NL1019697C2

NL1019697C2 - Current take-off for travelling crane has frame part coupled to crane and frame part supporting brushes contacting conductors of current rail profile spring biased towards one another

Info

Publication number: NL1019697C2
Application number: NL1019697A
Authority: NL
Inventors: Richard Bloemendal; Andre Pieter Willem Van Zaalen
Original assignee: Akapp Electro Ind B V
Priority date: 2002-01-04
Filing date: 2002-01-04
Publication date: 2002-12-03
Also published as: NL1019697A1

Abstract

The current take-off (1a,1b) uses brushes for contacting a current rail profile (2) provided with current conductors (5) coupled to a current source and has a first frame part directly or indirectly coupled to the crane and a second frame part supporting the brushes, which is provided with wheels, with coupling springs between the frame parts biasing them together. The coupling springs can be provided by rolled springs (10a-10d) each having a roll axis parallel to the displacement direction (A) of the current take-off.

Description

S t rootna f neme rS t rootna f neme r

De uitvinding heeft betrekking op een stroomafnemer voor langs een baan beweegbare kranen of andere werktuigen, zoals een kraan in een opslag met magazijnstellingen, waarbij de stroomafnemer voorzien is van koolborstels of 5 vergelijkbare middelen voor stroomgeleidend contact met in een vast opgesteld stroomrailprofiel opgenomen stroomge-leiders die verbonden zijn met een voeding.· Het stroom-railprofiel is doorgaans vertikaal plat tegen palen van de magazijnstellingen bevestigd.The invention relates to a current collector for cranes or other tools movable along a path, such as a crane in a storage with storage racks, wherein the current collector is provided with carbon brushes or comparable means for current-conducting contact with current conductors included in a fixedly arranged busbar profile that are connected to a power supply. · The flow rail profile is generally vertically flat against posts of the storage racks.

10 De stroomafnemer is hierbij voorzien van een met de kraan en dergelijke vast gedeelte, dat derhalve meebeweegt met de kraan. De koolborstels zijn gehouden in kool-borstelhouders die bevestigd zijn op een onderdeel dat in een richting dwars op het stroomrailprofiel beweegbaar is 15 ten opzichte van het vaste gedeelte en met wielen steunt op het stroomrailprofiel. Om het contact van de stroomafnemer met het stroomrailprofiel, bij discontinuïteiten, zoals profielvoegen, in stand te houden kan tussen het vaste gedeelte en het voornoemde beweegbare onderdeel een 20 drukveer voorzien zijn, bijvoorbeeld in de vorm van gebogen bladveren, zoals beschreven in de Duitse octrooi aanvrage 199 17 309.5. Middels deze drukveren wordt het beweegbare onderdeel tegen het stroomrailprofiel gespannen. De veren waarmee de koolborstels zelf tegen de be- 25 treffende stroomgeleiders worden aangedrukt kunnen hier- 4* r% λ f ."· ' ? 2 door minder krachtig worden uitgevoerd.The pantograph is here provided with a fixed part with the tap and the like, which therefore moves with the tap. The carbon brushes are held in carbon brush holders which are mounted on a component that is movable in a direction transverse to the busbar profile with respect to the fixed part and is supported by wheels on the busbar profile. In order to maintain the contact of the pantograph with the busbar profile, in the case of discontinuities, such as profile joints, a compression spring can be provided between the fixed part and the aforementioned movable part, for instance in the form of bent leaf springs, as described in the German patent Application 199 17 309.5. By means of these compression springs, the movable component is tensioned against the busbar profile. The springs with which the carbon brushes themselves are pressed against the relevant current conductors can hereby be made less vigorously.

Hoewel deze wijze van ophanging van het beweegbare .onderdeel een aanzienlijke verbetering vormde ten opzichte van eerdere opstellingen waarin gebruik werd gemaakt van 5 pantograaf-achtige ophangingen van koolborstels, bestaat er toch nog behoefte aan verdere verbetering. Gebleken is dat de bladveren enige kanteling van het onderdeel in het vertikale vlak, bij overgangen en voegen, niet altijd voldoende kunnen voorkomen. Daarenboven is als nadelig 10 ervaren dat de veerkracht en daarmee de spankracht over de uitslag sterk varieert. Voorts vergt het gebruik van de bladveren nogal veel ruimte, waardoor de constructiehoogte van de stroomafnemer relatief groot is. Dat heeft weer gevolgen voor de grootte van de afstand tussen de kraan 15 enerzijds en het stroomrailprofiel en de stellingen anderzijds .Although this manner of suspending the movable member represented a considerable improvement over previous arrangements in which pantograph-like suspensions of carbon brushes were used, there is still a need for further improvement. It has been found that the leaf springs cannot always sufficiently prevent the part tilting in the vertical plane, at transitions and joints. Moreover, it has been found to be a disadvantage that the resilience and hence the tension over the deflection vary considerably. Furthermore, the use of the leaf springs requires quite a lot of space, as a result of which the construction height of the pantograph is relatively large. This in turn has consequences for the size of the distance between the crane 15 on the one hand and the busbar profile and the racks on the other.

