderdeel (de zelfdetectie-onderdelen) vergelijkt één of meer actuele parameterwaarden met aanvaardbare bereiken voor de respectieve parameters, en meldt uitvoer als bijvoorbeeld "normaal" of "abnormaal" aan het supervisie-onderdeel voordat het terugkeert naar een 40 slaaptoestand 304. Wanneer een abnormale melding wordt uitgestuurd 1 η 9 Λ 3 L 9_____ - 8 - naar het supervisie-onderdeel heeft het autodetectie-onderdeel (onderdelen) een abnormale toestand gedetecteerd van één of meer bedrijfsparameters van het geautomatiseerde systeem.

Het supervisie-onderdeel bepaalt of alle meldingen die zijn 5 uitgestuurd door het zelfdetectie-onderdeel (onderdelen) normaal 306 zijn, en indien "ja", keert het terug naar periodiek bewaken van de geselecteerde subsysteemwerkingen op enig bepaald interval 302. Onder de aanname dat het supervisie-onderdeel één of meer alarmboodschappen ontvangt, haalt het supervisie-onderdeel dan een foutisoleeronderdeel 10 (onderdelen) uit slaaptoestand, en leidt alle "abnormale toestand"-boodschappen en bijbehorende subsysteeminformatie om naar het fout-zelfisoleeronderdeel 308. Het isoleeronderdeel analyseert de alarmboodschappen, en voert uiteenlopende tests uit, vooraleer terug te keren naar een slaaptoestand 310. Deze tests omvat een bepalen of 15 meer gegevens nodig zijn om een fout 312 te isoleren. Indien ja, dan gaat het supervisie-onderdeel door met bewaken van de geselecteerde subsysteemwerkingen 302. Indien voldoende gegevens beschikbaar zijn om een fout te isoleren, dan bepaald het isolatie-onderdeel of het type fout geschikt is voor automatisch herstel, met inbegrip van 20 bepalen of het niveau van diagnosebetrouwbaarheid boven een bepaalde drempel ligt, en vaststellen van de kwaliteit van de beschikbare herstelstappen 314. Indien het type fout ongeschikt is voor automatisch herstel maakt het supervisie-onderdeel een geschikte ingang in een gebeurtenissenlogbestand, en communiceert naar een centraal op 25 afstand gelegen onderhoudscentrum voor uitsturen van een onderhouds-technicus 316.

Onder de aanname dat het type fout geschikt is voor automatisch herstel, verifieert het supervisie-onderdeel dan, zoals getoond in fig. 3B de aanbevelingen omtrent de foutinstallatie en het automa-30 tische herstel, en wekt het zelfherstelonderdeel uit slaaptoestand voor uitvoeren van de herstelstappen 318. Het zelfherstelonderdeel informeert de machinebediende dat een fout is gedetecteerd, beschrijft de fout en herstelstappen met inbegrip van herstelduur, en vraagt toestemming voor uitvoeren van het herstel 320. Het autoher-35 stelonderdeel bepaalt of toestemming is toegekend 322, en indien "nee", dan maakt het supervisie-onderdeel een geschikte ingang in het : gebeurtenissenlogbestand, en communiceert naar het centrale op afstand gelegen onderhoudscentrum dat toestemming voor uitvoeren van 1 het herstel is onthouden 324. Onder de aanname dat toestemming is 40 verleend, bepaalt het autoherstelonderdeel vervolgens wanneer het 1 0 74 3 4 9_ _ - 9 - automatische herstel 326 dient te worden uitgevoerd. Indien een tijd wordt bepaald door de machinebediende wacht het autoherstelonderdeel tot de bepaalde tijd 328. Anders wordt het automatische herstel uitgevoerd door het zelfherstelonderdeel, en wordt het supervisie-5 onderdeel geïnformeerd omtrent het zelfherstel, wanneer het zelfherstelonderdeel terugkeert naar een slaaptoestand 330. Het supervisie-onderdeel haalt vervolgens één of meer zelfdetectie-onderdelen uit slaaptoestand voor verifiëren van subsysteemwerking 332. De zelfdetectie-onderdelen vergelijken een actuele bedrijfsparameterwaarde met 10 de aanvaardbare bereiken voor het bepaalde subsysteem, en meldt uitvoer als normaal of abnormaal aan het supervisie-onderdeel 334.

