NL1019538C1

NL1019538C1 - Flat material piece for forming double-walled box by folding comprises rectangular box base and two double-walled side pieces connecting on opposing longitudinal edges of box base

Info

Publication number: NL1019538C1
Application number: NL1019538A
Authority: NL
Inventors: Petrus Agatha Montens
Original assignee: V O F Vrinten & Lohman
Priority date: 2001-12-11
Filing date: 2001-12-11
Publication date: 2002-03-12

Abstract

The flat material piece (1) for forming a double-walled box by folding comprises a rectangular box base (10) and two double-walled side pieces connecting on opposing longitudinal edges of the box base, each comprising an outermost side wall, of which the lower edge is connected by a fold line with the box base. It has an innermost side wall (40) and a side intermediate piece (30) which on the one hand connects via a fold line (c) with an upper edge of the innermost side wall and on the other hand connects via a fold line (b) with an upper edge of the outermost side wall. A fixture piece (50) connects via a fold line (d) with a lower edge of the innermost side wall and two fixture pieces (60) connect via a fold line (e) to opposing edges of the innermost side wall. At least a part of the upper edge of the fixture pieces extends in the prolongation of the upper edge of the innermost side wall. The innermost side wall on opposite sides is provided with a first coupling component (45).

Description

Titel: Plano voor een dubbelwandige doos en vouwinrichting voor het vouwen van een planoTitle: Blank for a double-walled box and folding device for folding a blank

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een plano voor een dubbelwandige doos.The present invention relates to a blank for a double-walled box.

In het hiernavolgende hangen de definities van begrippen als onder, boven, binnen en buiten met betrekking tot onderdelen van een 5 plano samen met de stand die de onderdelen innemen in een doos die uit de plano wordt gevormd. Hierbij wordt uitgegaan van een gangbare oriëntatie van de doos, waarbij een doosbodem zich aan een onderzijde van de doos bevindt.In the following, the definitions of terms such as below, above, inside and outside with respect to parts of a blank are related to the position that the parts occupy in a box formed from the blank. This is based on a customary orientation of the box, wherein a box bottom is located on a bottom side of the box.

Dubbelwandige dozen zijn in de praktijk bekend, en omvatten een 10 rechthoekige doosbodem, vier buitenste opstaande wanden en vier binnenste opstaande wanden, waarbij elke buitenste opstaande wand aansluit op een rand van de doosbodem en waarbij elke binnenste opstaande wand zich parallel ten opzichte van een corresponderende buitenste opstaande wand uitstrekt, aan een binnenkant van de doos.Double-walled boxes are known in practice, and comprise a rectangular box bottom, four outer upright walls and four inner upright walls, wherein each outer upright wall connects to an edge of the box bottom and wherein each inner upright wall is parallel to a corresponding outer upright wall, on an inside of the box.

15 De binnenste opstaande wand is doorgaans op afstand van de buitenste opstaande wand geplaatst, waarbij een ruimte tussen de binnenste opstaande wand en de buitenste opstaande wand aan de bovenzijde van de doos wordt afgesloten door middel van een langwerpig tussenstuk, dat zich parallel tèn opzichte van de doosbodem uitstrekt.The inner upright wall is usually placed at a distance from the outer upright wall, wherein a space between the inner upright wall and the outer upright wall is closed off at the top of the box by means of an elongate intermediate piece which is parallel to the box bottom extends.

20 Doordat de dubbelwandige doos vier paren van een buitenste opstaande wand en een binnenste opstaande wand omvat, is een inwendige van de doos goed geïsoleerd wanneer de bovenzijde van de doos wordt afgesloten door middel van een passend deksel. Dat maakt de dubbelwandige doos bijzonder geschikt om te worden toegepast voor 25 het verpakken van levensmiddelen zoals vis of groente.Because the double-walled box comprises four pairs of an outer upright wall and an inner upright wall, an interior of the box is well insulated when the top of the box is closed by means of a suitable cover. This makes the double-walled box particularly suitable for use in packaging foodstuffs such as fish or vegetables.

De dubbelwandige doos wordt doorgaans gevormd uit één plano waarin vouwnaden zijn aangebracht. De doos wordt dan in elkaar gezet door de plano in de gewenste vorm te vouwen en door onderdelen van de doos onderling te verbinden, bijvoorbeeld door middel van nieten, 30 plakband of lijm.The double-walled box is usually formed from one blank in which folding seams are arranged. The box is then assembled by folding the blank into the desired shape and interconnecting parts of the box, for example by means of stapling, tape or glue.

De plano van de bekende dubbelwandige doos omvat een langwerpig middengedeelte dat is bestemd om de vier buitenste opstaande wanden ini9538 2 te vormen. Bij één korte zijde van het langwerpige middengedeelte is een sluitflap aangebracht. Bij één lange zijde van het langwerpige middengedeelte zijn de vier tussenstukken en daarop aansluitend de vier binnenste opstaande wanden aangebracht, terwijl bij een 5 tegenovergelegen lange zijde twee bodemdelen zijn aangebracht. Bij de zijde van de binnenste opstaande wanden die is gelegen tegenover de zijde die aansluit op het tussenstuk, is een bodemflap aangebracht. Alle genoemde onderdelen van de plano zijn ten opzichte van elkaar scharnierbaar door middel van vouwnaden.The blank of the known double-walled box comprises an elongated middle section which is intended to form the four outer upright walls in 1938. A closing flap is provided on one short side of the elongated middle section. At one long side of the elongated middle section, the four intermediate pieces and subsequently the four inner upright walls are arranged, while at the opposite long side two bottom parts are provided. At the side of the inner upright walls that is opposite the side that connects to the intermediate piece, a bottom flap is provided. All mentioned parts of the blank can be hinged relative to each other by means of folding seams.

10 Uit de plano zoals hierboven beschreven wordt een doos gevormd door het langwerpige middengedeelte zodanig te vouwen, dat een gesloten geheel van buitenste opstaande wanden wordt verkregen. Daarbij worden beide korte zijden van het langwerpige middengedeelte onderling verbonden door middel van de sluitflap. Vervolgens wordt 15 de doosbodem gevormd door de bodemdelen onderling te verbinden. De binnenste opstaande wanden worden naar binnen gedrukt en vervolgens door middel van de bodemflap verbonden met de doosbodem.From the blank as described above, a box is formed by folding the elongated middle portion such that a closed whole of outer upright walls is obtained. Both short sides of the elongated middle section are thereby mutually connected by means of the closing flap. The box bottom is then formed by interconnecting the bottom parts. The inner upright walls are pressed inwards and subsequently connected to the box bottom by means of the bottom flap.

De hierboven beschreven vormgeving van de plano van de bekende dubbelwandige doos heeft een belangrijk nadeel. Tijdens het in 20 elkaar zetten van de doos dienen een aantal malen onderdelen van de doos met elkaar te worden verbonden door middel van bijvoorbeeld nieten, plakband of lijm. Meer in het bijzonder dienen eerst de sluitflap en een opstaande wand met elkaar te worden verbonden, vervolgens de bodemdelen en tot slot vier maal de bodemflap en de 25 uit de bodemdelen gevormde doosbodem. De verbindingshandelingen vragen relatief veel tijd. Wanneer onder toepassing van een machine een doos uit de plano wordt vervaardigd, dient deze machine niet alleen te zijn ingericht voor het vouwen van de plano, maar ook voor het onderling verbinden van een aantal onderdelen. Dat maakt een 30 dergelijke machine relatief duur.The design of the blank of the known double-walled box described above has a major drawback. During the assembly of the box, parts of the box must be connected to each other a number of times by means of for instance staples, adhesive tape or glue. More in particular, first the closing flap and an upright wall must be connected to each other, then the bottom parts and finally four times the bottom flap and the box bottom formed from the bottom parts. The connection operations require relatively much time. When a box is manufactured from the blank using a machine, this machine should be arranged not only for folding the blank, but also for interconnecting a number of parts. This makes such a machine relatively expensive.

Een doel van de onderhavige uitvinding is het verschaffen van een nieuwe plano voor een dubbelwandige doos, waarbij het genoemde nadeel is geëlimineerd of althans verminderd. Dit doel wordt bereikt door het wijzigen van de vormgeving van de plano, waarbij een plano 35 wordt verkregen die de volgende onderdelen omvat: een in hoofdzaak rechthoekige doosbodem; twee op tegenovergelegen langsranden van de doosbodem aansluitende dubbelwandige zijstukken, elk omvattende: een buitenste zijwand waarvan een onderrand over een vouwlijn aansluit op de doosbodem; een binnenste zijwand; een zijtussenstuk dat 40 enerzijds over een vouwlijn aansluit op een bovenrand van de 1b ï . ,·An object of the present invention is to provide a new blank for a double-walled box, wherein the aforementioned disadvantage is eliminated or at least reduced. This object is achieved by changing the shape of the blank, whereby a blank is obtained which comprises the following components: a substantially rectangular box bottom; two double-walled side pieces connecting to opposite longitudinal edges of the box bottom, each comprising: an outer side wall of which a bottom edge connects to the box bottom via a fold line; an inner side wall; a side spacer that connects 40 on the one hand over a fold line to an upper edge of the 1b. , ·

1*· W1 * · W

3 binnenste zijwand en anderzijds over een vouwlijn aansluit op een bovenrand van de buitenste zijwand; een bevestigingsstuk dat over een vouwlijn aansluit op een onderrand van de binnenste zijwand; en twee vasthoudstukken die elk over een vouwlijn aansluiten op 5 tegenovergelegen staande randen van de binnenste zijwand; waarbij althans een gedeelte van een bovenrand van de vasthoudstukken zich in hoofdzaak in het verlengde van de bovenrand van de binnenste zijwand uitstrekt; en waarbij de binnenste zijwand aan weerszijden is voorzien van een eerste koppelorgaan; en twee op tegenovergelegen 10 kopse randen van de doosbodem aansluitende dubbelwandige omslagstukken, elk omvattende: een buitenste omslagwand waarvan een onderrand over een vouwlijn aansluit op de doosbodem; een binnenste omslagwand; en een omslagtussenstuk dat enerzijds over een vouwlijn aansluit op een bovenrand van de binnenste omslagwand en anderzijds 15 over een vouwlijn aansluit op een bovenrand van de buitenste omslagwand; waarbij de binnenste omslagwand aan weerszijden is voorzien van een tweede koppelorgaan dat is bestemd om in aangrijping te komen met een eerste koppelorgaan.3 inner side wall and, on the other hand, connect over a fold line to an upper edge of the outer side wall; a fastener connecting over a fold line to a lower edge of the inner side wall; and two retaining pieces that each over a fold line connect to opposite opposing edges of the inner side wall; wherein at least a portion of an upper edge of the retaining pieces extends substantially in line with the upper edge of the inner side wall; and wherein the inner side wall is provided on either side with a first coupling member; and two double-walled cover pieces connecting to opposite end edges of the box bottom, each comprising: an outer cover wall of which a bottom edge connects to the box bottom via a fold line; an inner cover wall; and a cover spacer which on the one hand connects via a fold line to an upper edge of the inner cover wall and on the other hand connects via a fold line to an upper edge of the outer cover wall; wherein the inner cover wall is provided on either side with a second coupling member which is intended to come into engagement with a first coupling member.

