NL1019936C1 - Dwarsfluit steun-systeem voor een ergonomische bediening. - Google Patents

Description

Dwarsfluit steun-systeem voor een ergonomische bediening I

5 De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het op ergonomische wijze I

bedienen en ondersteunen van alle dwarsfluiten, met name de metalen Boehm-dwars- H

fluiten, met het doel tot anatomisch verantwoorde houding te komen van de vingers, H

handen en de rest van het lichaam van de musicus die het instrument bespeelt. I

Met de uitvinding wordt beoogd, de musicus in staat te stellen het instrument te I

10 bedienen vanuit de bespeler eigen, natuurlijke houding, zodat met zo min mogelijk I

energie en ontspannen gespeeld kan worden. I

De metalen Boehm-dwarsfluit wordt gekenmerkt door een holle cylinder met inwen- I

dige maat van 19 mm en uitwendige maat van ca. 19.8 mm, FIG. 1. Met voornamelijk

aan de bovenzijde gemonteerd mechaniek om gaten in de buis naar believen te kunnen I

15 openen en sluiten. Door 't mechanisme aan bovenzijde van de fluit en de manier H

waarop de handen het instrument kunnen vasthouden, nijgt de fluit naar de bespeler H

toe om te rollen. I

De probleemstelling is als volgt. Het instrument wordt tijdens het spelen ondersteund I

door het eertse gewricht van de linker wijsvinger en rechter duim en rechter pink als I

20 de DIS-/ES-klep op dat moment open mag staan. En wordt iets ondersteund door de I

lippen voor zover dit het aanblazen niet nadelig beïnvloed. Bij de octaafwisseling I

vervullen linker duim en rechter pink hun steunfunctie niet en wordt het instrument I

door de embouchure (lippen), eerste gewricht van linker wijsvinger en rechter duim H

gedragen. De rechter duim draagt tegen/ onder de cylinder, die al instabiel door het I

25 aan de bovenzijde gemonteerde mechaniek, makkelijk naar de bespeler toe uit handen I

rolt. Dit heeft tot gevolg dat de musicus bewust of onbewust de neiging ontwikkelt om I

met het eerste gewricht van de linker wijsvinger "onder de fluit te kruipen" en daarmee I

de hoek tussen hand en pols scherper maakt. Tevens draait men de hand en gaat men I

met uitgestrekte vingers spelen. (Voornamelijk ringvinger en pink). Ook elders in het I

30 lichaam kunnen nog compensaties optreden. Bovenstaande levert zeer veel blessures op. I

Bij de rechterhand wordt veel kracht van de pink gevraagt en de duim "zwikt" teveel H

door. De rechterhand is teveel gesloten en in elkaar gedrukt door het vast houden van de H

smalle fluitbuis. Er is een gevoel van onbalans en een gebrek aan "grip" op het instrument. H

De hierdoor ontstane compensaties hebben verkramping in vingers en hand tot gevolg. H

i o 19 y o 3 I

I 2 I De uitvinding, het dwarsfluitsteun-systeem voor ergonomische bediening, beoogt een I verbetering te zijn op de meest gangbare methode van dragen en bedienen van het I 5 instrument, nl. zonder hulpmiddelen. FIG.1 en FIG. 2.

I Een inrichting voor het dragen van een dwarsfluit is ook bekend van de z.g. "crutch" I van Theobald Boehm, de uitvinder van de hedendaagse dwarsfluit. Dit steuntje dient ter I ondersteuning van de fluit in de linkerhand. Deze is echter niet verstelbaar onder enige I hoek of in hoogte, maar is slechts draaibaar. Voomoemde "crutch" bestaat uit een op de I 10 fluitbuis gesoldeerd busje waarin een houten krukje wordt gestoken. FIG.3.

I Een inrichting voor het bedienen van een dwarsfluit is ook bekend onder het Duitse I octrooischrift: PCT/ EP87/00761-P36421340. Deze vinding beoogt een oplossing te zijn I voor het kanteleffect van de fluit en een verbetering van het draagcomfort. De stand I van de hand verbeterd niet. De vinding wordt niet gebruikt in combinatie met I 15 montageblok dat de linkerwijsvinger ondersteunt en het "uitdraaien" van de hand I tegengaat. De Duitse vinding is niet in hoogte/ diepte afstelbaar en gelijkertijd onder I hoeken afstelbaar, noch voorzien van een extra te monteren kunststof lip die contouren I van de hand, tussen duim en wijsvinger kan volgen, als er spake is van een blessure.

I De Duitse vinding is niet afneembaar d.m.v. kliksysteem en gelijkertijd vast-instelbaar.

I 20 Deze voomoemde vinding is niet voorzien van een uitgebouwde en onder een hoek I verdaaibare, vast-instelbare en afneembare rechtersteun.

I Een inrichting ter verbetering van de ergonomie is ook bekend van een Amerikaans I product/octrooi, de z.g. BO-PEP. Dit zijn op de fluitbuis te klemmen kunststof I voorwerpen die tot doel hebben de fluitbuis te verdikken. Op dezelfde wijze als bekend I 25 van oude Duitse fluiten waar zij echter van metaal en opgesoldeerd zijn. Deze I voorwerpen zijn verder niet afstelbaar noch in combinatie te gebruiken met enig andere I vormen van afstelbare ondersteuning van het instrument.