Een doel van de uitvinding is hierin verbetering te brengen.An object of the invention is to improve on this.

Vanuit één aspect voorziet de uitvinding daartoe in 20 een stroomafnemer voor langs een baan beweegbare kranen of andere werktuigen, zoals een kraan in een opslag met magazijnstellingen, waarbij de stroomafnemer voorzien is van koolborstels of vergelijkbare middelen voor stroom-geleidend contact met in een vast opgesteld stroom-25 railprofiel opgenomen stroomgeleiders die verbonden zijn met een voeding, waarbij de stroomafnemer een op directe danwel indirecte wijze vast met de kraan verbonden eerste framedeel en een de koolborstels houdend, van steunwielen voorzien tweede framedeel omvat, waarbij tussen het eerste 30 en het tweede framedeel trekveren aangebracht zijn die werkzaam zijn om een verkleining van de onderlinge afstand van het eerste en het tweede framedeel tegen te gaan.From one aspect the invention provides for this purpose a current collector for cranes or other tools movable along a path, such as a crane in a storage with storage racks, wherein the current collector is provided with carbon brushes or comparable means for current-conducting contact with a fixed arrangement current-rail profile included current conductors connected to a power supply, wherein the current collector comprises a first frame part connected directly or indirectly to the crane and a second frame part holding the carbon brushes and provided with support wheels, wherein between the first 30 and the second tension member is provided which is effective to prevent a reduction in the mutual distance of the first and the second frame member.

Door gebruik te maken van trekveren worden gunstige voorwaarden geschapen voor een lage bouwhoogte van de 35 stroomafnemer, terwijl een constante veer- danwel spankracht makkelijker bereikbaar is.By making use of tension springs, favorable conditions are created for a low construction height of the current collector, while a constant spring or tensioning force is easier to reach.

In een voorkeursuitvoering zijn de trekveren uit- 3 gevoerd als rolveren. Rolveren kunnen een over de uitslag constante trekkracht verschaffen, terwijl voorts hun eigen hoogte relatief gering is.In a preferred embodiment, the tension springs are designed as coil springs. Roller springs can provide a tensile force constant over the deflection, while furthermore their own height is relatively low.

Bij voorkeur is de rol as van de rolveren evenwijdig 5 aan de beoogde voortbewegingsrichting van de stroomafnemer, waardoor de rolbeweging niet te zeer beïnvloed kan worden bij discontinuïteiten in het stroomrailprofiel.The roller axis of the roller springs is preferably parallel to the intended direction of travel of the current collector, so that the roller movement cannot be influenced too much in the case of discontinuities in the busbar profile.

Bij voorkeur zijn de rolveren met hun spoel bevestigd aan het eerste framedeel en met hun vrije eind aan het 10 tweede framedeel.The roller springs are preferably fixed with their spool to the first frame part and with their free end to the second frame part.

Het heeft verder de voorkeur dat het eerste en het tweede framedeel althans in elkaar beweegbaar zijn, waardoor de bouwhoogte van de stroomafnemer minimaal kan zijn.It is further preferred that the first and the second frame part are movable at least in each other, so that the construction height of the pantograph can be minimal.

Indien het tweede deel beweegbaar is in het eerste 15 deel kan het eerste deel voor afscherming zorgen van het tweede deel en de trekveren.If the second part is movable in the first part, the first part can provide protection for the second part and the tension springs.

Stabiliteit van de stroomafnemer wordt bevorderd indien de stroomafnemer bij benadering een langssym-metrieas omvat die ligt in een vlak evenwijdig aan een 20 vlak door de koolborstels, waarbij meerdere trekveren aanwezig zijn die ten opzichte van de langssymmetrieas symmetrisch opgesteld zijn.Stability of the pantograph is promoted if the pantograph comprises an approximate longitudinal symmetry axis lying in a plane parallel to a plane through the carbon brushes, with a plurality of tension springs being arranged symmetrically with respect to the longitudinal symmetry axis.

