NL1019761C2

NL1019761C2 - Support construction for a saddle.

Info

Publication number: NL1019761C2
Application number: NL1019761A
Authority: NL
Inventors: Petrus Wilhelmus Zweegers
Original assignee: Z P M Internat B V
Priority date: 2002-01-17
Filing date: 2002-01-17
Publication date: 2003-07-18
Also published as: EP1465800A1; AU2003235616A1; WO2003059724A1

Description

JJ

Korte aanduiding: Ondersteuningsconstructie voor een zadel.Short description: Support construction for a saddle.

BESCHRIJVINGDESCRIPTION

De uitvinding heeft betrekking op een 5 ondersteuningsconstructie voor een zadel omvattende een buisvormig orgaan, een in het buisvormig orgaan in een verschuifrichting verschuifbare zadel pen, veermiddelen werkzaam tussen de zadel pen en het buisvormig orgaan, blokkeringsmiddelen voor het in tenminste twee verschuifposities geblokkeerd kunnen houden van de zadel pen in het 10 buisvormig orgaan en bedieningsmiddelen voor het bedienen van de blokkeri ngsmi ddelen.The invention relates to a support construction for a saddle comprising a tubular member, a saddle pin slidable in the tubular member in a shifting direction, spring means operative between the saddle pin and the tubular member, blocking means for being able to keep blocking in at least two shifting positions the saddle pin in the tubular member and operating means for operating the blocking means.

Een dergelijke constructie is bekend uit het Nederlands octrooi 1009221. In genoemd octrooi wordt een ondersteuningsconstructie voor een fietszadel beschreven waarmee het mogelijk is voor een berijder 15 van een fiets om op eenvoudige wijze het fietszadel tussen twee hoogteposities te verstellen zodat bijvoorbeeld tijdens het fietsen een hoge positie kan worden ingesteld, terwijl tijdens stilstand een lage positie wordt aangehouden waardoor de berijder op het zadel kan blijven zitten en toch met de voeten direct op de grond kan steunen. Hiertoe 20 wordt gebruik gemaakt van een busvormig orgaan dat als een conventionele zadel pen in een zadelpengat van een fietsframe kan worden opgenomen en bevestigd. In het busvormig orgaan is een zadel pen verschuifbaar opgenomen. De zadel pen is voorzien van twee halfbol vormige uitsparingen waarin onder veerdruk vanaf de buitenzijde een, een onderdeel van een 25 vergrendel mechanisme uitmakende, kogel kan worden gedrukt voor het borgen van de zadel pen in een bepaalde positie. In het genoemd octrooi schrift wordt voorgesteld om voor de bediening van het vergrendel mechanisme een, handmatig te bedienen, verzwenkbare hefboom met een Bowdenkabel te gebruiken.Such a construction is known from Dutch patent 1009221. In said patent a supporting construction for a bicycle saddle is described with which it is possible for a rider of a bicycle to adjust the bicycle saddle in a simple manner between two height positions so that, for example, during cycling a high position can be adjusted, while a low position is maintained during standstill allowing the rider to remain seated on the saddle and still be able to rest with feet directly on the ground. Use is made for this purpose of a bush-shaped member which can be received and mounted as a conventional saddle pin in a seat post hole of a bicycle frame. A saddle pin is slidably received in the bus-shaped member. The saddle pin is provided with two hemispherical shaped recesses in which, under spring pressure, a ball forming part of a locking mechanism can be pressed from the outside for securing the saddle pin in a certain position. It is proposed in said patent specification to use a manually operable pivotable lever with a Bowden cable for operating the locking mechanism.

30 Alhoewel de bovenbeschreven ondersteuningsconstructie volgens de stand van de techniek voor een groot deel van de gebruikers 1019761* i 1 l 2 als zeer prettig in gebruik wordt ervaren, blijkt dit voor een ander deel van de gebruikers in mindere mate het geval te zijn met name doordat zij de handmatige bediening als minder prettig ervaren. Daarnaast blijkt de montage van de ondersteuningsconstructie inclusief de bedieningsmiddelen 5 een tijdrovende klus die veelal door een vakman dient te worden uitgevoerd, hetgeen de kosten voor de gebruiker doet toenemen. Tenslotte wordt opgemerkt dat de ondersteuningsconstructie volgens de stand van de techniek minder geschikt is om te worden toegepast in combinatie met rijwielen met een relatief hoog frame.Although the above-described support construction according to the state of the art is experienced as very pleasant to use for a large part of the users, this appears to be to a lesser extent for another part of the users, in particular because they experience manual operation as less pleasant. In addition, the mounting of the supporting structure including the operating means 5 appears to be a time-consuming job that usually has to be carried out by a person skilled in the art, which increases the costs for the user. Finally, it is noted that the support structure according to the prior art is less suitable for use in combination with bicycles with a relatively high frame.

10 De uitvinding beoogt nu een ondersteuningsconstructie volgens de aanhef te verschaffen die, al dan niet in voorkeursuitvoeringsvormen, een verbetering dan wel een oplossing voor bovengenoemde bezwaren biedt. Hiertoe omvatten de bedieningsmiddelen een ten opzichte van de zadel pen en het buisvormig orgaan in de 15 verschuifrichting verschuifbaar bedieningsorgaan, alsmede remmiddelen voor het bieden van een zekere mechanische weerstand tegen het verschuiven van het bedieningsorgaan waarbij één van het bedieningsorgaan en de zadel pen is voorzien van een aanslag en de ander van het bedieningsorgaan en de zadel pen is voorzien van aanslagvlakken die in 20 verschuifrichting gezien gelegen zijn aan weerszijden van de aanslag.The invention now has for its object to provide a support construction according to the preamble which, whether or not in preferred embodiments, offers an improvement or a solution for the above-mentioned drawbacks. To this end, the operating means comprise an operating member slidable with respect to the saddle pin and the tubular member in the shifting direction, as well as braking means for providing a certain mechanical resistance to shifting of the operating member, one of the operating member and the saddle pin being provided with one stop and the other of the operating member and the saddle pin are provided with stop surfaces which, viewed in the shifting direction, are located on either side of the stop.