Onder toepassing van een plano volgens een .20 voorkeursuitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding, wordt op bijzonder eenvoudige wijze een dubbelwandige doos verkregen. Uitgaande van een vlakke toestand van de plano worden de zijstukken over de vouwlijn tussen de buitenste zijwand en het zijtussenstuk zodanig gevouwen, dat een buitenvlak van de bevestigingsstukken 25 aansluit op een binnenvlak van de doosbodem. De bevestigingsstukken worden daarna verbonden met de doosbodem. Vervolgens worden de zijstukken ten opzichte van de doosbodem omhoog gezet. Hierna worden de omslagstukken om de vasthoudstukken van de zijstukken heen gevouwen, waarbij de tweede koppelorganen van de omslagstukken in 30 contact komen met de eerste koppelorganen van de zijstukken. Zodra de eerste koppelorganen en de tweede koppelorganen contact maken, komen ze in ingrijping met elkaar, en zijn zowel de zijstukken als de omslagstukken in hun juiste positie gefixeerd en is de dubbelwandige doos gereed. Hierbij is de positie van de zijstukken 35 bepaald doordat althans een gedeelte van de bovenrand van de vasthoudstukken aanligt tegen de omslagtussenstukken, terwijl de positie van de omslagstukken is bepaald doordat de eerste koppelorganen en de tweede koppelorganen met elkaar in ingrijping zijn.Using a blank according to a preferred embodiment of the present invention, a double-walled box is obtained in a particularly simple manner. Starting from a flat condition of the blank, the side pieces are folded over the fold line between the outer side wall and the side intermediate piece such that an outer surface of the fixing pieces connects to an inner surface of the box bottom. The mounting pieces are then connected to the box bottom. The side pieces are then raised relative to the box bottom. After this, the cover pieces are folded around the retaining pieces of the side pieces, the second coupling members of the cover pieces coming into contact with the first coupling members of the side pieces. As soon as the first coupling members and the second coupling members make contact, they come into engagement with each other, and both the side pieces and the cover pieces are fixed in their correct position and the double-walled box is ready. Here, the position of the side pieces 35 is determined in that at least a part of the upper edge of the retaining pieces abuts against the cover intermediate pieces, while the position of the cover pieces is determined in that the first coupling members and the second coupling members engage with each other.

44

Uit het bovenstaande blijkt, dat de vormgeving van de plano volgens de onderhavige uitvinding het mogelijk maakt, slechts met twee verbindingshandelingen uit de plano een dubbelwandige doos te vormen. Dit is een belangrijk voordeel ten opzichte van de stand van 5 de techniek, waarin wel zes verbindingshandelingen zijn vereist. Bovendien wordt bij de plano volgens de uitvinding na de verbindingshandelingen een tussenvorm verkregen die nog steeds vlak is. Vanuit deze tussenvorm kan door uitsluitend vouwen een dubbelwandige doos worden verkregen. Dit is eveneens een belangrijk 10 voordeel ten opzichte van de stand van de techniek, waarbij reeds na de eerste verbindingshandeling geen sprake meer is van een vlakke vorm.It can be seen from the above that the design of the blank according to the present invention makes it possible to form a double-walled box only with two connecting operations from the blank. This is an important advantage over the prior art, in which as many as six connection operations are required. Moreover, in the blank according to the invention, after the connecting operations, an intermediate shape is obtained which is still flat. From this intermediate form, a double-walled box can only be obtained by folding. This is also an important advantage over the state of the art, wherein already after the first connecting operation there is no longer any question of a flat shape.

De onderhavige uitvinding heeft voorts betrekking op een 15 dubbelwandige doos die door middel van vouwen is vervaardigd uit een plano volgens de onderhavige uitvinding, op een vouwinrichting die in het bijzonder is ingericht voor het vouwen van een plano voor een doos, en op een samenstel van een mal en een aandrukmechanisme dat is bestemd om te worden toegepast in een vouwinrichting.The present invention furthermore relates to a double-walled box made by folding from a blank according to the present invention, to a folding device which is particularly adapted to fold a blank for a box, and to an assembly of a mold and a pressing mechanism intended for use in a folding device.

2020

De onderhavige uitvinding heeft voorts betrekking op een plano voor een doos, omvattende: een in hoofdzaak rechthoekige doosbodem; twee op tegenovergelegen randen van de doosbodem aansluitende zijstukken; en twee op tegenovergelegen randen van de doosbodem 25 aansluitende dubbelwandige omslagstukken, omvattende: een buitenste omslagwand waarvan een onderrand over een vouwlijn aansluit op de doosbodem; en een binnenste omslagwand waarvan een bovenrand over een vouwlijn aansluit op een bovenrand van de buitenste omslagwand.The present invention further relates to a blank for a box, comprising: a substantially rectangular box bottom; two side pieces connecting to opposite edges of the box bottom; and two double-walled cover pieces connecting to opposite edges of the box bottom, comprising: an outer cover wall of which a bottom edge connects to the box bottom via a fold line; and an inner cover wall of which a top edge over a fold line connects to a top edge of the outer cover wall.

Een dergelijke plano is in de praktijk bekend. De zijstukken 30 van de bekende plano omvatten een buitenste zijwand waarvan een onderrand over een vouwlijn aansluit op de doosbodem, alsmede een binnenste zijwand waarvan een bovenrand over een vouwlijn aansluit op een bovenrand van de buitenste zijwand, waarbij een buitenvlak van de binnenste zijwand door middel van lijm is verbonden met een 35 binnenvlak van de buitenste zijwand. De zijstukken omvatten tevens twee vasthoudstukken die elk over een vouwlijn aansluiten op tegenovergelegen randen van de buitenste zijwand, waarbij een bovenrand van de vasthoudstukken zich in hoofdzaak in het verlengde van de bovenrand van de buitenste zijwand uitstrekt. In 40 tegenovergelegen zijden van de binnenste zijwand is een uitsparing K: 5 aangebracht, terwijl de binnenste omslagwand aan weerszijden is voorzien van een lip die is bestemd voor samenwerking met een uitsparing.Such a blank is known in practice. The side pieces 30 of the known blank comprise an outer side wall of which a lower edge connects over a fold line to the box bottom, as well as an inner side wall whose upper edge connects over a fold line to an upper edge of the outer side wall, an outer surface of the inner side wall being connected by means of of glue is connected to an inner surface of the outer side wall. The side pieces also comprise two retaining pieces that each over a fold line connect to opposite edges of the outer side wall, with an upper edge of the retaining pieces extending substantially in line with the upper edge of the outer side wall. A recess K: 5 is provided in 40 opposite sides of the inner side wall, while the inner cover wall is provided on both sides with a lip intended for cooperation with a recess.

Uit de plano zoals hierboven beschreven wordt een doos gevormd 5 door de zijstukken omhoog te zetten. Vervolgens worden de omslagstukken om de vasthoudstukken van de zijstukken heen gevouwén, waarbij de lippen aan de binnenste omslagwanden in de uitsparingen in de binnenste zijwanden worden gedrukt. Zodra de lippen zich in de uitsparingen bevinden, zijn zowel de zijstukken als de omslagstukken 10 in hun juiste positie gefixeerd en is de doos gereed. Hierbij is de positie van de zijstukken bepaald doordat de bovenrand van de vasthoudstukken aanligt tegen de vouwlijn tussen de binnenste omslagwand en de buitenste omslagwand, terwijl de positie van de omslagstukken is bepaald doordat de lippen zich in de uitsparingen 15 bevinden.A box is formed from the blank as described above by raising the side pieces. The cover pieces are then folded around the retaining pieces of the side pieces, the lips being pressed on the inner cover walls into the recesses in the inner side walls. As soon as the lips are in the recesses, both the side pieces and the cover pieces 10 are fixed in their correct position and the box is ready. Here, the position of the side pieces is determined in that the upper edge of the retaining pieces abuts the fold line between the inner cover wall and the outer cover wall, while the position of the cover pieces is determined in that the lips are located in the recesses.

Hoewel de bekende plano en de doos die daaruit kan worden gevormd op zich voldoen, is het is een doel van de onderhavige uitvinding een alternatieve plano en doos die daaruit kan worden gevormd, te verschaffen. Dit doel wordt bereikt door het wijzigen 20 van de vormgeving van de plano, waarbij een plano wordt verkregen waarvan de zijstukken de volgende onderdelen omvatten: een zijwand waarvan een onderrand over een vouwlijn aansluit op de doosbodem; en twee vasthoudstukken die elk over een vouwlijn aansluiten op tegenovergelegen randen van de zijwand; waarbij althans een gedeelte 25 van een bovenrand van de vasthoudstukken zich in hoofdzaak in het verlengde van een bovenrand van de zijwand uitstrekt. Daarbij is aan weerszijden van de doosbodem ten minste één fixeereenheid aangebracht, die eenzijdig geschikt is voor het fixeren van een onderzijde van de binnenste omslagwand ten opzichte van de 30 doosbodem.Although the known blank and the box that can be formed therefrom are sufficient per se, it is an object of the present invention to provide an alternative blank and box that can be formed therefrom. This object is achieved by changing the shape of the blank, whereby a blank is obtained whose side pieces comprise the following parts: a side wall of which a bottom edge connects to the box bottom over a fold line; and two retaining pieces that each over a fold line connect to opposite edges of the side wall; wherein at least a portion of an upper edge of the retaining pieces extends substantially in line with an upper edge of the side wall. At least one fixing unit is arranged on either side of the box bottom, which fixing unit is suitable on one side for fixing an underside of the inner cover wall relative to the box bottom.

Onder toepassing van een plano volgens de onderhavige uitvinding wordt op bijzonder eenvoudige wijze een doos verkregen. Uitgaande van een vlakke toestand van de plano worden de zijwanden omhoog gezet. Vervolgens worden de omslagstukken om de 35 vasthoudstukken van de zijwanden heen gevouwen, waarbij de onderzijden van de binnenste omslagwanden tot voorbij de fixeereenheden in de richting van de buitenste omslagwand worden bewogen. Vervolgens worden de binnenste omslagwanden losgelaten, waarbij deze van de buitenste omslagwand af bewegen. Zodra de 40 onderzijden van de binnenste omslagwanden daarbij in contact komen 1019538 6 met de fixeereenheden, worden ze door genoemde fixeereenheden gefixeerd ten opzichte van de doosbodem. De omslagstukken zijn dan in hun juiste positie gefixeerd.Using a blank according to the present invention, a box is obtained in a particularly simple manner. The side walls are raised based on a flat condition of the blank. The cover pieces are then folded around the retaining pieces of the side walls, the undersides of the inner cover walls being moved beyond the fixing units in the direction of the outer cover wall. The inner cover walls are then released, moving away from the outer cover wall. As soon as the 40 undersides of the inner cover walls thereby come into contact with the fixing units, they are fixed by said fixing units with respect to the box bottom. The cover pieces are then fixed in their correct position.