Zoals getoond in fig. 3C bepaalt het supervisie-onderdeel vervolgens of alle antwoorden vanuit het zelfdetectie-onderdeel normaal zijn 336. Indien "nee”, haalt het supervisie-onderdeel het 15 zelfherstelonderdeel uit slaaptoestand, dat bepaalde stappen heeft om het automatische herstel terug te voeren 338. Het zelfherstelonderdeel voert het systeem vervolgens terug naar zijn voorgaande toestand 340.

Het zelfherstelonderdeel informeert de machinebediende dat een 20 fout is hersteld, of dat het centrale op afstand gelegen onderhouds-centrum is gecontacteerd voor het herstel, informeert het supervisie-onderdeel daarvan en keert vervolgens terug naar de slaaptoestand 342. Het supervisie-onderdeel maakt de geschikte ingangen in het gebeurtenissenlogbestand, en communiceert naar het centrale onder-25 houdscentrum 344 voorafgaand aan doorgaan met het bewakingsproces 302 (fig. 3A).

Hieronder wordt een gedetailleerde weergave gepresenteerd van de zelfherstelfaciliteit die is afgebeeld in fig. 3A-3C, toegepast voor detecteren en wegnemen van configuratiefouten in een 30 magnetische-resonantie (MR)-toestel.

Een typisch MR-toestel heeft verscheidene soorten spoelen (b.v. lichaamsspoel, hoofdspoel, enz.) die vereist zijn voor afbeelden van een patiënt. Correcte configuratieparameters moeten worden ingesteld voor deze spoelen teneinde een radiografisch beeld van de patiënt van 35 hoge kwaliteit te verkrijgen. Typisch worden deze spoelconfiguratie-parameters bij elk opstarten van het toestel gecontroleerd, en telkens wanneer een nieuwe spoel wordt toegevoegd. Menselijke handelingen zijn vereist om enige discrepantie tussen de daadwerkelijke configuratieparameters en het gewenste bereik op te lossen. 40 Zelfcorrectie van configuratiefouten is mogelijk onder gebruikmaking 1024342 - 10 - van de zelfherstelfaciliteit van de onderhavige uitvinding. Voor toepassen van een zelfherstelbenadering brengt de MR-expert een programmatuurmodule voort, met de naam systeemgezondheidscontrole, die verwachte (of gewenste) waarden voor elke soort spoel omvat. Deze 5 programmatuur is ingebed in een "detect_config"-script dat eenvoudig kan worden samengesteld door een vakman op het gebied. Wanneer dit script wordt uitgevoerd vergelijkt het een daadwerkelijke waarde met een verwachte waarde voor elke spoel, en bepaalt de 'in orde'- of fout-toestand van elke spoel.

10 De volgorde van stappen voor één uitvoeringsvorm van een zelfherstelfaciliteit in overeenstemming met het aspect van de onderhavige uitvinding is als volgt: (I) Supervisor: het supervisie-onderdeel detecteert zelf de volgende 15 twee situaties: (a) Wanneer de aftaster een opstart doormaakt.

(b) Wanneer een technicus een nieuwe spoel toevoegt. Aangezien het toevoegen van een spoel gepaard gaat met een ingang in het configura- 20 tiebestand, wordt de datumstempel gebruikt om deze gebeurtenis automatisch te detecteren.

Onder de aanname dat één van de bovengenoemde gebeurtenissen wordt gedetecteerd stuurt de supervisor een haal-uit-slaaptoestand-commando naar het gewoonlijk in slaaptoestand verkerende "zelfdetec-25 tie-onderdeel".

(II) Zelfdetectie-onderdeel: 1. Komt op commando van de supervisor uit slaaptoestand.

30 2. Voert "Detect_Config"-script uit, de uitvoer is hetzij "normaal (d.w.z. geen fout gemeld in het uitvoerbestand van Configuration Script) of "alarm" (één of meer bepaalde fouten worden gemeld in het uitvoerbestand van Configuration Script).

3. De uitvoer (alarm) wordt gemeld aan de Supervisor en vervolgens 35 keert het onderdeel terug naar de slaaptoestand.

(III) Supervisor: 1. Een "alarm"-boodschap wordt ontvangen vanuit het zelfdetectie- 40 onderdeel.