De stabiliteit van de stroomafnemer wordt verder bevorderd indien de stroomafnemer bij benadering een 2 5 dwarssymmetrieas omvat die ligt in een vlak evenwijdig aan een vlak door de koolborstels, waarbij meerdere trekveren aanwezig zijn die ten opzichte van de dwarssymmetrieas symmetrisch opgesteld zijn.The stability of the current collector is further promoted if the current collector comprises an approximately transverse symmetry axis lying in a plane parallel to a plane through the carbon brushes, wherein a plurality of tension springs are present which are symmetrically arranged with respect to the transverse symmetry axis.

Vanuit een verder aspect verschaft de uitvinding een 30 samenstel van een stroomrailprofiel en een daarlangs beweegbare stroomafnemer voor langs een baan beweegbare kranen of andere werktuigen, zoals een kraan in een opslag met magazijnstellingen, waarbij de stroomafnemer voorzien is van koolborstels of vergelijkbare middelen voor stroom-35 geleidend contact met in het vast opgesteld stroomrailprof iel opgenomen stroomgeleiders die verbonden zijn met een voeding, waarbij de stroomafnemer voorzien is van 4 wielen voor afsteuning tegen en geleiding langs het stroomrailprofiel, waarbij het stroomrailprofiel voorzien is van tussen de stroomgeleiders gelegen, verhoogde gelegen ribben en de wielen gevormd zijn voor het aan 5 weerszijden omgrijpen van de ribben. Hierdoor kan ter plaatse van het contact van de wielen met de geleidingen een groter dwarsmoment opgewekt worden, waardoor de stabiliteit van de stroomafnemer tegen kanteling in het ver-tikale vlak vergroot wordt. De wielen zijn hierbij 10 zelfzoekend, hetgeen voordelig is voor de stabiliteit en voor het inlopen in stroomrailprofielen en bij overgangen daartussen.From a further aspect the invention provides an assembly of a busbar profile and a current collector movable along it for cranes or other tools movable along a path, such as a crane in a storage rack, the current collector being provided with carbon brushes or comparable means for current 35. Conductive contact with current conductors included in the permanently arranged busbar profile connected to a power supply, wherein the pantograph is provided with 4 wheels for support against and guidance along the busbar profile, wherein the busbar profile is provided with elevated ribs located between the busbar conductors and the wheels are formed for gripping the ribs on either side. As a result, a greater transverse moment can be generated at the area of contact of the wheels with the guides, whereby the stability of the pantograph against tilting in the vertical plane is increased. The wheels are hereby self-searching, which is advantageous for stability and for running into busbar profiles and at transitions between them.

Bij voorkeur zijn de wielen in hoofdzaak diabolovormig, bij voorkeur gevormd met twee met de kleine basis 15 naar elkaar gekeerde afgeknotte kegels, die bij voorkeur voorzien zijn van een rechte beschrijvende.The wheels are preferably substantially diabolo-shaped, preferably formed with two truncated cones facing each other with the small base 15, which are preferably provided with a straight-line description.

Het door de wielen op te wekken tegenmoment kan worden vergroot indien tussen de genoemde bases een tus-sendeel aanwezig is voor het op een onderlinge afstand 2 0 houden daarvan.The counter moment to be generated by the wheels can be increased if an intermediate part is present between said bases for keeping it at a mutual distance.

Stabiliteit van de stroomafnemer wordt verder vergroot indien de ribben van het stroomrailprofiel voorzien zijn van complementair gevormde schuine kanten.Stability of the current collector is further increased if the ribs of the current rail profile are provided with complementarily shaped sloping edges.

De uitvinding heeft voorts betrekking op een 25 stroomafnemer kennelijk geschikt voor het voornoemde samenstel.The invention furthermore relates to a current collector apparently suitable for the aforementioned assembly.

Het contact tussen de koolborstels en de stroomgeleiders wordt volgens een verder aspect van de uitvinding verbeterd indien de koolborstels bevestigd zijn in kool-30 borstelhouders, die zelf gehouden worden door een houd-deel, waarbij tussen elke koolborstelhouder en het betreffende houddeel een drukveer geplaatst is, waarbij de koolborstelhouder en het betreffende houddeel voorzien zijn van nauw passend in elkaar grijpende rechte geleidin-35 gen. De koolborstels worden hierdoor bij hun eigen verende beweging dwars op de stroomgeleider geleid, zodat ongewenste scheefstand van de koolborstel, met bijbehorende ^ 0 ] O : > O 7 ···*/ k.' ...r ί 5 ongelijke slijtage, voorkomen wordt.The contact between the carbon brushes and the current conductors is improved according to a further aspect of the invention if the carbon brushes are mounted in carbon brush holders, which themselves are held by a holding part, a compression spring being placed between each carbon brush holder and the relevant holding part , wherein the carbon brush holder and the respective holding part are provided with closely fitting interlocking straight guides. The carbon brushes are hereby guided transversely of the current conductor with their own resilient movement, so that undesired skew position of the carbon brush, with associated ... uneven wear and tear is prevented.