Aldus uitgevoerde bedieningsmiddelen maken de handmatige bediening ervan overbodig. Door het feit dat de aanslag zich tussen de aanslagvlakken aan weerszijden ervan kan bewegen is het mogelijk met behulp van het bedieningsorgaan de blokkeringsmiddelen in een geblokkeerde dan wel in 25 een gedeblokkeerde toestand te brengen. Het tussen de aanslagvlakken doen bewegen van de aanslag kan in de ene richting geschieden onder invloed van de veermiddelen en in de andere richting onder invloed van een uitwendig uitgeoefende kracht zoals veroorzaakt door het gewicht van een berijder.Operating means designed in this way render manual operation superfluous. Due to the fact that the stop can move between the stop surfaces on either side thereof, it is possible to bring the blocking means into a blocked or unblocked state with the aid of the operating member. Moving the stop between the stop surfaces can take place in one direction under the influence of the spring means and in the other direction under the influence of an externally exerted force such as caused by the weight of a rider.

30 Een zeer voordelige uitvoeringsvorm van de ondersteuningsconstructie volgens de uitvinding wordt verkregen indien de 1019761 3 aanslagvlakken onderdeel uitmaken van een aanslagorgaan met twee tegen over elkaar gelegen kroonvormige lichamen die aan de naar elkaar toe gerichte zijden aan hun omtrek afwisselend zijn voorzien van sleuven en schuine glij randen waarbij tegenover de sleuven van het ene kroonvormige 5 lichaam de glij randen van het ander kroonvormige lichaam zijn gelegen en de uiteinden van de sleuven de aanslagvlakken vormen. Aldus kan een situatie worden bereikt dat de positie van de werkzame aanslagvlakken in de verschuifrichting gezien wijzigt tijdens een relatieve heen en weergaande slag van de aanslag doordat, vanwege de werkzaamheid van de 10 glijvlakken, de aanslag niet terugkeert in dezelfde sleuf maar in een naburige sleuf die een andere lengte kan hebben. Hiervan kan zeer voordelig gebruik worden gemaakt voor het in een geblokkeerde toestand dan wel gedeblokkeerde toestand brengen van de blokkeringsmiddelen.A very advantageous embodiment of the supporting construction according to the invention is obtained if the stop surfaces form part of a stop element with two opposed crown-shaped bodies which are alternately provided with slots and oblique sliding on the sides facing each other at their periphery edges in which the sliding edges of the other crown-shaped body are situated opposite the slots of the one crown-shaped body and the ends of the slots form the stop surfaces. Thus, a situation can be achieved that the position of the active stop surfaces as seen in the shifting direction changes during a relative reciprocating stroke of the stop because, due to the effectiveness of the sliding surfaces, the stop does not return in the same slot but in an adjacent slot. which may have a different length. This can be used very advantageously for bringing the blocking means into a blocked or unblocked state.

Praktisch gezien is het zeer voordelig indien de uiteinden 15 van naburige sleuven van de kroonvormige lichamen in de verschuifrichting gezien op wisselende posities zijn gelegen. Zo verkrijgt het bewegingspatroon een repeterend en dus voorspelbaar karakter hetgeen het gemak voor de gebruiker ten goede komt.From a practical point of view, it is very advantageous if the ends of adjacent slots of the crown-shaped bodies are located at varying positions as seen in the direction of displacement. The movement pattern thus acquires a repetitive and therefore predictable character, which benefits the user's convenience.

Een constructief relatief eenvoudige en compacte 20 uitvoeringsvorm wordt verkregen indien het bedieningsorgaan in hoofdzaak penvormig is en zich verschuifbaar uitstrekt door de kroonvormige lichamen en op een positie daartussen is voorzien van de aanslag die zich radiaal buitenwaarts uitstrekt, waarbij de kroonvormige lichamen vast zijn verbonden met de zadel pen. Compactheid van de constructie is een 25 belangrijk aspect vanwege de veelal beperkte inbouwruimte.A constructionally relatively simple and compact embodiment is obtained if the operating member is substantially pin-shaped and slidably extends through the crown-shaped bodies and is provided at a position between them with the stop extending radially outward, the crown-shaped bodies being fixedly connected to the saddle pin. Compactness of the construction is an important aspect because of the often limited installation space.

Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van de ondersteuningsconstructie volgens de uitvinding kenmerkt zich doordat de blokkeringsmiddelen een blokkeringslichaam omvatten dat samen met de zadel pen verschuift en dat in de verschuifrichting gezien kan aanliggen 30 tegen een blokkenngsdeel van het buisvormige orgaan voor het vervullen van een blokkerende functie.A further preferred embodiment of the supporting construction according to the invention is characterized in that the blocking means comprise a blocking body which slides together with the saddle pin and which, viewed in the shifting direction, can abut against a blocking part of the tubular member for fulfilling a blocking function.

10197611019761

1 I1 I

44

Bij verdere voorkeur is het bedieningsorgaan voorzien van tenminste één uitsparing voor opname van het blokken'ngslichaam. Door een geschikte dimensionering van o.a. het blokken'ngsl ichaam en de uitsparing in combinatie met een geschikt relatief bewegingspatroon van het 5 bedieningsorgaan en de zadel pen is het met behulp van een dergelijke uitsparing mogelijk om het blokken'ngsl ichaam in een al dan niet tegen het blokkeringsdeel aanliggende positie te manoevreren.The operating member is further preferably provided with at least one recess for receiving the block body. Due to a suitable dimensioning of, inter alia, the block angled body and the recess in combination with a suitable relative movement pattern of the operating member and the saddle pin, it is possible with the aid of such a recess to enclose the block angled body in a maneuvering the blocking part adjacent position.