De plano volgens de onderhavige uitvinding heeft als 5 belangrijke voordelen dat aan geen van de wanden een lip behoeft te worden aangebracht en dat de zijstukken kunnen worden uitgevoerd met slechts één zijwand, waardoor materiaal wordt bespaard.The blank according to the present invention has the important advantages that none of the walls need to be provided with a lip and that the side pieces can be designed with only one side wall, whereby material is saved.

De onderhavige uitvinding heeft voorts betrekking op een doos 10 die door middel van vouwen is vervaardigd uit een plano volgens de onderhavige uitvinding, alsmede op een mal die is bestemd om te worden toegepast ten behoeve van het vouwen van een plano.The present invention furthermore relates to a box 10 which is manufactured by folding from a blank according to the present invention, as well as to a mold which is intended to be used for folding a blank.

De onderhavige uitvinding zal nader worden toegelicht aan de 15 hand van de hiernavolgende beschrijving onder verwijzing naar de tekening, waarin gelijke verwijzingscijfers gelijke of vergelijkbare onderdelen aanduiden, en waarin: figuur 1 een bovenaanzicht is van een plano voor een dubbelwandige vouwdoos volgens de uitvinding, in vlakke toestand; 20 figuur 2 een bovenaanzicht is van een tussenvorm van de plano die is getoond in figuur 1; figuur 3 een dwarsdoorsnede toont van een gedeelte van de plano die is getoond in figuur 2, over een lijn A-A; figuur 4 wederom een dwarsdoorsnede toont van een gedeelte van de 25 plano die is getoond in figuur 2, over een lijn A-A; figuur 5 een langsdoorsnede toont van een gedeelte van de plano die is getoond in figuur 2, over een lijn B-B; figuur 6 wederom een langsdoorsnede toont van een gedeelte van de plano die is getoond in figuur 2, over een lijn B-B; 30 figuur 7 een perspectivisch aanzicht is van een dubbelwandige doos die is vervaardigd uit de plano die is getoond in figuur 1; figuur 8 een schematisch perspectivisch aanzicht is van een vouwinrichting volgens de uitvinding, waarbij een aandrukmechanisme zich in een bovenstand bevindt; 35 figuur 9 wederom een schematisch perspectivisch aanzicht is van de vouwinrichting die is getoond in figuur 8, waarbij het aandrukmechanisme zich in een benedenstand bevindt; figuur 10 een bovenaanzicht is van een plano voor een doos volgens de uitvinding, in vlakke toestand; J - ö 7 figuur 11 een perspectivisch aanzicht is van een doos die is vervaardigd uit de plano die is getoond in figuur 10; figuur 12 een langsdoorsnede toont van de doos die is getoond in figuur 11, over een lijn C-C; 5 figuur 13 een detail Z toont van de langsdoorsnede die is getoond in figuur 12; en figuur 14 een schematisch perspectivisch aanzicht is van een mal die is bestemd om te worden toegepast ten behoeve van het vouwen van de plano die is getoond in figuur 10.The present invention will be further elucidated with reference to the following description with reference to the drawing, in which like reference numerals indicate like or comparable parts, and in which: figure 1 is a top view of a blank for a double-walled folding box according to the invention, in flat state; Figure 2 is a plan view of an intermediate shape of the blank shown in Figure 1; Figure 3 shows a cross-section of a portion of the blank shown in Figure 2, along a line A-A; Figure 4 again shows a cross-section of a portion of the blank shown in Figure 2, along a line A-A; Figure 5 shows a longitudinal section of a portion of the blank shown in Figure 2, along a line B-B; Figure 6 again shows a longitudinal section of a portion of the blank shown in Figure 2, along a line B-B; Figure 7 is a perspective view of a double-walled box made from the blank shown in Figure 1; Figure 8 is a schematic perspective view of a folding device according to the invention, wherein a pressing mechanism is in an upper position; FIG. 9 is again a schematic perspective view of the folding device shown in FIG. 8, wherein the pressing mechanism is in a lower position; Figure 10 is a plan view of a blank for a box according to the invention, in flat condition; Figure 11 is a perspective view of a box made from the blank shown in Figure 10; Figure 12 shows a longitudinal section of the box shown in Figure 11, along a line C-C; Figure 13 shows a detail Z of the longitudinal section shown in Figure 12; and Figure 14 is a schematic perspective view of a mold intended to be used for folding the blank shown in Figure 10.

1010

Figuur 1 toont een plano 1 voor een dubbelwandige doos volgens de onderhavige uitvinding, in vlakke toestand. De plano 1 is bestemd om te worden gevormd tot een dubbelwandige doos 5 zoals getoond in figuur 7.Figure 1 shows a blank 1 for a double-walled box according to the present invention, in the flat state. The blank 1 is intended to be formed into a double-walled box 5 as shown in Figure 7.

15 De plano 1 omvat een in hoofdzaak rechthoekige doosbodem 10. In het getoonde voorbeeld heeft de doosbodem 10 langsranden 11 en kopse randen 12. Binnen het kader van de uitvinding is het mogelijk dat de randen 11, 12 van de doosbodem 10 een in hoofdzaak gelijke lengte hebben.The blank 1 comprises a substantially rectangular box bottom 10. In the example shown, the box bottom 10 has longitudinal edges 11 and end edges 12. Within the scope of the invention, it is possible that the edges 11, 12 of the box bottom 10 have a substantially equal have length.

20 Aan weerszijden van de doosbodem 10 sluit een in hoofdzaak rechthoekvormige buitenste zijwand 20 bij een onderrand 21 over een vouwlijn a aan op de langsrand 11. De buitenste zijwand 20 sluit bij een bovenrand 22 over een vouwlijn b aan op een buitenste langsrand 31 van een langwerpig zijtussenstuk 30. Een binnenste langsrand 32 25 van het zijtussenstuk 30 sluit over een vouwlijn c aan op een bovenrand 42 van een in hoofdzaak rechthoekvormige binnenste zijwand 40. De binnenste zijwand 40 sluit bij een onderrand 41 over een vouwlijn d aan op een bevestigingsstuk 50.20 On either side of the box bottom 10 a substantially rectangular outer side wall 20 connects at a lower edge 21 over a fold line a to the longitudinal edge 11. At an upper edge 22 over a fold line b, the outer side wall 20 connects to an outer longitudinal edge 31 of a elongated side spacer 30. An inner longitudinal edge 32 of the side spacer 30 connects over a fold line c to an upper edge 42 of a substantially rectangular inner side wall 40. The inner side wall 40 connects at a lower edge 41 over a fold line d to a fastening piece 50 .

Aan weerszijden van de binnenste zijwand 40 bevindt zich een 30 vasthoudstuk 60 dat over een vouwlijn e aansluit op een staande rand 43 van de binnenste zijwand 40. Een deel 63 van een bovenrand 62 van het vasthoudstuk 60 strekt zich in hoofdzaak in het verlengde van de bovenrand 42 van de binnenste zijwand 40 uit. Ter hoogte van de vouwlijn e tussen het vasthoudstuk 60 en de binnenste zijwand 40 is 35 een uitsparing 45 aangebracht, die zich in het getoonde voorbeeld deels in het vasthoudstuk 60 en deels in de binnenste zijwand 40 bevindt.On either side of the inner side wall 40 there is a retaining piece 60 which connects over a fold line e to a standing edge 43 of the inner side wall 40. A part 63 of an upper edge 62 of the retaining piece 60 extends substantially in line with the upper edge 42 of the inner side wall 40. At the level of the folding line e between the retaining piece 60 and the inner side wall 40, a recess 45 is provided, which recess is in the shown example partly in the retaining piece 60 and partly in the inner side wall 40.

Aan weerszijden van de buitenste zijwand 20 bevindt zich een verbindingsstuk 70 dat bij een binnenste rand 74 over een vouwlijn i 40 aansluit op een staande rand 23 van de buitenste zijwand 20. Bij eenOn either side of the outer side wall 20 there is a connecting piece 70 which at an inner edge 74 over a fold line 40 connects to a standing edge 23 of the outer side wall 20. At a

' * V"* V

8 buitenste rand 75 sluit het verbindingsstuk 70 over een vouwlijn j aan op een staande rand 83 van een buitenste omslagwand 80, die bij een onderrand 81 over een vouwlijn f aansluit op de kopse rand 12 van de doosbodem 10. Het verbindingsstuk 70 omvat een binnenste 5 verbindingsdeel 76 en een buitenste verbindingsdeel 77, die over een vouwlijn k op elkaar aansluiten. Een steundeel 90 sluit over een vouwlijn 1 aan op een bovenrand 72 van het binnenste verbindingsdeel 76.8 outer edge 75 connects the connecting piece 70 over a folding line j to a standing edge 83 of an outer cover wall 80, which at a lower edge 81 connects over a folding line f to the end edge 12 of the box bottom 10. The connecting piece 70 comprises an inner Connecting part 76 and an outer connecting part 77, which connect to each other via a fold line k. A support part 90 connects over a fold line 1 to an upper edge 72 of the inner connecting part 76.

De buitenste omslagwand 80 sluit bij een bovenrand 82 over een 10 vouwlijn g aan op een buitenste langsrand 101 van een langwerpig omslagtussenstuk 100. Een binnenste langsrand 102 van het omslagtussenstuk 100 sluit over een vouwlijn h aan op een bovenrand 112 van een in hoofdzaak rechthoekvormige binnenste omslagwand 110. Een bodemstuk 120 sluit over een vouwlijn n aan op een onderrand 111 15 van de binnenste omslagwand 110.The outer cover wall 80 connects at an upper edge 82 over a folding line g to an outer longitudinal edge 101 of an elongated cover intermediate piece 100. An inner longitudinal edge 102 of the cover intermediate piece 100 connects over a folding line h to an upper edge 112 of a substantially rectangular inner cover wall 110. A bottom piece 120 connects over a fold line n to a lower edge 111 of the inner cover wall 110.

Aan weerszijden van de binnenste omslagwand 110 is een lip 115 aan een staande rand 113 van de binnenste omslagwand 110 aangebracht. Twee verstevigingstukken 130 sluiten over een vouwlijn m aan op de staande randen 113 van de binnenste omslagwand 110. Met 20 voordeel zijn de verstevigingstukken 130 verbonden met de binnenste omslagwand 110, waarbij een binnenvlak van de verstevigingstukken 130 aansluit op een buitenvlak 118 van de binnenste omslagwand 110.A lip 115 is provided on either side of the inner cover wall 110 on a standing edge 113 of the inner cover wall 110. Two reinforcement pieces 130 connect over a fold line m to the upright edges 113 of the inner cover wall 110. Advantageously, the reinforcement pieces 130 are connected to the inner cover wall 110, wherein an inner surface of the reinforcement pieces 130 connects to an outer surface 118 of the inner cover wall 110.

