NL1022971C2

NL1022971C2 - Roteerbare schotel.

Info

Publication number: NL1022971C2
Application number: NL1022971A
Authority: NL
Inventors: Bernard Wisselink
Original assignee: Ecotrans Bv
Priority date: 2003-03-19
Filing date: 2003-03-19
Publication date: 2004-09-21

Description

ROTEERBARE SCHOTEL

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een voertuig voor het trekken van een oplegger met ten minste één gestuurde as, welk voertuig is voorzien van een koppelingsschotel voor het koppelen van de oplegger aan het 5 voertuig en waarbij de stuurinrichting van de oplegger in gekoppelde stand aangrijpt op de koppelingsschotel.

Grote voertuigen zoals bijvoorbeeld vrachtwagens kunnen vaak moeilijk op plaatsen komen waar weinig ruimte is of waar veel obstakels zijn. Dit komt doordat voor het 10 manoeuvreren van een trekker met oplegger vaak relatief veel ruimte nodig is. In een poging dit probleem op te lossen heeft men de as of assen van de oplegger draaibaar gemaakt.

In de Europese octrooiaanvrage EP-A-0 593 376 wordt een systeem beschreven voor het bijsturen van de assen van 15 een oplegger. Dit wordt bereikt door de stuurstang die op de oplegger aanwezig is te verlengen.

In de Nederlandse octrooiaanvrage NL-A-08900781 wordt een oplegger beschreven waarvan de stuurstand aangepast kan worden. Dit vindt plaats door het verstellen van de 20 aangrijping op de schotel van de trekker.

Bij deze inrichtingen verandert de stand van de as van de oplegger pas als de trekker ten opzichte van de oplegger ook van stand verandert. Het nadeel hiervan is dat men niet goed en precies kan manoeuvreren op plaatsen met 25 weinig ruimte of veel obstakels. Het is daardoor niet mogelijk om deze plaatsen met een voertuig met oplegger te bereiken. Omdat men voor deze plaatsen kleinere voertuigen moet gebruiken zijn de vervoerskosten hoger.

2

Het is een doel van de onderhavige uitvinding de bovengenoemde nadelen te voorkomen.

Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt met,een voertuig volgens de aanhef, welke gekenmerkt wordt doordat de 5 koppelingsschotel draaibaar is om een in hoofdzaak verticale as.

Middels de draaibare koppelingsschotel is men in staat om de as of assen van een oplegger onafhankelijk van de stand van het voertuig te laten draaien. Dit wordt bereikt 10 doordat de stuurinrichting van de as van de oplegger is gekoppeld aan de draaibare koppelingsschotel. Wanneer de koppelingsschotel draait om zijn verticale as, dat is de as welke verticaal op het vlak van de rijrichting staat, dan draait de stuurinrichting van de oplegger en de as mee. Het 15 voordeel hiervan is dat men veel preciezer kan manoeuvreren, waardoor men in staat is om met een oplegger op plaatsen te komen waar men alleen met kleinere voertuigen kan komen. Hierdoor dalen de vervoerskosten, men hoeft immers minder vaak te rijden om dezelfde hoeveelheid goederen af te 20 leveren.

In een vookeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is de koppelingsschotel draaibaar met behulp van tenminste één hydraulische cilinder. Het voordeel van hydraulische cilinders is dat ze zeer krachtig en betrouwbaar 25 zijn en dat ze gemakkelijk te onderhouden zijn. Bovendien kan eventueel gebruik gemaakt worden van het hydrauliek systeem van het voertuig zelf.

Om de veiligheid van het voertuig te verhogen heeft het de voorkeur wanneer het voertuig niet hoeft te 30 manoeuvreren met de oplegger, de koppelingsschotel te borgen. Verder heeft het borgen van de koppelingsschotel als voordeel dat er geen continue druk op de hydraulische cilinder hoeft te staan waardoor de levensduur wordt verlengd.

3

Het voertuig omvat bij voorkeur besturingsmiddelen voor het aansturen van de koppelingsschotel. Deze besturingsmiddelen zijn bij voorkeur in de cabine aangebracht. Een besturingsmiddel dat in het bijzonder de 5 voorkeur geniet is een joystick.

De uitvinding heeft verder betrekking op een combinatie van een voertuig en een oplegger, waarbij de oplegger ten minste één gestuurde as omvat en waarbij het voertuig is voorzien van een koppelingsschotel voor het 10 koppelen van de oplegger aan het voertuig en waarbij de stuurinrichting van de oplegger in gekoppelde stand aangrijpt op de koppelingsschotel met het kenmerk dat de koppelingsschotel draaibaar is om een in hoofdzaak verticale as.

