NL1019037C2 - Batterijvoedingsapparaat. - Google Patents

Batterijvoedingsapparaat. Download PDF

Info

Publication number
NL1019037C2
NL1019037C2 NL1019037A NL1019037A NL1019037C2 NL 1019037 C2 NL1019037 C2 NL 1019037C2 NL 1019037 A NL1019037 A NL 1019037A NL 1019037 A NL1019037 A NL 1019037A NL 1019037 C2 NL1019037 C2 NL 1019037C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
power supply
circuit
control means
battery
voltage
Prior art date
Application number
NL1019037A
Other languages
English (en)
Inventor
Toshiaki Matsui
Saburo Yokokura
Munecazu Tacano
Original Assignee
Comm Res Lab Independent Admin
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Comm Res Lab Independent Admin filed Critical Comm Res Lab Independent Admin
Application granted granted Critical
Publication of NL1019037C2 publication Critical patent/NL1019037C2/nl

Links

Classifications

    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02JCIRCUIT ARRANGEMENTS OR SYSTEMS FOR SUPPLYING OR DISTRIBUTING ELECTRIC POWER; SYSTEMS FOR STORING ELECTRIC ENERGY
    • H02J7/00Circuit arrangements for charging or depolarising batteries or for supplying loads from batteries
    • H02J7/0047Circuit arrangements for charging or depolarising batteries or for supplying loads from batteries with monitoring or indicating devices or circuits
    • H02J7/005Detection of state of health [SOH]
    • HELECTRICITY
    • H02GENERATION; CONVERSION OR DISTRIBUTION OF ELECTRIC POWER
    • H02JCIRCUIT ARRANGEMENTS OR SYSTEMS FOR SUPPLYING OR DISTRIBUTING ELECTRIC POWER; SYSTEMS FOR STORING ELECTRIC ENERGY
    • H02J7/00Circuit arrangements for charging or depolarising batteries or for supplying loads from batteries
    • H02J7/0047Circuit arrangements for charging or depolarising batteries or for supplying loads from batteries with monitoring or indicating devices or circuits
    • H02J7/0048Detection of remaining charge capacity or state of charge [SOC]
    • H02J7/0049Detection of fully charged condition
    • GPHYSICS
    • G01MEASURING; TESTING
    • G01RMEASURING ELECTRIC VARIABLES; MEASURING MAGNETIC VARIABLES
    • G01R1/00Details of instruments or arrangements of the types included in groups G01R5/00 - G01R13/00 and G01R31/00
    • G01R1/30Structural combination of electric measuring instruments with basic electronic circuits, e.g. with amplifier

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Power Engineering (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Medical Informatics (AREA)
  • Charge And Discharge Circuits For Batteries Or The Like (AREA)
  • Secondary Cells (AREA)
  • Control Of Voltage And Current In General (AREA)