In het hiernavolgende wordt beschreven hoe de plano 1 tot de 25 dubbelwandige doos 5 wordt gevouwen, uitgaande van de vlakke toestand van de plano 1, zoals getoond in figuur 1.In the following, it is described how the blank 1 is folded into the double-walled box 5, starting from the flat condition of the blank 1, as shown in Figure 1.

Allereerst worden de zijstukken gevouwen over de vouwlijn b tussen de buitenste zijwand 20 en het zijtussenstuk 30, waarbij de verstevigingsstukken 50 aansluiten op de doosbodem 10. De 30 verstevigingsstukken 50 worden op een geschikte wijze verbonden met de doosbodem 10, bijvoorbeeld door middel van nieten, plakband of lijm. Na deze verbindingshandelingen is een tussenvorm van de plano 1 verkregen, waarvan een bovenaanzicht is getoond, in figuur 2. Een dwarsdoorsnede van een gedeelte van de tussenvorm is getoond in 35 figuur 3.First of all, the side pieces are folded over the fold line b between the outer side wall 20 and the side intermediate piece 30, the reinforcement pieces 50 connecting to the box bottom 10. The reinforcement pieces 50 are suitably connected to the box bottom 10, for example by stapling, adhesive tape or glue. After these connecting operations, an intermediate shape of the blank 1 is obtained, a top view of which is shown, in Figure 2. A cross-section of a part of the intermediate shape is shown in Figure 3.

Het vouwproces begint met het omhoog zetten van het geheel van buitenste zijwand 20, zij tussenstuk 30 en binnenste zijwand 40, totdat de buitenste zijwand 20 en de binnenste zijwand 40 zich in hoofdzaak haaks ten opzichte van de doosbodem 10 uitstrekken. Deze 40 stand van genoemd geheel ten opzichte van de doosbodem 10 is in 10185^8 9 dwarsdoorsnede weergegeven in figuur 4. Vervólgens wordt het geheel van buitenste omslagwand 80, omslagtussenstuk 100, binnenste omslagwand 110 en bodemstuk 120 omhoog gezet, totdat dit geheel zich in hoofdzaak haaks ten opzichte van de doosbodem 10 uitstrekt. Deze 5 stand van genoemd geheel ten opzichte van de doosbodem 10 is in langsdoorsnede weergegeven in figuur 5. De vouwlijn k tussen het binnenste verbindingsdeel 76 en het buitenste verbindingsdeel 77 is zodanig voorgevouwen, dat deze hierbij een naar binnen gerichte beweging maakt, zodat het buitenste verbindingsdeel 77 tegen de 10 buitenste omslagwand 80 aan komt te liggen, terwijl het binnenste verbindingsdeel 76 tegen het buitenste verbindingsdeel 77 aan komt te liggen. De vasthoudstukken 60 aan de binnenste zijwanden 40 worden door het binnenste verbindingsdeel 76 naar binnen bewogen. Nadat de buitenste omslagwand 80 omhoog is gezet, wordt het 15 omslagtussenstuk 100 over de steundelen 90 gevouwen en wordt de binnenste omslagwand 110 tussen de binnenste zijwanden 40 door bewogen, in de richting van de doosbodem 10 en de buitenste zijwand 80. Hierbij drukken de lippen 115 de binnenste zijwanden 40 enigszins naar buiten, totdat de lippen 115 aan weerszijden van de 20 binnenste omslagwand 110 in de uitsparingen 45 vallen. Het bodemstuk 120 is dan onder invloed van contact met de doosbodem 10 naar binnen gevouwen en ligt aan tegen de doosbodem 10. De positie die het omslagstuk dan ten opzichte van de doosbodem 10 inneemt, is in langsdoorsnede weergegeven in figuur 6.The folding process begins with raising the whole of outer side wall 20, side spacer 30 and inner side wall 40, until the outer side wall 20 and the inner side wall 40 extend substantially perpendicular to the box bottom 10. This position of said whole relative to the box bottom 10 is shown in cross-section in 10185 ^ 8 9 in figure 4. Subsequently, the whole of outer cover wall 80, cover intermediate piece 100, inner cover wall 110 and bottom piece 120 are raised, until this whole is inserted into extends substantially perpendicular to the box bottom 10. This position of said whole relative to the box bottom 10 is shown in longitudinal section in Figure 5. The fold line k between the inner connecting part 76 and the outer connecting part 77 is pre-folded such that it hereby makes an inwardly directed movement, so that the outer connecting part 77 abuts the outer cover wall 80, while the inner connecting part 76 abuts the outer connecting part 77. The retaining pieces 60 on the inner side walls 40 are moved inwards by the inner connecting part 76. After the outer cover wall 80 has been raised, the cover spacer 100 is folded over the support members 90 and the inner cover wall 110 is moved between the inner side walls 40, in the direction of the box bottom 10 and the outer side wall 80. Hereby the lips press 115 the inner side walls 40 slightly outwards, until the lips 115 on either side of the inner cover wall 110 fall into the recesses 45. The bottom piece 120 is then folded inwards under the influence of contact with the box bottom 10 and rests against the box bottom 10. The position that the cover piece then occupies relative to the box bottom 10 is shown in longitudinal section in Figure 6.

25 Op het moment dat de lippen 115 in de uitsparingen 45 zijn opgenomen, is de dubbelwandige doos 5 gereed, en heeft een vaste vorm zoals getoond in figuur 7.The moment the lips 115 are received in the recesses 45, the double-walled box 5 is ready, and has a fixed shape as shown in figure 7.

Binnen het kader van de uitvinding kan de plano 1 anders zijn 30 gevormd dan getoond in het hierboven beschreven voorbeeld.Within the scope of the invention, the blank 1 may be formed differently than shown in the example described above.

Het is bijvoorbeeld mogelijk dat een aantal bevestigingsstukken 50 over de onderrand 41 van de binnenste zijwand 40 zijn verdeeld, in plaats van één zoals in het getoonde voorbeeld.For example, it is possible that a number of fastening pieces 50 are distributed over the lower edge 41 of the inner side wall 40, instead of one as in the example shown.

Het is bijvoorbeeld ook mogelijk dat de uitsparing 45 zich niet 35 ter hoogte van vouwlijn e tussen het vasthoudstuk 60 en de binnenste zijwand 40 bevindt, en zich daarbij deels in het vasthoudstuk 60 en deels in de binnenste zijwand 40 bevindt. In plaats daarvan kan de uitsparing 45 zich uitsluitend in de binnenste zijwand 40 bevinden, waarbij de staande rand 43 van de binnenste zijwand 40 enigszins 40 verder naar buiten is gepositioneerd. Het is in ieder geval van -Jj 10 belang dat de positie van de uitsparing 45 is afgestemd op de positie van de op te nemen lip 115 en daarmee op de gewenste positie van de binnenste omslagwand 110 ten opzichte van de buitenste omslagwand 80 en de doosbodem 10. In het getoonde voorbeeld is 5 daarom de afstand tussen de uitsparing 45 en de bovenrand 42 van de binnenste zijwand 40 in hoofdzaak gelijk aan de afstand tussen de lip 115 en de bovenrand 102 van de binnenste omslagwand 110.It is also possible, for example, that the recess 45 is not located at the level of folding line e between the retaining piece 60 and the inner side wall 40, and is thereby partly located in the retaining piece 60 and partly in the inner side wall 40. Instead, the recess 45 can only be located in the inner side wall 40, the upright edge 43 of the inner side wall 40 being positioned slightly further outwards. It is in any case of importance that the position of the recess 45 is adjusted to the position of the lip 115 to be received and thus to the desired position of the inner cover wall 110 relative to the outer cover wall 80 and the box bottom 10. In the example shown, therefore, the distance between the recess 45 and the top edge 42 of the inner side wall 40 is substantially equal to the distance between the lip 115 and the top edge 102 of the inner cover wall 110.

Voor de vorm van het vasthoudstuk 60 is van belang, dat ten minste een gedeelte van de bovenrand 62 zich in hoofdzaak in het 10 verlengde van de bovenrand 42 van de binnenste zijwand 40 uitstrekt. Immers, de vasthoudstukken 60 dienen om het geheel van buitenste zijwand 20, zijtussenstuk 30 en binnenste zijwand 40 vast te houden, en vervullen deze functie door met genoemd gedeelte van de bovenrand 62 aan te liggen tegen het omslagtussenstuk 100.For the shape of the retaining piece 60 it is important that at least a part of the upper edge 62 extends substantially in line with the upper edge 42 of the inner side wall 40. After all, the retaining pieces 60 serve to hold the whole of outer side wall 20, side spacer 30 and inner side wall 40, and fulfill this function by abutting the cover spacer 100 with said part of the upper edge 62.

15 De combinatie van de uitsparing 45 en de lip 115 is slechts één van de geschikte mogelijkheden om de binnenste zijwand 40 en de binnenste omslagwand 80 ten opzichte van elkaar te fixeren.The combination of the recess 45 and the lip 115 is only one of the suitable options for fixing the inner side wall 40 and the inner cover wall 80 relative to each other.

Het is ook mogelijk een aantal onderdelen achterwege te laten. 20 Meer in het bijzonder kan de plano 1 zonder steundelen 90 en/of bodemstukken 120 en/of verstevigingstukken 130 worden uitgevoerd.It is also possible to omit a number of components. More in particular, the blank 1 can be made without support members 90 and / or base pieces 120 and / or reinforcement pieces 130.

Ook de verbindingsstukken 70 zijn niet essentieel, maar een dubbelwandige doos 5 die is gevormd uit een plano 1 met verbindingsstukken 70 heeft belangrijke voordelen ten opzichte van 25 een dubbelwandige doos 5 die is gevormd uit een plano 1 zonder verbindingsstukken 70. De verbindingsstukken 70 dragen namelijk in het algemeen bij aan de stevigheid van de dubbelwandige doos en voorkomen kiervorming tussen de buitenste omslagwanden 80 en de buitenste zijwanden 20.The connecting pieces 70 are also not essential, but a double-walled box 5 formed from a blank 1 with connecting pieces 70 has important advantages over a double-walled box 5 formed from a blank 1 without connecting pieces 70. The connecting pieces 70 namely generally contributes to the rigidity of the double-walled box and prevents cracking between the outer cover walls 80 and the outer side walls 20.

3030

Met voordeel zijn ten minste een gedeelte van een binnenvlak van de doosbodem 10, een binnenvlak van de bevestigingsstukken 50, een binnenvlak van de binnenste zijwanden 40 en een binnenvlak van de binnenste omslagwanden 110 voorzien van een vochtafstotende laag, 35 in het bijzonder wanneer de dubbelwandige doos 5 is bestemd voor het verpakken van levensmiddelen.Advantageously, at least a portion of an inner surface of the box bottom 10, an inner surface of the mounting pieces 50, an inner surface of the inner side walls 40 and an inner surface of the inner cover walls 110 are provided with a moisture-repellent layer, in particular when the double-walled box 5 is intended for packaging foodstuffs.