De tenminste ene uitsparing wordt zeer voordelig gevormd door twee rondgaande groeven, met name bij toepassing van de kroonvorm'ge 10 lichamen zoals bovenstaand beschreven. Het rondgaande karakter van de groeven maakt het mogelijk dat het bedieningsorgaan roteert om zijn eigen lengte-as zonder dat dit tot gevolg heeft dat het blokkeringslichaam mee moet roteren dan wel dat voor het blokkeri ngsl ichaam in bepaalde rotatiestanden geen uitsparing beschikbaar is. Door gebruik te maken van 15 twee groeven kunnen de mogelijkheden die de heen en weer gaande slag van de aanslag tussen de aanslagvlakken bieden optimaal worden benut voor het in de geblokkeerde toestand dan wel gedeblokkeerde toestand brengen van de blokkeringsmiddelen.The at least one recess is very advantageously formed by two circumferential grooves, in particular when the crown-shaped bodies are used as described above. The circumferential nature of the grooves makes it possible for the operating member to rotate about its own longitudinal axis without this having the blocking body to rotate along with it or that no recess is available for the blocking body in certain rotational positions. By making use of two grooves, the possibilities offered by the reciprocating stroke of the stop between the stop surfaces can be optimally utilized for bringing the blocking means into the blocked state or the unblocked state.

De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van 20 de beschrijving van een voorkeursuitvoeringsvorm van een ondersteun!ngsconstructie volgens de uitvinding. Bij deze beschrijving wordt verwezen naar de bijgaande figuren.The invention will be further elucidated on the basis of the description of a preferred embodiment of a support structure according to the invention. In this description, reference is made to the accompanying figures.

Figuur 1 toont in perspectivisch aanzicht en in gedeeltelijke doorsnede een voorkeursuitvoeringsvorm van een 25 ondersteuningsconstructie volgens de uitvinding.Figure 1 shows in perspective view and in partial cross-section a preferred embodiment of a supporting construction according to the invention.

Figuur 2 toont in 1angsdoorsnede de ondersteuningsconstructie volgens figuur 1.Figure 2 shows the support structure according to Figure 1 in a longitudinal section.

Figuur 3 toont een deel van figuur 2 op grotere schaal.Figure 3 shows a part of Figure 2 on a larger scale.

De figuren 4a tot en met 4h tonen de 30 ondersteuningsconstructie in verschillende bedieningsstanden.Figures 4a to 4h show the support structure in various operating positions.

De figuren 1, 2 en 3 tonen een ondersteuningsconstructie 1 1®197'61i 5 die is bestemd ter vervanging van een conventionele vaste zadel pen van een rijwiel. De ondersteuningsconstructie 1 omvat een langgerekte buis 2 met aan zijn bovenzijde een zich grotendeels binnen de langgerekte buis 2 uitstrekkende blokkeringsbuis 3. De buitendiameter van de langgerekte 5 buis 2 komt overeen met die van een conventionele vaste zadel pen zodat bevestiging van de ondersteuningsconstructie in het zadelpengat van een rijwielframe op conventionele wijze mogelijk is. In de blokkeringsbuis 3 bevinden zich twee in langsrichting uitstrekkende sleufgaten 4, 5. Het onderste sleufgat 5 mondt uit aan de onderrand 6 van de blokkeringsbuis 10 3.Figures 1, 2 and 3 show a supporting structure 1 1 197 1961 that is intended to replace a conventional fixed saddle pin of a bicycle. The support structure 1 comprises an elongated tube 2 with a blocking tube 3 extending largely within the elongated tube 2 on its upper side. The outer diameter of the elongated tube 2 corresponds to that of a conventional fixed saddle pin so that mounting of the support structure in the seat post hole of a bicycle frame is possible in a conventional manner. There are two longitudinally extending slot holes 4, 5 in the blocking tube 3. The lower slot 5 opens at the lower edge 6 of the blocking tube 3.

Binnen de langgerekte buis 2 en de blokkeringsbuis 3 is een speciale holle zadel pen 7 verschuifbaar opgenomen. Over de bovenzijde van de zadel pen 7 is een bevestigingsbus 8 met behulp van een borgpen 9 bevestigd. De afmetingen van bevestigingsbus 8 zijn dusdanig dat hieraan 15 op conventionele wijze een fietszadel kan worden bevestigd. Iets onder zijn midden is een radiale boring 22 in de wand van de zadel pen 7 aanwezig. Nabij zijn onderrand 23 is de wanddikte van zadel pen 7 kleiner waardoor bij de overgang aan de buitenzijde een rondgaande aanslagrand 10 ontstaat. Tegen deze aanslagrand 10 rust een borgring 11. Via 20 verbindingsbussen 12, 13 is zadelpen 7 vast verbonden met twee holle kroonringen 14, 15. Onder een vaste verbinding dient binnen dit kader te worden begrepen de situatie waarbij iedere beweging van zadelpen 7 gepaard gaat met eenzelfde beweging van de verbindingsbussen 12, 13 en kroonringen 14, 15. In de beschreven constructie kan dit overigens 25 slechts een translerende beweging betreffen.A special hollow saddle pin 7 is slidably received within the elongated tube 2 and the blocking tube 3. Over the top of the saddle pin 7, a mounting sleeve 8 is attached by means of a locking pin 9. The dimensions of mounting bush 8 are such that a bicycle saddle can be attached to this in a conventional manner. A radial bore 22 is present in the wall of the saddle pin 7 just below its center. Near its lower edge 23, the wall thickness of saddle pin 7 is smaller, so that a circular stop edge 10 is formed at the transition on the outside. A locking ring 11 rests against this stop edge 10. Via 20 connecting bushes 12, 13, seat post 7 is firmly connected to two hollow crown rings 14, 15. Within this framework, a fixed connection is to be understood to mean the situation in which every movement of seat post 7 is accompanied by the same movement of the connecting buses 12, 13 and crown rings 14, 15. In the construction described, this may incidentally only concern a translational movement.