Description

φ, 4 '
Batterijvoedingsapparaat
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een batterijvoedingsapparaat met weinig ruis, geschikt voor met weinig ruis werkende meetsystemen of voor de meting van eigenschappen van elektronische circuits'zoals uiterst gevoelige 5 sensorelementen waarin wisselspanningruis vanuit de omgeving een groot effect heeft op de karakteristieken van de werking en de resultaten van metingen.
Variabele wisselspannings-/gelijkspanningsvoedings-eenheden die wisselspanningsvermogen gelijkrichten voor het 10 genereren van gelijkspanning vertonen altijd ruwweg 0,1 microvolt voedingsruis zodat deze niet kunnen worden toegepast als de variabele wisselspannings-/gelijkspanningsvoedingseenheden voor meetsystemen met lage ruis of elektronische circuits zoals uiterst gevoelige sensorelementen (uiterst gevoelige 15 lichtsensors of microgolfsensors, zoals SQUID, SIS/SNS of andere Josephson-effectinrichtingen, etc.) waarbij wisselspan-ningsruis vanuit de omgeving een groot effect heeft op de bedrijf skarakteristieken en de resultaten van metingen. Om deze redenen worden batterijen doorgaans gebruikt in het geval dat 20 metingen moeten worden uitgevoerd op materialen wanneer de wisselspanningsruis een groot effect heeft op de bedrijfskarakteristieken en de resultaten van de meting op deze wijze. Teneinde de vereiste stroom of spanning te verkrijgen is het zodoende noodzakelijk om batterijen in serie te schakelen of 25 de waarden van weerstanden die in serie zijn verbonden met de batterijen te variëren waardoor een voedingseenheid wordt verkregen die geschikt is voor het doel.
Fig. 9 toont het bovengenoemde conventionele batterij voedingscircuit voor het toevoeren van stroom/spanning aan 30 een specimen. Deze batterijvoeding is opgesloten binnen een afschermingskast die afschermt tegen ruis die vanuit de omgeving wordt geïnduceerd en op het moment dat de stroom of de spanning die wordt toegevoerd naar het monster 5 wordt aangepast moet de variabele weerstand 2 of het aantal batterijen 1 35 met de hand iedere keer worden veranderd om een circuit tot stand te brengen en moet bovendien een stroommeter 3 of een voltmeter 4 worden gebruikt om met de hand de vereiste stroom T’ 2 > of spanning vast te stellen. Bovendien worden de individuele batterijen met de hand los gemaakt en doorgemeten en vervolgens opnieuw geladen of vervangen door nieuwe batterijen om de batterij spanning te herstellen die daalt bij het gebruik van 5 de batterij.
Op deze wijze is het, wanneer een conventionele batterij voeding wordt gebruikt bij wijze van voeding met lage ruis, iedere keer dat het noodzakelijk is om de stroom of de spanning te veranderen noodzakelijk om het batterijvoedings-10 circuit te scheiden van het meetsysteem en dit handmatig af te stellen waardoor het werk uitermate gecompliceerd wordt.
Anderzijds, in het geval dat een eenvoudige functie voor het automatisch afstellen van de stroom/spanning van de batterijvoeding (een functie voor het automatisch schakelen 15 van batterijen of weerstandswaarden) wordt toegevoegd wordt ruis afkomstig van de voedingscircuits en dergelijke voor het bedienen van deze automatische aanpassingsfunctie een obstakel, waardoor de mogelijkheid wordt geboden van grote effecten op de resultaten van de werkeigenschappen en meetresultaten.
20 Bovendien is het, aangezien het voedingscircuit zelf is omsloten door een afschermingskast, noodzakelijk om functies te verschaffen voor het geven van commando's en voo het het besturen of voor informatieverzameling met betrekking tot de automatische aanpassingsfunctie buiten de afschermingskast, be-25 sturingssignaallijnen moeten dus worden verlengd vanaf de af-schermingskast en de mogelijkheid is aanwezig dat ruis, geïntroduceerd via deze signaallijnen, een groot effect zal hebben op de resultaten van de monsterbedrijfseigenschappen en monstermeetresultaten.
30 De onderhavige uitvinding werd met het oog op het bo venstaande voorgesteld. Het doel ervan is om een batterijvoe-dingsapparaat te verschaffen waarin de aanpassing en de besturing van de stroom/spanning naar de buitenzijde efficiënt kan worden uitgevoerd en tevens de introductie van ruis op het mo-35 ment dat energie wordt geleverd naar de buitenzijde zoveel mogelijk kan worden onderdrukt.
Voor het bereiken van het bovenstaande doel, omvat het batterijvoedingsapparaat volgens de onderhavige uitvinding: een voedingseenheid, omsloten door een afschermingskast '' ' ' ' 3 die afschermt tegen ruis die vanaf de buitenkant wordt geïnduceerd, die in staat is om fijne aanpassingen te maken voor de stroom/spanningsoutput naar de buitenkant door middel van een combinatie van een aantal batterijen en variabele instellingen 5 van weerstandswaarden, commando- en besturingsmiddelen die zorgen voor het verstrekken van commando's aan en het besturen van de genoemde voedingseenheid, alsmede bi-directionele transmissiemiddelen die, door het omvormen van elektrische signalen die worden uitgestuurd vanuit de genoemde commando-10 en besturingsmiddelen naar optische signalen of akoestische signalen en het verzenden daarvan naar de voedingseenheid en door tevens het omvormen van optische signalen of akoestische signalen uitgestuurd vanuit de voedingseenheid naar elektrische signalen en het verzenden daarvan naar de commando- en 15 besturingsmiddelen, in staat zijn om een elektrisch geïsoleerde toestand teweeg te brengen tussen de voedingseenheid en de commando- en besturingsmiddelen en tevens de introductie te onderdrukken van ruis in de voedingseenheid binnen de afscher-mingskast, welke voedingseenheid omvat: inschakel-/uitschakel-20 besturingsmiddelen die de energie ontvangen die nodig is voor de werking vanuit een batterij en na het ontvangen van een optisch signaal gebaseerd op een inschakelcommando vanuit de genoemde commando- en besturingsmiddelen de levering mogelijk maken van bedrijfsenergie naar verschillende functionele blok-25 ken binnen de voedingseenheid en na het ontvangen van een uit-schakelcommando vanuit de commando- en besturingsmiddelen de levering uitschakelt van bedrijfsenergie naar verschillende functionele blokken binnen de voedingseenheid, batterijbestu-ringsmiddelen waardoor het aantal batterijen uit een verzame-30 ling van meerdere batterijen die in serie zijn verbonden selectief kan worden ingesteld en de selectief ingestelde toestand kan worden gehandhaafd zelfs nadat de bedrijfsenergie is uitgeschakeld, weerstandsbesturingsmiddelen waardoor de weerstand die is verbonden met het voedingscircuit bestaande uit 35 batterijen geselecteerd door de eerder genoemde batterijbestu-ringsmiddelen op willekeurige wijze variabel kan worden ingesteld en de variabel ingestelde toestand kan worden gehandhaafd zelfs nadat de bedrijfsenergie is uitgeschakeld; voe-dingsbesturingsmiddelen die, gebaseerd op voedingsbesturings- v \, 4 commando's vanuit de genoemde commando- en besturingsmiddelen, de selectieve instelling uitvoeren van batterijen door de genoemde batterijbesturingsmiddelen en de variabele instelling van de weerstandswaarde door de genoemde weerstandsbesturings-5 middelen en aldus de stroom/spanning besturen die vanuit het op batterijen gebaseerde voedingscircuit wordt geleverd, waarbij, nadat de stroom/spanning geleverd naar de buitenkant vanuit het voedingscircuit van de voedingseenheid is aangepast, het mogelijk is om de levering van bedrijfsenergie uit te 10 schakelen door middel van de inschakel-/uitschakelbesturings-middelen en ruis te elimineren die wordt gegenereerd vanuit de verschillende functionele blokken binnen de voedingseenheid, waardoor een batterijvoeding wordt verschaft met weinig ruis.
Bovendien omvat het bovengenoemde batterijvoedingsap-15 paraat: een op batterijen gebaseerde constantestroomvoedings-eenheid, batterijbesturingsmiddelen en schakelmiddelen die in staat zijn om een voedingscircuit dat is ingesteld door weer-standsbesturingsmiddelen of een voedingscircuit dat is gebaseerd op de bovengenoemde constantestroomvoeding te schakelen 20 om het voedingscircuit te vormen naar de buitenkant, waarbij een minuscule stroom vanuit de constantestroomvoeding wordt aangelegd over de beide einden van een monster dat is verbonden met het batterijvoedingsapparaat en de spanning tussen de beide einden wordt gemeten voor het meten van de weerstand van 25 het monster.
Bovendien bestaat het bovengenoemde batterijvoedingsapparaat uit een dergelijk apparaat, waarbij de genoemde schakelmiddelen een functie bezitten voor het schakelen tussen maken en verbreken van een verbinding met een meetinstrument dat 30 de stroom/spanning meet die wordt toegevoerd naar het monster.
Bovendien omvat het bovengenoemde batterijvoedingsapparaat laadmiddelen voor het laden van batterijen binnen de voedingseenheid die automatisch worden gestart na ontvangst van voeding vanaf de buitenkant.
35 Zoals hierboven werd beschreven voeren door middel van het batterijvoedingsapparaat volgens de onderhavige uitvinding de voedingseenheid die energie levert naar de buitenzijde en de commando- en besturingsmiddelen die de commando's leveren en de besturing van de genoemde voedingseenheid uit- 5 τ' * , voeren, bi-directionele communicatie uit door middel van de bi-directionele transmissiemiddelen en het is aldus mogelijk om te voorkomen dat ruis afkomstig van de commando- en bestu-ringsmiddelen de voedingseenheid bereikt en het is tevens ook 5 mogelijk om de introductie te vermijden van ruis vanaf het signaaltransmissiepad naar de voedingseenheid binnen de af-schermkast. Het is zodoende mogelijk om besturing uit te voeren van de werking van de voedingseenheid die is omsloten binnen de afschermingskast vanuit de commando- en besturingsmid-10 delen buiten de afschermingskast zonder dat externe ruis een nadelige invloed heeft op de voedingseenheid. Bovendien, gebaseerd op commando's vanuit de commando- en besturingsmiddelen, voeren de voedingsbesturingsmiddelen besturing van de batte-rijbesturingsmiddelen en weerstandsbesturingsmiddelen uit, al-15 dus de stroom/spanning aanpassend die wordt geleverd naar de buitenzijde vanuit het voedingscircuit van de voedingseenheid en vervolgens schakelen de inschakel/ uitschakelbesturingsmid-delen de levering van energie waardoor ruis wordt geëlimineerd die wordt gegenereerd door verschillende functieblokken binnen 20 de voedingseenheid. Verder worden de ingestelde toestanden van de batterijbesturingsmiddelen en de weerstandsbesturingsmiddelen gehandhaafd, zelfs nadat de bedrijfsenergie is uitgeschakeld en het is dus mogelijk om de levering voort te zetten van de batterijvoeding naar de buitenzijde bij de gewenste stroom-25 /spanningsinstellingen met weinig ruis.