Figuren 8 en 9 tonen schematisch een vouwinrichting 7, die in het bijzonder is ingericht voor het vouwen van een plano met 11 tegenover elkaar gelegen omslagwanden, bijvoorbeeld een plano 1 zoals hierboven beschreven.Figures 8 and 9 schematically show a folding device 7, which is in particular adapted for folding a blank with 11 opposite cover walls, for example a blank 1 as described above.

De vouwinrichting 7 omvat een mal 150 die is ingericht voor het opnemen van een plano. De mal 150 omvat een malbodem 151 en op de 5 malbodem 151 aansluitende opstaande wanden 152. De afmetingen van de malbodem 151 en van de opstaande wanden 152 zijn zodanig afgestemd op de afmetingen van een te vouwen plano, dat wanneer de plano in de mal 150 is opgenomen, binnenvlakken van de mal 150 aanliggen tegen althans een gedeelte van buitenvlakken van de plano.The folding device 7 comprises a mold 150 which is adapted to receive a blank. The mold 150 comprises a mold bottom 151 and upright walls 152 connecting to the mold bottom 151. The dimensions of the mold bottom 151 and of the upright walls 152 are adjusted to the dimensions of a blank to be folded such that when the blank is in the mold 150 is included, inner surfaces of the mold 150 abut against at least a portion of outer surfaces of the blank.

10 Voorts omvat de vouwinrichting 7 een malhouder 160 die is ingericht voor het gedeeltelijk opnemen van de mal 150. De malhouder 160 omvat een houderbodem 161 en drie op de houderbodem 161 aansluitende opstaande wanden 162. Aan een buitenvlak van de houderbodem 161 zijn geleiders 163 aangebracht, die op een op zich 15 bekende wijze lineair beweegbaar zijn over twee geleiderstangen 170. Hierdoor is een door de malhouder 160 opgenomen mal 150 eveneens lineair beweegbaar ten opzichte van de geleiderstangen 170. Een beweging van de malhouder 160 ten opzichte van de geleiderstangen 170 kan op elke geschikte bekende wijze worden gerealiseerd, 20 bijvoorbeeld handmatig, maar bijvoorbeeld ook door middel van een combinatie van een veer en een actuator die pneumatisch wordt aangedreven.Furthermore, the folding device 7 comprises a mold holder 160 which is adapted to partially receive the mold 150. The mold holder 160 comprises a holder bottom 161 and three upright walls 162 connecting to the holder bottom 161. Conductors 163 are arranged on an outer surface of the holder bottom 161. which are linearly movable in a manner known per se over two conductor rods 170. As a result, a mold 150 received by the mold holder 160 is also linearly movable relative to the conductor rods 170. A movement of the mold holder 160 relative to the conductor rods 170 can be realized in any suitable known manner, for example manually, but also, for example, by means of a combination of a spring and an actuator which is pneumatically driven.

Teneinde het opnemen van een plano te vergemakkelijken, is één van de opstaande wanden 152 van de mal 150 uitgevoerd als een klep 25 153 die scharnierbaar is verbonden met de malbodem 151. Het zal duidelijk zijn, dat de mal 150 zodanig in de malhouder 160 is geplaatst, dat bewegingen van de klep 153 niet door de drie opstaande wanden 162 van de malhouder 160 kunnen worden belemmerd.In order to facilitate the incorporation of a blank, one of the upright walls 152 of the mold 150 is designed as a flap 153 pivotally connected to the mold bottom 151. It will be appreciated that the mold 150 is in the mold holder 160 such that movements of the valve 153 cannot be impeded by the three upright walls 162 of the mold holder 160.

In het hiernavolgende wordt een beweging van de mal 150 in de 30 richting van de klep 153 als een voorwaartse beweging aangeduid, terwijl een beweging in tegenovergestelde richting als een achterwaartse beweging wordt aangeduid.In the following, a movement of the mold 150 in the direction of the valve 153 is referred to as a forward movement, while a movement in the opposite direction is referred to as a backward movement.

In het getoonde voorbeeld is de klep 153 door middel van een klepveer 154 verbonden met een vaste opstaande wand 152 van de mal 35 150. Voorts is aan een buitenvlak van de klep 153 een pen 155 aangebracht. Tussen de geleiderstangen 170 strekt zich een aanslagblok 156 uit. In een positie van de mal 150 waarbij de pen 155 en het aanslagblok 156 niet met elkaar in contact zijn, is de klep 153 gesloten onder invloed van de klepveer 154. De klep 153 kan 40 vanuit een gesloten positie worden geopend door de mal 150 naar 12 voren te bewegen. Hierbij komt op een gegeven moment de pen 155 tegen het aanslagblok 156 aan. Bij een verdere beweging naar voren blijft de pen 155 vanaf de achterkant tegen het aanslagblok 156 liggen, waardoor de klep 153 zich opent, tegen de werking van de 5 klepveer 154 in. Naarmate de mal 150 verder naar voren wordt bewogen, opent de klep 153 zich verder. Wanneer de mal 150 weer naar achteren wordt bewogen, sluit de klep 153 zich weer onder invloed van de werking van de klepveer 154.In the example shown, the valve 153 is connected by means of a valve spring 154 to a fixed upright wall 152 of the mold 150. Furthermore, a pin 155 is arranged on an outer surface of the valve 153. A stop block 156 extends between the guide rods 170. In a position of the mold 150 where the pin 155 and the stop block 156 are not in contact with each other, the valve 153 is closed under the influence of the valve spring 154. The valve 153 can be opened from the mold 150 from a closed position by 12 to move forward. The pin 155 hereby comes into contact with the stop block 156. With a further movement forward, the pin 155 remains against the stop block 156 from the rear, whereby the valve 153 opens, against the action of the valve spring 154. As the mold 150 is moved further forward, the valve 153 opens further. When the mold 150 is moved backwards again, the valve 153 closes again under the influence of the action of the valve spring 154.

Op basis van de hierboven beschreven samenwerking tussen de pen 10 155 en het aanslagblok 156 hangt de stand van de klep 153 op een voorafbepaalde wijze samen met de positie van de mal 150 ten opzichte van de geleiderstangen 170 in bewegingsrichting. Hierdoor is het niet noodzakelijk de klep 153 handmatig te openen. Door de werking van de klepveer 154 is het eveneens niet noodzakelijk de 15 klep 153 handmatig te sluiten.On the basis of the cooperation described above between the pin 155 and the stop block 156, the position of the valve 153 is associated in a predetermined manner with the position of the mold 150 relative to the guide rods 170 in the direction of movement. As a result, it is not necessary to open the valve 153 manually. Due to the operation of the valve spring 154, it is also not necessary to close the valve 153 manually.

Teneinde de omslagwanden van een in de mal geplaatste plano naar binnen toe te vouwen, is de vouwinrichting 7 voorzien van een aandrukmechanisme 8. Het aandrukmechanisme 8 omvat een scharnierbaar met een opstaande wand 152 van de mal 150 verbonden omslagdeel 180, 20 alsmede een scharnierbaar met het omslagdeel 180 verbonden inlegdeel 190. In het getoonde voorbeeld zijn het omslagdeel 180 en het inlegdeel 190 verbonden door middel van een flexibele rubber strip 185, hetgeen niet wegneemt dat de scharnierende verbinding binnen het kader van de onderhavige uitvinding ook op een andere bekende 25 wijze kan zijn gerealiseerd.In order to fold inwards the cover walls of a blank placed in the mold, the folding device 7 is provided with a pressing mechanism 8. The pressing mechanism 8 comprises a cover part 180, pivotally connected to an upstanding wall 152 of the mold 150 and a pivotable insert part 190 connected to the cover part 180. In the shown example, the cover part 180 and the insert part 190 are connected by means of a flexible rubber strip 185, which does not alter the fact that the hinged connection within the scope of the present invention also in another known manner can be realized.

Het omslagdeel 180 is door middel van een veer 181 verbonden met een vast punt 182 van de vouwinrichting 7. De vouwinrichting 7 omvat een actuator 200, die bijvoorbeeld kan zijn uitgevoerd als een pneumatisch aangedreven zuiger/cilinder-inrichting, zoals getoond in 30 figuren 8 en 9. De actuator 200 is zodanig ten opzichte van de geleiderstangen 170 opgesteld, dat deze in uitgeschoven toestand aangrijpt op het omslagdeel 180, in ieder geval wanneer de mal 150 zich in een achterste stand bevindt, zoals getoond in figuur 9.The cover part 180 is connected by means of a spring 181 to a fixed point 182 of the folding device 7. The folding device 7 comprises an actuator 200, which can for instance be designed as a pneumatically driven piston / cylinder device, as shown in figures 8 and 9. The actuator 200 is arranged with respect to the guide rods 170 in such a way that it engages the cover part 180 in the extended position, at least when the mold 150 is in a rear position, as shown in Fig. 9.

35 In het hiernavolgende wordt de werking van de vouwinrichting 7 beschreven, uitgaande van een toestand waarbij de mal 150 in de malhouder 160 is geplaatst en zich in een voorste stand bevindt, zoals getoond in figuur 8. In de voorste stand van de mal 150 is de klep 153 geopend onder invloed van een samenwerking van de pen 15¾ 40 en het aanslagblok 156, zoals in het bovenstaande reeds is 1019533 13 beschreven. Tevens bevindt de actuator 200 zich in een ingetrokken toestand en bevindt het aandrukmechanisme 8 zich derhalve onder invloed van de veer 181 in een bovenstand.In the following, the operation of the folding device 7 is described, starting from a state where the mold 150 is placed in the mold holder 160 and is in a front position, as shown in Fig. 8. In the front position of the mold 150 is the valve 153 is opened under the influence of a cooperation of the pin 15¾40 and the stop block 156, as has already been described above in 101953313. The actuator 200 is also in a retracted state and the pressing mechanism 8 is therefore in an upper position under the influence of the spring 181.

Allereerst wordt een plano 210 in de mal 150 geplaatst. Zoals 5 reeds eerder opgemerkt, is de vouwinrichting 7 geschikt voor het vouwen van allerlei verschillende plano's met tegenover elkaar gelegen omslagstukken, zoals bijvoorbeeld de plano 1.First of all, a blank 210 is placed in the mold 150. As already noted earlier, the folding device 7 is suitable for folding all kinds of different blanks with opposite cover pieces, such as, for example, the blank 1.

