NL1020935C2 - Feed line arrangement for liquid heating devices, e.g. central heating systems, includes inert gas source and valve for providing protective gas cushion above liquid inside closed volume - Google Patents

Feed line arrangement for liquid heating devices, e.g. central heating systems, includes inert gas source and valve for providing protective gas cushion above liquid inside closed volume Download PDF

Info

Publication number
NL1020935C2
NL1020935C2 NL1020935A NL1020935A NL1020935C2 NL 1020935 C2 NL1020935 C2 NL 1020935C2 NL 1020935 A NL1020935 A NL 1020935A NL 1020935 A NL1020935 A NL 1020935A NL 1020935 C2 NL1020935 C2 NL 1020935C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
installation
inert gas
valve
liquid
source
Prior art date
Application number
NL1020935A
Other languages
Dutch (nl)
Other versions
NL1020935A1 (en
Inventor
Jan Henk Cnossen
Original Assignee
Jan Henk Cnossen
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Jan Henk Cnossen filed Critical Jan Henk Cnossen
Priority to NL1020935A priority Critical patent/NL1020935C2/en
Publication of NL1020935A1 publication Critical patent/NL1020935A1/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1020935C2 publication Critical patent/NL1020935C2/en

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24DDOMESTIC- OR SPACE-HEATING SYSTEMS, e.g. CENTRAL HEATING SYSTEMS; DOMESTIC HOT-WATER SUPPLY SYSTEMS; ELEMENTS OR COMPONENTS THEREFOR
    • F24D3/00Hot-water central heating systems
    • F24D3/10Feed-line arrangements, e.g. providing for heat-accumulator tanks, expansion tanks ; Hydraulic components of a central heating system
    • F24D3/1083Filling valves or arrangements for filling
    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F24HEATING; RANGES; VENTILATING
    • F24DDOMESTIC- OR SPACE-HEATING SYSTEMS, e.g. CENTRAL HEATING SYSTEMS; DOMESTIC HOT-WATER SUPPLY SYSTEMS; ELEMENTS OR COMPONENTS THEREFOR
    • F24D3/00Hot-water central heating systems
    • F24D3/10Feed-line arrangements, e.g. providing for heat-accumulator tanks, expansion tanks ; Hydraulic components of a central heating system
    • F24D3/1008Feed-line arrangements, e.g. providing for heat-accumulator tanks, expansion tanks ; Hydraulic components of a central heating system expansion tanks

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Physics & Mathematics (AREA)
  • Thermal Sciences (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Pipeline Systems (AREA)

Abstract

The arrangement comprises a substantially closed volume (1), an inert gas source (2), a conduit (11) extending between the closed volume and inert gas for supplying and removing this gas and a valve (5) in the conduit which automatically responds to the pressure difference between the closed volume and ambient atmosphere by allowing inert gas to escape or ambient air to enter. An independent claim is also included for a system for heating and/or cooling at least part of a building, comprising a pipe arrangement for circulating a heat transfer medium, heat exchangers located in the pipe arrangement, a heat or cold source connected to the pipe arrangement and an expansion and/or contraction device for the heat transfer medium including the above feed-line arrangement.

Description

Verwarming voor vloeistofHeating for liquid

De uitvinding betreft een gesloten inrichting voor het verwarmen van een vloeistof, in het bijzonder water, en omvat een warmteopwekker of verwarmingsketel, verbrandingsmotor 5 van een warmte-krachtkoppelingseenheid, brandstofcellen, warmtepompen of zonnepanelen, waarmee warmte toegevoerd wordt aan de in de kringloop circulerende vloeistof.The invention relates to a closed device for heating a liquid, in particular water, and comprises a heat generator or boiler, combustion engine 5 of a combined heat and power unit, fuel cells, heat pumps or solar panels, with which heat is supplied to the liquid circulating in the circuit .

Anderszijds zijn in de vloeistofkringloop radiatoren en/of convenctoren en/of warmtewisselaars op genomen door middel waarvan warmte wordt afgegeven aan te verwarmen ruimten.On the other hand, radiators and / or heat exchangers and / or heat exchangers are included in the liquid circuit by means of which heat is delivered to spaces to be heated.

10 Inrichtingen van deze soort omvatten een expansie- of vloeistofreservoir of bufferruimte, waarin het extra volume aan vloeistof wordt opgenomen, dat door uitzetting ten gevolge van het verwannen van de vloeistof ontstaat. Bij afkoeling van de vloeistof in de vloeistofkringloop wordt weer vloeistof vanuit het reservoir of bufferruimte teruggebracht in de kringloop, om de volumevermindering door deze afkoeling te compenseren.Devices of this type comprise an expansion or liquid reservoir or buffer space, in which the extra volume of liquid is received, which is created by expansion due to the heating of the liquid. Upon cooling of the liquid in the liquid circuit, liquid is again brought back from the reservoir or buffer space into the circuit, in order to compensate for the volume reduction due to this cooling.