In een verdere ontwikkeling hiervan vormt de koolbor-stelhouder een platte opneemruimte voor de koolborstel, waarbij de koolborstel scharnierend bevestigd is in de 5 opneemruimte van de koorborstelhouder. Door de hiermee bereikte relatief lage ligging van het scharnierpunt voor de koolborstel zal de koolborstel meer vlak afslijten.In a further development thereof, the carbon brush holder forms a flat receiving space for the carbon brush, the carbon brush being hingedly mounted in the receiving space of the choir brush holder. Due to the relatively low position of the pivot point for the carbon brush achieved in this way, the carbon brush will wear more flat.

Een eenvoudige constructie hiervoor is die, waarbij de koolborstelhouder in de opneemruimte voorzien is van 10 een pen en waarbij de koolborstel voorzien is van een open ring, die om de pen geklikt is.A simple construction for this is that in which the carbon brush holder in the receiving space is provided with a pin and wherein the carbon brush is provided with an open ring which is clicked around the pin.

Assemblage wordt vereenvoudigd indien de open ring een apart onderdeel vormt dat in de koolborstel bevestigd is.Assembly is simplified if the open ring forms a separate part that is attached to the carbon brush.

15 Het heeft hierbij verder de voorkeur dat de onderrand van de koolborstelhouder voorzien is van schuine aanslag-randen voor beperking van de scharnierbeweging van de koolborstel.It is furthermore preferred here that the lower edge of the carbon brush holder is provided with oblique stop edges for limiting the pivoting movement of the carbon brush.

Bij voorkeur zijn de geleidingen busvormig, zodat er 20 sprake is van een strakke geleiding van de koolborstelhouder in het houddeel.The guides are preferably bus-shaped, so that there is a tight guide of the carbon brush holder in the holding part.

Het heeft verder de voorkeur dat de drukveer omgeven is door beide geleidingen, zodat de beide geleidingen in hun onderling contact niet onderbroken worden door de 25 aanwezigheid van de veer, die nu binnen de binnenste geleiding of bus gelegen is.It is further preferred that the compression spring is surrounded by both guides, so that the two guides are not interrupted in their mutual contact by the presence of the spring, which is now located within the inner guide or bush.

De uitvinding zal nu worden toegelicht aan de hand van een in de bijgevoegde tekeningen weergegeven voorbeel-duitvoering. Getoond wordt in: 30 figuren 1A-C respectievelijk een zij-aanzicht, vooraanzicht en bovenaanzicht op een stroomafnemer volgens de uitvinding; figuren 2A-C een aantal schematische doorsneden van de stroomafnemer van de figuren 1A-C; 35 figuren 2D-F details van de figuren 2A-C; figuren 3A en 3B respectievelijk een bovenaanzicht en een zij-aanzicht op onderdelen van een stroomafnemer U. / 6 volgens de uitvinding en van stroomrailprofielen ter plaatse van een aansluiting; en figuren 4A-E een samenstellingstekening van een koolborstelophanging in een stroomafnemer volgens de 5 uitvinding.The invention will now be explained with reference to an exemplary embodiment shown in the accompanying drawings. Shown are: Figures 1A-C, a side view, front view and top view, respectively, of a current collector according to the invention; figures 2A-C show a number of schematic sections of the pantograph of figures 1A-C; Figures 2D-F details of figures 2A-C; figures 3A and 3B show a top view and a side view, respectively, of parts of a current collector U. / 6 according to the invention and of current rail profiles at the location of a connection; and figures 4A-E show an assembly drawing of a carbon brush suspension in a current collector according to the invention.