Wanneer vervolgens het geheel de malhouder 160 naar achteren wordt bewogen, sluit de klep 153 zich. Op het moment dat de klep 153 10 volledig is gesloten, bevinden buitenste omslagwanden van beide omslagstukken zich in een rechtopstaande positie ten opzichte van een doosbodem van de plano 210. Hierbij bevinden binnenste omslagwanden van de omslagstukken zich eveneens in een rechtopstaande positie, met een onderzijde boven.Subsequently, when the whole of the mold holder 160 is moved backwards, the valve 153 closes. At the moment that the flap 153 is fully closed, outer cover walls of both cover pieces are in an upright position relative to a box bottom of the blank 210. Here, inner cover walls of the cover pieces are also in an upright position, with a bottom side above.

15 Met voordeel is op een op zich bekende wijze de toestand van de actuator 200 gerelateerd aan de positie van de malhouder 160.Advantageously, the state of the actuator 200 is related in a manner known per se to the position of the mold holder 160.

Wanneer de malhouder 160 zich in een achterste stand bevindt, wordt de actuator 200 uitgeschoven, waarbij de actuator 200 op eén gegeven moment het omslagdeel 180 raakt. Onder invloed van verder 20 uitschuiven van de actuator 200 scharniert het gehele aandrukmechanisme 8 ten opzichte van de opstaande wand 152 van de mal 150 waarmee het aandrukmechanisme 8 is verbonden. Hierbij raakt het inlegdeel 190 de binnenste omslagwand van het omslagstuk dat zich aan de kant van de klep 153 bevindt en duwt de binnenste 25 omslagwand naar beneden. Een vouwnaad bij een bovenrand van de binnenste omslagwand is zodanig voorgevouwen, dat de binnenste omslagwand een naar binnen gerichte beweging maakt. Vanaf het moment dat de bovenrand en de onderrand van de binnenste omslagwand zich op een gelijk niveau ten opzichte van de doosbodem bevinden, glijdt, een 30 uiteinde 191 van het inlegdeel 190 langs de binnenste omslagwand af, en drukt deze hierdoor in de gewenste positie. Een vergelijkbare beweging van de binnenste omslagwand vindt plaats aan de tegenovergelegen zijde, waarbij de binnenste omslagwand naar binnen wordt geduwd door het omslagdeel 180 dat aanligt tegen genoemde 35 binnenste omslagwand. Het uitschuiven van de actuator 200 wordt doorgezet totdat het omslagdeel 180 een in hoofdzaak parallelle positie ten opzichte van de buitenste omslagwand heeft ingenomen en hierdoor de binnenste omslagwand in de gewenste positie heeft gebracht. Op dat moment is de plano 210 tot een doos gevouwen. In 40 het geval dat de plano 210 bijvoorbeeld onderdelen omvat die zijn 14 ingericht om aan te grijpen op de binnenste omslagwand zodra deze zich in de juiste stand bevindt, zoals dat bij plano 1 het geval is, is de gevouwen doos dan klaar voor gebruik.When the mold holder 160 is in a rear position, the actuator 200 is extended, the actuator 200 touching the cover part 180 at a given moment. Under the influence of further extension of the actuator 200, the entire pressing mechanism 8 pivots relative to the upright wall 152 of the mold 150 to which the pressing mechanism 8 is connected. Hereby, the insertion member 190 touches the inner cover wall of the cover piece located on the side of the valve 153 and pushes the inner cover wall down. A folding seam at an upper edge of the inner cover wall is pre-folded such that the inner cover wall makes an inwardly directed movement. From the moment that the upper edge and the lower edge of the inner cover wall are at an equal level with respect to the box bottom, an end 191 of the insert part 190 slides along the inner cover wall and thereby presses it into the desired position. A similar movement of the inner cover wall takes place on the opposite side, the inner cover wall being pushed inwards by the cover part 180 which abuts against said inner cover wall. Extending the actuator 200 is continued until the cover part 180 has taken up a substantially parallel position with respect to the outer cover wall and thereby has brought the inner cover wall to the desired position. At that time, the flat 210 is folded into a box. In the case that the blank 210 comprises, for example, parts adapted to engage on the inner cover wall as soon as it is in the correct position, as is the case with blank 1, the folded box is then ready for use.

5 Tijdens een beweging van het aandrukmechanisme 8 is het van belang dat de afstand tussen het omslagdeel 180 en het inlegdeel 190 variabel is. Vooral wanneer het uiteinde 191 van het inlegdeel 190 langs de binnenste omslagwand afglijdt, nemen het omslagdeel 180 en het inlegdeel 190 steeds verschillende posities ten opzichte van 10 elkaar in, waarbij niet alleen de onderlinge hoek maar ook de onderlinge afstand varieert.During a movement of the pressing mechanism 8 it is important that the distance between the cover part 180 and the insert part 190 is variable. Especially when the end 191 of the insert part 190 slides along the inner cover wall, the cover part 180 and the insert part 190 always take different positions with respect to each other, wherein not only the mutual angle but also the mutual distance varies.

In het hiernavolgende is een breedterichting gedefinieerd als een richting waarin een scharnierlijn tussen de malbodem 151 en de klep 153 zich uitstrekt. Een hoogterichting is gedefinieerd als een 15 richting waarin snijlijnen tussen aansluitende opstaande wanden 152 zich uitstrekken. Een lengterichting is gedefinieerd als een richting haaks op zowel de breedterichting als de hoogterichting.In the following, a width direction is defined as a direction in which a hinge line extends between the mold bottom 151 and the valve 153. A height direction is defined as a direction in which cutting lines extend between adjacent upright walls 152. A longitudinal direction is defined as a direction perpendicular to both the width direction and the height direction.

Met voordeel komen de afmetingen in breedte- en hoogterichting van althans een gedeelte van het omslagdeel 180 in hoofdzaak overeen 20 met de afmetingen in breedte- en hoogterichting van de opstaande wand 152 waarmee het omslagdeel 180 is verbonden.Advantageously, the dimensions in width and height direction of at least a portion of the cover part 180 substantially correspond to the dimensions in width and height direction of the upright wall 152 to which the cover part 180 is connected.

Het is eveneens van voordeel wanneer de lengte van het geheel van het omklapdeel 180, de flexibele strip 185 in ontspannen toestand en het inlegdeel 190 in hoofdzaak overeenkomt met de 25 afstand tussen een bovenrand van de opstaande wand 152 waarmee het omslagdeel 180 is verbonden en een onderrand van de tegenovergelegen opstaande wand 152.It is also advantageous if the length of the whole of the fold-over part 180, the flexible strip 185 in the relaxed state and the insert part 190 substantially corresponds to the distance between an upper edge of the upright wall 152 to which the cover part 180 is connected and a lower edge of the opposite upright wall 152.

Met voordeel komen de afmetingen in breedterichting van althans een gedeelte van het inlegdeel 190 in hoofdzaak overeen met de 30 afmetingen in breedterichting van de klep 153, althans in het geval dat de vouwinrichting 7 wordt toegepast voor het vouwen van plano's met zijstukken die een binnenste zijwand en een buitenste zijwand omvatten. In een dergelijk geval worden de binnenste zijwanden dan tijdens een neergaande beweging van het inlegdeel 190 op de gewenste 35 positie gebracht.Advantageously, the dimensions in width direction of at least a part of the insert part 190 substantially correspond to the dimensions in width direction of the valve 153, at least in the case that the folding device 7 is used for folding blanks with side pieces having an inner side wall and an outer side wall. In such a case, the inner side walls are then brought to the desired position during a downward movement of the insert part 190.

Voor het geval dat de vouwinrichting 7 wordt toegepast voor het vouwen van een plano 1 voor een dubbelwandige doos 5, is het van voordeel wanneer het omslagdeel 180 scharnierbaar is verbonden met een maltussenstuk dat op zijn beurt scharnierbaar is verbonden met 40 de opstaande wand 152. Een dergelijk maltussenstuk is dan bestemd om 15 tijdens.een vouwproces aan.te liggen tegen het omslagtussenstuk 100 van de plano 1. ,For the case that the folding device 7 is used for folding a blank 1 for a double-walled box 5, it is advantageous if the cover part 180 is pivotally connected to a mold spacer which in turn is pivotally connected to the upright wall 152. Such a malt spacer is then intended to abut against the cover spacer 100 of the blank 1 during a folding process.

Het verwisselen van mallen 150 is bij de vouwinrichting 7 5 volgens de onderhavige uitvinding bijzonder eenvoudig. Hierbij biedt de malhouder 160, die op zich niet essentieel is voor de werking van de vouwinrichting 7, belangrijke voordelen. Zo is het bij toepassing van de malhouder 160 niet noodzakelijk om de mallen 150 zelf op een geleiding te monteren en weer los te maken. Het vastzetten van de 10 mallen 150 aan de malhouder 160 is relatief eenvoudig.Changing molds 150 is particularly simple with the folding device 7 according to the present invention. The mold holder 160, which in itself is not essential for the operation of the folding device 7, offers important advantages here. Thus, when the mold holder 160 is used, it is not necessary to mount the molds 150 themselves on a guide and to release them again. Securing the 10 molds 150 to the mold holder 160 is relatively simple.

Het is niet noodzakelijk dat het aandrukmechanisme 8 met de mal 150 is verbonden, maar dit aspect van het getoonde voorbeeld biedt wel belangrijke voordelen. Het is immers van belang dat de afmetingen en de positie van het aandrukmechanisme 8 zijn af gestemd 15 op een toegepaste mal 150. Een met een bepaalde mal 150 verbonden aandrukmechanisme 8 is optimaal aangepast aan de desbetreffende mal 150.It is not necessary for the pressing mechanism 8 to be connected to the mold 150, but this aspect of the example shown offers important advantages. After all, it is important that the dimensions and the position of the pressing mechanism 8 are adjusted to an applied mold 150. A pressing mechanism 8 connected to a particular mold 150 is optimally adapted to the relevant mold 150.

Zoals reeds is opgemerkt, vergemakkelijkt de klep 153 het opnemen van een plano 210 in de mal 150. De mal 150 kan echter ook 20 zonder klep 153 zijn uitgevoerd. In een dergelijk geval kan de malhouder 160 eventueel zijn voorzien van een vierde opstaande wand 162, zodat de malhouder 160 de mal 150 volledig kan omsluiten.As already noted, the valve 153 facilitates the incorporation of a blank 210 into the mold 150. However, the mold 150 can also be designed without a valve 153. In such a case, the mold holder 160 can optionally be provided with a fourth upright wall 162, so that the mold holder 160 can completely enclose the mold 150.

In het getoonde voorbeeld is de malhouder 160 voorzien van geleiders 163 die beweegbaar zijn over geleiderstangen 170. Dat 25 neemt niet weg dat de malhouder 160 ook op andere geschikte wijzen zodanig kan worden geleid, dat de malhouder 160 in staat is een voorafbepaalde lineaire beweging te maken.In the example shown, the mold holder 160 is provided with conductors 163 which are movable over conductor rods 170. This does not alter the fact that the mold holder 160 can also be guided in other suitable ways such that the mold holder 160 is capable of a predetermined linear movement. to make.