15 Wanneer de druk in het expansie- of vloeistofreservoir of -bufferruimte nagenoeg gelijk is aan de vloeistofkringloop, kan dit uitwisselen zonder hulpmiddelen plaatsvinden.When the pressure in the expansion or liquid reservoir or buffer space is substantially equal to the liquid cycle, this exchange can take place without aids.

Wanneer de druk in de vloeistofkringloop hoger is, kan voor het uitwisselen gebruik worden gemaakt van een pompeenheid met ontlastventiel. Ook kan een voomoemde volumeverandering worden gecompenseerd door een gaskussen, welke door middel van een 20 compressor met ontlastventiel. Door het wijzigen van dit gasvolume in tegengestelde beweging aan de vloeistofverandering, kan de druk in de vloeistofkringloop stabiel gehouden worden.When the pressure in the liquid circuit is higher, a pump unit with a relief valve can be used for the exchange. An above-mentioned volume change can also be compensated by a gas cushion, which is provided by means of a compressor with a relief valve. By changing this gas volume in opposite movement to the fluid change, the pressure in the fluid cycle can be kept stable.

Verwarmingsinrichtingen van deze soort zijn onder meer beschreven in de internationale octrooiaanvrage PCT/NL95/00034 en de Nederlandse octrooiaanvrage 25 1016219. Uiteraard is de uitvinding toepasbaar voor expansievoorzieningen in koelsystemen.Heating devices of this kind are described inter alia in the international patent application PCT / NL95 / 00034 and the Dutch patent application 25 1016219. The invention is of course applicable to expansion provisions in cooling systems.

De huidige aanvrage spitst zich toe op het in stand houden van een inert gas in een expansie-vloeistofreservoir of bufiferruimte, waarbij een stabiele druk van groot belang is.The present application focuses on maintaining an inert gas in an expansion fluid reservoir or buffer space, where a stable pressure is of great importance.

Vooral bij de grotere vloeistofreservoirs en bufferruimten, ontstaan door geringe drukverschillen geweldige krachten op de constructies.Especially with the larger liquid reservoirs and buffer spaces, great forces are created on the structures due to small pressure differences.

30 Het betreft hier dan vaak vloeistofreservoirs of bufferruimten van meer dan honderdduizend liter inhoud. Het is bekend dat gewerkt wordt met geringe drukverschillen tussen 0 en 50 mbar ten opzichte van de atmosfeer. Ter voorkoming van corrosie aan de constructie door zuurstof uit de atmosfeer, wordt de vloeistof van de atmosfeer gescheiden door een membraan of inert gas. Zoals eerder aangegeven, betreft deze aanvrage de toepassing met 35 een inert gas.30 This often concerns liquid reservoirs or buffer spaces of more than one hundred thousand liters. It is known to work with small pressure differences between 0 and 50 mbar with respect to the atmosphere. To prevent corrosion of the structure by oxygen from the atmosphere, the liquid is separated from the atmosphere by a membrane or inert gas. As previously indicated, this application relates to the use with an inert gas.

1090035 21090035 2

De aanvrage betreft een inrichting, waarbij door middel van een stikstofgenerator een kussen van stikstof als inert gas, in stand gehouden kan worden als afsluitmiddel tussen de vloeistof en de atmosfeer. Van groot belang hierbij is de combinatie en uitvoeringsvorm, de bijzondere maatregelen waarmee de drukgrenzen binnen veilige waarden worden gehouden.The application relates to a device in which a nitrogen generator as an inert gas can be maintained by means of a nitrogen generator as a sealant between the liquid and the atmosphere. Of great importance here is the combination and embodiment, the special measures with which the pressure limits are kept within safe values.

5 Gebleken is dat de goede werking van de elektrische- en mechanische ventielen en overige installatiedelen, welke nodig zijn om de druk van het gaskussen constant te kunnen houden binnen veilige waarden, nadelig wordt beïnvloed door de hoge vochtigheidsgraad van het gaskussen. Dit wordt veroorzaakt door de hoge temperatuur van de vloeistof in zo’n reservoir of bufïerruimte. Het is voorgekomen dat alle ventielen (normaal en veiligheid) niet 10 meer functioneerden als gevolg van condens. In enkele gevallen waren de ventielen, welke in de buitenlucht warden gemonteerd, zelfs vastgevroren. De gevolgen hiervan waren, door overschrijding van de toelaatbare drukwaarden, desastreus. De enorme reservoirs of bufferruimten im- of explodeerden.It has been found that the proper functioning of the electrical and mechanical valves and other installation parts, which are necessary to be able to keep the pressure of the gas cushion constant within safe values, is adversely affected by the high moisture content of the gas cushion. This is caused by the high temperature of the liquid in such a reservoir or buf space. It has happened that all valves (normal and safety) no longer function due to condensation. In some cases, the valves mounted in the open air were even frozen. The consequences of this were, by exceeding the permissible pressure values, disastrous. The huge reservoirs or buffer spaces im- or exploded.