1 024342_ _ - 11 - 2. De supervisor stuurt een haal-uit-slaaptoestand-commando naar het "fout-zelfisoleeronderdeel".

(IV) Fout-zelfisoleeronderdeel: 5 1. Komt op commando van de supervisor uit slaaptoestand.

2. Controleert het uitvoerbestand van Configuration Script op de aanbevolen waarden van de verdachte spoelparameters.

3. Aangezien in dit geval het Configuratie Script nauwkeurige fout-10 isolatie uitvoert, is geen verdere foutisolatie vereist. Aangezien de aanbevolen waarde beschikbaar is uit het configuratiescript, zijn tevens de "herstel"-stappen reeds beschikbaar en bekend.

4. De "herstel"-stappen worden gemeld aan de Supervisor, en het isolatie-onderdeel keert terug naar de slaaptoestand.

15 (V) Supervisor: 1. De "herstel"-boodschap wordt ontvangen vanuit het fout-zelfisoleeronderdeel.

20 2. De supervisor stuurt een haal-uit-slaaptoestand-commando naar het "zelfherstelonderdeel".

(VI) Zelfherstelonderdeel: 25 1. Komt uit slaaptoestand op commando van de supervisor.

2. Informeert de machinebediende (technicus) omtrent de gedetecteerde fout en de aanbevolen herstelstappen, en vraagt toestemming om het herstel uit te voeren.

3. De bediende kan er voor kiezen om het herstelverzoek opzij te 30 zetten of de tijd voor uitvoeren van het herstel aan te geven.

4. Indien niet opzij gezet voert het onderdeel het herstel uit op de bepaalde tijd.

5. Het onderdeel informeert de supervisor aan het einde van het herstel (of de opzijzet beslissing door de bediende), en keert 35 vervolgens terug naar de slaaptoestand.

(VII) Supervisor: 1. De "herstel"-voltooiingsboodschap wordt ontvangen vanuit het 4 0 zelfherstelonderdeel.

_ 1 Q 7ΑΆΑ7___ ___ - 12 - 2. De supervisor stuurt een haal-uit-slaaptoestand-commando naar het "zelfdetectie-onderdeel".

(VIII) Zelfdetectie-onderdeel: 5 1. Komt op commando van de supervisor uit slaaptoestand.

2. Voert "Detect_Config"-script uit; de uitvoer is hetzij "normaal" (d.w.z. geen fout gemeld in het uitvoerbestand van Configuration Script) of "alarm" (één of meer bepaalde fouten worden gemeld in het 10 uitvoerbestand van Configuration Script).

3. Indien het herstel correct werd uitgevoerd zal de uitvoer normaal zi jn.

4. De uitvoer (Normaal) wordt gemeld aan de supervisor en vervolgens keert het onderdeel terug naar de slaaptoestand.

15 (IX) Supervisor: 1. De "normaal'-boodschap wordt ontvangen vanuit het zelfherstelon-derdeel.

20 2. Het maakt geschikte ingangen in het gebeurtenissen logbestand, en communiceert naar het centrale op afstand gelegen onderhoudscentrum.

3. Stuurt een haal-uit-slaaptoestand-commando naar het "zelfherstel-onderdeel".

25 (X) Zelfherstelonderdeel: 1. Komt op commando van de supervisor uit slaaptoestand.

2. Informeert de machinebediende (Technicus) omtrent geslaagde voltooiing van het herstel.

30 3. Het onderdeel informeert de supervisor omtrent de communicatie met bediende, en keert vervolgens terug naar de slaaptoestand.

De zelfdiagnose- en zelfhulpfaciliteit van het bovengenoemde toepassingsvoorbeeld kan worden toegepast op een groot aantal reac-35 tieve en proactieve onderhoudssituaties. De faciliteit kan bijvoorbeeld reactief worden toegepast in configuratiebeheer, beheer van toepassingslooptijd (proces, herstart gegevensbestand), afhankelijk-heidsbeheer (in volgorde heropstarten van gerelateerde processen), systeem/subsysteem terugzetten (met inbegrip van randapparatuur), en 40 herstel van computerbestanden, schijven en gegevensbestanden. Vooruit 1ü24342 - 13 - handelend zal de zelfherstelfaciliteit kunnen worden toegepast als een verloopbepalingssysteem voor dreigende fouten (b.v. opbrengstbe-heer), bewaken van systeembedrijfstoestanden (b.v. bewaken van omgevingstemperatuur), en automatisch downloaden van nieuw uitge-5 brachte programmatuur/herstelprogramma's. Merk ook op dat, hoewel de algehele zelfdiagnose- en zelfherstelfaciliteit in een grote verscheidenheid van toepassingen kan worden toegepast, bepaalde toepassingen minder dan alle onderdelen zou kunnen gebruiken. Bijvoorbeeld hoeven vooruit handelende herstellen/alarmen en verwijderen van 10 geplande onderhoudstaken geen cliëntinvoer nodig te hebben.

