NL1024276C2

NL1024276C2 - Put, alsmede set bodemdelen daarvoor.

Info

Publication number: NL1024276C2
Application number: NL1024276A
Authority: NL
Inventors: Hans Edward Guitoneau
Original assignee: Pipelife Nederland Bv
Priority date: 2003-09-11
Filing date: 2003-09-11
Publication date: 2005-03-16
Also published as: RU2006111718A; WO2005024147A1; RU2361981C2; US7774988B2; EP1668196A1; NO20060965L; US20070053750A1

Description

« » \ »

Put alsmede set bodemdelen daarvoor

De uitvinding betreft een put, omvattende een koker, een in de koker opgenomen S bodem alsmede tenminste twee op de koker aangesloten aftakkingen, welke bodem een stromingsprofiel heeft dat zich uitstrekt tussen beide aftakkingen.

Een dergelijke put is bekend. Daarbij bestaat de mogelijkheid om uit een aantal schachten en bodems verschillende putten samen te stellen. De lengte van de schachten kan verschillen, en kan gekozen worden met het oog op de inbouwdiepte van de put 10 Verder kan een keuze gemaakt worden uit verschillende bodems, die alle een ander patroon met aftakkingen en bijbehorend stromingsprofiel bezitten.

Het nadeel van deze bekende put is dat voor elke variant een aparte bodem nodig is. Dit betekent dat een groot aantal van dergelijke bodems op voorraad moet worden gehouden. Verder is het transport bij grotere diameters minder eenvoudig.

1S Doel van de uitvinding is daarom een put te verschaffen die deze nadelen mist, en die bij een beperkt aantal varianten toch een groot aantal verschillende bodems biedt Dat doel wordt bereikt doordat de bodem is samengesteld uit tenminste twee afzonderlijke bodemdelen.

De bodemdelen, elk met delen van stromingspro fielen evenals aftakkingen 20 behorende bij de stromingsprofielen der bodemdelen, liggen bij voorkeur naast elkaar in een richting dwars op de asrichting van de schacht en kunnen op vele verschillende manieren worden samengesteld. Het grote voordeel daarvan is dat bij een beperkte voorraad aan verschillende bodemdelen een relatief groot aantal bodems kan worden verkregen.

25 Het gaat daarbij allereerst om een variant waarbij de aftakkingen tegenover elkaar liggen en het stromingsprofiel daartussen recht verloopt. Volgens een verdere variant zijn tenminste twee aftakkingen onder ongeveer 90 graden ten opzichte van elkaar gericht, en verloopt het stromingsprofiel gekromd tussen die aftakkingen. Volgens weer een andere mogelijkheid zijn tenminste twee aftakkingen onder ongeveer 135 graden 30 ten opzichte van elkaar gericht, en verloopt het stromingsprofiel gekromd tussen die aftakkingen.

Bij de put volgens de uitvinding kan ook de diameter worden aangepast Dat kan bereikt worden indien de bodem een ring vormende bodemdelen omvat alsmede 1024276- I 2 I centrale bodemdelen, welke een ring vormende bodemdelen aanliggen tegen de I buitenomtrek van de centrale bodemdelen op de buitenomtrek van welke een ring I vormende bodemdelen de koker is aangesloten en geprofileerd zijn overeenkomstig de centrale bodemdelen.

I 5 Om dat te bereiken betreft de uitvinding verder een set voor een put zoals hiervoor beschreven, omvattende een schacht, tenminste twee bodemdelen met delen I van stromingsprofielen alsmede aftakkingen behorende bij de stromingsprofielen der bodemdelen. De hiervoor beschreven verschillende varianten kunnen worden I samengesteld met behulp van een set omvattende vijf bodemdelen waarvan telkens I 10 twee samenstelbaar zijn tot een bodem, welke bodemdelen omvatten: -een bodemdeel met een helft van een recht doorgaand stromingsprofiel, I -een eerste rechter bodemdeel met een deel van een recht doorgaand stromingsprofiel en een onder ongeveer 90 graden vanaf het recht doorgaande I stromingsprofiel afgebogen stromingsprofiel, I 15 -een tweede rechter bodemdeel met een deel van een recht doorgaand I stromingsprofiel en een onder ongeveer 135 graden vanaf het recht doorgaande stromingsprofiel afgebogen stromingsprofiel, I -een eerste linker bodemdeel met een deel van een recht doorgaand stromingsprofiel en een onder ongeveer 90 graden vanaf het recht doorgaande I 20 stromingsprofiel afgebogen stromingsprofiel, -een tweede linker bodemdeel met een deel van een recht doorgaand stromingsprofiel en een onder ongeveer 135 graden vanaf het recht doorgaande stromingsprofiel afgebogen stromingsprofiel.