De uitvinding betreft een dergelijke stikstofinstallatie, waarbij de over- of onderdruk wordt 15 begrensd door een hydraulische klep 5, zoals deze is weergegeven in figuur 1.The invention relates to such a nitrogen installation, wherein the overpressure or underpressure is limited by a hydraulic valve 5, as shown in figure 1.

Met behulp van deze hydraulische klep 5 wordt het gas uit het gaskussen afgeblazen, op het moment dat de druk in de installatie te hoog dreigt te worden. Op soortgelijke wijze kan in geval van nood, zoals het falen van de normale stikstoftoevoer, buitenlucht worden ingenomen via de hydraulische klep 5.With the aid of this hydraulic valve 5, the gas is blown out of the gas cushion when the pressure in the installation threatens to become too high. Similarly, in the event of an emergency, such as the failure of the normal nitrogen supply, outside air can be taken in via the hydraulic valve 5.

20 Als afsluitmiddel wordt in principe gebruik gemaakt van condenswater, dat in overvloed wordt meegevoerd met het gas. Waar dit verschijnsel bij de bekende installaties een groot gevaar vormde, is condenswater nu een welkom. Immers, zolang condenswater in overvloed mee wordt gevoerd, blijft de afsluiting in hydraulische klep 5 gegarandeerd.In principle, condensation water is used as closing means, which is carried along in abundance with the gas. Whereas this phenomenon was a major danger in the known installations, condensed water is now a welcome. After all, as long as condensed water is carried in abundance, the closure in hydraulic valve 5 remains guaranteed.

Wanneer hydraulische klep 5 wordt aangesproken en, als gevolg van een over- of onderdruk 25 gas moet doorlaten, wordt de vloeistof in speciale reservoirs opgeslagen, om de afsluiting daarna weer mogelijk te maken.When hydraulic valve 5 is triggered and, as a result of an overpressure or underpressure 25, has to allow gas to pass, the liquid is stored in special reservoirs, in order to subsequently enable the closure.

Figuur 1 Toont schematisch een uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding. Figuur 2, 3 en 4 Tonen verschillende standen van de hydraulische klep 5.Figure 1 shows schematically an embodiment of the device according to the invention. Figures 2, 3 and 4 show different positions of the hydraulic valve 5.

30 Figuur 5 Toont schematisch een vereenvoudigde uitvoeringsvorm volgens de uitvinding. Figuur 6 Toont een uitvoeringsvorm van de hydraulische klep.Figure 5 shows schematically a simplified embodiment according to the invention. Figure 6 shows an embodiment of the hydraulic valve.

In de schematische figuur 1 is slechts het gedeelte van een verwarmingsinrichting weergegeven van een warmtebuffertank 1, waarin opgenomen expansie vloeistofruimte.In the diagrammatic figure 1 only the part of a heating device is shown from a heat buffer tank 1, in which the expansion fluid space is included.

i n o nn o c 3i n o nn o c 3

Boven in deze ruimte bevindt zich een kussen bestaande uit een inert gas, in dit geval stikstof, waarmee de vloeistof van de atmosfeer buiten de installatie is afgesloten.At the top of this space is a cushion consisting of an inert gas, in this case nitrogen, with which the liquid from the atmosphere outside the plant is sealed off.

Hiermee wordt voorkomen dat met zuurstof uit de atmosfeer een corrosieproces op gang komt in de installatie. Via een geïsoleerde verbindingsleiding 11, wordt dit gaskussen boven 5 in de warmtebuffertank 1 in stand gehouden, doordat bij een lage druk in de warmtebuffertank 1, als gevolg van afkoeling van de daarin aanwezige vloeistof, stikstof wordt toegevoerd vanuit het stikstofvoorraadvat 2, terwijl bij een hoge druk in de warmtebuffertank 1, als gevolg van verwannen van de daarin aanwezige vloeistof, stikstof wordt teruggevoerd naar het stikstofvoorraadvat 2.This prevents a corrosion process starting with oxygen from the atmosphere in the installation. Via an insulated connecting line 11, this gas cushion is maintained at the top 5 in the heat buffer tank 1, because at a low pressure in the heat buffer tank 1, nitrogen is supplied from the nitrogen storage tank 2 as a result of cooling of the liquid contained therein, high pressure in the heat buffer tank 1, due to heating of the liquid present therein, nitrogen is returned to the nitrogen storage tank 2.

