NL1022363C2

NL1022363C2 - Een zitting met verbeterde ondersteuningseigenschappen.

Info

Publication number: NL1022363C2
Application number: NL1022363A
Authority: NL
Inventors: Lambertus Johannes Theod Derks
Original assignee: Lambertus Johannes Theod Derks
Priority date: 2003-01-13
Filing date: 2003-01-13
Publication date: 2004-07-15
Also published as: DE202004000231U1; BE1016279A3

Description

EEN ZITTING MET VERBETERDE ONDERSTEUNINGSEIGENSCHAPPEN

De onderhavige uitvinding betreft een zitting met verbeterde ondersteuningseigenschappen welke eigenschappen 5 worden verkregen door het toevoegen van een ondersteuningsstructuur aan de zitting. De uitvinding betreft verder een zitinrichting, met name een autostoel, met de verbeterde zitting, een werkwijze voor het verkrijgen van de zitting, het gebruik van de zitting voor het verkrijgen van 10 een zitinrichting en het gebruik van de ondersteuningsstructuur voor het verbeteren van de ondersteuningseigenschappen van een zitting.

Bij langdurig en regelmatig gebruik van een zitinrichting zoals een stoel, een bank, een kruk enzovoort, 15 ontstaan vaak lichamelijke klachten zoals bijvoorbeeld rug-en nekklachten en gewrichtspijn. Dit wordt veroorzaakt doordat de zitting van de zitinrichting vaak te weinig ondersteuning biedt of doordat bij langdurig en regelmatig gebruik van de zitinrichting een vermindering van de 20 ondersteuningseigenschappen optreedt door bijvoorbeeld verzakking of deformatie van de zitting.

De uitvinder heeft verrassenderwij s gevonden dat de ondersteuningseigenschappen van een zitting sterk kunnen worden verbeterd door het aanbrengen, in de zitting, van een 25 additionele ondersteuningsstructuur.

Daarom verschaft de onderhavige uitvinding een oplossing voor de hierboven genoemde problemen met betrekking tot de ondersteuning van een zittend lichaam door middel van een zitting zoals gedefinieerd is in conclusie 1.

30 De zitting volgens conclusie 1 omvat een vloeistofdichte omhulling welke gevuld is met een viskeuze vloeistof. De vloeistofdichte omhulling kan elke omhulling zijn die voldoende structurele integriteit bezit om bij de

r1 R Q

I druk, die wordt uitgeoefend op de zitting door het lichaam, I intact te blijven, vloeistofdicht, en voldoende vormvast.

I De viskeuze vloeistof volgens de onderhavige I uitvinding kan elke vloeistof zijn met een grotere H 5 viscositeit dan water. De viskeuze vloeistof verschaft door I zijn viscositeit voldoende verbetering van de ondersteunde I eigenschappen van de zitting om de hierboven gemelde problemen op te lossen. Daarnaast verschaft de viskeuze I vloeistof een verbetering van het comfort van de zitting 10 waardoor het lichaam zich beter ontspant.

In een voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige I uitvinding omvat de viskeuze vloeistof een polymeer.

Polymeren zijn algemeen verkrijgbaar en maken het mogelijk I door middel van een eenvoudige dosering van het polymeer de I 15 viscositeit van de viskeuze vloeistof te variëren. Hierdoor kunnen de eigenschappen van de zitting eenvoudig worden I aangepast aan het gewicht van het lichaam. Het gebruik van polymeren verschaft verder het voordeel dat polymeren biologisch afbreekbaar zijn waardoor zij geen onnodige 20 belasting zijn voor het milieu als de levensduur van de zitting is verstreken.

De viskeuze vloeistof kan verder omvatten een waterige vloeistof welke vloeistof niet bevriest bij temperaturen boven de -10°C door de toevoeging van een H 25 vriespunt verlagend middel. Het gebruik van deze waterige H vloeistof heeft het voordeel dat de zitting zijn verbeterde ondersteuningseigenschappen behoudt bij omgevingstemperaturen beneden het vriespunt. Verder zijn dergelijke waterige vloeistoffen goedkoop en algemeen verkrijgbaar onder de 30 soortnaam antivries.

Volgens één aspect van de uitvinding omvat de viskeuze vloeistof 10, 20, 30 of 40% (v/v) van het polymeer en 60, 70, 80, of 90% (v/v) van de waterige vloeistof. Deze 3 verhoudingen verschaffen een viskeuze vloeistof welke niet bevriest en toch voldoende ondersteuning verschaft aan de zitting in combinatie met de vloeistofdichte omhulling.