Het batterijvoedingsapparaat volgens de uitvinding kan zodoende efficiënt de besturing uitvoeren van de aanpassing van de stroom/spanning geleverd naar de buitenzijde en tevens kan de introductie van ruis op het moment dat energie 30 wordt geleverd naar de buitenzijde zoveel mogelijk worden onderdrukt, waardoor het een batterijvoedingsapparaat wordt met lage ruis geschikt voor metingen bij lage ruis of de meting van eigenschappen van elektronische circuits zoals extreem gevoelige sensorelementen waar wisselspanningsruis vanaf de bui-35 tenzijde een groot effect bezit op de werkeigenschappen en de resultaten van de meting.
De bovenstaande en andere doelen, eigenschappen en voordelen van de onderhavige uitvinding zullen duidelijk wor- 6 den uit de beschrijving die hieronder wordt gegeven met verwijzing naar de bijgevoegde tekeningen, waarin: FIG. 1 een schematisch structuurschema is van een batterijvoedingsapparaat volgens de onderhavige uitvinding, 5 FIG. 2 een schematisch structuurschema is van de op tische communicatiecircuits van het batterijvoedingsapparaat volgens FIG. 1, FIG. 3 een schematisch structuurschema is van het voedingscircuit van het batterijvoedingsapparaat volgens FIG. 10 1, FIG. 4 een schematisch structuurschema is van het batterijbesturingscircuit van het voedingscircuit van FIG. 3, FIG. 5 een schematisch structuurschema is van het weerstandsbesturingscircuit van het voedingscircuit van FIG.
15 3, FIG. 6 een schematisch structuurschema is van het schakelcircuit van het voedingscircuit van FIG. 3, FIG. 7 een schematisch structuurschema is van het optische communicatiecircuit, het optische schakelcircuit en de 20 circuitvoeding van het voedingscircuit van FIG. 3, FIG. 8 een functioneel blokschema is van het oplaad-schema van het voedingscircuit van FIG. 3, FIG. 9 een schematisch schema van een conventioneel handmatig bediend batterijvoedingscircuit van het voedingscir-25 cuit van FIG. 3
Hieronder volgt een gedetailleerde beschrijving van de uitvoeringsvorm van de onderhavige uitvinding met verwij-zing naar de bijgevoegde tekening. FIG. 1 toont de schematische structuur voor het geval dat het batterijvoedingsapparaat 30 volgens de onderhavige uitvinding speciaal wordt gebruikt voor het doormeten van monsters. In FIG. 1 bestaat het batterijvoedingsapparaat uit meetbesturingsmiddelen 6 die dienen als de commando- en besturingsmiddelen die alle commando's leveren en de besturing uitoefenen, een besturingssignaallijn 9, een op-35 tisch communicatiecircuit 7 een optische communicatielijn 10 en een voedingscircuit 8 dat dient als de voedingseenheid die in staat is om fijne aanpassingen te maken in de stroom/ span-ningsoutput naar de buitenzijde. Bovendien zijn het voedingscircuit 8 en het monster 5 omsloten door een afschermingskast * 1 *. t waardoor de effecten van ruis uit de omgeving zoveel mogelijk; worden onderdrukt. Merk op dat bij deze uitvoeringsvorm de be-sturingssignaallijn 9, het optische communicatiecircuit 7 en de optische communicatielijn 10 een wederzijdse werking heb-5 ben, door er dus voor te zorgen dat er een elektrisch geïsoleerde toestand bestaat tussen het voedingscircuit 8 en de meetbesturingsmiddelen 6 worden deze tot bi-directionele transmissiemiddelen die in staat zijn om de introductie te vermijden van ruis in het voedingscircuit 8 binnen de afscher-10 mingskast.
De bovengenoemde meetbesturingsmiddelen 6 kunnen worden geïmplementeerd door geschikte meetbesturingssoftware te laten draaien op een elektronische computer (personal computer, etc.), commando's te versturen naar het voedingscircuit 8 15 voor het aanpassen en besturen van de stroom/spanning van de energie die wordt geleverd aan het monster 5 en tevens het versturen van nog nauwkeuriger aanpassingscommando's gebaseerd op meetinformatie die is teruggekoppeld vanuit het voedingscircuit 8. De besturingssignaallijn 9 die de meetbesturings-20 middelen 6 verbindt met het optische communicatiecircuit 7 bestaat uit een elektrische signaallijn met behulp waarvan onderlinge parallelle of seriële communicatie mogelijk is. De optische communicatielijn 10 die het optische communicatiecircuit 7 verbindt met het voedingscircuit 8 bestaat uit een op-25 tische communicatielijn bestaande uit een stel optische vezels, een voor zenden en een voor ontvangen, door middel waarvan onderlinge communicatie mogelijk is. Het optische communicatiecircuit 7 zet elektrische signalen om bestaande uit be-sturingssignalen verstuurd vanuit de meetbesturingsmiddelen 6 30 naar optische signalen die worden verstuurd naar het voedingscircuit 8 en vormt tevens optische signalen om die zijn ontvangen vanuit het voedingscircuit 8 naar besturingssignalen die worden verstuurd naar de meetbesturingsmiddelen 6, waardoor signaalomzetting en onderlinge communicatie mogelijk 35 wordt tussen de meetbesturingsmiddelen 6 en het voedingscircuit 8. Zoals later zal worden beschreven functioneert het voedingscircuit 8 als een batterijvoeding die de levering van energie mogelijk maakt naar het monster 5 zonder de introductie van ruis, waarbij de besturing of de verandering van de 8 stroom/spanning van de voeding en de besturing of schakeling van verbindingen naar het monster 5 of een meetinstrument 11 of iets dergelijks worden uitgevoerd door middel van commando's afkomstig van de eerder genoemde meetbesturingsmidde-5 len 6.
FIG. 2 toont de gedetailleerde structuur van het bovengenoemde optische communicatiecircuit 7. Het optische com-municatiecircuit 7 bestaat uit input-/outputsignaalbesturings-middelen 12 en een optische communicatiemodule 13 (bestaande 10 uit een optische zendmodule 14 met omvormingsfuncties van elektrisch naar optisch en een optische ontvangstmodule 15 met omvormingsfuncties van optisch naar elektrisch). De input-/outputsignaalbesturingsmiddelen 12 vormen besturingssignalen om vanuit de meetbesturingsmiddelen 6 naar bijvoorbeeld serië-15 le signalen en zendt deze naar de optische zendmodule 14 waar deze worden omgevormd naar optische signalen van de gewenste intensiteit en de optische signalen worden gestuurd naar een optische communicatielijn 10a ten behoeve van versturing. Anderzijds, wanneer een optisch signaal de input vormt naar een 20 optische communicatielijn voor de ontvangst 10b, vormt de optische ontvangstmodule 15 het optische signaal om naar een serieel signaal dat wordt verstuurd naar de input-/outputsig-naalbesturingsmiddelen 12 en de input-/outputsignaalbestu-ringsmiddelen 12 die dit signaal ontvangen vormen het seriële 25 signaal om naar besturingssignalen die worden verstuurd naar de meetbesturingsmiddelen 6. Merk op dat bij deze uitvoeringsvorm het voedingscircuit 8 dat zich bevindt binnen de afscher-mingskast en het optische communicatiecircuit 7 zijn verbonden door een optische vezel waardoor een elektrisch geïsoleerde 30 toestand wordt gecreëerd tussen het voedingscircuit 8 en de meetbesturingsmiddelen 6 waardoor de introductie wordt onderdrukt van ruis in het voedingscircuit 8 binnen de afscher-mingskast, maar een soortgelijk effect kan worden verkregen met behulp van optische communicatie zonder vezels of met ul-35 trasone communicatie.
FIG. 3 is een structureel schema van het voedingscircuit 8. Het voedingscircuit 8 bestaat uit voedingsbesturings-middelen 16, een batterijbesturingscircuit 17, een weerstands-besturingscircuit 18, een analoog-digitaal omvormer (AD- • 1 " " 9 omvormer) 19, een constantestroomcircuit 20, een schakelcir-cuit 21, een optisch communicatiecircuit 22, een optisch scha-kelcircuit 23, een circuitvoeding 24 en een laadcircuit 25.
Wanneer een optisch signaal wordt toegevoerd naar het 5 voedingscircuit 8 vanuit de optische communicatielijn 10 (optische communicatielijn voor zenden 10a) stuurt het optische communicatiecircuit 22 dat dit optische signaal ontvangt een elektrisch signaal naar het optische schakelcircuit 23 en het optische schakelcircuit 23 verbindt de voeding verkregen van-10 uit de circuitvoeding 24 naar een voedingslijn 26. De verschillende functionele blokken binnen het voedingscircuit 8 worden aldus geactiveerd waardoor voedingsbesturing of andere bewerkingen mogelijk worden. Merk op dat een gedeelte van het optische communicatiecircuit 22 (de optische ontvangstmodule) 15 en het optische schakelcircuit 23 voortdurend voeding moeten ontvangen vanuit de circuitvoeding 24 zodat deze de verschillende werkzaamheden kunnen uitvoeren die gepaard gaan met het invoeren van optische signalen. Bovendien, wanneer geen invoer van optische signalen plaatsvindt vanuit de optische communi-20 catielijn 10 en wanneer een zekere tijd is verlopen nadat er geen toevoer heeft plaatsgevonden van elektrische signalen vanuit het optische communicatiecircuit 22, schakelt het optische schakelcircuit 23 de voedingslijn 26 uit, alsmede de voeding verkregen vanuit de circuitvoeding 24, de toevoer van 25 energie naar de verschillende functieblokken binnen het voedingscircuit 8 wordt aldus gestopt. Bij deze uitvoeringsvorm implementeren het optische communicatiecircuit 22 en het optische schakelcircuit 23 zodoende de functies van de "inschakel-/uitschakelbesturingsmiddelen die de energie ontvangen die no-30 dig is voor de werking vanuit een batterij en na het ontvangen van een optisch signaal gebaseerd op een inschakelcommando vanuit de genoemde commando- en besturingsmiddelen de levering mogelijk maken van bedrijfsenergie naar verschillende functionele blokken binnen de voedingseenheid en na het ontvangen van 35 een uitschakelcommando vanuit de commando- en besturingsmiddelen de levering uitschakelt van bedrijfsenergie naar verschillende functionele blokken binnen de voedingseenheid".
Wanneer de levering van circuitvoeding begint te worden toegevoerd naar verschillende blokken door middel van het ' , 1 10 bovengenoemde optische schakelcircuit 23, beginnen de inwendige circuits van het voedingscircuit 8 te werken. Na te zijn begonnen met werken controleren de voedingsbesturingsmiddelen 16 het optische communicatiecircuit 22 en gaat over naar de 5 inputwachttoestand om te wachten op besturingssignalen verstuurd vanuit de meetbesturingsmiddelen 6. Bovendien, wanneer een besturingssignaal wordt ingevoerd vanuit de optische communicatielijn 10, voert de voedingseenheid 16 een signaal uit naar de circuitlijn 27 voor het uitvoeren van besturing binnen 10 het voedingscircuit 8 dat overeenkomt met het besturingssignaal en na de ontvangst van signalen vanuit de genoemde cir-cuitlijn 27 voeren het batterijbesturingscircuit 17, weer-standsbesturingscircuit 18, AD-omvormer 19, constantestroom-circuit 20 en het schakelcircuit 21 hun werking uit binnen de-15 ze circuits overeenkomstig met de signalen afkomstig uit de circuitlijn 27. In het bijzonder, gebaseerd op voedingsbestu-ringscommando's vanuit de meetbesturingsmiddelen 6 bewerkstelligen de voedingsbesturingsmiddelen 16 die de aanpassing besturen van de stroom/spanning geleverd vanuit het voedingscir-20 cuit 8 de selectieve instelling van batterijen door het batterijbesturingscircuit 17 en de variabele instelling van de weerstandswaarden door het weerstandsbesturingscircuit 18 waardoor de levering mogelijk wordt van de gewenste stroom/spanning, de voedingsbesturingsmiddelen voeren dus de 25 functies uit van algehele besturing met betrekking tot de levering van vermogen naar buiten toe.