10 Om dit proces goed te laten verlopen, is de uitvinding als volgt ingericht De warme gassen worden vanuit de warmtebuffertank 1 na de geïsoleerde verbindingsleiding 11 eerst afgekoeld in koeler 10. In figuur 1 is gekozen voor een luchtkoeler, maar ook andere uitvoeringsvormen zoals een tegenstroom waterkoeler is hier denkbaar. De in het warme gas aanwezige waterdamp zal na de koeler gaan condenseren. Dit condens wordt opgevangen in 15 de hydraulische klep 5. Een overschot aan condens wordt afgevoerd via overloop 9.In order to ensure that this process runs smoothly, the invention is designed as follows: The hot gases are first cooled from the heat buffer tank 1 after the insulated connecting line 11 in cooler 10. In figure 1 an air cooler has been chosen, but also other embodiments such as a countercurrent water cooler is conceivable here. The water vapor present in the hot gas will condense after the cooler. This condensation is collected in the hydraulic valve 5. A surplus of condensation is discharged via overflow 9.

De noodzakelijke minimum waterstand in de hydraulische klep 5 kan door middel van een suppletieklep 7 worden gecorrigeerd vanaf externe bron (bijvoorbeeld het drinkwaterleidingnet), welke bijvoorbeeld wordt aangestuurd vanaf een vlotterschakelaar 8. Ook is een rechtstreeks op een externe bron aangesloten vlotterventiel toe te passen, zoals 20 deze onder meer wordt toegepast in een reservoir van een toilet. De werking van de hydraulische klep is weergegeven in de figuren 2,3 en 4. Bij een normale werkingdruk zal de vloeistofstand ongeveer gelijk zijn aan de standen in figuur 3. Met een druk van ongeveer 25 a 30 millibar blijft de vloeistof keurig in de buis, en is de installatie afgesloten van de atmosfeer (buitenlucht). Een evenwicht is ontstaan door de luchtdruk in de atmosfeer 25 vermeerderd met de vloeistofhoogte ten opzichte van de vloeistofhoogte aan de installatiezijde vermeerderd met de gasdruk in deze installatie.The necessary minimum water level in the hydraulic valve 5 can be corrected by means of a make-up valve 7 from an external source (for example the drinking water network), which is controlled, for example, from a float switch 8. A float valve connected directly to an external source can also be used, as is used, among other things, in a reservoir of a toilet. The operation of the hydraulic valve is shown in figures 2, 3 and 4. At a normal operating pressure, the liquid level will be approximately the same as the positions in figure 3. With a pressure of approximately 25 to 30 millibars, the liquid remains neatly in the tube , and the installation is sealed off from the atmosphere (outside air). An equilibrium has been created by the air pressure in the atmosphere increased with the liquid height relative to the liquid height on the installation side plus the gas pressure in this installation.

Wanneer de druk in de installatie te hoog wordt, zal dit evenwicht worden verstoord volgens figuur 2, waar is te zien hoe het vloeistofpijl aan de installatiezijde zakt tot onder de bocht, en gas vanuit de installatie kan worden afgevoerd naar de atmosfeer. Omgekeerd kan bij een 30 te lage druk in de installatie buitenlucht worden ingenomen, doordat het vloeistofpijl in het open pijpeind is gedaald tot onder de bocht, zoals is weergegeven in figuur 4.If the pressure in the installation becomes too high, this equilibrium will be disturbed according to figure 2, where it can be seen how the liquid arrow on the installation side drops below the bend, and gas can be discharged from the installation to the atmosphere. Conversely, if the pressure in the installation is too low, outside air can be taken in because the liquid arrow in the open pipe end has fallen below the bend, as is shown in Figure 4.