In figuur IA zijn eigenlijk twee stroomafnemers 1, te weten la en lb weergegeven, die onderling gekoppeld zijn. Deze stroomafnemers zijn op zich identiek. De stroomafnemers la, lb zijn vast bevestigd aan een verder 10 niet weergegeven kraan, die in de richting A bewogen wordt en in een richting dwars daarop als plaatsvast te beschouwen is, althans in hoofdzaak ten opzichte van een stroomrailprof iel 2. Het stroomrailprof iel 2 is vervaardigd van kunststof en bezit een aantal verhogingen 3, die tussen 15 zich voor de vingers van een hand afgeschermde kanalen 4 vormen, waarin stroomgeleiders 5 geplaatst zijn. Begrepen zal worden dat gezien op figuur IA het stroomrailprofiel 2 zich in de richting A uitstrekt en met zijn breedte dwars op het vlak van tekening staat.Figure 1A actually shows two pantographs 1, namely la and lb, which are interconnected. These pantographs are identical in themselves. The pantographs 1a, 1b are fixedly attached to a crane, not further shown, which is moved in the direction A and can be regarded as a stationary in a direction transverse thereto, at least substantially with respect to a busbar profile 2. The busbar profile 2 is made of plastic and has a number of elevations 3 which between them form channels 4 which are shielded from the fingers of a hand and in which current conductors 5 are placed. It will be understood that as seen in Figure 1A the busbar profile 2 extends in the direction A and with its width is transverse to the plane of the drawing.

2 0 De stroomafnemers la, lb zijn beide middels hoekprofielen 7 en tussenliggend U-profiel 8 bevestigd aan een montageplaat 6, die deel uitmaakt van de kraan. In de richting dwars op de transportrichting reiken van de plaat „ 6 metalen wanden 11a, 11b. Deze vormen een eerste, in 25 dwarsrichting relatief plaatsvast deel 50 van de stroomafnemer 1.The pantographs 1a, 1b are both secured by means of angle profiles 7 and intermediate U-profile 8 to a mounting plate 6, which forms part of the tap. The plate '6 metal walls 11a, 11b extend in the direction transverse to the direction of transport. These form a first part 50 of the pantograph 1 which is relatively stationary in the transverse direction.

De stroomafnemer 1 is tevens voorzien van dwars op de plaat 6 staande, maar zich dan in langsrichting uitstrek-kende wanden 9a, waarbij begrepen zal worden dat dezelfde 30 wanden ook aan de andere kant gelegen zijn van de stroomafnemer.The pantograph 1 is also provided with walls 9a extending transversely to the plate 6, but then extending in the longitudinal direction, wherein it will be understood that the same walls are also situated on the other side of the pantograph.

Deze wanden 9a vormen een deel van een min of meer open huisvormig frame 9, dat een ten opzichte van de plaat 6 en het voornoemde eerste deel 50 in de richting B op en 35 neer beweegbaar tweede deel 60 van de stroomafnemer vormt.These walls 9a form a part of a more or less open housing-like frame 9, which forms a second part 60 of the pantograph which can be moved up and down in the direction B with respect to the plate 6 and the aforementioned first part 50.

Zoals ook te zien is in de figuren 2A-F zijn binnen het frame 9 rolveren lOa-d aangebracht, nabij elk van de j 7 vier hoeken van het eerste deel 50. De rolveren omvatten een vaste kern 12, waaromheen een metaalstrook 18 gewikkeld is, die met het uiteinde vast bevestigd is ter plaatse van 23 aan wanddeel 9f van het frame 9. Zoals duidelijk 5 te zien is in figuur 2D is het frame 9 met de wand 9a een aantal keren recht omgezet, en vormt dit een aanslagwand 9c danwel 9d voor het frame 9 voor de rolveren 10 enerzijds en voor de plaat 6 anderzijds. Opgemerkt wordt dat met 24 een verzamel leiding is weergegeven voor de 10 stroomdraden naar de kraan. Deze verzamelleiding 24 beweegt met het tweede deel 60.As can also be seen in figures 2A-F, roller springs 10a-d are arranged within the frame 9, near each of the four corners of the first part 50. The roller springs comprise a fixed core 12 around which a metal strip 18 is wound. which is fixed with the end at 23 at wall part 9f of the frame 9. As can clearly be seen in figure 2D, the frame 9 with the wall 9a is straight converted a number of times and forms a stop wall 9c or 9d for the frame 9 for the coil springs 10 on the one hand and for the plate 6 on the other. It is noted that with 24 a collection line is shown for the 10 wires to the tap. This manifold 24 moves with the second part 60.

In de figuren 2A en 2D is de situatie weergegeven waarin de stroomafnemer 1 niet ingeveerd is en zich in een ruststand of vaste positie bevindt. De rolveer 10 is 15 volledig opgewikkeld, waarbij de aanslagwand 9c tegen de rolveer 10 aankomt. Het tweede deel 60 is hierbij maximaal uitgezet ten opzichte van het eerste deel 50.Figures 2A and 2D show the situation in which the current collector 1 is not suspended and is in a rest position or fixed position. The roller spring 10 is fully wound, the stop wall 9c abutting the roller spring 10. The second part 60 is hereby maximally expanded with respect to the first part 50.