Hier volgt een beschrijving van de structuur van het batterijbesturingscircuit 17 dat signalen ontvangt vanuit de bovengenoemde voedingsbesturingsmiddelen 16 met verwijzing 30 naar FIG. 4. Het batterijbesturingscircuit 17 bestaat uit een aantal circuits die een relaisaansturingscircuit 28 en een relais 29 met vergrendeling combineren, in serie verbonden voor het vormen van een circuit. In het batterijbesturingscircuit 17 krijgen de relaisaansturingscircuits 28 en de relais 29 met 35 vergrendeling de gelegenheid om te werken wanneer daaraan energie wordt geleverd vanuit de voedingslijn 26 en kunnen worden bestuurd door signalen vanuit de voedingsbesturingsmiddelen 16 ingevoerd via de circuitlijn 27.
i * 11
Het bovengenoemde relaisaansturingscircuit 28 bestuurt de werking van het relais 29 met vergrendeling door middel van set-/resetsignalen afkomstig uit een circuitlijn 27. Wanneer bijvoorbeeld een setsignaal wordt ingevoerd bij 5 het relaisaansturingscircuit 28, wordt een relaiscontact 30 van het relais 29 met vergrendeling dat is verbonden met het genoemde relaisaansturingscircuit 28 verbonden met de aansluiting S aan de setzijde, maar wanneer een resetsignaal wordt toegevoerd naar het relaisaansturingscircuit 28 wordt het re-10 laiscontact 30 van het daarmee verbonden relais 29 met vergrendeling verbonden met de aansluiting R aan de resetzijde.
Wanneer bovendien het relaiscontact 30 wordt verbonden met de aansluiting aan de setzijde wordt dit verbonden met een batterijverbindingslijn 31 vanuit het laadcircuit 25 en de 15 spanning tussen de aansluitingen van de energieoutputaanslui-ting 32 en de energieoutputaansluiting 33 wordt verhoogd. Wanneer het relaiscontact 30 wordt verbonden met de resetzijde wordt de aansluiting S aan de setzijde verbonden met de batterij verbindingslijn 31 vrijgegeven en wordt de aansluiting aan 20 de resetzijde kortgesloten. De spanning tussen de energieoutputaansluiting 32 en de energieoutputaansluiting 33 kan zodoende worden bestuurd door de combinatie van set- en resetin-stellingen van de verschillende relaiscontacten 30 gebaseerd op het relais 29 met vergrendeling. Merk op dat de energieout-25 putaansluiting 32 is verbonden met het weerstandsbesturings- circuit 18 van FIG. 3 en dat de energieoutputaansluiting 33 is verbonden met het schakelcircuit 21 van FIG. 3.
Bovendien, zelfs wanneer de voeding vanuit de voe-dingslijn 26 is uitgeschakeld, blijft het relais 29 met ver-30 grendeling in de toestand waarin het is ingesteld, de spanning tussen de energieoutputaansluiting 32 en de energieoutputaansluiting 33 kan dus worden gehandhaafd. Bij deze uitvoeringsvorm functioneert het batterijbesturingscircuit 17 die de selectieve instellingen van batterijen uitvoert die in serie 35 zijn verbinden door middel van het gecombineerde circuit van het relaisaansturingscircuit 28 en het relais 29 met vergrendeling als de "batterijbesturingsmiddelen waardoor het aantal batterijen uit een verzameling van meerdere batterijen die in serie zijn verbonden selectief kan worden ingesteld en de se- 12 lectief ingestelde toestand kan worden gehandhaafd zelfs nadat de bedrijfsenergie is uitgeschakeld". Merk op dat om de ingestelde toestand te bewaren, zelfs wanneer de energietoevoer wordt afgesloten, een roterende solenoïdeschakelaar of een an-5 dere bekende techniek op geschikte wijze kan worden toegepast.
Hier volgt een beschrijving van de structuur van het weerstandsbesturingscircuit 18 met verwijzing naar FIG. 5. Het weerstandsbesturingscircuit 18 bestaat uit een aantal circuits omvattende een relaisaansturingscircuit 28, een relais 29 met 10 vergrendeling en een weerstand 34, in serie geschakeld voor het vormen van een circuit. Het weerstandsbesturingscircuit 18 is in staat om te werken wanneer vermogen wordt toegevoerd vanuit de voedingslijn 26 en kan worden bestuurd met behulp van signalen toegevoerd vanuit de voedingsbesturingsmiddelen 15 16 via de circuitlijn 27.
Het relaisaansturingscircuit 28 bestuurt de werking van het relais 29 met vergrendeling door middel van de setsig-nalen en resetsignalen van een circuitlijn 27. Wanneer bijvoorbeeld een setsignaal wordt ingevoerd bij het relaisaanstu-20 ringscircuit 28, wordt een relaiscontact 30 van het relais 29 met vergrendeling dat is verbonden met het genoemde relaisaansturingscircuit 28 verbonden met de aansluiting S aan de set-zijde maar wanneer een resetsignaal wordt toegevoerd naar het relaisaansturingscircuit 28 wordt het relaiscontact 30 van het 25 verbonden relais 29 met vergrendeling verbonden met de aansluiting R aan de resetzijde.
Bovendien, wanneer het relaiscontact 30 wordt verbonden met de aansluiting aan de setzijde wordt een weerstand 34 in serie opgenomen tussen de aansluiting van de weerstandsout-30 putaansluiting 35 en de weerstandsoutputaansluiting 36 en wordt de weerstandswaarde verhoogd. Wanneer het relaiscontact 30 wordt verbonden met de resetzijde wordt de weerstand 34 die in serie is tussengevoegd tussen de aansluitingen van de weerstandsoutputaansluiting 35 en de weerstandsoutputaansluiting 35 36 kortgesloten en wordt de weerstandswaarde verkleind. De weerstandswaarde tussen de weerstandsoutputaansluiting 35 en de weerstandsoutputaansluiting 36 kunnen derhalve worden bestuurd door de combinatie van set- en resetinstellingen van de verschillende relaiscontacten 30 gebaseerd op het relais 29 13 met vergrendeling. Merk op dat de weerstandsoutputaansluiting 3 5 is verbonden met de energieoutputaansluiting 32 van het batterijbesturingscircuit 17 van FIG. 4 en dat de weerstandsoutputaansluiting 36 is verbonden met het schakelcircuit 21 5 van FIG. 3.
Bovendien, zelfs wanneer de voeding vanuit de voe-dingslijn 26 wordt uitgeschakeld, behoudt het relais 29 met vergrendeling de toestand waarin deze is ingeschakeld zodat de weerstandswaarde tussen de weerstandsoutputaansluiting 35 en 10 de weerstandsoutputaansluiting 36 kan worden gehandhaafd. Bij deze uitvoeringsvorm functioneert zodoende het weerstandsbe-sturingscircuit 18 die de instelling uitvoert van het aantal weerstanden 34 dat is opgenomen in het gecombineerde circuit van het relaisaansturingscircuit 28 en het relais 29 met ver-15 grendeling als de "weerstandsbesturingsmiddelen waardoor de weerstand die is verbonden met het voedingscircuit bestaande uit batterijen geselecteerd door de eerder genoemde batterij -besturingsmiddelen op willekeurige wijze variabel kan worden ingesteld en de variabel ingestelde toestand kan worden ge-20 handhaafd zelfs nadat de bedrijfsenergie is uitgeschakeld". Merk op dat, om de ingestelde toestand te bewaren zelfs wanneer de toevoer van energie wordt afgesloten, een roterende solenoïdeschakelaar of een andere bekende techniek op geschikte wijze kan worden gebruikt. Bovendien, wanneer een structuur 25 wordt geadopteerd waarbij de variabele weerstand wordt bestuurd door een motor, dan wordt de weerstandswaarde vastge-houden op het moment dat de motor wordt gestopt, het weer-standsbesturing 18 is dus in staat om de weerstandswaarde te handhaven tussen de weerstandsoutputaansluiting 35 en de weer-30 standsoutputaansluiting 36, zelfs wanneer de voeding vanuit de voedingslijn 26 wordt uitgeschakeld.
Er zal nu een beschrijving worden gegeven van de structuur van het schakelcircuit 21 met verwijzing naar FIG.
6. Het schakelcircuit 21 kan bijvoorbeeld bestaan uit drie 35 verzamelingen van circuits bestaande uit een relaisaansturingscircuit en een relais met vergrendeling (dat wil zeggen drie relaisaansturingscircuits 28 en een relais (1) 37 met vergrendeling, een relais (2) 38 met vergrendeling en een relais (3) 39 met vergrendeling, alsmede een weerstand die wordt ’ 14 gebruikt voor het meten van de stroom (43). Wanneer energie wordt toegevoerd via de voedingslijn (26) wordt het schakel-circuit (21) in staat gesteld om te werken en wordt bestuurd door de signalen die worden ingevoerd vanuit de voedingsbestu-5 ringsmiddelen (16) via de circuitlijn (27). Het relaisaanstu-ringscircuit 28 bestuurt de werking van het relais (1) 37 met vergrendeling, het relais (2) 38 met vergrendeling en het re-lais (3) 39 met vergrendeling door de setsignalen en resetsignalen van de circuitlijn 27. Merk op dat het schakelcircuit 21 10 bij deze uitvoeringsvorm functioneert als schakelmiddelen omvattende de "schakelmiddelen die in staat zijn om een voe-dingscircuit dat is ingesteld door weerstandsbesturingsmidde-len of een voedingscircuit dat is gebaseerd op de bovengenoemde constantestroomvoeding te schakelen om het voedingscircuit 15 te vormen naar de buitenkant" en de "functie bezitten voor het schakelen tussen maken en verbreken van een verbinding met een meetinstrument dat de stroom/spanning meet die wordt toegevoerd naar het monster".
Het relaiscontact 40 van het relais (1) 37 met ver-20 grendeling schakelt de voeding die wordt toegevoerd naar het monster 5 (de voeding die afhangt van de ingestelde toestand van het batterijbesturingscircuit 17 en het weerstandsbestu-ringscircuit 18, of de voeding vanuit het lage-stroomcircuit 20 en wanneer het relaiscontact 40 van het relais (1) 37 met 25 vergrendeling wordt verbonden met de aansluiting R aan de re-setzijde, dan wordt de spanning die wordt uitgevoerd vanuit de weerstandsoutputaansluiting 35 van het weerstandsbesturings-circuit 18 toegevoerd naar het monster 5 via de meetlijnen 46 maar wanneer het relaiscontact 40 van het relais (1) 37 met 30 vergrendeling wordt verbonden met de aansluiting S aan de set-zijde dan wordt de output van het constantestroomcircuit 20 dat wordt gebruikt voor het meten van de weerstand van het monster 5 toegevoerd vanuit de constantestroomvoedingslijnen 44 .
35 Het relaiscontact 41 van het relais (2) 38 met ver grendeling schakelt tussen verbinden en verbinding verbreken van de AD-omvormerverbindingslijnen 45 van de AD-omvormer 19 en wanneer het relaiscontact 41 van het relais (2) 38 met vergrendeling wordt verbonden met de aansluiting R aan de reset- 15 zijde, dan wordt de verbinding van de AD-omvormerverbindings-lijnen 45 van de AD-omvormer 19 met de meetlocatie verbroken maar wanneer het relaiscontact 41 van het relais (2) 38 met vergrendeling wordt verbonden met de aansluiting S aan de set-5 zijde dan worden de AD-omvormerverbindingslijnen 45 van de AD-omvormer 19 verbonden met de meetlocatie.