Tussen verbindingsbus 12 en borgring 10 bevindt zich een dempingsring 21 die is vervaardigd van een kunststof elastisch verend materiaal. De twee kroonringen 14, 15 zijn aan de naar elkaar toe gerichte zijden aan hun omtreksrand voorzien van sleuven en glijranden 30 met een vast repeterend patroon nl. dat van een eerste glijrand 16, een diepe sleuf 17, een tweede glijrand 18 en een ondiepe sleuf 19. Vanwege 1019761 6 het ondiepe karakter van sleuf 19 gaan de tweede glijrand en de ondiepe sleuf naadloos in elkaar over. Per kroonring 14, 15 herhaalt dit patroon zich vier maal over de omtrek. De kroonringen 14, 15 zijn dusdanig ten opzichte van elkaar gepositioneerd dat tegenover een sleuf van de ene 5 kroonring zich een glijrand van de andere kroonring bevindt. Tussen de bevestigingsbus 8 en de aanslagrand 10 is de buitenomtrek van de zadel pen 7 zeskantig van vorm. De binnenomtrek van de blokken'ngsbuis 3 heeft een overeenkomstige vorm zodat rotatie van de zadel pen 8 en van al de daar vast mee verbonden onderdelen uitgesloten.Between connecting bush 12 and locking ring 10 is a damping ring 21 made of a plastic elastic resilient material. The two crown rings 14, 15 are provided with slots and sliding edges on their peripheral sides with a fixed repeating pattern, namely that of a first sliding edge 16, a deep slot 17, a second sliding edge 18 and a shallow slot. 19. Due to the shallow nature of slot 19, the second sliding edge and the shallow slot merge seamlessly. This pattern is repeated four times over the circumference of each crown ring 14, 15. The crown rings 14, 15 are positioned relative to each other such that there is a sliding edge of the other crown ring opposite a slot of the one crown ring. Between the mounting bush 8 and the stop edge 10, the outer circumference of the saddle pin 7 is hexagonal in shape. The inner circumference of the block tube 3 has a corresponding shape so that rotation of the saddle pin 8 and of all the parts fixedly connected thereto is excluded.

10 Binnen de zadel pen 7 inclusief de daarmee verbonden kroonringen 14, 15 is op zijn beurt weer een bedieningspen 20 verschuifbaar opgenomen. Deze wordt in zijn schuif beweging in beperkte mate geremd door een remvoorziening 24 die is aangebracht aan de onderzijde van buis 12. De remvoorziening 24 omvat een bronzen bus 25 15 voorzien van een niet nader getoonde langssleuf. Met behulp van een drietal elastische 0-ringen wordt het binnenoppervlak van de bronzen bus 25 tegen het buitenoppervlak van de bedieningspen 20 ter plaatse gedrukt waardoor bij verschuivende beweging van de bedieningspen een remmende invloed door de bronzen bus op de beweging van de bedieningspen 20 wordt 20 uitgeoefend vanwege optredende wrijvingskrachten. De bronzen bus 25 is in verschuifrichting opgesloten tussen twee naar binnen gerichte randen 26, 27 van twee respectievelijke opsluitbussen 28, 29. De opsluitbussen 28, 29 zijn op hun beurt in deverschuifrichting opgesloten tussen een borgveer 30 opgenomen in een inwendige groef 31 nabij het onderuiteinde 25 van buis 2 enerzijds en drukveer 32 anderzijds. Aan de tegenovergelegen zijde drukt drukveer 32 aan tegen verbindingsbus 13, die zoals gezegd vast is verbonden met zadel pen 7. De kracht van drukveer 32 is groter dan de wrijvingskracht uitgeoefend door remvoorziening 24. Aan de andere kant is de kracht van drukveer 32 aanmerkelijk kleiner dan de neerwaarste 30 kracht die een berijder van een desbetreffend rijwiel vanwege zijn/haar gewicht kan uitoefenen door plaats te nemen op een, aan de bovenzijde 1019761 * i 7 van de zadel pen 7 bevestigd, zadel dan wel door hier handmatig op te drukken.Within the saddle pin 7, including the associated crown rings 14, 15, an operating pin 20 is in turn slidably received. In its sliding movement, this is limited to a limited extent by a braking device 24 which is arranged on the underside of tube 12. The braking device 24 comprises a bronze bush 25 provided with a longitudinal slot (not shown). With the aid of three elastic O-rings, the inner surface of the bronze bushing 25 is pressed against the outer surface of the operating pin 20, so that when the movement pin moves, the bronze bushing has an inhibiting effect on the movement of the operating pin 20. exerted due to frictional forces. The bronze bush 25 is locked in the shifting direction between two inwardly directed edges 26, 27 of two respective retaining bushes 28, 29. The retaining bushes 28, 29 are in turn locked in the shifting direction between a securing spring 30 received in an internal groove 31 near the lower end 25 of tube 2 on the one hand and compression spring 32 on the other. On the opposite side, compression spring 32 presses against connecting bush 13, which, as stated, is fixedly connected to saddle pin 7. The force of compression spring 32 is greater than the frictional force exerted by braking device 24. On the other hand, the force of compression spring 32 is considerably smaller. then the downward force that a rider of a bicycle in question can exert on account of his / her weight by taking place on a saddle pin 7, which is fixed at the top of the saddle pin 7, or by pressing it manually.