In totaal behoeven dus slechts vijf verschillende bodemdelen op voorraad te 25 worden gehouden om alle varianten te kunnen verschaffen. De bodemdelen beslaan elk slechts een gedeelte van de gerede bodem, zodat opslag en transport vergemakkelijkt H worden.

Met de hiervoor genoemde set kan een put met een bepaalde nominale diameter worden samengesteld. Volgens een verdere variant van de put volgens de uitvinding H 30 kan de nominale diameter groter worden gekozen. Daartoe kan de set verder vier ringdelen omvatten, die aanbrengbaar zijn rondom telkens twee samengestelde bodemdelen. In die ringdelen bevinden zich profileringen die aansluiten op de I 102427a- t • I · 3 profileringen in de bodemdelen. Vervolgens kan op de buitenomtrek van die ringdelen een schacht met vergrote diameter worden geplaatst.

De schacht kan dubbelwandig zijn met een gladde binnenbuis en een aan de binnenbuis bevestigde geribbelde buitenbuis. Verder kan een koker zijn voorzien 5 waarop de schacht en de aftakkingen aansluitbaar zijn en binnen welke koker de samengestelde bodemdelen opneembaar zijn.

Ter vereenvoudiging van het samenstellen van de bodem, en ter vergroting van de stevigheid en dichtheid daarvan kan de bodem een eindschot of eindring omvatten waarop de samengestelde bodemdelen zijn ondersteund. Dat eindschot/eindring is bij 10 voorkeur bevestigd aan een eind van de koker, terwijl het andere eind van de koker is bevestigd aan de schacht

Gewezen wordt op de putbodemconstructie die bekend is uit EP-A-1174550. Deze putbodemconstructie omvat een betonlichaam waarin een kunststof bodembekleding is opgenomen. Deze bodembekleding is samengesteld uit een aantal 15 bodemsegmenten die een bepaald stromingsprofiel bezit.

Een dergelijke putbodemconstructie wordt toegepast bij een ander type put dan die waarop de uitvinding betrekking heeft. De stevigheid van de bekende put wordt verkregen door het betonlichaam. Ook de schacht die op de pufbodem wordt geplaatst bestaat uit ringen van een betonmateriaal.

20 Vervolgens zal de uitvinding nader worden toegelicht aan enkele in de figuren weergegeven uitvoeringsvoorbeelden.

Figuur 1 toont een bovenaanzicht op een eerste uitvoeringsvorm van de modulaire put volgens de uitvinding.

Figuur 2 toont een doorsnede volgens Π-Π van figuur 1.

25 Figuur 3 toont een bovenaanzicht op een tweede uitvoeringsvorm.

Figuur 4 toont een aanzicht volgens IV-IV van figuur 3.

Figuren 5a t/m j tonen verschillende varianten, schematisch in bovenaanzicht

Figuren 6 t/m 9 tonen bodemdelen in perspectief.

Figuren 10 a t/m j tonen verdere verschillende varianten.

30 Figuur 11 toont een meer gedetailleerd aanzicht van de variant van figuur lOg.

De in figuur 1 weergegeven modulaire put omvat een met 1 aangeduide schacht 1, waarop een bodem 2 is aangesloten. De bodem 2 bezit een stromingsprofiel 3. Dit stromingsprofiel 3 omvat een recht deel 53 alsmede een daarvan afgetakt bochtdeel 54.

1024270-

Η* I

I I

I 4 I

I Het bochtdeel 54 strekt zich uit tussen de beide aftakkingen 4, 5 waarop manchetten 6, I

I 7 zijn aangesloten ter verdere verbinding met leidingen (niet getoond), het rechte deel I

I strekt zich uit tussen de aftakkingen 5,47 met manchetten 6,52. I

I De bodem 2 omvat twee afzonderlijke bodemdelen 8, 9, die elk een deel 10 I

I 5 respectievelijk 11 van het stromingsprofiel 3 bevatten. De bodemdelen 8,9 sluiten door I

I middel van de naad 12 nauwsluitend tegen elkaar aan. I

I De schacht 1 en de bodem 2 zijn aan elkaar bevestigd door middel van de in zijn I

I geheel met 14 aangeduide koker. Deze koker strekt zich nauwsluitend uit rond de I

schacht 1, in het bijzonder rond het bolvormig geprofileerde buitenste deel daarvan. I

I 10 Het inwendige van de schacht 1 bezit een gladde wand 16. I

I Aan de bovenzijde bezit de koker 14 een naar buiten wijkende rand 17, die het I