Doordat de vloeistof uit het pijpgedeelte met de bocht telkens wordt opgevangen in de reservoirs aan weerszijde van de pijp, blijft er voldoende vloeistof aanwezig om de hydraulische klep af te sluiten in de evenwichtstoestand van figuur 2.Because the liquid from the pipe section with the bend is each time collected in the reservoirs on either side of the pipe, sufficient liquid remains to shut off the hydraulic valve in the equilibrium state of Figure 2.

ffi O ΟΛ p 4ffi O ΟΛ p 4

In figuur 1 is vervolgens de compressor 3 weergegeven, waarmee de stikstof met een lagere druk vanuit de warmtebuffertank 1, via de geïsoleerde verbindingdleiding 11, de koeler 10, de hydraulische klep 5, driewegklep 16, wordt aangezogen en via een terugslagklep 21met daarna de gasanalyser 12, via driewegklep 13 en via aansluitleiding 26 naar het 5 stikstofvoorraadvat 2, waarin een hogere druk kan heersen, kan worden getransporteerd.Figure 1 then shows the compressor 3, with which the nitrogen with a lower pressure is sucked in from the heat buffer tank 1, via the insulated connecting line 11, the cooler 10, the hydraulic valve 5, three-way valve 16, and via a non-return valve 21 and then the gas analyzer 12, via three-way valve 13 and via connecting line 26 to the nitrogen storage vessel 2, in which a higher pressure can prevail, can be transported.

In de omgekeerde richting kan met behulp van klep 14 stikstof worden doorgelaten vanaf het stikstofvoorraadvat 2 via leiding 26, de hydraulische klep 5, de koeler 10 en de geïsoleerde verbindingsleiding 11 naar de warmtebuffertank 1. Door het drukverschil zijn hier geen nadere hulpmiddelen nodig.In the opposite direction, with the aid of valve 14, nitrogen can be passed from the nitrogen supply vessel 2 via line 26, the hydraulic valve 5, the cooler 10 and the insulated connecting line 11 to the heat buffer tank 1. Due to the pressure difference, no further aids are needed here.

10 Met behulp van een gasanalyse 12 wordt telkens het uit de warmtebuffertank 1 teruggeleide gas op de aanwezigheid van zuurstof gecontroleerd. Wanneer het zuurstofpercentage te hoog is, kan vanuit de centrale besturingseenheid 20 worden ingegrepen, en de driewegklep 13 zo worden gepositioneerd, dat het door de compressor 3 teruggeperste stikstof door de stikstofgenerator 4 wordt geleid via verbindingsleiding 27 naar het stikstofvoorraadvat 2.With the aid of a gas analysis 12, each time the gas returned from the heat buffer tank 1 is checked for the presence of oxygen. If the oxygen percentage is too high, intervention can be made from the central control unit 20 and the three-way valve 13 positioned such that the nitrogen pressed back by the compressor 3 is led through the nitrogen generator 4 via connecting line 27 to the nitrogen storage tank 2.

15 Aan weerszijde van de stikstofgenerator 4 zijn drukregelventielen 22 en 24 aangebracht, om de ideale doorstroming, nodig voor een optimale stikstofopbrengst, te waarborgen.Pressure control valves 22 and 24 are provided on either side of the nitrogen generator 4, in order to guarantee the ideal flow required for an optimum nitrogen yield.

Via afblaas 25 worden de uitgefilterde gassen afgeblazen. Een terugslagklep 23 moet voorkomen, dat stikstof vanuit het stikstofvoorraadvat 2 kan terugtreden naar de stikstofgenerator.The filtered out gases are blown off via blow-off 25. A non-return valve 23 must prevent nitrogen from returning from the nitrogen storage tank 2 to the nitrogen generator.

20 In het stikstofvoorraadvat 2 dient een minimale druk aanwezig te zijn, welke wordt gemeten met drukschakelaar 28 (of sensor). In geval er sprake is van een tekort aan stikstof in het gesloten circuit van de installatie, zal de centrale besturingseenheid 20 driewegklep 16 in de positie stellen, waarbij buitenlucht via filter 6 wordt aangezogen door compressor 3.A minimum pressure must be present in the nitrogen storage vessel 2, which pressure is measured with pressure switch 28 (or sensor). In case there is a shortage of nitrogen in the closed circuit of the installation, the central control unit 20 will place three-way valve 16 in the position where outside air is sucked in via filter 6 through compressor 3.

Deze buitenlucht wordt voor deze kan worden toegevoegd aan het gas in het gesloten circuit 25 van de installatie, eerste door de stikstofgenerator 4 geleid, zoals hiervoor beschreven.This outside air is before it can be added to the gas in the closed circuit 25 of the installation, first passed through the nitrogen generator 4, as described above.

De centrale besturingseenheid 20 opereert hiervoor naast de eerder genoemde gasanalyser 12, met een druksensor 15, waarmee de gasdruk in het gesloten circuit (niet het stikstofvoorraadvat 2) wordt gemeten, en een niveausensor 17, waarmee het watemiveau in het warmtebuffervat 1 wordt bewaakt. Met behulp van onder andere deze parameters kan het 30 proces worden gevoed en bewaakt.The central control unit 20 for this purpose operates in addition to the aforementioned gas analyzer 12, with a pressure sensor 15, with which the gas pressure in the closed circuit (not the nitrogen storage tank 2) is measured, and a level sensor 17, with which the water level in the heat buffer tank 1 is monitored. With the help of, among other things, these parameters, the process can be fed and monitored.