Wanneer er op de stroomafnemer een op de tekening gezien naar links gerichte kracht wordt uitgeoefend door 20 contact van de wielen met het stroomrailprofiel 2 -, of door verplaatsing naar rechts van het huis 6, onder tegenhouden van het frame 9, dan treedt de situatie weergegeven in de figuren 2B en 2E op, waarin de rolveer 10 enigszins afgewikkeld is. Hierdoor wordt er reeds een relatief grote 25 kracht in de richting C op het frame 9 uitgeoefend, waardoor de met het frame 9 verbonden wielen 13 goed tegen de verhogingen 3 van het stroomrailprofiel 2 aangedrukt worden gehouden. De maximum uitslag is weergegeven in de figuren 2C en 2F, waarbij het aanslagdeel 9c tegen de 30 plaat 6 aan komt. De door de rolveer 10 veroorzaakte trekkracht C op het frame 9 en daarmee de resulterende drukkracht van de wielen 13 op de verhogingen 3 is echter vrijwel gelijk aan die in de eerder besproken situatie, zodat ondanks verschillende omstandigheden de loop van de 35 stroomafnemer 1 niet merkbaar verandert.When a current directed to the left, as seen in the drawing, is exerted on the current collector by contact of the wheels with the busbar profile 2, or by displacement to the right of the housing 6, while retaining the frame 9, the situation then appears 2B and 2E, in which the coil spring 10 is slightly unwound. As a result, a relatively great force is already exerted on the frame 9 in the direction C, as a result of which the wheels 13 connected to the frame 9 are properly pressed against the elevations 3 of the busbar profile 2. The maximum deflection is shown in figures 2C and 2F, the stop part 9c abutting the plate 6. However, the tensile force C caused by the coil spring 10 on the frame 9 and thus the resulting compressive force of the wheels 13 on the elevations 3 is virtually the same as that in the previously discussed situation, so that despite different circumstances the course of the pantograph 1 is not noticeable changes.

Opgemerkt wordt nog dat aan het frame 9 aan de voor-en aan de achterzijde nog pennen 16 voorzien zijn, waarop v. ; o 4 8 half-bolvormige kunststof stoters bevestigd zijn. Hiermee wordt een aanslag tegen de wanden 11 verschaft, bij het plotsklaps starten of stoppen van de stroomafnemer 1 om een te grote kanteling van het tweede deel 60 ten opzichte 5 van het eerste deel 50 te voorkomen. Door de bolvorm van de aanslag 17 wordt de functie daarvan niet belemmerd in geval van onderlinge scheefstand van delen 50 en 60 in een vlak evenwijdig aan het profiel 2.It is further noted that pins 16 are provided on the frame 9 at the front and at the rear, on which v. o 4 8 semi-spherical plastic pushers are attached. Hereby a stop is provided against the walls 11, when the current collector 1 is suddenly started or stopped in order to prevent a too great tilting of the second part 60 relative to the first part 50. Due to the spherical shape of the stop 17, its function is not impeded in the case of mutual skew of parts 50 and 60 in a plane parallel to the profile 2.

Ter plaatse van overgangen tussen stroomrailprofielen 10 2 kan er sprake zijn van een discontinuïteit, waar de verhogingen 3 daarvan niet precies in lijn met elkaar liggen. Voorts kan er langs een stroomrailprofiel sprake zijn van een onderbreking, bijvoorbeeld ter plaatse van een bocht. Het is dan zaak dat de stroomafnemer toch op 15 juiste wijze inloopt op het volgende stroomrailprofiel.At the location of transitions between busbar profiles 2 there may be a discontinuity, where the elevations 3 thereof are not exactly in line with each other. Furthermore, there may be an interruption along a busbar profile, for example at the location of a bend. It is then important that the pantograph nevertheless catches up correctly in the next busbar profile.