De bedieningspen 20 is ter plaatse van de kroonringen 14, 15 voorzien van een verdikt deel 33 waardoorheen zich door de harlijn 5 radiaal een aanslagpen 34 uitstrekt die aan weerszijden uitsteekt buiten het verdikte deel 33. Deze aanslagpen 34 of althans de uitstekende uiteinden daarvan zijn bestemd om samen te werken met eerste glij rand 16, diepe sleuf 17, tweede glijrand 18 en ondiepe sleuf 19 van de respectievelijke kroonringen 14, 15. De uiteinden van de sleuven 17, 19 10 vormen hierbij aanslagvlakken voor de aanslagpen 34. Dit bepaalt ook direct de maximale verschuifslag die de bedieningspen 20 kan maken ten opzichte van zadelpen 7, namelijk de afstand tussen het uiteinde van een diepe sleuf 17 van kroonring 14 en het uiteinde van een diepe sleuf 17 van kroonring 15.At the location of the crown rings 14, 15, the operating pin 20 is provided with a thickened part 33 through which a stop pin 34 extends radially through the harness line 5 and protrudes on either side outside the thickened part 33. This stop pin 34 or at least the projecting ends thereof are intended for cooperating with first sliding edge 16, deep slot 17, second sliding edge 18 and shallow slot 19 of the respective crown rings 14, 15. The ends of the slots 17, 19 here form stop surfaces for the stop pin 34. This also directly determines the maximum shift stroke that the operating pin 20 can make relative to the seat post 7, namely the distance between the end of a deep slot 17 of crown ring 14 and the end of a deep slot 17 of crown ring 15.

15 Nabij zijn bovenste uiteinde is de bedieningspen eveneens voorzien van een verdikt deel 35 waarin aan de buitenzijde twee rondgaande groeven 36, 37 zijn aangebracht met daartussenin een cilindrisch deel 38 met een iets kleinere diameter dan die van verdikt deel 35. De rondgaande groeven 36, 37 zijn bestemd voor opname, althans 20 de gedeeltelijke opname van een kogel 39 die zich ten alle tijde uitstrekt binnen boring 22 van zadelpen 7. Zoals nog uit het navolgende duidelijk zal worden is kogel 39 bestemd voor het blokkeren van een verschuifbeweging van zadelpen 7 ten opzichte van langgerekte buis 2 met blokkeringsbuis 3. Voor een geblokkeerde situatie is het noodzakelijk dat 25 kogel 39 aanligt tegen cilindrisch deel 38 en zich derhalve moet uitstrekken binnen één van beide sleufgaten 4, 5 van blokkeringsbuis 3 of althans het buitenste deel van kogel 39 op een gelijke radiale positie gelegen moet zijn. Voor een gedeblokkeerde situatie bevindt kogel 39 zich in één van beide groeven 36, 37 zodat de buitenzijde van kogel 39 zich 30 nog binnen de binnendiameter van blokkeringsbuis 3 bevindt.Near its upper end, the operating pin is also provided with a thickened part 35 in which on the outside two circumferential grooves 36, 37 are arranged with a cylindrical part 38 with a slightly smaller diameter in between than that of thickened part 35. The circumferential grooves 36, 37 are intended for receiving, at least the partial receiving of, a ball 39 which at all times extends within bore 22 of seat post 7. As will become clear from the following, ball 39 is intended for blocking a sliding movement of seat post 7 with respect to elongated tube 2 with blocking tube 3. For a blocked situation, it is necessary that ball 39 bears against cylindrical part 38 and must therefore extend within one of both slot holes 4, 5 of blocking tube 3 or at least the outer part of ball 39 on must have an equal radial position. For a unblocked situation, ball 39 is located in one of the two grooves 36, 37 so that the outside of ball 39 is still within the inside diameter of blocking tube 3.

De diameters van de verdikte delen 33 en 35 zijn aan elkaar 1019761 8 gelijk en dusdanig gekozen dat bedieningspen 20 nagenoeg spelingloos en wrijvingloos kan verschuiven binnen blokkeringsbuis 3 en kroonringen 14, 15. Ter verkrijging van een goede blokkerende functie wordt tevens opgemerkt dat de diameter van kogel 39 meer dan het dubbele is van zowel 5 de wanddikte van blokkeringsbuis 3 als van de diepte van rondgaande groeven 36, 37, gemeten vanaf de buitendiameter van het cilindrische deel 38.The diameters of the thickened parts 33 and 35 are equal to each other and selected such that operating pin 20 can move virtually play-free and frictionlessly within blocking tube 3 and crown rings 14, 15. In order to obtain a good blocking function, it is also noted that the diameter of ball 39 is more than double both the wall thickness of blocking tube 3 and the depth of circumferential grooves 36, 37, measured from the outer diameter of the cylindrical part 38.

Navolgend zal aan de hand van de figuren 4a tot en met 4h het functioneren van de ondersteun]ngsconstructie 1 nader worden 10 toegelicht. In de genoemde figuren is de ondersteuningsconstructie 1 in verschillende toestanden weergegeven, waarbij wordt opgemerkt dat bevestigingsbus 8 in deze figuren ontbreekt.The functioning of the supporting structure 1 will be explained in more detail below with reference to Figures 4a to 4h. In the aforementioned figures, the support structure 1 is shown in different states, wherein it is noted that fixing bush 8 is missing in these figures.