15 Het geniet de voorkeur de oplegger met de koppelingsschijf van het voertuig te koppelen door middel van een bedieningswig die is verbonden met de stuurinrichting van oplegger. Wanneer de koppelingsschotel wordt gegraaid, dan draait de bedieningswig en dus ook de stuurinrichting van de 20 oplegger mee. Het voordeel hiervan is dat de stuurinrichting van de oplegger exact de de beweging van de koppelingsschotel volgt, waardoor zeer precies gemanoeuvreerd kan worden. Om de bedieningswig zo goed mogelijk de bewegingen van de koppelingsschotel te laten volgen is de koppelingsschotel bij 25 voorkeur hoefijzervormig. Door deze vormgeving kan de bedieningswig namelijk goed tussen de benen van de koppelingsschotel aangrijpen.

Figuur 1 toont een schematisch bovenaanzicht van de uitvinding waarbij de koppelingsschotel niet gedraaid is.

30 Figuur 2 toont een schematisch bovenaanzicht van de uitvinding waarbij de koppelingsschotel gedraaid is.

Figuur 1 toont een trekker (1) waaraan een oplegger 1 Π00Ο7 1 4 (2) is gekoppeld. De trekker omvat een hoefijzervormige draaibare koppelingsschijf (4) die kan worden gedraaid door middel van twee hydraulische cilinders (3) om een verticale as loodrecht op het vlak van de tekening. De hydraulische 5 cilinders (3) worden bij voorkeur aangesloten op het eigen hydraulische systeem van de trekker. De oplegger (2) kan aan de koppelingsschijf (4) van de trekker (1) worden gekoppeld door middel van een bedieningswig (6) die tussen de benen van de koppelingsschijf (4) wordt aangebracht. Deze bedieningswig 10 (6) is verbonden met een bedieningsstang (9) die is verbonden met de stuurinrichting (7) van de oplegger. De stuurinrichting is middels stuurstangen (10) direct verbonden met de as (8) van de oplegger.

Figuur 2 toont een trekker (1) met een oplegger (2) 15 overeenkomstig Figuur 1 waarbij de koppelingsschijf(4) met behulp van de hydraulische cilinders (3) is gedraaid.

Hierdoor is ook de bedieningswig (6) en de stuurinrichting (7) gedraaid. Aangezien de stuurinrichting (7) middels stuurstangen (10) is gekoppeld aan de as (8) van de oplegger 20 (2) is deze ook gedraaid. Hoewel niet afgebeeld in de figuur, is het ook mogelijk om de stuurinrichting (7) door middel van kabels of een hydraulisch systeem met de as (8) van de oplegger (2) te verbinden.

Claims

1. Voertuig voor het trekken van een oplegger (2) met ten minste één gestuurde as, welk voertuig is voorzien van een koppelingsschotel (4) voor het koppelen van de opleggèr (2) aan het voertuig en waarbij de stuurinrichting (7) van de 5 oplegger (2) in gekoppelde stand aangrijpt op de I koppelingsschotel (4) met het kenmerk dat de I koppelingsschotel (4)draaibaar is om een in hoofdzaak I verticale as.

2. Voertuig volgens conclusie 1, met het kenmerk dat I 10 de koppelingsschotel (4) draaibaar is met behulp van I tenminste één hydraulische cilinder (3).

3. Voertuig volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk I dat de koppelingsschotel borgbaar is.

4. Voertuig volgens conclusie 1-3, met het kenmerk I 15 dat het voertuig besturingsmiddelen omvat voor het aansturen van de koppelingsschotel.

5. Voertuig volgens conclusie 4, met het kenmerk dat I de besturingsmiddelen zijn aangebracht in de cabine van het voertuig. I 20

6. Voertuig volgens conclusie 4 of 5, met het kenmerk I dat het besturingsmiddel een joystick is.

7. Combinatie van een voertuig en een oplegger, I waarbij de oplegger ten minste één gestuurde as omvat en H waarbij het voertuig is voorzien van een koppelingsschotel 25 (4) voor het koppelen van de oplegger (2) aan het voertuig en waarbij de stuurinrichting (7) van de oplegger (2) in gekoppelde stand aangrijpt op de koppelingsschotel (4) met het kenmerk dat de koppelingsschotel (4) draaibaar is om een in hoofdzaak verticale as.

8. Combinatie volgens conclusie 7, waarbij de stuurinrichting een bedieningswig omvat welke aangrijpt op de H koppelingsschotel H 5

9. Combinatie volgens conclusie 7 of 8, waarbij de koppelingsschotel in hoofdzaak hoefijzervormig is en waarbij de bedieningswig aangrijpt tussen de benen van de hoefijzervormige koppelingsschotel.