I De uitvinding, het dwarsfluit steun-systeem voor ergonomische bediening, kenmerkt I zich door een steun voor de linkerhand en een steun voor de rechterhand.

De uitvinding, wordt ten eerste gekenmerkt door een rechtersteun, voorzien van een H

montagedeel, FIG.5 en een gewelfd duim-plateau, FIG.6 (Hierna duimplateau). I

5 Het montagedeel wordt aan de buisvormige body van de dwarsfluit gemonteerd met H

siliconen bandjes FIG.7 en FIG.8-1 die niet dikker zijn dan 1 mm. om onder de H

kleppen door te kunnen en omdat deze in tegenstelling tot rubber (o-ringen), niet met H

zilver van het instrument reageren. De siliconen bandjes worden bevestigd achter haken I

van het montagedeel FIG.5-2 Het montagedeel is naar links of rechts en ook radiaal om

10 de langsas van het instrument te monteren, zodat de juiste hoek kan worden gekozen H

waaronder de duim op het instrument wordt geplaatst, (de duim kan meer krommen). H

In de holling van het montagedeel zit siliconenfolie opgesloten in een soort kamer zodat H

de folie niet wegglijdt. Siliconenfolie voorkomt krassen op het oppervlak van de fluit. H

De uitvinding, is voorzien van een duimplateau dat verdraaibaar ten opz. van de langs- H

15 as op het montagedeel gemonteerd kan worden. FIG.6 Het duimplateau en montage- I

deel zijn uitgerust met een zwaluwstaart verbinding. Die van het montagedeel is rond H

FIG.5-3, zodat het plateau onder een hoek kan komen te staan ten opzichte van het H

montagedeel. Als de juiste hoek is gekozen door de nok FIG.5-4 op het montagedeel te H

20 verstellen, wordt het duimplateau steeds bij montage op het instrument onder de zelfde H

correcte hoek op het instrument gezet De musicus kan deze voorkeurs-afstelling van de H

hoek naar eigen believen kiezen zodat diens duim steeds onder de goede hoek onder de H

fluit staat. De nok is verstelbaar in een uitgefraisde sleuf in het montagedeel FIG. 5-5 H

De uitvinding, een fluitsteun voor de rechterhand, kenmerkt zich door een gewelfd H

duim- plateau FIG.6 : dat naar links toe sterker oploopt zodat de duim niet naar links H

25 wegglijdt F1G.6-4, naar de musicus toe is uitgebouwd of uitsteekt zodat de fluit niet H

naar de musicus toe rolt FIG.6-6, en naar achteren toe (van musicus af) open is FIG.6-2 H

doch daar iets oplopend zodat de duim kan uitsteken maar de musicus zich toch door de I

oplopende rand kan oriënteren. De plaatsing van de duim is belangrijk omdat het een I

refentiepunt vormt voor de vingers en de motoriek daarvan. I

30 De uitvinding, een dwarsfluit steun-systeem voor ergonomische bediening kenmerkt I

zich doordat het duimplateau is uitgevoerd met een stel veren aan weerszijden van een I

sleuf waar de stel-nok in valt. Deze veren vangen de nok zodat het duimplateau vastklikt I

FIG. 6-7. I

I 4 I Het duimplateau kan zijn voorzien van losse inzet veren, of de veren kunnen integraal I uit een stuk zijn gespoten (kunststof) met het duimplateau.

I 5 De verstelbare nok wordt gevangen in een sleuf FIG.6-5, waardoor het duimplateau I steeds onder een vaste hoek vastklikt. Het duimplateau kan snel op het montagedeel I worden geplaatst^ steeds in de gekozen positie, zodat de fluit (met montagedeel er nog I op) in het etui past.

I 10 De uitvinding, het dwarsfluit steun-systeem voor ergonomische bediening, heeft I tevens als kenmerk te zijn uitgevoerd met een steun voor de linkerhand.

I Deze linkersteun heeft als doel, de fluit in de linkerhand te ondersteunen zodat de I vingers van de linkerhand voor het manipuleren van de kleppen kunnen worden I gebruikt. De vingers hoeven dan niet ook tegelijkertijd het instrument te dragen.

I 15 De linkersteun is ook voorzien van een montagedeel dat eveneens met siliconen I bandjes op de fluit worden bevestigd. Het montagedeel is variabel in plaats op het I instrument te bevestigen, (vergroot de afstel mogelijkheid). Een steunblok, FIG.9-2 I en FIG. 10-2, wordt met een zwahiwstaartverbindïng FIG.9-8, op het montagedeel I geschoven. Dit maakt de instelmogelijkheid in de langs richting van het instrument I 20 groter. Tevens kan hierdoor de steun zover van het instrument worden afgenomen I dat het weer in het etui past als het wordt opgeborgen.