Figuur 4a toont de ondersteuningsconstructie 1 in een typische toestand waarin een bijbehorend rijwiel niet wordt gebruikt. 15 Onder invloed van drukveer 32 ligt aanslagpen 34 aan tegen het uiteinde van een ondiepe sleuf 19 van onderste kroonring 15. Kogel 39 ligt aan zijn binnenzijde aan tegen cilindrisch deel 38 en aan zijn bovenzijde tegen de bovenrand van sleufgat 5. Aldus is een geblokkeerde situatie bereikt waardoor de veermiddelen niet in staat zijn om zadel pen 7 verder 20 omhoog te drukken.Figure 4a shows the support structure 1 in a typical state in which an associated bicycle is not used. Under the influence of compression spring 32, stop pin 34 abuts against the end of a shallow slot 19 of lower crown ring 15. Ball 39 abuts on its inner side against cylindrical part 38 and on its upper side against the upper edge of slot hole 5. Thus, a blocked situation is as a result of which the spring means are unable to further push saddle pin 7 upwards.

In de situatie van figuur 4b is de zadel pen 7 tegen de werking van drukveer 32 in in beperkte mate naar beneden bewogen bijvoorbeeld doordat een berijder van het rijwiel plaats heeft genomen op het zadel dat bovenaan de zadel pen 7 is bevestigd. De neerwaartse slag 25 wordt beperkt doordat bevestigingsbus 8 met zijn onderrand aanslaat tegen de bovenzijde van blokkeringsbuis 3. Tijdens de neergaande slag blijft in eerste instantie de bedieningspen 20 achter vanwege de werkzaamheid van de remvoorziening 24 totdat de aanslagpen 34 wordt bereikt door het uiteinde van een diepe sleuf 17 van bovenste kroonring 14 nadat eerste 30 glijrand 16 is afgegleden langs de aanslagpen 34 onder het gelijktijdig doen roteren van de bedieningspen 20. Zodra de aanslagpen 34 is bereikt 1019761 9 door het uiteinde van een diepe sleuf 17 van bovenste kroonring 14, bewegen de bedieningspen 20 en de zadel pen 7 gezamenlijk verder neerwaarts tegen de werking van de remvoorziening 24 in, terwijl boring 22 zich precies tegenover rondgaande groef 37 bevindt. De aldus verkregen 5 situatie kan worden aangeduid als een onderste zitstand.In the situation of Fig. 4b, the saddle pin 7 has been moved downwards against the action of compression spring 32 to a limited extent, for example, because a rider of the bicycle has taken place on the saddle which is mounted above the saddle pin 7. The downward stroke 25 is limited in that the fastening bush 8 abuts with its lower edge against the top of the blocking tube 3. During the downward stroke, the operating pin 20 initially remains behind because of the effectiveness of the braking device 24 until the stop pin 34 is reached by the end of a deep slot 17 of upper crown ring 14 after first sliding edge 16 has slipped along the stop pin 34 while simultaneously rotating the operating pin 20. As soon as the stop pin 34 has been reached 1019761 9 move through the end of a deep slot 17 of upper crown ring 14 the operating pin 20 and the saddle pin 7 jointly further down against the action of the braking device 24, while bore 22 is exactly opposite circumferential groove 37. The situation thus obtained can be referred to as a lower sitting position.

Indien de berijder een hogere positie van het zadel wenst verplaatst hij zijn gewicht van het zadel naar de trappers, waardoor zadel pen 7 met kroonringen 14, 15 vanwege de werkzaamheid van drukveer 32 omhoog wordt bewogen. Wederom blijft in eerste instantie de bedieningspen 10 20 achter vanwege de werkzaamheid van de remvoorziening 24. Ondertussen glijdt aanslagpen 34 af langs een eerste glijrand 16 van de onderste kroonring 15 onder gelijktijdige rotatie van de bedieningspen 20 waarna het uiteinde van een diepe sleuf 17 van de onderste kroonring 15 de aanslagpen 34 bereikt. Hierdoor komt rondgaande groef 36 tegenover boring 15 22 te liggen. Vanaf dat moment bewegen de bedieningspen 20 en de zadel pen 7 gezamenlijk omhoog waarbij boring 22 precies tegenover rondgaande groef 36 is gelegen. Dit laatste maakt het mogelijk dat kogel 39 het onderste sleufgat 5 passeert en in het gebied van het bovenste sleufgat 4 geraakt. Op dat moment slaat borgring 11 aan tegen de onderrand van 20 blokkeringsbuis 3. Deze aanslag wordt overigens gedempt vanwege de werkzaamheid van dempingsring 21. De aldus verkregen situatie is weergegeven in figuur 4c.If the rider wants a higher position of the saddle, he moves his weight from the saddle to the pedals, so that saddle pin 7 with crown rings 14, 15 is raised due to the effectiveness of compression spring 32. Again, the operating pin 10 initially remains behind due to the effectiveness of the braking device 24. In the meantime, stop pin 34 slides along a first sliding edge 16 of the lower crown ring 15 while simultaneously rotating the operating pin 20, whereafter the end of a deep slot 17 of the lower crown ring 15 reaches the stop pin 34. As a result, circumferential groove 36 comes to lie opposite bore 22. From that moment on, the operating pin 20 and the saddle pin 7 jointly move upwards, the bore 22 being exactly opposite the circumferential groove 36. The latter makes it possible for ball 39 to pass through the lower slot 5 and to enter the area of the upper slot 4. At that moment locking ring 11 abuts against the lower edge of blocking tube 3. This stop is otherwise damped because of the effectiveness of damping ring 21. The situation thus obtained is shown in Figure 4c.