Figuur 10 toont een plano 2 volgens de uitvinding, in vlakke 30 toestand. De plano 2 is bestemd om te worden gevormd tot een doos 6 zoals die is getoond in figuur 11.Figure 10 shows a blank 2 according to the invention, in the flat state. The blank 2 is intended to be formed into a box 6 such as that shown in Figure 11.

De plano 2 omvat een in hoofdzaak rechthoekige doosbodem 250.The blank 2 comprises a substantially rectangular box bottom 250.

In het getoonde voorbeeld heeft de doosbodem 250 langsranden 251 en kopse randen 252. Binnen het kader van de uitvinding is het mogelijk . 35 dat de randen 251, 252 van de doosbodem 250 een in hoofdzaak gelijke lengte hebben.In the example shown, the box bottom 250 has longitudinal edges 251 and end edges 252. It is possible within the scope of the invention. 35 that the edges 251, 252 of the box bottom 250 have a substantially equal length.

Aan weerszijden van de doosbodem 250 sluit een in hoofdzaak rechthoekvormige zijwand 260 bij een onderrand 261 over een vouwlijn q aan op de langsrand 251.On either side of the box bottom 250, a substantially rectangular side wall 260 connects at a lower edge 261 over a fold line q to the longitudinal edge 251.

101Qh^Q101Qh ^ Q

1616

Aan weerszijden van de zijwand 260 bevindt zich een vasthoudstuk 270 dat bij een binnenste rand 274 over een vouwlijn r aansluit op een staande rand 263 van de zijwand 260. Een deel 273 van het vasthoudstuk 270 strekt zich in hoofdzaak in het verlengde 5 van een bovenrand 262 van de zijwand 260 uit. Bij een buitenste rand 275 sluit het vasthoudstuk 270 over een vouwlijn w aan op een staande rand 283 van een buitenste omslagwand 280, die bij een onderrand 281 over een vouwlijn s aansluit op de kopse rand 252 van de doosbodem 250. Het vasthoudstuk 270 omvat een binnenste deel 276 10 en een buitenste deel 277, die over een vouwlijn x op elkaar aansluiten.On either side of the side wall 260 there is a retaining piece 270 which connects at an inner edge 274 over a fold line r to a standing edge 263 of the side wall 260. A part 273 of the holding piece 270 extends substantially in line with an upper edge 262 of the side wall 260. At an outer edge 275, the retainer 270 connects over a fold line w to a standing edge 283 of an outer cover wall 280, which at a lower edge 281 connects over a fold line s to the front edge 252 of the box bottom 250. The retainer 270 comprises a inner part 276 and an outer part 277 which connect to each other via a fold line x.

De buitenste omslagwand 280 sluit bij een bovenrand 282 over een vouwlijn t aan op een bovenrand 292 van een in hoofdzaak rechthoekvormige binnenste omslagwand 290. Een onderrand 291 van de 15 binnenste omslagwand 290 is voorzien van een bodemstuk 300, dat over een vouwlijn u op de binnenste omslagwand 290 aansluit.The outer cover wall 280 connects at an upper edge 282 along a fold line t to an upper edge 292 of a substantially rectangular inner cover wall 290. A bottom edge 291 of the inner cover wall 290 is provided with a bottom piece 300 which over a fold line u inner cover wall 290.

In de doosbodem 250 zijn twee gedeeltelijke uitsnijdingen 253 aangebracht, waarbij elke uitsnijding 253 is gepositioneerd in de nabijheid van de kopse rand 252 van de doosbodem 250. De 20 gedeeltelijke uitsnijding 253 is zodanig vormgegeven, dat deze een lip vormt, die over een vouwlijn v scharnierbaar is ten opzichte van de doosbodem 250. Hierbij zijn snijlijnen van de uitsnijding 253 dichterbij de kopse rand 252 van de doosbodem 250 gelegen dan de vouwlijn v.In the box bottom 250 two partial cut-outs 253 are arranged, each cut-out 253 being positioned in the vicinity of the end edge 252 of the box bottom 250. The partial cut-out 253 is shaped such that it forms a lip which folds over a fold line. is pivotable relative to the box bottom 250. Here, cut lines of the cut-out 253 are closer to the front edge 252 of the box bottom 250 than the folding line v.

2525

In het hiernavolgende wordt beschreven hoe de plano 2 tot de doos 6 wordt gevouwen, uitgaande van de vlakke toestand van de plano 2, zoals getoond in figuur 10.The following describes how the blank 2 is folded into the box 6, starting from the flat condition of the blank 2, as shown in Figure 10.

Het vouwproces begint met het omhoog zetten van de zijwanden 30 260, totdat deze zich in hoofdzaak haaks ten opzichte van de doosbodem 250 uitstrekken. Vervolgens worden de buitenste omslagwanden 280 omhoog gezet, totdat deze zich eveneens in hoofdzaak haaks ten opzichte van de doosbodem 250 uitstrekken. De vouwlijn x tussen het binnenste deel 276 en het buitenste deel 277 35 is zodanig voorgevouwen, dat deze hierbij een naar binnen gerichte beweging maakt, zodat het buitenste deel 277 tegen de buitenste omslagwand 280 aan komt te liggen, terwijl het binnenste deel 276 tegen het buitenste deel 277 aan komt te liggen. Nadat de buitenste omslagwanden 280 omhoog zijn gezet, worden de binnenste omslagwanden 40 290 tussen de zijwanden 260 gebracht, en steeds verder in de 17 richting van de doosbodem 250 en de buitenste omslagwand 280 bewogen. Op een gegeven moment beweegt het bodemstuk 300 voorbij de lip 253. Wanneer het bodemstuk 300 in zijn geheel voorbij de lip 253 is bewogen, wordt de binnenste omslagwand 290 losgelaten, waarbij 5 deze weer van de buitenste omslagwand 280 af beweegt. Hierbij wordt het bodemstuk 300 gedeeltelijk door de uitsnijding 253 opgenomen.The folding process begins with raising the side walls 260 until they extend substantially perpendicular to the box bottom 250. The outer cover walls 280 are then raised, until they also extend substantially perpendicular to the box bottom 250. The fold line x between the inner part 276 and the outer part 277 is pre-folded such that it makes an inwardly directed movement, so that the outer part 277 comes to rest against the outer cover wall 280, while the inner part 276 lies against the the outer part 277. After the outer cover walls 280 are raised, the inner cover walls 290 are brought between the side walls 260, and moved further and further in the direction of the box bottom 250 and the outer cover wall 280. At a given moment, the bottom piece 300 moves past the lip 253. When the bottom piece 300 has moved in its entirety beyond the lip 253, the inner cover wall 290 is released, again moving away from the outer cover wall 280. Hereby the bottom piece 300 is partially received by the cut-out 253.

Op het moment dat de bodemstukken 300 gedeeltelijk door de uitsnijdingen 253 zijn opgenomen, is de doos 6 gereed, en heeft een vaste vorm zoals getoond in figuur 11. De binnenste omslagwanden 290 10 en de buitenste omslagwanden 280 worden daarbij in hun juiste positie gehouden doordat de bodemstukken 300 door de uitsnijdingen 253 op de doosbodem 250 worden vastgehouden. Figuren 12 en 13 tonen de doos 6 in langsdoorsnede, waarbij duidelijk te zien is hoe het bodemstuk 300 is opgesloten tussen de doosbodem 250 en de 15 uitsnijding 253.Once the bottom pieces 300 have been partially received by the cutouts 253, the box 6 is ready, and has a fixed shape as shown in Figure 11. The inner cover walls 290 and the outer cover walls 280 are thereby held in their correct position because the bottom pieces 300 are held on the box bottom 250 by the cutouts 253. Figures 12 and 13 show the box 6 in longitudinal section, clearly showing how the bottom piece 300 is enclosed between the box bottom 250 and the cut-out 253.

Binnen het kader van de uitvinding kan de plano 2 anders zijn gevormd dan getoond in het hierboven beschreven voorbeeld.Within the scope of the invention, the blank 2 may be formed differently than shown in the example described above.

Het is bijvoorbeeld mogelijk dat in de nabijheid van elke kopse 20 rand 252 van de doosbodem 250 meer dan één gedeeltelijke uitsnijdingen 253 zijn aangebracht.For example, it is possible that more than one partial cut-out 253 is provided in the vicinity of each end edge 252 of the box bottom 250.

Het is bijvoorbeeld ook mogelijk dat in plaats van de gedeeltelijke uitsnijdingen 253 andere geschikte middelen zijn verschaft om de bodemstukken 300 tegen de doosbodem 250 vast te 25 houden. Het is overigens niet noodzakelijk dat de onderrand 291 van de binnenste omslagwand 290 een bodemstuk 300 omvat. Een binnenste omslagwand zonder bodemstuk kan op de juiste positie worden gefixeerd door een uitsnijding of andere geschikte middelen die dichter bij de kopse rand 252 van de doosbodem 250 is 30 gepositioneerd.It is also possible, for example, that instead of the partial cut-outs 253 other suitable means are provided for holding the bottom pieces 300 against the box bottom 250. Incidentally, it is not necessary that the bottom edge 291 of the inner cover wall 290 comprises a bottom piece 300. An inner cover wall without bottom piece can be fixed in the correct position by a cut-out or other suitable means that is positioned closer to the end edge 252 of the box bottom 250.

In het beschreven voorbeeld sluiten de vasthoudstukken 270 aan op de buitenste omslagwand 280. Dit is echter niet noodzakelijk. Wel van belang is, dat de vasthoudstukken 270 aansluiten op de zijwanden 260, waarbij ten minste een gedeelte zich in hoofdzaak in het 35 verlengde van de bovenrand 262 van de zijwand 260 uitstrekt. De buitenste delen 277 zouden hierbij achterwege kunnen worden gelaten.In the example described, the retaining pieces 270 connect to the outer cover wall 280. However, this is not necessary. What is important is that the retaining pieces 270 connect to the side walls 260, wherein at least a part extends substantially in line with the upper edge 262 of the side wall 260. The outer parts 277 could be omitted here.

Figuur 14 toont schematisch een mal 350 die is bestemd om te worden toegepast ten behoeve van het vouwen van een plano, in het 18 bijzonder een plano 2 waarbij in de doosbodem 250 gedeeltelijke uitsnijdingen 253 zijn aangebracht.Fig. 14 schematically shows a mold 350 which is intended to be used for folding a blank, in particular a blank 2, with partial cut-outs 253 arranged in the box bottom 250.