I insteken van de schacht 1 vergemakkelijkt. Aan de onderzijde bezit de koker 14 een I

I borst 18, waaromheen een eindring 19 is geklikt. De schacht 1 rust op de bovenzijde 22 I

van de bodemdelen 8, 9. Deze bovenzijde kan ook enigszins schuin hellend naar I

I 15 beneden toe, in de richting van de profilering 3 zijn uitgevoerd, zodanig dat steeds I

I verzekerd is dat eventuele vloeistof niet op de bodemdelen 8,9 blijft liggen. I

I De variant van de modulaire put volgens de figuren 3 en 4 is in grote lijnen gelijk I

I aan die van figuren 1 en 2. De bodem 2 bezit eveneens een stromingsprofiel 3, dat in de I

variant van de figuren 3 en 4 recht doorgaand, diametraal verloopt De manchetten 6,7 I

I 20 liggen dan ook recht tegenover elkaar. I

I De bodem 2 is opgebouwd uit de bodemdelen 8, 9, die elk een deel 10 I

respectievelijk 11 van het stromingsprofiel 3 bezitten. I

I In de koker 14 is nu echter een hulpaansluiting 23 met een manchet 24 I

aangebracht, welke hulpaansluiting 23 zich op een hoger niveau bevindt dan het I

I 25 oppervlak 22 van het bodemdeel 8. De koker bezit ook een borst 25, waarop de schacht I

1 is ondersteund boven de hulpaansluiting 23. I

I De oppervlakte 22 van de bodemdelen 8, 9 loopt schuin naar beneden in de I

I richting van de profilering 3. I

I In de variant van de figuren 5a t/m 5j zijn negen verschillende varianten van I

I 30 geprofileerde bodems weergegeven, samengesteld uit vijf verschillende bodemdelen. I

I Het gaat daarbij om de bodemdelen 31 die een deel van een recht doorgaand I

I stromingsprofiel 41 bezitten, een bodemdeel 32 met een deel van een over 90° naar I

I rechts afgebogen stromingsprofiel 42, een bodemprofiel 33 met een deel van een naar I

I 1024276- 5 • · * links over 90° afgebogen stromingsprofiel 43, een bodemprofiel 34 met een deel van een naar rechts over 135° afgebogen stromingsprofiel 44, en een bodemprofiel 35 met een deel van een naar rechts onder 135° afgebogen stromingsprofiel 45.

Uit deze bodemprofielen kunnen natuurlijk verdere varianten worden 5 samengesteld door bepaalde aansluitingen af te sluiten. Zo kan het bodemprofiel volgens de figuren 1 en 2 worden verkregen door de bodems 31 en 32 samen te stellen, waarbij dan één van de recht tegenover elkaar liggende aansluitingen wordt afgesloten.

Figuren 6, 7, 8 respectievelijk 9 tonen bodemdelen 31, 32, 33 en 35 in perspectief.

10 In de varianten van figuur 10 a tot j komen de geprofileerde bodems voor, samengesteld uit de vijf verschillende bodemdelen 31, 32, 33, 34 en 35 volgens de figuren 5a t/m 5j. Ter vergroting van de diameter van de bodem zijn daaromheen ringen gelegd, in het bijzonder de ringdelen 56, 57, 58, 59. De ringdelen 56 en 57 zijn op grotere schaal weergegeven in figuur 11, die gelijk is aan de variant van figuur lOg.

15 Door middel van deze ringdelen 56,57,58,59 kan de diameter van de modulaire put volgens de uitvinding op eenvoudige wijze worden vergroot.

1024278-

Claims

1. Put, omvattende een koker (14), een in de koker (14) opgenomen bodem (2) I alsmede tenminste twee op de koker (14) aangesloten aftakkingen (4, S, 46-49), welke I S bodem (2) een stromingspiofiel (3) heeft dat zich uitstrekt tussen beide aftakkingen (4, I 5, 46-49), met het kenmerk, dat de bodem (2) is samengesteld uit tenminste twee afzonderlijke bodemdelen (8,9; 31-35).

2. Put volgens conclusie 1, waarbij de bodem een ring vormende bodemdelen I 10 (56, 57, 58, 59) omvat alsmede centrale bodemdelen (8, 9; 31-55), welke een ring vormende bodemdelen (56-59) aanliggen tegen de buitenomtrek van de centrale bodemdelen (8, 9; 31-35) op de buitenomtrek van welke een ring vormende I bodemdelen (56-59) de koker (14) is aangesloten en geprofileerd zijn overeenkomstig I de centrale bodemdelen (8,9; 31-35).