Verplaatst de berijder vervolgens zijn gewicht weer van de trappers naar het zadel dan wordt de situatie volgens figuur 4d bereikt. 25 Het gewicht van de berijder draagt er zorg voor dat de zadel pen omlaag wordt bewogen. De bedieningspen 20 blijft achter vanwege de remvoorziening 24 totdat de aanslagpen 24 is bereikt door het uiteinde van een ondiepe sleuf 19 van de bovenste kroonring 14 waarna gezamenlijke neerwaartse verschuiving van van de bedieningspen 20 en de zadel pen 7 30 plaatsvindt. Tijdens deze gezamenlijke verschuiving bevindt het cilindrische deel 38 zich tegenover radiale boring 22. Hierdoor wordt 1019761 10 kogel 39 gedwongen zich uit te strekken binnen sleufgat 4. De neerwaartse verschuiving wordt derhalve geblokkeerd zodra kogel 39 de onderrand van sleufgat 4 heeft bereikt. Deze situatie kan men aanduiden als een bovenste zitstand.If the rider then moves his weight from the pedals to the saddle again, the situation according to Figure 4d is reached. 25 The weight of the rider ensures that the saddle pin is lowered. The operating pin 20 remains behind due to the braking provision 24 until the stop pin 24 is reached through the end of a shallow slot 19 of the upper crown ring 14, after which joint downward shift of the operating pin 20 and the saddle pin 7 takes place. During this joint shift, the cylindrical part 38 is opposite radial bore 22. This forces ball 39 to extend inside slot hole 4. The downward shift is therefore blocked once ball 39 has reached the lower edge of slot hole 4. This situation can be referred to as an upper sitting position.

5 Mocht de berijder nu weer de onderste zitstand willen bereiken, bijvoorbeeld vanwege het naderen van een verkeerslicht waarbij hij al zittend op het zadel toch met beide voeten de grond wil kunnen bereiken, dan verplaatst de berijder zijn gewicht weer van het zadel naar de pedalen van het rijwiel. Aldus geraakt, zoals weergegeven in figuur 4e 10 aanslagpen 34 in contact met het uiteinde van een ondiepe sleuf 19 van de onderste kroonring 15 doordat drukveer 32 zadel pen 7 met kroonringen 14, 15 omhoog drukt in eerste instantie onder achterlating van bedieningspen 20. Tegenover boring 22 bevindt zich dan het cilindrische deel 38 overeenkomstig figuur 4e zodat kogel 39 buitenwaarts is gedrukt.5 If the rider now wants to reach the lowest sitting position again, for example due to the approach of a traffic light in which he wants to be able to reach both feet while sitting on the saddle, the rider shifts his weight from the saddle to the pedals of the bicycle. Thus, as shown in Fig. 4e, stop pin 34 comes into contact with the end of a shallow slot 19 of the lower crown ring 15 because compression spring 32 pushes saddle pin 7 with crown rings 14, 15 up initially, leaving control pin 20. Opposite bore 22, the cylindrical part 38 is then arranged in accordance with Figure 4e so that the ball 39 is pressed outwards.

15 Indien nu de berijder zijn gewicht weer verplaatst van de trappers naar het zadel, zal onder invloed van zijn gewicht de zadelpen 7 neerwaarts bewegen en met enige vertraging vanwege de samenwerking tussen de kroonringen 14, 15 en de aanslagpen 34 de bedieningspen 20 volgen terwijl de rondgaande groef 37 zich tegenover boring 22 bevindt. Aldus 20 kan de kogel 39 zich geheel binnen de binnendiameter van blokkeringsbuis 3 bevinden waardoor kogel 39 sleufgat 4 ongehinderd kan passeren (figuur 4f) tot door kogel 39 een positie onder sleufgat 5 wordt bereikt. Deze laatste situatie komt overeen met de situatie volgens figuur 4b. Hierbij wordt opgemerkt dat het uiteraard geen verschil maakt in welke van de 25 sleuven van de kroonringen 14, 15 de aanslagpen zich bevindt. Slechts van belang is of de sleuf ondiep of diep is.If now the rider shifts his weight again from the pedals to the saddle, under the influence of his weight the saddle pin 7 will move downwards and with some delay due to the cooperation between the crown rings 14, 15 and the stop pin 34 follow the operating pin 20 while the circumferential groove 37 is opposite bore 22. Thus, the ball 39 can be located entirely within the inner diameter of blocking tube 3 through which ball 39 can pass through slot hole 4 unhindered (Fig. 4f) until ball 39 reaches a position below slot hole 5. The latter situation corresponds to the situation according to Figure 4b. It is noted here that it naturally makes no difference in which of the slots of the crown rings 14, 15 the stop pin is located. The only thing that matters is whether the slot is shallow or deep.