Voor een lichaam met een gemiddeld gewicht worden 5 goede resultaten bereikt met een viskeuze vloeistof welke omvat 20, 25, of 30% (v/v) van het polymeer en 70, 75, of 80% (v/v) van de waterige vloeistof.

Optimale resultaten worden bereikt met een viskeuze vloeistof welke omvat 25% (v/v) van het polymeer en 75% (v/v) 10 van de waterige vloeistof.

In één uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding is het polymeer een siliconen polymeer. Siliconen polymeren hebben het voordeel dat zij niet toxisch zijn voor het menselijk lichaam. Bij een eventuele lekkage van de 15 vloeistofdichte omhulling zal dit niet leiden tot toxiciteitsproblemen voor het lichaam wat met name van belang is indien kinderen gebruik maken van de zitting.

De zitting volgens de onderhavige uitvinding is met name geschikt voor toepassing in autostoelen. Autostoelen 20 worden door een groot aantal professionals zoals bijvoorbeeld rijschoolhouders, vrachtwagenchauffeurs, en vertegenwoordigers langdurig gebruikt. Een verbetering van de ondersteuningseigenschappen van een autostoel door toepassing van de zitting volgens de uitvinding zal in deze groep tot 25 een sterke vermindering leiden van fysische klachten.

Daarnaast leidt de toepassing van de zitting in een autostoel tot een verlenging van de levensduur van de vaak dure autostoel.

De zitting volgens de onderhavige uitvinding kan 30 verder worden toegepast in elke zitinrichting die langdurig belast wordt zoals bijvoorbeeld een bureaustoel, een bank in een wachtruimte enzovoort.

- 1a 4

De verbeterde ondersteuningseigenschappen van de zitting worden verkregen door een werkwijze welke omvat: (a) het verschaffen van een vloeistofdichte omhulling welke gevuld is met een viskeuze 5 vloeistof; (b) het aanbrengen van de vloeistofdichte omhulling in de zitting;

Door het aanbrengen van de vloeistofdichte omhulling 10 in de zitting kunnen naast het produceren van zittingen waarin de omhulling reeds aanwezig is, ook reeds bestaande zittingen van bijvoorbeeld autostoelen aangepast worden zonder dat dit de uitwendige structuur van de zitinrichting aantast.

15 Zoals hierboven beschreven is verschaft de onderhavige uitvinding een vermindering van fysieke klachten zoals nek-, rug- en gewrichtspijn, verschaft de uitvinding een comfortabele zithouding, en verschaft de uitvinding een verlenging van de levensduur van een zitinrichting. De 20 onderhavige uitvinding heeft daarom ook betrekking op het gebruik van de zitting en de vloeistofdichte omhulling voor het verbeteren van de ondersteuningseigenschappen van een zitinrichting.

25 De onderhavige uitvinding zal verder worden uitgelegd aan de hand van het hieronder geven voorbeeld. Dit voorbeeld is niet bedoeld om de uitvinding in enige vorm te limiteren.

VOORBEELD

30

In de zittingen van drie autostoelen werden ingebouwd vloeistofdichte omhullingen welke gevuld waren met een viskeuze vloeistof welke omvatte, afhankelijk van het gewicht .· 1 n 9 9 3 fi 3 5 van de proefpersoon, 10-40% van een siliconen polymeer en 60-90% van een waterige vloeistof met daaraan toegevoegd een vriespuntverlagend middel (algemeen verkrijgbaar in de handel onder de naam antivries). De autostoelen werden beschikbaar 5 gesteld aan drie proefpersonen die de autostoelen professioneel gebruikten, namelijk een vrachtwagenchauffeur (persoon 1), een vertegenwoordiger (persoon 2), en een rijschoolhouder (persoon 3).

Hieronder worden weergeven de ervaringen van de 10 proefpersonen na langdurig gebruik van de autostoelen met een zitting volgens de onderhavige uitvinding.

Persoon 1.

Persoon 1 heeft 60.000 km gereden met de autostoel 15 volgens de onderhavige uitvinding en ervaart de resultaten als perfect. Persoon 1 is na een aantal weken gebruik geheel vrij van rugpijn en zitklachten. Verder geeft persoon 1 aan dat een niet aangepaste autostoel reeds na 30.000 km vervangen dient te worden in tegenstelling tot de autostoel 20 volgens de onderhavige uitvinding. Persoon 1 maakt momenteel gebruik van een andere autostoel maar geeft aan omdat zijn rugklachten beginnen terug te keren dat hij graag weer beschikking wil krijgen over de autostoel volgens de uitvinding.