De mal 350 omvat een malbodem 351 en op de malbodem 351 aansluitende opstaande wanden 352. De afmetingen van de malbodem 251 5 en van de opstaande wanden 352 zijn zodanig afgestemd op deThe mold 350 comprises a mold bottom 351 and upright walls 352 connecting to the mold bottom 351. The dimensions of the mold bottom 251 and of the upright walls 352 are adapted to the

afmetingen van een te vouwen plano 2, dat wanneer de plano 2 in de mal 350 is opgenomen, binnenvlakken van de mal 350 aanliggen tegen althans een gedeelte van buitenvlakken van de plano 2. Idimensions of a blank 2 to be folded, which when the blank 2 is included in the mold 350, inner surfaces of the mold 350 abut against at least a portion of the outer surfaces of the blank 2. I

Teneinde het opnemen van een plano 2 te vergemakkelijken, is 10 één van de opstaande wanden 352 van de mal 350 uitgevoerd als een klep 353 die scharnierbaar is verbonden met de malbodem 351. De klep 353 is door middel van een klepveer 354 verbonden met een vaste opstaande wand 352 van de mal 350. De klep 253 is niet essentieel voor de werking van de mal 350, en kan eventueel achterwege worden 15 gelaten.In order to facilitate the incorporation of a blank 2, one of the upright walls 352 of the mold 350 is designed as a valve 353 pivotally connected to the mold bottom 351. The valve 353 is connected by means of a valve spring 354 to a fixed upright wall 352 of the mold 350. The valve 253 is not essential for the operation of the mold 350, and may possibly be omitted.

Op de malbodem 351 zijn verhogingen 355 aangebracht, op posities die corresponderen met de posities van de gedeeltelijke uitsnijdingen 253 in de doosbodem 250 van de plano 2. De verhogingen 355 hebben als belangrijke functie het omhoog drukken van de 20 gedeeltelijke uitsnijdingen 253, zodat deze in staat zijn om de bodemstukken 300 op te nemen. De verhogingen 355 kunnen op allerlei verschillende manieren zijn uitgevoerd, en kunnen bijvoorbeeld een schroefkop omvatten.The mold bottom 351 is provided with elevations 355 at positions corresponding to the positions of the partial cut-outs 253 in the box bottom 250 of the blank 2. The elevations 355 have the important function of pushing up the partial cut-outs 253 so that they are in be able to receive the bottom pieces 300. The elevations 355 can be made in a variety of different ways, and can for instance comprise a screw head.

25 Het zal voor de deskundige duidelijk zijn dat de omvang van de onderhavige uitvinding niet is beperkt tot de in het voorgaande besproken voorbeelden, maar dat diverse wijzigingen en modificaties daarvan mogelijk zijn zonder af te wijken van de omvang van de uitvinding zoals gedefinieerd in de aangehechte conclusies.It will be clear to those skilled in the art that the scope of the present invention is not limited to the examples discussed above, but that various modifications and modifications thereof are possible without departing from the scope of the invention as defined in the appended claims. conclusions.

Claims

A blank (1) for a double-walled box (5), comprising: - a substantially rectangular box bottom (10); - two double-walled side pieces connecting to opposite longitudinal edges (11) of the box bottom (10), each comprising: 5. an outer side wall (20) of which a bottom edge (21) connects to the box bottom (10) via a fold line (a); - an inner side wall (40); - a side spacer (30) which on the one hand connects via a folding line (c) to an upper edge (42) of the inner side wall (40) and on the other hand via a folding line (b) to an upper edge (22) of the outer side wall ( 20); - a fastening piece (50) that connects over a fold line (d) to a lower edge (41) of the inner side wall (40); and - two retaining pieces (60) which each over a fold line (e) connect to opposite edges (43) of the inner side wall (40); wherein at least a portion of an upper edge (62) of the retaining pieces (60) extends substantially in line with the upper edge (42) of the inner side wall (40); and wherein the inner side wall (40) is provided on either side with a first coupling member (45); and - two double-walled cover pieces connecting to opposite end edges (12) of the box bottom (10), each comprising: - an outer cover wall (80) of which a bottom edge (81) connects to the box bottom (10) via a fold line (f) ; - an inner cover wall (110); and - a cover intermediate piece (100) which on the one hand connects over a fold line (h) to an upper edge (112) of the inner cover wall (110) and on the other hand connects via a fold line (g) to an upper edge (82) of the outer cover wall (110) 80); wherein the inner cover wall (110) is provided on either side with a second coupling member (115) which is intended to come into engagement with a first coupling member (45).

Blank as claimed in claim 1, characterized in that the first coupling member comprises a recess (45) in the inner side wall (40), 10195 ^ 8 and in that the second coupling member comprises a lip (115) on the inner cover wall (110) .

Blank as claimed in claim 2, characterized in that the recess 5 (45) is arranged at the level of the folding line (e) between the inner side wall (40) and the retaining piece (60).

Blank as claimed in any of the claims 1-3, characterized by a connecting piece (70) comprising two hinged connecting parts (76, 77), wherein an edge (74) of an inner connecting part (76) over a fold line (i) connects to the outer side wall (20), and wherein an edge (75) of an outer connecting part (77) connects over a fold line (j) to the outer cover wall (80). 15

Blank as claimed in claim 4, characterized by a support piece (90) which connects over a fold line (1) to an upper edge (72) of the inner connecting part (76).

Blank as claimed in any of the claims 1-5, characterized by at least one reinforcement piece (130) which connects over a folding line (m) to a standing edge (113) of the inner cover wall (110), wherein an inner surface of the reinforcement piece (130) is connected to an outer surface (118) of the inner cover wall 25 (110).

Blank as claimed in any of the claims 1-6, characterized by a base piece (120) which connects over a fold line (s) to a lower edge (111) of the inner cover wall (110). 30

Blank as claimed in any of the claims 1-7, characterized in that at least a part of an inner surface of the box bottom (10), an inner surface of the fixing pieces (50), an inner surface of the inner side walls (40) and an inner surface of the inner cover walls (110) are provided with a moisture-repellent layer.

Blank as claimed in any of the claims 1-8, characterized in that the fixing pieces (50) are connected to the box bottom (10). | fΊ 1 i "'' · l · v t t

A double-walled box (5), exclusively made by folding from a blank (1) according to claim 9.

11. Folding device (7), in particular arranged for folding a blank for a box, comprising: - a box bottom; and - two cover pieces connecting to opposite end edges of the box bottom, each comprising an outer cover wall 10 and an inner cover wall; wherein the folding device (7) is more particularly adapted to fold a blank (1) according to claim 9, comprising the following components: - a mold (150) for receiving the blank, comprising a mold bottom (151) and upright walls (152) connecting to the mold bottom (151) for enclosing at least a portion of outer surfaces of the blank; - a pressure mechanism (8) for moving the inner cover walls in the direction of the outer cover walls, wherein the pressure mechanism (8) is pivotally connected to only one of the upright walls (152) of the mold (150).

12. Folding device according to claim 11, characterized in that the pressing mechanism (8) comprises a cover part (180) and an insert part (190), the cover part (180) and the insert part (190) being hingedly connected to each other, and wherein one side of the cover member (180) is hingedly connected to one of the upstanding walls (152) of the mold (150).

A folding device according to claim 12, characterized in that a distance between the cover part (180) and the insert part (190) is variable.

14. Folding device according to claim 13, characterized in that the cover part (180) and the insert part (190) are mutually connected by means of a flexible strip (185), which strip (185) is preferably made of rubber.

15. A folding device as claimed in any one of claims 12-14, 40, characterized in that the dimensions in width and height direction of 'I v'. at least a portion of the cover part (180) substantially corresponds to the dimensions in width and height direction of the upstanding wall (152) of the mold (150) to which the cover part (180) is connected. 5

16. Folding device according to any of claims 12-15, characterized in that the dimensions in width direction of at least a part of the insert part (190) substantially correspond to the dimensions in width direction of the upright wall (153) of the mold (150) opposite the raised wall (152) of the mold (150) to which the cover part is connected.

17. Folding device according to any of claims 12-14, characterized by a mold spacer, one edge of which is pivotally connected to the cover part (180) of the pressing mechanism and the other edge is pivotally connected to an upright wall (152) of the mold ( 150).

A folding device according to any of claims 11-17, 20, characterized in that at least one (153) of the upright walls (152) of the mold (150) is hingedly connected to the mold bottom (151).

19. Folding device according to any of claims 11-18, 25, characterized in that the pressing mechanism (8) is pneumatically driven.

20. Folding device according to any of claims 11-19, characterized in that the mold (150) is arranged so as to be linearly movable, in the plane of the mold bottom (151), in a direction substantially perpendicular to a hinge line between the mold (150) and the pressure mechanism (8).

21. Folding device according to claim 20, characterized in that the mold (150) is pneumatically driven.

An assembly of a mold (150) and a pressing mechanism (8), which assembly is intended for use in a folding device for folding a blank for a box, in particular a folding device (7) according to any one of claims 11-21, wherein the mold (150) comprises a mold bottom (151) and upright walls (152) connecting to the mold bottom (151), and wherein the pressure mechanism (8) comprises a cover part (180) and comprises an insert part (190), wherein the cover part (180) and the insert part (190) are hingedly connected to each other, and wherein one side of the cover part (180) is hingedly connected to one of the upright walls (152) of the mold (150).

A blank (2) for a box (6), comprising: 10. a substantially rectangular box bottom (250); - two side pieces connecting to opposite longitudinal edges (251) of the box bottom, each comprising: - a side wall (260) of which a bottom edge (261) connects to the box bottom (250) via a fold line (q); and 15. two retaining pieces (270) that each over a fold line (r) connect to opposite edges (263) of the side wall; wherein at least a portion (273) of the retaining pieces (270.) extends substantially in line with an upper edge (262) of the side wall (260); and 20. two cover pieces connecting to opposite end edges (252) of the box bottom, each comprising: - an outer cover wall (280) of which a bottom edge (281) connects to the box bottom (250) via a fold line (s); and - an inner cover wall (290) of which an upper edge (292) connects over a fold line (t) to an upper edge (282) of the outer cover wall (280); wherein on either side of the box bottom (250) at least one fixing unit (253) is arranged, which is suitable on one side for fixing a bottom edge (291) of the inner cover wall 30 (290) relative to the box bottom (250).

24. Blank as claimed in claim 23, characterized in that the fixing unit comprises a partial cut-out (253) in the box bottom (250), the partial cut-out (253) being connected to the box bottom (250) via a fold line (v) .

Blank as claimed in claim 23 or 24, characterized by a base piece (300) which connects over a fold line (u) to the lower edge (291) of the inner cover wall (290). J ~ i ^: J

A box (6J, made by folding from a blank (2) according to any of claims 23-25.

27. Mold (350) intended to be used for folding a blank (2) according to claim 24, comprising a mold bottom (351) and upright walls (352) connecting to the mold bottom (351) enclosing an outer surface of the box bottom (250) and at least a portion of an outer surface of the side walls (260) and of the outer cover walls (280), wherein elevations (355) are provided on the mold bottom (351) at corresponding positions with the positions of the partial cutouts (253) in the box bottom (250).

A mold according to claim 27, characterized in that at least one (353) of the upright walls (352) of the mold (350) is hingedly connected to the mold bottom (351).