Uiteraard zijn er meer uitvoeringsvormen denkbaar, waarbij de hydraulische klep 5 de functie van veiligheidkleppen en ontlastventielen ovemeemt. In figuur 5 is een zeer eenvoudige uitvoeringsvorm weergegeven, waarbij een combinatie van een compressor 3 met een stikstofgenerator 4 de stikstofdruk in de gesloten installatie op een minimale druk 35 houden. Het overschot aan stikstof wordt via de hydraulische klep 5 afgevoerd.Of course, more embodiments are conceivable in which the hydraulic valve 5 takes over the function of safety valves and relief valves. Figure 5 shows a very simple embodiment, in which a combination of a compressor 3 with a nitrogen generator 4 keeps the nitrogen pressure in the closed installation to a minimum pressure. The excess nitrogen is discharged via the hydraulic valve 5.

inonoor 5inonoor 5

Er wordt geen gebruik gemaakt van een stikstofbuffervat, waardoor voomoemde combinatie voldoende stikstof moet produceren, om het aikoelingsproces te kunnen volgen.No use is made of a nitrogen buffer tank, as a result of which the aforementioned combination must produce enough nitrogen to be able to follow the cooling process.

In deze zeer eenvoudige opzet zou zelfs zonder besturing kunnen worden gewerkt.This very simple set-up could even work without control.

Slechts een drukschakelaar 29 gemonteerd op de hydraulische klep 5 in het gesloten systeem 5 volstaat dan, om de compressor te starten bij een te lage gasdruk. De hydraulische klep 5 regelt de afblaas en veiligheden.Only a pressure switch 29 mounted on the hydraulic valve 5 in the closed system 5 is then sufficient to start the compressor when the gas pressure is too low. The hydraulic valve 5 controls the blow-off and safety devices.

Combinaties van de in de figuren beschreven systemen/uitvoeringsvormen zijn mogelijk.Combinations of the systems / embodiments described in the figures are possible.

Andere uitvoeringsvormen van een lagedruk met gasgevulde installatie, waarbij de 10 hydraulische klep als regel en veiligheidsklep dienst doet, zijn uiteraard denkbaar, maar niet weergegeven.Other embodiments of a low-pressure gas-filled installation, in which the hydraulic valve serves as a control and safety valve, are of course conceivable, but not shown.

In figuur 6 is een uitvoeringsvorm van de hydraulische klep als kast weergegeven.Figure 6 shows an embodiment of the hydraulic valve as a cabinet.

De werking is gelijk aan die van de andere figuren.The operation is the same as that of the other figures.

f n o rm q cf n o rm q c

Claims (15)