In figuur 1B en 1C, en in het bijzonder ook in de figuren 3A en 3B is hiervoor een oplossing weergegeven. Te zien is dat de wielen 13 van de stroomafnemer 1 diabolovormig zijn, dat wil zeggen twee als het ware tegen elkaar 20 gezette afgeknotte kegels 14a, 14b omvatten. Tussen de kleine bases van de kegels 14a, 14b bevindt zich nog een ringvormig gedeelte 14c. De wielen 13 kunnen als één geheel uit kunststof gevormd zijn. Door de diabolovorm is een omtreksuitsparing 15 vrijgehouden. Door de diabolovorm 2 5 van de wielen 13, ook duidelijk weergegeven in figuur 3B, kan de aangrijping met de verhogingen 3 van het stroomrailprofiel 2 verbeterd worden. Zoals te zien is in figuur 3B zijn de verhogingen 3 gevormd met schuine kanten 20a, 20b, en bevindt zich daartussen een gebruikelijk rond 30 vlakje 19, waarmee gewone wielen worden ondersteund (zie figuren 2A-C). De diabolovormige wielen 13 steunen nu op de schuine vlakjes 20a, 20b. Hierdoor wordt verplaatsing in de richting D van de wielen 13 en daarmee van de stroomafnemer 1 ten opzichte van het stroomrailprofiel 2 tegen-35 gegaan. Dit is van belang, omdat bedacht moet worden dat de zwaartekracht, gezien op figuur 3B, van boven naar beneden werkt in het vlak van tekening.Figures 1B and 1C, and in particular also in Figures 3A and 3B, show a solution for this. It can be seen that the wheels 13 of the pantograph 1 are diabolo-shaped, that is to say comprise two truncated cones 14a, 14b, as it were, placed against each other. Between the small bases of the cones 14a, 14b there is still an annular portion 14c. The wheels 13 can be formed integrally from plastic. Due to the diabolo shape, a peripheral recess 15 has been kept free. Due to the diabolo shape 2 of the wheels 13, also clearly shown in Figure 3B, the engagement with the elevations 3 of the busbar profile 2 can be improved. As can be seen in figure 3B, the elevations 3 are formed with oblique edges 20a, 20b, and between them is a usual round surface 19, with which normal wheels are supported (see figures 2A-C). The diabolo-shaped wheels 13 now rest on the sloping surfaces 20a, 20b. As a result, displacement in the direction D of the wheels 13 and hence of the current collector 1 relative to the current rail profile 2 is prevented. This is important because it must be borne in mind that gravity, seen in figure 3B, acts from top to bottom in the plane of the drawing.

JJ

99

De diabolovorm is ook voordelig bij aanpassing van 'de einden van de stroomrailprofielen 2, zoals weergegeven in figuur 3Ά. De verhogingen 3 lopen hierbij ter plaatse van 21 uit in een punt 22. Wanneer de diabolovormige wielen 13 5 in lijn aankomen ter plaatse van de punt 22, zorgen de schuinten 21 voor centrering in samenwerking met de schuine wanden van de wielen 13. De toegangsbreedte voor de kanalen 4, bepaald door de onderlinge afstand van de verhogingen 3, kan hierbij ongewijzigd blijven, zodat de 10 koolborstels verder niet gehinderd worden.The diabolo shape is also advantageous when adapting the ends of the busbar profiles 2, as shown in Figure 3Ά. The elevations 3 hereby end at a point 22 at the location of 21. When the diabolo-shaped wheels 13 arrive in line at the point 22, the sliders 21 provide centering in cooperation with the oblique walls of the wheels 13. The access width for the channels 4, determined by the mutual distance of the elevations 3, it can hereby remain unchanged, so that the carbon brushes are not further hindered.

De koolborstelopstellingen in de stroomafnemer 1 volgens de uitvinding kan zijn zoals weergegeven in figuren 4A-E. Er is hier sprake van een koolborstelelement met koolborstel 32 met contactvlak 33 en twee eindklemmen 34a, 15 34b. In het midden is een sparing 36 vrijgelaten waarin een kunststof, half-open ringetje 35 bevestigd kan worden. Het in figuur 4A weergegeven koolborsteldeel kan bevestigd worden in een koolborstelhouder 31, zoals weergegeven in figuur 4B. De koolborstelhouder 31 bezit een omtrekswand 20 die een platte opneemruimte 39 vormt, met aan de bovenzijde twee verticale doorgangen 40a, 4 0b. In het midden is een opstaande bus 36 aangevormd met twee klikarmen 3 7a, 37b (arm 37b ligt op de tekening gezien achter arm 37a) . In het midden bevindt zich een vaste pen 38, die in kan 25 klikken in ringetje 35.The carbon brush arrangements in the pantograph 1 according to the invention can be as shown in figures 4A-E. There is a carbon brush element with carbon brush 32 with contact surface 33 and two end clamps 34a, 34b. A recess 36 has been left free in the middle, into which a plastic, half-open ring 35 can be attached. The carbon brush part shown in Figure 4A can be mounted in a carbon brush holder 31, as shown in Figure 4B. The carbon brush holder 31 has a peripheral wall 20 which forms a flat receiving space 39, with two vertical passages 40a, 40b at the top. An upright sleeve 36 is formed in the middle with two click arms 3a, 37b (arm 37b is seen behind arm 37a in the drawing). In the middle there is a fixed pin 38, which can snap into ring 35.