25

Persoon 2

Persoon 2 geeft aan dat hij door pijnklachten niet meer in staat was om afstanden van 800 km te rijden. Bij gebruik van de autostoel volgens de uitvinding waren deze 30 afstanden geen probleem meer.

Persoon 3 '10223S3

Persoon 3 zit gemiddeld 12 uur per dag in een auto en I ervaart gedurende de dag een pijn onder in de rug wat zich doorzet naar de heupen en de benen. Het gebruik van de aangepaste autostoel ervaarde de proefpersoon als zeer I 5 comfortabel en persoon 3 geeft aan dat hij aan het einde van zijn werkdag zeer ontspannen uit de auto komt. Daarnaast heeft de proefpersoon geen naar de heupen en benen uitstralende rugpijn meer.

10 De ervaringen van de proefpersonen geven aan dat 1) de onderhavige uitvinding tot een sterke vermindering en zelfs het geheel verdwijnen I van fysieke klachten leidt die verband houden met het autorijden.

15 2) de uitvinding een verlenging van de levensduur verschaft van een autostoel met tenminste 100% in het geval van persoon 1.

I 3) de uitvinding een comfortabele ondersteuning verschaft wat leidt tot een meer ontspannen 20 houding.

»4 Π O n

Claims

1. Een zitting met verbeterde ondersteuningseigenschappen welke zitting omvat een 5 vloeistofdichte omhulling welke gevuld is met een viskeuze vloeistof.

2. Zitting volgens conclusie 1, waarbij de viskeuze vloeistof omvat een polymeer. 10

3. Zitting volgens conclusies 1 of 2, waarbij de viskeuze vloeistof verder omvat een waterige vloeistof welke waterige vloeistof vloeibaar blijft bij temperaturen hoger dan -10°C door de toevoeging van een vriespuntverlagend 15 middel.

4. Zitting volgens conclusies 1-3, waarbij de viskeuze vloeistof omvat 10-40% (v/v) van het polymeer en 60-90% (v/v) van de waterige vloeistof. 20

5. Zitting volgens conclusies 1-4, waarbij de viskeuze vloeistof omvat 20-30% (v/v) van het polymeer en 70-80% (v/v) van de waterige vloeistof.

6. Zitting volgens conclusies 1-5, waarbij de viskeuze vloeistof omvat 25% (v/v) van het polymeer en 75% (v/v) van de waterige vloeistof.

7. Zitting volgens conclusies 1-6, waarbij de 30 polymeer een siliconen polymeer is.

8. Zitting volgens conclusies 1-7, waarbij de zitting de zitting van een autostoel is. 1 nno-se o

9. Een zitinrichting welke omvat de zitting volgens elk van de conclusies 1-7.

10. Een autostoel welke omvat de zitting volgens elk I 5 van de conclusies 1-7.

11. Werkwijze voor het verbeteren van de ondersteuningseigenschappen van een zitting welke werkwijze I omvat: 10 (a) het verschaffen van een vloeistofdichte omhulling welke gevuld is met een viskeuze vloeistof; I (b) het aanbrengen van de vloeistofdichte I omhulling in de zitting;

12. Werkwijze volgens conclusie 11, waarbij de viskeuze vloeistof omvat een polymeer.

13. Werkwijze conclusies 11 of 12, waarbij de H 20 viskeuze vloeistof verder omvat een waterige vloeistof welke waterige vloeistof vloeibaar blijft bij temperaturen hoger dan -10°C door de toevoeging van een vriespuntverlagend H middel.

14. Werkwijze volgens conclusies 11-13, waarbij de H viskeuze vloeistof omvat 10-40% (v/v) van het polymeer en 60-90% (v/v) van de waterige vloeistof.

15. Werkwijze volgens conclusies 11-14, waarbij de 30 viskeuze vloeistof omvat 20-30% (v/v) van het polymeer en 70-80% (v/v) van de waterige vloeistof. .1nooQfiQ

116. Werkwijze volgens conclusies 11-15, waarbij de viskeuze vloeistof omvat 25% (v/v) van het polymeer en 75% (v/v) van de waterige vloeistof.

17. Werkwijze volgens conclusies 11-16, waarbij het polymeer een siliconen polymeer is.

18. Werkwijze volgens conclusies 11-17, waarbij de zitting het zitting van een autostoel is.

19. Gebruik van de zitting volgens elk van de conclusies 1-8 voor het verbeteren van de ondersteuningseigenschappen van een zitinrichting.

20. Gebruik van de vloeistofdichte omhulling welke gevuld is met een viskeuze vloeistof zoals gedefinieerd is in de conclusies 1-8 voor het verbeteren van de ondersteuningseigenschappen van een zitinrichting.