De onderhavige uitvinding kan worden opgenomen in een vervaardigd artikel (b.v. één of meer computerprograrnmaproducten) met bijvoorbeeld in een computer bruikbare media. De media hebben daarin belichaamd bijvoorbeeld door een computer leesbare programmacode 15 middelen voor verschaffen en faciliteren van de mogelijkheden van de onderhavige uitvinding. Het vervaardigde artikel kan zijn opgenomen als onderdeel van een computersysteem of afzonderlijk worden verkocht.

Er kan aanvullend zijn verschaft ten minste één programma-20 opslaginrichting die door een machine kan worden gelezen, tastbaar ten minste één programma belichamend met instructies die kunnen worden uitgevoerd door de machine voor uitvoeren van de mogelijkheden van de onderhavige uitvinding.

De stroomdiagrammen die hierin zijn afgebeeld zijn slechts 25 voorbeelden. Er kunnen vele variaties zijn op deze diagrammen of de stappen (of opdrachten) die hierin zijn beschreven zonder buiten de geest van de uitvinding te treden. Bijvoorbeeld kunnen de stappen worden uitgevoerd in een verschillende volgorde, of kunnen stappen worden toegevoegd, verwijderd of gewijzigd. Al deze variaties worden 30 geacht een onderdeel te zijn van de uitvinding waarvoor uitsluitende rechten worden gevraagd.

Hoewel voorkeursuitvoeringsvormen hierin in detail zijn afgebeeld en beschreven zal het duidelijk zijn voor de vakman op het betreffende gebied dat uiteenlopende wijzigingen, aanvullingen, 35 vervangingen en dergelijke kunnen worden gemaakt zonder te treden buiten de geest van de uitvinding en derhalve worden deze geacht te liggen binnen het kader van de uitvinding zoals gedefinieerd in de volgende conclusies.

__1 024342____ _ - 14 - ONDERDELEN LIJST Aftaster 110 5 Zelfdetectie-onderdeel 112 Cliëntinvoer 114

Operationele toepassingsonderhoudverschaffer (ASP) 120 10

Supervisie-onderdeel 122 Configuratietabel 123 15 Diagnose-onderdeel 124 Herstelonderdeel 126 Terugvoeronderdeel 128 20

Virtueel On-line centrum (VOLC) 130 Toepassingsonderhoudsverschaffer (ASP) 200 1024342

Claims (11)

1. Zelfdiagnose- en zelfherstelwerkwijze voor faciliteren van 5 bedrijf van een geautomatiseerde systeem (110), waarbij de werkwijze omvat: bewaken (112, 302) van ten minste één bedrijfsparameter van het geautomatiseerde systeem (110); automatisch detecteren (112, 304) van een abnormale toestand 10 van de ten minste ene bedrijfsparameter; automatisch evalueren (124, 308, 310) van de abnormale toestand van de ten minste ene bedrijfsparameter teneinde een mogelijke fout te isoleren die resulteert in de abnormale toestand; uitvoeren van geautomatiseerd herstel (126, 318, 320, 330) van 15 de mogelijke fout, en daarna automatisch bepalen (332, 334, 336) of de abnormale toestand is weggenomen; bepalen (314) of de fout geschikt is voor automatisch herstel; en communiceren (316) voor uitsturen van een onderhoudstechnicus 20 indien de fout ongeschikt is voor geautomatiseerd herstel.

2. werkwijze volgens conclusie 1, waarbij het automatisch evalueren (124, 308, 310) het bepalen omvat van een niveau van betrouwbaarheid dat de mogelijke fout resulteerde in de abnormale 25 toestand (314), en voortgaan met het uitvoeren van het geautomatiseerde herstel van de mogelijke fout wanneer het niveau van betrouwbaarheid een bepaalde drempel (318) overschrijdt.