3. Put volgens conclusie 1 of 2, waarbij de bodemdelen (8,9; 31-35; 56-59) tegen H elkaar liggen in een richting dwars op de langsrichting van de schacht (1).

4. Put volgens één der voorgaande conclusies, waarbij een schacht (1) is voorzien 20 die op de koker (14) is aangesloten.

5. Put volgens conclusie 4, waarbij de schacht (1) dubbelwandig is met een gladde binnenbuis (16) en een aan de binnenbuis (16) bevestigde geribbelde buitenbuis

6. Put volgens één der voorgaande conclusies, waarbij de bodem (2) een eindschot of eindring (19) omvat waarop de samengestelde bodemdelen (8, 9; 31-35; 56-59) zijn ondersteund.

7. Put volgens conclusie 4 en 6, waarbij het eindschot/eindring (19) is bevestigd aan een eind van de koker (14), en het andere eind van de koker (14) is bevestigd aan de schacht (1). I 1024276- * ♦ *

8. Put volgens een der voorgaande conclusies, waarbij elk bodemdeel (8, 9; 31-35; 56-59) een deel (10,11; 41-45) van het stromingsprofiel omvat

9. Put volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de aftakkingen (4, 5; 47) 5 tegenover elkaar liggen en het stromingsprofiel (35,41) daartussen recht verloopt.

10. Put volgens een der voorgaande conclusies, waarbij tenminste twee aftakkingen (4,5,48) onder ongeveer 90 graden ten opzichte van elkaar zijn gericht, en het stromingsprofiel (42,43) gekromd tussen die aftakkingen verloopt 10

11. Put volgens een der voorgaande conclusies, waarbij tenminste twee aftakkingen (4,46,49) onder ongeveer 135 graden ten opzichte van elkaar zijn gericht, en het stromingsprofiel (44,45) gekromd of schuin tussen die aftakkingen (4, 46,49) verloopt 15

12. Put volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de bodem (2) en de aftakkingen (4,5,46-49) stomp tegen elkaar aan zijn geplaatst

13. Set voor een modulaire put volgens een der voorgaande conclusies, 20 omvattende een koker (14), centrale bodemdelen (31-35) met delen (41-45) van stromingsprofielen, een ring vormende bodemdelen (56-59) die geprofileerd zijn overeenkomstig de centrale bodemdelen alsmede aftakkingen (4, 5, 46-49) behorende bij de stromingsprofielen (41-45) der bodemdelen (31-35).

14. Set volgens conclusie 13, omvattende vijf centrale bodemdelen (31-35) waarvan telkens twee samenstelbaar zijn tot een bodem (2), welke centrale bodemdelen omvatten: -een bodemdeel (31) met een helft van een recht doorgaand stromingsprofiel (41), •een eerste rechter bodemdeel (32) met een deel van een recht doorgaand 30 stromingsprofiel (41) en een onder ongeveer 90 graden vanaf het recht doorgaande stromingsprofiel (41) afgebogen stromingsprofiel (42), 1024270- I I I 8 I I -een tweede rechter bodemdeel (34) met een deel van een recht doorgaand I I stromingsprofiel (41) en een onder ongeveer 135 graden vanaf het recht doorgaande I I stromingsprofiel (41) afgebogen stromingsprofiel (44), I I -een eerste linker bodemdeel (33) met een deel van een recht doorgaand I I 5 stromingsprofiel (41) en een onder ongeveer 90 graden vanaf het recht doorgaande I I stromingsprofiel (41) afgebogen stromingsprofiel (43), I I -een tweede linker bodemdeel (35) met een deel van een recht doorgaand I I stromingsprofiel (41) en een onder ongeveer 135 graden vanaf het recht doorgaande I I stromingsprofiel (41) afgebogen stromingsprofiel (45). I I 10 I I

15 Set volgens conclusie 14 omvattende een schacht (1) die op de koker (1) I aansluitbaar is. I I

16 Set volgens conclusie 13,14 of 15 omvattende een eindschot of eindring (19) I I 15 voor het afsluiten van de koker (14), op welk eindschot of eindring (19) de I I samengestelde bodemdelen (8,9; 31-35; 56-59) ondersteunbaar zijn. I

17. Set volgens een der conclusies 13-16, omvattende vier een ring vormende I I bodemdelen (56, 57, 58, 59) die aanbrengbaar zijn rondom telkens twee centrale I I 20 bodemdelen (31-35), welke een ring vormende bodemdelen geprofileerd zijn I I overeenkomstig die centrale bodemdelen. I I 1024276"