Het relaiscontact 42 van het relais (3) 39 met vergrendeling schakelt tussen het geval van meten van de weerstand en de spanning van het monster 5 en het geval van meten 10 van de stroom. Wanneer het relaiscontact 42 van het relais (3) 39 met vergrendeling wordt verbonden met de aansluiting R aan de resetzijde, dan worden de weerstand en de spanning van het monster 5 gemeten, de meetlijnen 46 die zijn verbonden met de beide aansluitingen van het monster 5 worden dus verbonden met 15 meetinstrumentverbindingslijnen 47 en met het relaiscontact 41 naar de AD-omvormerverbindingslijnen 45 van de AD-omvormer 45. Wanneer het relaiscontact 42 van het relais (3) 39 met vergrendeling wordt verbonden met de aansluiting S aan de setzij-de, dan wordt de stroom van het monster 5 gemeten, dus worden 20 de beide aansluitingen van de weerstand die worden gebruikt voor het meten van de stroom 43 verbonden via de meetinstrumentverbindingsli jnen 47 van het meetinstrument en met het relaiscontact 41 naar de AD-omvormersverbindingslijnen 45 van de AD-omvormer 19.
25 Bovendien zijn het relais (1) 37 met vergrendeling, het relais (2) 38 met vergrendeling en het relais (3) 39 met vergrendeling in staat om de ingestelde circuittoestand te bewaren die is ingesteld, zelfs wanneer de voeding vanuit de voedingslijn 26 wordt uitgeschakeld. Merk op dat, om de inge-30 stelde toestand te bewaren zelfs wanneer de levering van de energie wordt uitgeschakeld, een roterende solenoïdeschakelaar of een andere bekende techniek op geschikte wijze kan worden toegepast.
Vervolgens zal de structuur worden beschreven van het 35 optische communicatiecircuit 22, het optische schakelcircuit 23 en de circuitvoeding 24 met verwijzing naar FIG. 7. Het optische communicatiecircuit 22 bestaat uit een optische zendmo-dule 48 en een optische ontvangstmodule 49. Het optische schakelcircuit 23 bestaat uit een laad-/ontlaadcircuit 50, een re- 16 laisaansturingscircuit 51 en een relais 52. De circuitvoeding 24 bestaat uit een oplaadbare batterij 54 en een constante-spanningscircuit 55. De optische ontvangstmodule 49 van de circuitvoeding 24 en het optische communicatiecircuit 22 en 5 het relaisaansturingscircuit 51 van het optische schakelcir-cuit 23 werken constant wanneer de voeding is ingeschakeld. Bovendien werkt de optische zendmodule 48 van het optische communicatiecircuit 22 wanneer voeding wordt geleverd vanuit de voedingslijn 26.
10 Wanneer een optisch signaal wordt ingevoerd vanuit de optische communicatielijn 10 (de optische communicatielijn voor zenden 10a) voert de optische ontvangstmodule 49 van het optische communicatiecircuit 22 een signaal van Hoog niveau uit naar een besturingssignaalrelaislijn 57. Bovendien, wan-15 neer de bovengenoemde besturingssignaalrelaislijn 57 de hoge toestand inneemt dan begint het laad/ontlaadcircuit 50 van het optische schakelcircuit 23 met laden en het relaisaansturingscircuit 51 van het optische schakelcircuit 23 stuurt het relais 52 aan wanneer de laadspanning van het laad-/ ontlaadcir-20 cuit 50 een waarde bereikt die is ingesteld nabij het Hoge niveau. Het relaiscontact 53 sluit daardoor zodat de outputlijn 58 van de circuitvoeding 24 wordt verbonden met de voedingslijn 26 en aldus energie wordt geleverd via de voedingslijn 26 naar de verschillende functieblokken van het voedingscircuit 25 8.
Anderzijds, wanneer niet langer een optisch signaal wordt ingevoerd vanuit de optische communicatielijn 10 (de optische communicatielijn voor zenden 10a) dan voert de optische ontvangstmodule 49 van het optische communicatiecircuit 22 een 30 signaal uit van Laag niveau naar de besturingssignaalrelais-lijn 57. Bovendien, wanneer de bovengenoemde besturingssignaalrelaisli jn 57 het hoge niveau aanneemt, dan begint het laad-/ontlaadcircuit 50 van het optische schakelcircuit 23 een langzame ontlading en het relaisaansturingscircuit 51 van het 35 optische schakelcircuit 23 reset het relais 52 wanneer de laadspanning een waarde bereikt nabij het Lage niveau. Het relaiscontact 53 opent daardoor zodat de verbinding van de outputlijn 58 van de circuitvoeding 24 met de voedingslijn 26 17 wordt verbroken en de voeding vanuit de voedingslijn 26 van de verschillende functionele blokken wordt aldus uitgeschakeld.
Bovendien worden de besturingssignalen die worden verstuurd vanuit de optische communicatielijn 10 (de optische 5 communicatielijn voor zenden 10a) omgevormd naar elektrische signalen door de optische ontvangstmodule 4 9 van het optische communicatiecircuit 22 en verstuurd naar de voedingsbestu-ringsmiddelen 16 en andersom worden de besturingssignalen verzonden vanuit de voedingsbesturingsmiddelen omgevormd naar op-10 tische signalen door de optische zendmodule 48 van het optische communicatiecircuit 22 en verstuurd naar de optische communicatielijn 10 (de optische communicatielijn voor ontvangst 10b), zodat onderlinge communicatie kan worden uitgevoerd tussen de meetbesturingsmiddelen 6 en de voedingsbesturingsmidde-15 len 16.
De circuitvoeding 24 verbindt de output van de oplaadbare batterij 54 met het constantespanningscircuit 55 zodat een stabiele spanning vanuit het constantespanningscircuit 55 wordt uitgevoerd naar de outputlijn 58. De oplaadbare bat-20 terij 54 wordt opgeladen door energie die wordt geleverd vanuit het laadcircuit 25 via een oplaadlijn 59.
Vervolgens zal de structuur worden beschreven van het laadcircuit 25 met verwijzing naar FIG. 8. Het laadcircuit 25 bestaat uit een aantal circuits waarin een combinatie is ge-25 vormd van een constantestroomcircuit 60, een relaisaanstu- ringscircuit (1) 61, een relais (1) 62, een relaisaansturings-circuit (2) 64, een relais (2) 65 en een oplaadbare batterij 67 tezamen met laadbesturingsmiddelen 69, een AD-omvormer 70, een signaalselector 71, een gelijkrichtcircuit 72, een con-30 stantespanningscircuit 73 en een indicator 74.
Wanneer wisselspanning wordt toegevoerd via een wis-selspanningsvoedingslijn 75 naar het laadcircuit 25, wordt deze wisselstroom geleverd naar het gelijkrichtcircuit 72 en de gelijkspanningsoutput gelijkgericht door het gelijkrichtcir-35 cuit 72 wordt als input geleverd aan de verschillende constan-testroomcircuits 60 en het constantespanningscircuit 73. Wanneer het constantespanningscircuit 73 energie levert aan de verschillende circuits binnen het laadcircuit 25, dan werken de verschillende circuits zodanig dat de lading wordt uitge- 18 voerd door het laadcircuit 25. Bovendien wordt energie toegevoerd vanuit het constantestroomcircuit 73 naar de circuitvoe-ding 24 via de laadlijn 59, het laden van de oplaadbare batterij 54 wordt dus uitgevoerd. Merk op dat de energie die wordt 5 toegevoerd vanuit het laadcircuit 25 niet is beperkt tot een wisselstroom maar dat de bovenbeschreven werking ook kan worden uitgevoerd door middel van een gelijkstroom.
Wanneer energie wordt toegevoerd dan stuurt het re-laisaansturingscircuit (2) 64 het relais (2) 65 aan en de op-10 laadbare batterij 67 die is verbonden met het relaiscontact 66 wordt omgeschakeld van de zijde van de batterijverbindingslijn 31 naar de zijde van het relaiscontact 63 van het relais (1) 62 en de spanning van iedere oplaadbare batterij 67 wordt verbonden via een lijn 68 met de signaalselector 71. Bovendien, 15 wanneer de laadbesturingsmiddelen 69 beginnen te werken wordt de spanning van iedere oplaadbare batterij 67 gemeten door de AD-omvormer 70 na schakeling met de signaalselector 71 en wanneer de spanning van de oplaadbare batterij 67 lager is dan de laadstartspanning dan wordt aangenomen dat de batterij defect 20 is en de ladingsbewakingsweergavelamp van de indicator 74 knippert om dit aan te geven. Bovendien, bij een oplaadbare batterij 67 boven de laadstartspanning, sturen de laadbesturingsmiddelen 69 het relaisaansturingscircuit (1) 61 aan om het relais (1) 62 te bedienen en het relaiscontact 63 te slui-25 ten en de oplaadbare batterij 67 wordt verbonden met het con-stantestroomcircuit 60 om te beginnen met opladen, en de ladingsbewakingsweergavelamp van de indicators 74 brandt om dit aan te geven. Wanneer het opladen van een oplaadbare batterij 67 aanvangt, dan bewaken de laadbesturingsmiddelen 69 de span-30 ning van de oplaadbare batterij 67 en wanneer een voorgeschreven oplaadeindspanning wordt bereikt wordt het relaisaansturingscircuit (l) 61 gestopt, het relais (1) 62 geopend en wordt de verbinding van de oplaadbare batterij 67 met het constant estroomcircuit 60 verbroken om de oplading te beëindigen 35 en de ladingsbewakingsweergavelamp van de indicator 74 gaat uit. Alle oplaadbare batterijen 67 binnen het laadcircuit 25 kunnen aldus automatisch worden opgeladen.
Het laadcircuit 25 van dit voorbeeld functioneert als de "laadmiddelen voor het laden van batterijen binnen de voe- 19 dingseenheid die automatisch worden gestart na de ontvangst van voeding vanaf de buitenzijde". Merk op dat wanneer de verbinding van het laadcircuit 25 met de wisselspanningsvoeding wordt verbroken en de wisselspanning niet wordt geleverd van-5 uit de wisselspanningsvoedingslijn 75 alle circuits worden gestopt en het relaiscontact 66 wordt gereset, alle oplaadbare batterijen 67 worden verbonden met de zijde van de batterij-verbindingslijn 31.
Er zal nu een beschrijving worden gegeven van de gang 10 van zaken bij metingen die gebruik maken van het batterijvoe-dingsapparaat volgens deze uitvoeringsvorm en de werking van de verschillende blokken.
De meetbesturingsmiddelen 6 besturen het voedingscir-cuit 8 door middel van de input/output van besturingssignalen 15 via de besturingssignaallijn 9 en de optische communicatielijn 10 en wanneer de meetbesturingsmiddelen 6 het voedingscircuit 8 besturen. Wanneer een besturingssignaal bestaande uit een besturingscode voor het inschakelen van de energie naar het voedingscircuit 8 wordt uitgevoerd naar de besturingssignaal-20 lijn 9, dan wordt de energie automatisch ingeschakeld naar het voedingscircuit 8 waardoor verschillende besturingscodes de gelegenheid krijgen om te worden geaccepteerd en er worden acties uitgevoerd in overeenstemming met de besturingscodes die zijn uitgevoerd vanuit de meetbesturingsmiddelen 6 door het 25 voedingscircuit 8.
Wanneer de meetbesturingsmiddelen 6 de weerstand meten van het monster 5, dan schakelen de meetbesturingsmiddelen 6 de energie in naar het voedingscircuit 8, besturen het scha-kelcircuit 21 en verbinden het constantestroomcircuit 20 en de 30 AD-omvormer 19 met het monster 5. Vervolgens stuurt de meetbe-sturingseenheid 6 de betsturingscodes voor de stroomoutput voor het constantestroomcircuit 20 en instelling van de AD-omvormer 19, verstuurt de spanning bij de beide einden van het monster 5 als de spanningswaarde uitgelezen door de AD-35 omvormer 19 en berekent de monsterweerstand op basis van deze spanningswaarde. In het geval dat de berekende weerstandswaar-de buiten een ingesteld meetbereik valt, stuurt de meetbestu-ringseenheid 6 een besturingscode die de instelling van het inputspanningsbereik van de AD-omvormer 19 van het schakelcir- 20 cuit omschakelt alsmede de stroominstelling van het constante-stroomcircuit 20, leest opnieuw de spanning uit tussen de mon-steraansluitingen en het proces van berekenen van de monster-weerstandswaarde wordt herhaald totdat de aldus verkregen 5 waarde binnen het meetbereik komt te liggen. Wanneer de mon-sterweerstandswaarde valt binnen het meetbereik wordt de berekening beëindigd en wordt een besturingscode verstuurd waardoor de verbinding van het monster met de AD-omvormer 19 en het constantestroomcircuit 20 wordt verbroken en het proces 10 wordt beëindigd.