1. Installatie voor het aanbrengen van laag inert gas 5 en het daarmee bedekken van een volume in een ruimte, zoals een opslag van water, om te beschermen tegen een schadelijke inwerking door of een reactie met bijvoorbeeld een ander gas, zoals zuurstof, welke installatie omvat: - de in hoofdzaak gesloten ruimte; 10. een bron van inert gas; - een leiding tussen de bron en de ruimte voor toe- en afvoer van het inert gas; en - een klep in de leiding, waarbij de klep is ingericht om direct, zonder tussen komst 15 van een besturing, in reactie op een drukverschil tussen de druk in de ruimte en in de omgeving daarvan inert gas te laten ontsnappen of omgevingslucht in de leiding toe te laten.An installation for applying a layer of inert gas and thus covering a volume in a space, such as a storage of water, in order to protect against a harmful action by or a reaction with, for example, another gas, such as oxygen, which installation comprises: - the substantially closed space; 10. a source of inert gas; - a line between the source and the space for supplying and discharging the inert gas; and - a valve in the line, wherein the valve is adapted to allow inert gas to escape immediately, without the intervention of a control, in response to a pressure difference between the pressure in the space and its environment or ambient air in the line to admit. 2. Installatie volgens conclusie 1, waarbij de klep 20 mechanisch is, of althans op een mechanische werking is gebaseerd.Installation according to claim 1, wherein the valve 20 is mechanical, or at least based on a mechanical operation. 3. Installatie volgens conclusie 1 of 2, waarbij de klep een met vloeistof gevulde houder omvat, waardoorheen inert gas en omgevingslucht door of langs de vloeistof kan 25 ontsnappen uit, resp. binnenstromen in de installatie.3. Installation as claimed in claim 1 or 2, wherein the valve comprises a container filled with liquid, through which inert gas and ambient air can escape from or resp. inflow into the installation. 4. Installatie volgens conclusie 3, waarbij de houder hol en ü-vormig is en de benen van de U-vorm opwaarts georiënteerd zijn.Installation according to claim 3, wherein the holder is hollow and U-shaped and the legs of the U-shape are oriented upwards. 5. Installatie volgens conclusie 4, waarbij de 30 leiding voor enerzijds aansluiting op de ruimte en anderzijds naar de bron van inert gas op één been van de U-vorm is aangesloten en het andere been in open verbinding staat met de omgeving, me daartussen de vloeistof. 1 0209355. Installation as claimed in claim 4, wherein the conduit for connection on the one hand to the space and on the other hand to the source of inert gas is connected to one leg of the U-shape and the other leg is in open connection with the environment, between which the liquid. 1 020935 6. Installatie volgens conclusie 4 of 5, waarbij de benen elk in opwaartse richting uitlopen in een kamer of verbreding voor opvang van onder invloed van een heersend drukverschil weggedrukte vloeistof.Installation as claimed in claim 4 or 5, wherein the legs each run upwardly into a chamber or widening for receiving liquid pressed away under the influence of a prevailing pressure difference. 7. Installatie volgens ten minste één van de conclusies 3-6, waarbij de houder een suppletietoevoer van additionele vloeistof omvat, voor selectieve suppletie daarvan.Installation according to at least one of claims 3-6, wherein the container comprises a supplementation supply of additional liquid, for selective supplementation thereof. 8. Installatie volgens ten minste één van de 10 conclusies 3-7, waarbij de vloeistof water is.8. Installation according to at least one of claims 3 to 7, wherein the liquid is water. 9. Installatie volgens conclusie 8, waarbij de suppletietoevoer een koeler omvat in het deel van de leiding, dat is aangesloten op de ruimte.Installation according to claim 8, wherein the make-up supply comprises a cooler in the part of the pipe connected to the space. 10. Installatie volgens ten minste één van de 15 voorgaande conclusies, verder omvattende een voorraadvat, waarbij de bron van inert gas is aangesloten op het voorraadvat voor opslag van inert gas tot een geselecteerd moment van gebruik daarvan.10. Installation as claimed in at least one of the foregoing claims, further comprising a storage vessel, wherein the source of inert gas is connected to the storage vessel for storing inert gas up to a selected moment of use thereof. 11. Installatie volgens ten minste één van de 20 voorgaande conclusies, waarbij de bron is ingericht om inert gas uit een andere stroom gas, bijvoorbeeld met omgevingslucht, te verkrijgen.11. Installation as claimed in at least one of the foregoing claims, wherein the source is adapted to obtain inert gas from a different stream of gas, for example with ambient air. 12. Installatie volgens conclusies 10 en 11, waarbij de bron door middel van een van de leiding afzonderlijke 25 aansluiting met het voorraadvat is verbonden via een schakelklep, en de schakelklep is ingericht om bij binnenkomende omgevingslucht deze via de afzonderlijke aansluiting te voeren, zodat deze wordt onderworpen aan de werking van de bron.12. Installation as claimed in claims 10 and 11, wherein the source is connected to the storage tank by means of a connection separate from the conduit via a switch valve, and the switch valve is adapted to pass this via the separate connection when ambient air enters, so that it is subject to the operation of the source. 13. Installatie volgens conclusie 11 of 12, waarbij de leiding meetmiddelen omvat voor bepaling van de samenstelling van uit de ruimte afkomstige gassen voor fl o na α c selectieve doorlating daarvan in de leiding van de installatie of langs een afvoer.13. Installation as claimed in claim 11 or 12, wherein the conduit comprises measuring means for determining the composition of gases from the space for flow through selective passage thereof into the conduit of the installation or along a drain. 14. Installatie volgens conclusies 12 en 13, waarbij de bron is gekoppeld met de afvoer.Installation according to claims 12 and 13, wherein the source is coupled to the drain. 15. Systeem voor verwarming en/of koeling van ten minste een deel van een gebouw, omvattende - een leidingstelsel voor circulatie van een medium voor warmte overdracht; - warmtewisselaars in het leidingstelsel, waarlangs het 10 medium wordt gecirculeerd met het systeem in bedrijf; - een warmte- of koudebron, waar het leidingstelsel op is aangesloten; en - middelen voor opvang van expansie en/of contractie van het medium, 15 waarbij de middelen voor opvang van expansie en/of contractie een installatie volgens ten minste één van de voorgaande conclusies omvat. 1 020935 <A system for heating and / or cooling at least a part of a building, comprising - a pipe system for circulation of a medium for heat transfer; heat exchangers in the pipe system, along which the medium is circulated with the system in operation; - a heat or cold source to which the pipeline system is connected; and - means for receiving expansion and / or contraction of the medium, wherein the means for receiving expansion and / or contraction comprises an installation according to at least one of the preceding claims. 1 020935
NL1020935A 2002-06-25 2002-06-25 Feed line arrangement for liquid heating devices, e.g. central heating systems, includes inert gas source and valve for providing protective gas cushion above liquid inside closed volume NL1020935C2 (en)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1020935A NL1020935C2 (en) 2002-06-25 2002-06-25 Feed line arrangement for liquid heating devices, e.g. central heating systems, includes inert gas source and valve for providing protective gas cushion above liquid inside closed volume