Dan is de situatie weergegeven in figuur 4C verkregen, waarih eindcontacten 41a, 41b van draadgelei- ders op de aansluitklemmen 34a, 34b geschoven kunnen worden.Then the situation shown in Figure 4C is obtained, where end contacts 41a, 41b of wire conductors can be slid onto the connection terminals 34a, 34b.

30 In figuur 4D is weergegeven dat een verder houderdeel 42, dat vervaardigd is van kunststof en een centrale cilindervormige bus 45 en twee aan weerszijden daarvan gelegen kokers 43a, 43b voor de aansluitklemmen bezit, samengevoegd kan worden met het samenstel van figuur 4C. 35 De bus 45 vormt een cilindervormige binnenruimte 44, die aan het eind begrensd wordt door een dwarsbalkje 46. Dit dwarsbalkje 46 dient als steun voor een drukveer 43, die - \ 10 met het andere eind passend opgenomen kan worden in de bus 36, die zelf passend en heen en weer verschuifbaar opgenomen kan zijn in de bus 45. Het andere eind van de veer 43 steunt tegen een vlak 47 aan het ondereind van de bus 36.Figure 4D shows that a further holder part 42, which is made of plastic and has a central cylindrical sleeve 45 and two sleeves 43a, 43b located on either side thereof for the connection terminals, can be combined with the assembly of figure 4C. The bush 45 forms a cylindrical inner space 44, which is bounded at the end by a crossbar 46. This crossbar 46 serves as support for a compression spring 43, which can be suitably accommodated with the other end in the bush 36, which can itself be accommodated and slidably reciprocally in the bush 45. The other end of the spring 43 is supported against a surface 47 at the lower end of the bush 36.

5 Dan is het samenstel weergegeven in figuur 4E, waar bij aangegeven is dat de koolborstel 32 om asje 3 8 kan kantelen in de richting C. De klikarmen 37a,b reiken met hun omgezette uiteinden over de bovenrand van de bus 45 om daarmee een begrenzing te vormen voor de uitwaartse bewe-10 ging van de koolborstelhouder. Met behulp van schroevem kan dit samenstel vastgemaakt worden aan de rest van het tweede deel 60.Then the assembly is shown in figure 4E, where it is indicated that the carbon brush 32 can tilt about axis 3 in the direction C. The click arms 37a, b reach with their bent ends over the upper edge of the bush 45 to thereby limit it. for the outward movement of the carbon brush holder. This assembly can be attached to the rest of the second part 60 with the aid of screw.

Door middel van de veer 4 3 wordt er verder in voorzien dat de koolborstelhouders slechts in hoofdzaak dwars 15 op de stroomgeleider op en neer kunnen bewegen. Door de passing van de bus 36 in de bus 45 wordt daarbij een interne kanteling zoveel als mogelijk vermeden. Enige kanteling vindt alleen plaats om het voornoemde asje 38.It is further provided by means of the spring 4 3 that the carbon brush holders can only move up and down substantially transversely of the current conductor. Due to the fit of the bushing 36 in the bushing 45, internal tilting is thereby avoided as much as possible. Some tilting only takes place about the aforementioned axis 38.

Claims

Clamping device 1. Clamping device for cranes or other tools movable along a path, such as a crane in a storage with storage racks, wherein the current collecting device is provided with carbon brushes or similar means for current-conducting contact with current conductors included in a fixedly arranged rail-rail profile are with a power supply, wherein the carbon brushes are mounted in carbon brush holders, which form a flat receiving space for the carbon brush, the carbon brush being hingedly mounted in the receiving space of the choir brush holder.

The pantograph according to claim 1, wherein the carbon brush holder in the receiving space is provided with a pin and wherein the carbon brush is provided with an open ring that is clicked around the pin.

The pantograph according to claim 2, wherein the open ring forms a separate part that is mounted in the carbon brush.

4. Current collector as claimed in claim 1, 2 or 3, wherein the lower edge of the carbon brush holder is provided with oblique stop edges for limiting the pivotal movement of the carbon brush.

5. A pantograph according to any one of the preceding claims, wherein the carbon brush holder itself is held by a holding part, wherein a compression spring is placed between each carbon brush holder and the respective holding part, the carbon brush holder and the respective holding part being provided with closely fitting interlocking straight guides .

6. Current collector as claimed in claim 5, wherein the guides are bus-shaped.

The pantograph according to claim 5 or 6, wherein the I \ * I ... ƒ compression spring is surrounded by both guides.

8. Pantograph provided with one or more of the characterizing measures described in the attached description and / or shown in the attached drawings. 5 -o-o-o-o-o-o-o-AF / KP