Wanneer de metingsbesturingseenheid 6 de spanning meet van het monster 5 wordt de outputspanning van het batte-rijbesturingscircuit 17 en de weerstandswaarde van het weer-standsbesturingscircuit 18 berekend uit de spanning die wordt 15 toegevoerd naar het monster 5 en de monsterweerstand verkregen bij de weerstandsmeting. Vervolgens verstuurt de metingsbesturingseenheid 6 besturingscodes naar de besturingssignaallijn die de berekende spanningsoutput van het batterijbesturingscircuit 17 instellen alsmede de weerstandswaarde van het weer-20 standsbesturingscircuit 18, waarbij het schakelcircuit 21 wordt bestuurd om het batterijbesturingscircuit 17, het weer-standsbesturingscircuit 18 en de AD-omvormer 19 te verbinden met het monster 5. Merk op dat er een fout aanwezig is binnen de elektromotorische kracht en de weerstand van ieder van de 25 oplaadbare batterijen 67 in het laadcircuit 25 van het voe-dingscircuit 8, de metingsbesturingseenheid 6 leest dus de spanning in tussen de monsteraansluitingen, vergelijkt de spanningswaarde met een ingestelde toegevoerde spanningswaarde en waneer er een verschil aanwezig is ten opzichte van de in-30 gestelde spanning verstuurt deze nieuwe besturingscodes om een fijne aanpassing te maken van het instellingspunt van het weerstandsbesturingscircuit 18 en vervolgens wordt de fijne aanpassing herhaald totdat de ingestelde toegevoerde spanning wordt bereikt.
35 Wanneer de instelling van de toegevoerde spanning is voltooid voert de metingsbesturingseenheid 6 de beide besturingscodes uit naar het voedingscircuit 8 waardoor de verbinding met de AD-omvormer 19 wordt verbroken, alsmede besturingscodes waardoor het meetinstrument 11 wordt verbonden, 21 waardoor wordt omgeschakeld naar een circuit dat een span-ningsmeting uitvoert. Vervolgens schakelt de metingsbestu-ringseenheid 6 de energietoevoer uit naar het voedingscircuit 8 en voert besturingscodes uit die de inwendige circuits stop-5 pen. Het voedingscircuit 8 wordt daardoor automatisch gestopt en gaat over naar de wachttoestand om te wachten op de input van een besturingscode, waardoor ruis wordt gestopt die wordt gegenereerd vanuit de inwendige circuits. De spanningsmeting wordt in deze toestand uitgevoerd met gebruikmaking van het 10 meetinstrument 11.
Wanneer de metingsbesturingseenheid 6 de stroom meet van het monster 5 wordt de outputspanning van het batterijbe-sturingscircuit 17 en de weerstandswaarde van het weerstands-besturingscircuit 18 berekend op basis van de weerstand, de 15 stroom toegevoerd naar het monster 5 en de monsterweerstand die is verkregen door het meten van de weerstand. De metingsbesturingseenheid 6 verstuurt besturingscodes die de berekende outputspanning van het batterijbesturingscircuit 17 instellen alsmede de weerstandswaarde van het weerstandsbesturingscir-20 cuit 18 en bestuurt het schakelcircuit 21 zodat het weer- standsbesturingscircuit 18 wordt verbonden met een aansluiting van het monster 5 en de weerstand die wordt gebruikt voor het meten van de stroom 43 wordt verbonden met de andere aansluiting, waardoor de verbindingen worden omgeschakeld zodat de 25 weerstand die wordt gebruikt voor het meten van de stroom 43 wordt opgenomen tussen het monster 5 en het batterijbesturingscircuit 17. Tevens wordt de AD-omvormer 19 verbonden met de beide einden van de weerstand die wordt gebruikt voor het meten van de stroom 43 en de stroom die vloeit door het mon-30 ster 5 wordt uitgelezen als de spanningswaarde. Merk op dat er een fout aanwezig is binnen de elektromotorische kracht en de weerstand van de oplaadbare batterijen 67 in het laadcircuit 25 van het voedingscircuit 8, de metingsbesturingseenheid 6 leest daarom de spanning in tussen de aansluitingen van de 35 weerstand gebruikt voor het meten van de stroom 43, vergelijkt de spanningswaarde met een ingestelde toegevoerde spanningswaarde en, wanneer deze verschilt van de ingestelde stroom, verstuurt nieuwe besturingscodes teneinde een fijne aanpassing uit te voeren van het instelpunt van het weerstandsbesturings- 22 circuit 18 en de fijne aanpassing wordt vervolgens herhaald totdat de ingestelde toegevoerde stroom wordt bereikt.
Wanneer de instelling van de toegevoerde stroom is voltooid voert de metingsbesturingseenheid 6 naar het voe-5 dingscircuit 8 besturingscodes uit die de verbinding met de AD-omvormer 19 verbreken alsmede besturingscodes die het meetinstrument 11 verbinden, waardoor wordt omgeschakeld naar een circuit dat stroommetingen uitvoert. Vervolgens schakelt de metingsbesturingseenheid 6 de energie uit naar het voedings-10 circuit 8 en voert besturingscodes uit die de inwendige circuits stoppen. Het voedingscircuit 8 wordt daardoor automatisch gestopt en gaat over naar de wachttoestand om te wachten op de input van een besturingscode, waardoor ruis wordt gestopt die wordt gegenereerd vanuit de inwendige circuits. De 15 stroommeting wordt in deze toestand uitgevoerd met gebruikmaking van het meetinstrument 11.
Zoals hierboven werd beschreven wisselen bij gebruikmaking van het batterijvoedingsapparaat volgens deze uitvoering de metingsbesturingseenheid 6 en de voedingsbestunings-20 eenheid 16 binnen het voedingscircuit 8 besturingssignalen uit via een optische vezel, de metingsbesturingseenheid 6 die bestaat uit een computer met een grote hoeveelheid voedingsruis kan zodoende elektrisch worden geïsoleerd ten opzichte van het voedingscircuit 8. Bovendien kan de ruis die wordt gegenereerd 25 vanuit de inwendige circuits (voedingsbesturingseenheid 16 bestaande uit een microcomputer, ladingsbesturingsmiddelen 69 binnen het laadcircuit 25, etc.) van het voedingscircuit 8 worden geëlimineerd door het uitvoeren van metingen in de toestand met uitgeschakelde voeding van de circuits die ruis ge-30 nereren. Bovendien kunnen het batterijvoedingscircuit 17 en het weerstandsbesturingscircuit 18 de voedingstoestand bewaren die vooraf ging aan de uitschakeling van de energie, dit apparaat is zodoende geschikt voor meetsystemen met lage ruis en voor metingen van eigenschappen van extreem gevoelige sensor-35 elementen.
Bovendien bewaakt bij het batterijvoedingsapparaat volgens de onderhavige uitvoeringsvorm, wanneer wisselspan-ningsvermogen wordt toegevoerd naar het laadcircuit 25 van het voedingscircuit 8, de ladingsbesturingseenheid 69 van het 23 laadcircuit 25 automatisch de spanning van ieder van de oplaadbare batterijen 67 en wanneer de batterij spanning zich bevindt boven de ladingsbeginspanning dan wordt de oplaadbare batterij 67 verbonden met het constantestroomcircuit 60 en 5 wordt het laden aangevangen. Wanneer de batterij spanning lager is dan de ladingsstartspanning en wordt aangenomen dat de batterij defect is dan wordt dit aangeduid door de indicator 74. De oplaadbare batterijen 67 kunnen automatisch worden opgeladen en de selectie van oplaadbare batterijen 67 die met grote 10 waarschijnlijkheid defect zijn kan automatisch worden uitgevoerd hetgeen zodoende uitermate comfortabel is voor de gebruiker .
Zoals hierboven werd beschreven voert bij het batterij voedingsapparaat volgens de onderhavige uitvinding de voe-15 dingseenheid die energie levert naar de buitenkant en de co-mando- en besturingsmiddelen die de commando's leveren aan en de beturing uitvoeren van de genoemde voedingseenheid bi-directionele communicaties uit door middel van bi-directionele transmissiemiddelen en het is zodoende mogelijk om te vermij-20 den dat ruis afkomstig van de commando- en besturingsmiddelen de voedingseenheid bereiken en het is tevens mogelijk om de introductie te vermijden van ruis vanuit het signaaltransmis-siepad in de voedingseenheid binnen de afschermingskast. Het is zodoende mogelijk om de besturing uit te voeren van de wer-25 king van de voedingseenheid die wordt omsloten binnen de af-schermingskast uitgaande van de commando- en besturingsmiddelen die zich buiten de afschermingskast bevinden waarbij uitwendige ruis geen nadelige invloed heeft op de voedingseenheid. Bovendien, gebaseerd op commando's vanuit de commando-30 en besturingsmiddelen voert de voedingseenheid de besturing uit van de besturingsmiddelen en de weerstandsbesturingsmidde-len, aldus de stroom/spanning aanpassend die wordt toegevoerd naar de buitenkant vanuit het voedingscircuit van de voedingseenheid en vervolgens schakelt de inschakel-/uitschakelbe-35 sturingseenheid de toevoer van bedrijfsenergie uit, waardoor ruis wordt geëlimineerd die wordt gegenereerd door verschillende functionele blokken binnen de voedingseenheid. Verder worden de ingestelde toestanden van de batterijbesturingsmiddelen en de weerstandsbesturingsmiddelen gehandhaafd·zelfs na- 24 dat de bedrijfsenergie is uitgeschakeld en het is zodoende mogelijk om de toevoer te continueren van batterijvermogen naar de buitenkant met de ingestelde gewenste stroom/spanning en met lage ruis.
5 Het batterijvoedingsapparaat volgens de onderhavige uitvinding kan dus efficiënt de besturing uitvoeren van aanpassingen van de stroom/spanning die wordt toegevoerd naar de buitenkant en tevens kan de introductie van ruis tijdens levering van energie naar de buitenkant zoveel mogelijk worden on-10 derdrukt, waardoor het apparaat een batterijvoedingsapparaat met lage ruis wordt, die geschikt is voor meetsystemen met lage ruis of voor de meting van eigenschappen van elektronische circuits zoals extreem gevoelige sensorelementen waarbij wis-selspanningsvoedingsruis vanaf de buitenkant een groot effect 15 heeft op de bedrijfskarakteristieken en de resultaten van de meting.
Bovendien kan met het bovengenoemde batterijvoedingsapparaat de meting van de weerstand van een meetmonster gemakkelijk worden uitgevoerd door gebruik te maken van de schakel-20 middelen voor het schakelen van de voedingscircuits en de toevoer van energie naar het meetmonster.
Bovendien kan bij het bovengenoemde batterijvoedings-apparaat het tot stand brengen en verbreken van een verbinding van een meetinstrument gemakkelijk worden uitgevoerd met be-25 hulp van de schakelmiddelen.
Bovendien kunnen met het batterijvoedingsapparaat, wanneer energie wordt toegevoerd naar de laadmiddelen vanaf de buitenzijde, deze laadmiddelen automatisch batterijen opladen binnen de voedingseenheid.
30