3. Werkwijze volgens conclusie 1 of 2, voorts omvattende inplannen 30 van het herstel (320), met inbegrip van verkrijgen van toestemming van de bediende om voort te gaan met het uitvoeren van het geautomatiseerde herstel van de mogelijke fout wanneer het geautomatiseerde systeem in gebruik is (320, 322) .

4. Werkwijze volgens conclusie 3, waarbij het inplannen voorts omvat informeren van de bediende dat de abnormale toestand is gedetecteerd binnen het geautomatiseerde systeem, en het verschaffen aan 1024 3 42 - 16 - de bediende van een beschrijving van de abnormale toestand, de herstelstappen die nodig zijn om de mogelijke fout te herstellen alsmede de voorziene lengte van de herstelbewerking (320).

5. Werkwijze volgens één van conclusies 1-4, voorts omvattende, volgend op het uitvoeren, automatisch terugvoeren van het herstel van de mogelijke fout bij vaststellen dat de abnormale toestand blijft (336, 338, 340).

6. Zelfdiagnose- en zelfherstelsysteem voor faciliteren van werking van een geautomatiseerd systeem (110), waarbij het systeem omvat: bewakingsmiddelen (112) voor bewaken van ten minste één bedrijfsparameter van het geautomatiseerde systeem voor automatisch 15 detecteren van een abnormale toestand van de ten minste ene bedrijfsparameter (302, 304); foutisoleermiddelen (124) voor automatisch evalueren van de abnormale toestand van de ten minste ene bedrijfsparameter teneinde een mogelijke fout die resulteert in de abnormale toestand (308, 310) 20 te isoleren; herstelmiddelen (112, 122, 126) voor uitvoeren van geautomatiseerd herstel van de mogelijke fout (318, 320, 330), en voor daarna automatisch vaststellen of de abnormale toestand is weggenomen (332, 334, 336); 25 waarbij het foutisoleermiddel bepaalt of de fout geschikt is voor zelfherstel; en supervisiemiddelen (122) voor communiceren (316) voor uitsturen van een onderhoudstechnicus, indien de fout ongeschikt is voor geautomatiseerd herstel. 30

7. Systeem volgens conclusie 6, waarbij de foutisoleermiddelen (124) middelen omvatten voor vaststellen van een niveau van betrouwbaarheid dat de mogelijke fout resulteerde in de abnormale toestand (314), en waarbij de herstelmiddelen (122, 126) voortgaan 35 met het uitvoeren van het geautomatiseerde herstel van de mogelijke fout wanneer het niveau van betrouwbaarheid een bepaalde drempel (318) overschrijdt.

8. Systeem volgens conclusie 6 of 7, waarbij de herstelmiddelen 40 (122, 126) voorts middelen omvatten voor inplannen van het herstel, _1 0243 42_ - 17 - met inbegrip van verkrijgen van toestemming van de bediende om voort te gaan met het uitvoeren van het geautomatiseerde herstel van de mogelijke fout wanneer het geautomatiseerde systeem in gebruik is (320, 322) . 5

9. Systeem volgens conclusie 8, waarbij de middelen voor inplannen voorts omvatten middelen voor informeren van de bediende dat de abnormale toestand is gedetecteerd binnen het geautomatiseerde systeem, en voor verschaffen aan de bediende van een beschrijving van 10 de abnormale toestand, de herstelstappen die nodig zijn om de mogelijke fout te herstellen, en de verwachte lengte van de herstelhande-ling (320) .

10. Systeem volgens één van de conclusies 6-9, voorts omvattende, 15 volgend op het uitvoeren, middelen voor automatisch terugvoeren van het herstel van de mogelijke fout bij vaststellen dat de abnormale toestand blijft (336, 338, 340).

11. Systeem volgens één van de conclusies 6-10, waarbij de 20 bewakingsmiddelen (112) middelen omvat voor ononderbroken periodiek bewaken van de ten minste ene bedrijfsparameter van het geautomatiseerde systeem (302) en voor automatisch vaststellen of ten minste één huidige bedrijfswaarde van de ten minste ene bedrijfsparameter ligt buiten een normaal bedrijfsbereik (304). 25 1 0243 42