I De uitvinding heeft dus een steunblok dat gewelfd is, FIG 10-9 en waartegen het I eerste gewricht van de wijsvinger rust. Het steunblok heeft een zekere dikte zodat de I hand iets draait en een betere ergonomische houding wordt bereikt en de kans dat men I 25 met uitgestrekte pink- en ringvinger gaat spelen minder groot is hetgeen vaak tot I blessures leidt.

I Het steun blok is aan de onderzijde voorzien van een stelsel van kogelgewrichten I FIG. 9-3/4 en FIG. 12-3/4. waaraan een handsteun is bevestigd FIG. 9-5.

I Doormiddel van een schroefverbinding tussen de kogelgewrichten FIG.9-7, is het I 30 mogelijk de handsteun meer van het instrument af of toe te verstellen afhankelijk van I de grootte van de hand van de bespeler.

I Door middel van de kogelgewrichten kan de handsteun in elk denkbare positie onder I de fluit en steunblok worden afgesteld.

De uitvinding is voorzien van een handsteun FIG.13 en FIG.9-5, die op de huidplooi H

5 tussen de duim en eerste gewricht van de wijsvinger rust. H

De handsteun is zo gevormd dat deze op de meeste handen past en door de welving H

de wijsvinger en duim ,(en gewrichten daarvan), vrij laat te bewegen tijdens het spelen H

op het instrument. H

Met de linkersteun kan, door diens vele afstelmogelijkheden, de linkerhand van elke H

musicus op verantwoorde wijze naar de zijn of haar individuele anatomie worden I

10 afgesteld. I

De uitvinding een dwarsfluit steun systeem voor ergonomische bediening kenmerkt I

zich tevens door te zijn uitgevoerd met een kogel waaraan een stukje thermoplast I

is bevestigd FIG. 14. Dit maakt het mogelijk onder het steun blok en fluit niet alleen I

een handsteun te bevestigen, maar ook een met kogelgewrichten verstelbaar stuk I

15 thermoplast. I

Dit gebruik van een thermoplast dat in warm water vervormd kan worden is soms I

nodig als er sprake is van blessures aan de hand van de musicus. I

Door zijn uitstekende plooibaarheid kan het thermoplast de contouren van de hand I

beter volgen dan een handstuk met een vaste vorm. I

1019938 I

Claims (12)

1. Inrichting voor het op ergonomische wijze dragen en bedienen van een I 5 dwarsfluit, gekenmerkt doordat de inrichting is voorzien van twee gecombineerde I steunen, een linker en een rechtersteun.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de rechtersteun en linker- I steun zijn voorzien van een montagedeel dat op het instrument wordt bevestigd met I siliconenfolie ertussen en vastgemaakt met siliconenbandjes die aan de haken van de I 10 montagedelen worden vastgehaakt.

3. Inrichting volgens conclusiel, met het kenmerk dat de rechtersteun is voorzien I van een gewelfd duimplateau dat in een moment op/ van het montagedeel kan I worden geklikt zodat het instrument nog in het etui past

4. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het gewelfd d-plateau, als I 15 gemonteerd, naar de bespeler toe en onder de fluit vandaan uitsteekt zodat de I fluit niet naar de bespeler kan toerollen tijdens het spelen.

5. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het gewelfd d-plateau draai- I baar ten opzichte van de langs as van het instrument en het montagedeel kan I 20 worden afgesteld met een verstelbare nok op het montagedeel.

6. Inrichting volgens conclusiel, met het kenmerk dat het gewelfd duimplateau van I de rechtersteun vast 'klikt' doormiddel van twee veren die de nok 'vangen' en dat I steeds in de zelfde positie doen omdat de verstelbare nok in een sleuf valt waar de I veren aan weerzijden zijn bevestigd.

7. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het montagedeel van de I 25 rechtersteun is uitgevoerd met een ronde zwaluwstaartverbinding zodat het I gewelfde duimplateau draaibaar aan het montagedeel kan worden bevestigd.

8. Inrichting volgens conclusiel, met het kenmerk dat de linkersteun in voorzien I van een verdikt steunblok dat de wijsvinger van de fluit af houd en anatomisch I gewelfd is. I 30

9. Inrichting volgens conclusiel, met het kenmerk dat de linkersteun een steun- I blok heeft dat met een zwaluwstaart verbinding aan het montagedeel wordt I geschoven zodat de steun extra in langs richting kan worden ingesteld. I 1019936

10. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat het steunblok van de linker H steun is voorzien van een stelsel van kogelgewrichten en schroefverbinding waarmee H 5 een handsteun in alle richtingen en hoeken kan worden ingesteld zodat de positie van de steun voor elke hand kan worden ingesteld.

11. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de linkersteun ook kan H worden uitgevoerd met steunblok w aaraan een kunststof lip uit een thermoplast is H bevestigd om in de plaats van de handsteun, de fluit in de hand te kunnen dragen H 10 als in geval van blessures daar aanleiding voor is. H

12. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de linkersteun, net zoals de H rechter wanneer deze is afgesteld, steeds in de zelfde afgestelde stand op het H terug geplaatst of gemonteerd kan worden, zodat de musicus maar een keer hoeft H af te stellen. I 1019936 I