Claims (4)

1. Batterijvoedingsapparaat omvattende: een voedings-eenheid, omsloten door een afschermingskast die afschermt te-5 gen ruis die vanaf de buitenkant wordt geïnduceerd, die in staat is om fijne aanpassingen te maken voor de stroom/spanningsoutput naar de buitenkant door middel van een combinatie van een aantal batterijen en variabele instellingen van weerstandswaarden, commando- en besturingsmiddelen die 10 zorgen voor het verstrekken van commando's aan en het besturen van de genoemde voedingseenheid, alsmede bi-directionele transmissiemiddelen die, door het omvormen van elektrische signalen die worden uitgestuurd vanuit de genoemde commando-en besturingsmiddelen naar optische signalen of akoestische 15 signalen en het verzenden daarvan naar de voedingseenheid en door tevens het omvormen van optische signalen of akoestische signalen uitgestuurd vanuit de voedingseenheid naar elektrische signalen en het verzenden daarvan naar de commando- en besturingsmiddelen, in staat zijn om een elektrisch geïsoleer-20 de toestand teweeg te brengen tussen de voedingseenheid en de commando- en besturingsmiddelen en tevens de introductie te onderdrukken van ruis in de voedingseenheid,binnen de afscher-mingskast, welke voedingseenheid omvat: 25 inschakel-/uitschakelbesturingsmiddelen die de ener gie ontvangen die nodig is voor de werking vanuit een batterij en na het ontvangen van een optisch signaal gebaseerd op een inschakelcommando vanuit de genoemde commando- en besturingsmiddelen de levering mogelijk maken van bedrijfsenergie naar 30 verschillende functionele blokken binnen de voedingseenheid en na het ontvangen· van een uitschakelcommando vanuit de commando- en besturingsmiddelen de levering uitschakelt van bedrijf-senergie naar verschillende functionele blokken binnen de voedingseenheid, 35 batterijbesturingsmiddelen waardoor het aantal batte rijen uit een verzameling van meerdere batterijen die in serie zijn verbonden selectief kan worden ingesteld en de selectief ingestelde toestand kan worden gehandhaafd zelfs nadat de bedrijf senergie is uitgeschakeld, weerstandsbesturingsmiddelen waardoor de weerstand die is verbonden met het voedingscircuit bestaande uit batte-5 rijen geselecteerd door de eerder genoemde batterijbesturings-middelen op willekeurige wijze variabel kan worden ingesteld en de variabel ingestelde toestand kan worden gehandhaafd zelfs nadat de bedrijfsenergie is uitgeschakeld; voedingsbesturingsmiddelen die, gebaseerd op voe-10 dingsbesturingscommando's vanuit de genoemde commando- en be-sturingsmiddelen, de selectieve instelling uitvoeren van batterijen door de genoemde batterijbesturingsmiddelen en de variabele instelling van de weerstandswaarde door de genoemde weerstandsbesturingsmiddelen en aldus de stroom/spanning be-15 sturen die vanuit het op batterijen gebaseerde voedingscircuit wordt geleverd, waarbij, nadat de stroom/spanning geleverd naar de buitenkant vanuit het voedingscircuit van de voedingseenheid is aangepast, het mogelijk is om de levering van bedrijfsener-20 gie uit te schakelen door middel van de inschakel- /uitschakelbesturingsmiddelen en ruis te elimineren die wordt gegenereerd vanuit de verschillende functionele blokken binnen de voedingseenheid, waardoor een batterijvoeding wordt verschaft met weinig ruis.
2. Batterijvoedingsapparaat volgens conclusie 1, ver der voorzien van: een op batterijen gebaseerde constante-stroomvoedingseenheid, batterijbesturingsmiddelen en schakel-middelen die in staat zijn om een voedingscircuit dat is ingesteld door weerstandsbesturingsmiddelen of een voedingscircuit 30 dat is gebaseerd op de bovengenoemde constantestroomvoeding te schakelen om het voedingscircuit te vormen naar de buitenkant, waarbij een minuscule stroom vanuit de constantestroomvoeding wordt aangelegd over de beide einden van een monster dat is verbonden met het batterijvoedingsapparaat en de spanning tus-35 sen de beide einden wordt gemeten voor het meten van de weerstand van het monster.
3. Batterijvoedingsapparaat volgens conclusie 2, waarbij de genoemde schakelmiddelen een functie bezitten voor het schakelen tussen maken en verbreken van een verbinding met •% I» een meetinstrument dat de stroom/spanning meet die wordt toegevoerd naar het monster.
4. Batterijvoedingsapparaat volgens een der conclusies 1 tot 3, verder omvattende laadmiddelen voor het laden 5 van batterijen binnen de voedingseenheid die automatisch worden gestart na ontvangst van voeding vanaf de buitenkant.
NL1019037A 2001-03-19 2001-09-26 Batterijvoedingsapparaat. NL1019037C2 (nl)