Het spreekt voor zich dat de cyclus zoals bovenstaand beschreven met betrekking tot de figuren 4b tot en met 4f zich eindeloos kan herhalen. Indien de berijder echter weer een situatie wil 30 bereiken waarbij het zadel permanent een verlaagde positie inneemt, bijvoorbeeld om na het rijwiel gestald te hebben, weer makkelijk op te 1019761 11 kunnen stappen kan dit bereikt worden door de zadel pen een gedeeltelijke opgaande slag te laten maken (figuur 4g) en vervolgens weer een neergaande slag te laten maken (figuur 4h). Door vervolgens geen neerwaartse kracht meer uit te oefenen op het zadel wordt weer opnieuw de 5 situatie volgens figuur 4a bereikt. Tijdens bovengenoemde gedeeltelijke opgaande slag die dusdanig lang moet zijn dat de kogel 39 een positie bereikt tussen de sleufgaten 4 en 5, ligt aanslagpen 34 aan tegen het uiteinde van een diepe sleuf 17 van de onderste kroonring 15. Tijdens de neerwaarste slag zal de tot dusver gebruikelijke vertraging tussen de 10 beweging van de zadel pen 7 en van de bedieningspen 20 niet optreden omdat kogel 39 opgesloten is tussen de binnenwand van blokkeringsbuis 3, de randen van boring 22 en rondgaande groef 36. Niet de aanslagpen 34 in combinatie met de kroonringen 14, 15 maar kogel 39 draagt zorg voor het gezamenlijk bewegen van de zadel pen 7 en de bedieningspen 20. Zodra 15 echter kogel 39 de bovenrand van sleufgat 5 passeert, zal kogel 39 zich naar buiten bewegen en de genoemde combinatie van de aanslagpen 34 en de kroonringen 14, 15 deze functie weer overnemen. Echter wel nadat eerst, relatief gezien althans, de aanslagpen 34 van het uiteinde van een diepe sleuf 17 van de onderste kroonring 15 is verplaatst naar het uiteinde van 20 een ondiepe sleuf 19 van de bovenste kroonring 14. Als het ware treedt daardoor met vertraging alsnog de vertraging van de meegaande beweging op, tijdens welke laatste vertraging boring 22 tegenover cilindrisch deel 38 komt te liggen en kogel 39 derhalve buitenwaarts wordt geforceerd.It goes without saying that the cycle as described above with respect to figures 4b to 4f can be repeated endlessly. However, if the rider again wants to achieve a situation in which the saddle permanently occupies a lowered position, for example after having parked the bicycle, it is easy to step on again, this can be achieved by having the saddle pin take a partial upward stroke. (Figure 4g) and then have another downward stroke made (Figure 4h). By subsequently exerting no further downward force on the saddle, the situation according to Figure 4a is once again achieved. During the above-mentioned partial ascending stroke, which must be of such a length that the ball 39 reaches a position between the slots 4 and 5, stop pin 34 abuts against the end of a deep slot 17 of the lower crown ring 15. During the downward stroke, the hitherto usual delay between the movement of the saddle pin 7 and of the operating pin 20 does not occur because ball 39 is confined between the inner wall of blocking tube 3, the edges of bore 22 and circumferential groove 36. Not the stop pin 34 in combination with the crown rings 14. But ball 39 ensures joint movement of the saddle pin 7 and the operating pin 20. However, as soon as ball 39 passes the upper edge of slot hole 5, ball 39 will move outward and the aforementioned combination of the stop pin 34 and the crown rings 14, 15 take over this function again. However, after the stop pin 34 has first been moved from the end of a deep slot 17 of the lower crown ring 15 to the end of a shallow slot 19 of the upper crown ring 14. first, as it were, delay occurs after all the delay of the compliant movement, during which last delay bore 22 comes to lie opposite cylindrical part 38 and ball 39 is therefore forced outwards.

Bovenstaand beschreven ondersteun! ngsconstructie 1 laat 25 zich gemakkelijk installeren en bedienen, zodat de constructie voor een grotere groep gebruikers bereikbaar wordt en aldus een bijdrage kan leveren aan het verhogen van het comfort en de veiligheid voor deze gebruikers tijdens het berijden van hun rijwielen. Alhoewel de uitvinding bovenstaand is toegelicht aan de hand van een toepassing in combinatie 30 met een rijwiel, wordt opgemerkt dat de uitvinding zich ook uitstekend laat toepassen in combinatie met andere typen zadel pen dan zadels.Support described above! ngs construction 1 is easy to install and operate, so that the construction becomes accessible to a larger group of users and can thus contribute to increasing the comfort and safety for these users while riding their bicycles. Although the invention has been explained above on the basis of an application in combination with a bicycle, it is noted that the invention can also be used excellently in combination with other types of saddle pin than saddles.

1019761i 121019761i 12

Hierbij kan men bijvoorbeeld denken aan kappersstoelen die in twee standen verstelbaar dienen te zijn.One can think of hairdresser's chairs that should be adjustable in two positions.

5 10197615 1019761

Claims

Claims 1. Support structure for a saddle comprising a tubular member, a saddle pin slidable in the tubular member in a shifting direction, spring means operable between the saddle pin and the tubular member, blocking means for keeping the saddle pin blocked in at least two shifting positions in the tubular member and operating means for operating the blocking means, characterized in that the operating means comprise an operating member slidable relative to the saddle pin and the tubular member in the shifting direction, as well as braking means for providing a certain mechanical resistance to shifting the operating member wherein one of the operating member and the saddle pin is provided with a stop and the other of the operating member and the saddle pin is provided with stop surfaces which, viewed in the shifting direction, are located on either side of the stop.

2. Support structure as claimed in claim 1, characterized in that the stop surfaces form part of a stop element with two opposed crown-shaped bodies which are alternately provided with slots and oblique sliding edges on the sides facing each other at their periphery. opposite the slots of one crown-shaped body are the sliding edges of the other crown-shaped body and the ends of the slots form the stop surfaces.

3. Support structure as claimed in claim 2, characterized in that the ends of adjacent slots of the crown-shaped bodies, viewed in the direction of displacement, are situated at varying positions.

Support structure as claimed in claim 2 or 3, characterized in that the operating member is substantially pin-shaped and slidably extends through the crown-shaped bodies and is provided at a position therebetween with the stop extending radially outward 1019761 4, the crown-shaped bodies are fixedly connected to the saddle pin.

Support structure according to claim 1, 2, 3 or 4, characterized in that the blocking means comprise a blocking body 5 which slides together with the saddle pin and which, viewed in the shifting direction, can abut against a blocking part of the tubular member for fulfilling a blocking function.

6. Support construction as claimed in claim 5, characterized in that the operating member is provided with at least one recess for receiving the blocking body.

7. Support structure as claimed in claim 6, characterized in that the operating member is provided with two circumferential grooves. 1019761