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1020935A NL1020935C2 (en) 2002-06-25 2002-06-25 Feed line arrangement for liquid heating devices, e.g. central heating systems, includes inert gas source and valve for providing protective gas cushion above liquid inside closed volume
NL1020935 2002-06-25

Publications (2)

Publication Number Publication Date
NL1020935A1 NL1020935A1 (en) 2003-12-30
NL1020935C2 true NL1020935C2 (en) 2004-08-04

Family

ID=31885061

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1020935A NL1020935C2 (en) 2002-06-25 2002-06-25 Feed line arrangement for liquid heating devices, e.g. central heating systems, includes inert gas source and valve for providing protective gas cushion above liquid inside closed volume

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1020935C2 (en)

Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1246320A (en) * 1959-10-08 1960-11-18 Auxiliary heated pressure expansion vessel
US5007583A (en) * 1987-05-05 1991-04-16 A. Schwarz & Co. Device for accomodating expansion in fluid circulation systems
NL1016219C1 (en) * 2000-09-19 2002-03-21 Jan Henk Cnossen Closed device for heating particularly water comprises heating boiler, internal combustion engine of heat power coupling unit, fuel cells or solar panels, with heat fed to water

Patent Citations (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
FR1246320A (en) * 1959-10-08 1960-11-18 Auxiliary heated pressure expansion vessel
US5007583A (en) * 1987-05-05 1991-04-16 A. Schwarz & Co. Device for accomodating expansion in fluid circulation systems
NL1016219C1 (en) * 2000-09-19 2002-03-21 Jan Henk Cnossen Closed device for heating particularly water comprises heating boiler, internal combustion engine of heat power coupling unit, fuel cells or solar panels, with heat fed to water

Also Published As

Publication number Publication date
NL1020935A1 (en) 2003-12-30

Similar Documents

Publication Publication Date Title
US2083611A (en) Cooling system
JP5942317B2 (en) Thermoelectric generator
US9851156B2 (en) Molten-salt-heated indirect screw-type thermal processor
JP4068108B2 (en) Heating medium heating and cooling device
US20090065181A1 (en) System and method for heat exchanger fluid handling with atmospheric tower
US20120144830A1 (en) Feed water degasifier for a solar thermal power station
JP2008290044A5 (en)
NL1020935C2 (en) Feed line arrangement for liquid heating devices, e.g. central heating systems, includes inert gas source and valve for providing protective gas cushion above liquid inside closed volume
JP2015206484A (en) Vacuum type water heater
JPS60168501A (en) Distillation apparatus
US20110041892A1 (en) Heat sink system for large-size photovoltaic receiver
RU2335459C1 (en) Method of deaerated salty water desalination and device for its implementation
JP2009097794A (en) Cryogenic liquid heating method and its device
US20220033282A1 (en) Solar powered vacuum assisted desalination system
JP4731042B2 (en) High pressure gas supply equipment
US11193719B2 (en) Molten-salt-heated indirect screw-type thermal processor
US9726433B2 (en) Heating
JPS62288422A (en) Circulation device for heating steam in steam heater
FR2911672A1 (en) Refrigeration system for freeze-drying assembly, has low temperature refrigeration loop serving as heat source for very low temperature refrigeration loop to refrigerate tank or trap such that loops are mounted in cascade
US20020178604A1 (en) Apparatus for drying solid insulation of an electrical device
JP5873464B2 (en) Drain collection device
AU2012367047A1 (en) Device for cooling a superconducting machine
NL2022857B9 (en) System and method for purification of water by membrane distillation
RU90888U1 (en) HEAT PIPE
PL81166B1 (en) Heat transfer apparatus for the utilization of the heat content of exhaust gases[gb1293279a]

Legal Events

Date Code Title Description
AD1A A request for search or an international type search has been filed
RD2N Patents in respect of which a decision has been taken or a report has been made (novelty report)

Effective date: 20040603

PD2B A search report has been drawn up
SD Assignments of patents

Owner name: SOTEX B.V.

Effective date: 20061012

VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20090101