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
JP2001077542 2001-03-19
JP2001077542A JP3479689B2 (ja) 2001-03-19 2001-03-19 電池電源装置

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1019037C2 true NL1019037C2 (nl) 2002-09-20

Family

ID=18934284

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1019037A NL1019037C2 (nl) 2001-03-19 2001-09-26 Batterijvoedingsapparaat.

Country Status (4)

Country Link
US (1) US6476582B2 (nl)
JP (1) JP3479689B2 (nl)
GB (1) GB2373649B (nl)
NL (1) NL1019037C2 (nl)

Families Citing this family (13)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
KR100445595B1 (ko) * 2002-03-06 2004-08-25 주식회사 레인콤 노이즈의 영향을 감소시킬 수 있는 배터리 충전 제어 방법및 시스템
US20040217734A1 (en) * 2003-04-30 2004-11-04 Shum King Mo Battery charger circuit
JP4622233B2 (ja) * 2003-10-30 2011-02-02 新日本理化株式会社 ジフェニルスルホンテトラカルボン酸二無水物の製造方法
US8076901B2 (en) * 2007-10-30 2011-12-13 Inventec Corporation Charging system and method for electronic device controlled by audio output
US8098542B2 (en) * 2009-01-05 2012-01-17 Pgs Geophysical As Combined electromagnetic and seismic acquisition system and method
US8203277B2 (en) 2009-10-26 2012-06-19 Light-Based Technologies Incorporated Efficient electrically isolated light sources
WO2011084937A2 (en) * 2010-01-05 2011-07-14 A123 Systems, Inc. System and method for controlling voltage of individual battery cells within a battery pack
US8636885B2 (en) * 2010-02-26 2014-01-28 Dionex Corporation Analytic device with photovoltaic power source
US9461484B2 (en) * 2012-01-30 2016-10-04 Nec Energy Devices, Ltd. Electricity storage system, method for controlling secondary battery packs, and secondary battery pack
DE102014018669A1 (de) * 2014-12-18 2016-06-23 Kid-Systeme Gmbh Netzteil zur sitzplatzbezogenen Spannungsversorgung einer elektrischen Einheit, insbesondere in einem Flugzeug, und Verfahren zum kabellosen Auslesen von Statusinformationen eines Netzteils.
RU174301U1 (ru) * 2016-10-05 2017-10-11 федеральное государственное бюджетное образовательное учреждение высшего образования Московский педагогический государственный университет Источник прецизионного питания с системой автосброса для сверхпроводникового однофотонного детектора
RU186324U1 (ru) * 2018-06-22 2019-01-16 федеральное государственное бюджетное образовательное учреждение высшего образования "Московский педагогический государственный университет" Модульный источник прецизионного питания с системой мониторинга режима работы сверхпроводникового терагерцового детектора
RU193942U1 (ru) * 2019-06-27 2019-11-21 федеральное государственное бюджетное образовательное учреждение высшего образования "Московский педагогический государственный университет" Источник прецизионного питания с автоматической подстройкой режима работы сверхпроводникового терагерцового детектора

Family Cites Families (11)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
EP0035373A3 (en) * 1980-02-27 1982-01-20 Data Beta Limited Improvements in and relating to electrical power supplies
US4560937A (en) * 1981-11-16 1985-12-24 Curtis Instruments, Inc. Battery state of charge metering method and apparatus
US4709202A (en) * 1982-06-07 1987-11-24 Norand Corporation Battery powered system
EP0171967A3 (en) * 1984-08-15 1987-11-04 Valleylab, Inc. Electrosurgical generator
US4684872A (en) * 1985-11-06 1987-08-04 General Battery Corporation Battery formation charging apparatus
US4694237A (en) * 1986-07-08 1987-09-15 Norand Corporation Isolated power supply system and method
US5434385A (en) 1992-11-02 1995-07-18 International Business Machines Corporation Dual channel D.C. low noise measurement system and test methodology
US5422558A (en) 1993-05-05 1995-06-06 Astec International Ltd. Multicell battery power system
TW412878B (en) * 1995-06-01 2000-11-21 Rohm Co Ltd Battery consumption detecting circuit
US5939861A (en) * 1996-05-24 1999-08-17 Hino Jidosha Kogyo Kabushiki Kaisha Control system for on-vehicle battery
GB2349283A (en) * 1999-04-17 2000-10-25 Data Acquisition Systems Ltd Isolated power supply for a peripheral device coupled to a computer

Also Published As

Publication number Publication date
US20020130636A1 (en) 2002-09-19
JP3479689B2 (ja) 2003-12-15
GB2373649A8 (en) 2006-01-31
US6476582B2 (en) 2002-11-05
GB2373649A (en) 2002-09-25
GB2373649B (en) 2005-04-06
JP2002281682A (ja) 2002-09-27
GB0122518D0 (en) 2001-11-07

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1019037C2 (nl) Batterijvoedingsapparaat.
CA2531295C (en) Battery management and equalization system for batteries using power line carrier communications
US5460901A (en) Battery identification
EP1084419B1 (en) Method of and device for determining the charge condition of a battery
CN100438262C (zh) 电池充电方法及其装置
PL184752B1 (pl) Urządzenie do przełączania między baterią główną i wymienialną baterią pomocniczą w urządzeniu elektronicznym
CN103454554A (zh) 一种电流互感器极性测试仪
US20050077904A1 (en) Electronic battery tester with probe light
KR102045047B1 (ko) 배터리 모듈의 soh 불균형을 고려한 최대용량 충전장치 및 그 제어방법
EP3876384A1 (en) Battery pack and charging management method thereof
WO1999027628A1 (en) Battery monitoring system
CA1144985A (en) Apparatus for charging a rechargeable battery
KR20060053725A (ko) 배터리 완충 소요시간이 표시되는 이동통신 단말기 및 그표시방법
KR101923515B1 (ko) 에너지 저장 시스템의 안정화 및 효율적 관리를 위하여 배터리의 상태를 주기적으로 모니터링 및 제어하는 시스템
US5438252A (en) Power supply control module for a battery control system of an appliance, and a battery equipped with such a module
CN211528668U (zh) 电压纹波检测装置及系统
CN1320986C (zh) 多关节连结体的控制系统的通讯状态判定方法
CN219245718U (zh) 双电源切换开关校验装置
JP2001197675A (ja) バーコードリーダ付ポータブルターミナルの充電方法およびその装置
CN213149197U (zh) 一种节能的用于储能电源的测试系统
KR100318910B1 (ko) 통신단말기의배터리관리장치및방법
CN113237545B (zh) 一种免携带尾纤的光功率检测笔
CN215897336U (zh) 一种具有开放式i/o的精密电池充电装置
US20210384734A1 (en) Apparatus and method for conrolling components in a grid branch
CN117393873A (zh) 电芯监测装置、电池管理系统和电池

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
TD Modifications of names of proprietors of patents

Owner name: NATIONAL INSTITUTE OF INFORMATION AND COMMUNICATIO

V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20110401