NL1019021C2 - Verdichtingsinrichting voor het verdichten van in een afvalhouder te verzamelen afval. - Google Patents

Description

VERDICHTINGSINRICHTING. VOOR HET VERDICHTEN VAN IN EEN AFVALHOUDER TE VERZAMELEN AFVAL

De uitvinding betreft een verdichtingsinrichting voor het verdichten van in een afvalhouder te verzamelen afval.

Uit de Nederlandse octrooiaanvrage nr. 1005958 is bekend een in een betonnen bak in de bodem verzinkbare afvalhouder 5 die is voorzien van openklapbare bodemdelen en van een dekseldeel waarop een zuil is geplaatst met een inlaatkanaal dat uitmondt boven een inlaatopening in het dekseldeel. Een dergelijke afvalhouder wordt gebruikt voor het inzamelen van in plastic zakken aangeboden huisvuil, maar ook bijvoorbeeld 10 voor het inzamelen van glas. De houder wordt tijdig geledigd met behulp van een daartoe bestemde hijsinrichting, waarbij achtereenvolgens de houder uit de betonnen bak wordt gehesen, de houder boven de laadbak van een vrachtwagen wordt gebracht en de bodem wordt geopend door het activeren van 15 bedieningsmiddelen.

Het is een nadeel van bekende afvalhouders dat het ingeworpen afval een lage dichtheid heeft, doordat de plastic zakken en het daarin verzamelde afval (bijvoorbeeld verpakkingsmateriaal) veel lucht bevatten, als gevolg waarvan 20 de afvalhouders betrekkelijk vaak geledigd moeten worden. Het ledigen van afvalhouders is arbeidsintensief, en daardoor kostbaar.

Het is een doel van de uitvinding een verdichtingsinrichting te verschaffen, met behulp waarvan 25 afval in substantiële mate verdicht wordt, zodat het volume van een afvalhouder optimaal benut kan worden en een afvalhouder met verdicht afval minder vaak geledigd hoeft te worden dan een houder met afval dat niet is verdicht.

Het is een verder doel een verdichtingsinrichting te 30 verschaffen die toepasbaar is in combinatie met op zich bekende afvalhouders.

Het is nog een doel een verdichtingsinrichting te verschaffen die robuust en corrosievrij, en daarmee 2 onderhoudsarm is.

Deze doelen worden bereikt, en andere voordelen worden behaald, met een verdichtingsinrichting voor het verdichten van in een afvalhouder te verzamelen afval, die 5 overeenkomstig de uitvinding een op een inlaatopening in de bovenzijde van een afvalhouder plaatsbaar gestel omvat waarin op een bepaalde onderlinge afstand twee onderling evenwijdige in tegengestelde richting roteerbare rollen zijn gelagerd voor het tussen die rollen invoeren van te verdichten afval 10 in de afvalhouder, van welke rollen er ten minste een is voorzien van een aandrijving.

Het verdichten van afval door dit tussen twee rollen in te voeren in een afvalhouder biedt het voordeel dat geen afzonderlijke verdichtingsbewerking vereist is. Doordat een 15 gestel met verdichtingsrollen buiten een afvalhouder plaatsbaar is hoeft aan die houder geen volume te worden onttrokken ten behoeve van de verdichtingsinrichting, daarenboven biedt de verdichtingsinrichting volgens de uitvinding het voordeel dat deze geplaatst kan worden op 20 afvalhouders die al in gebruik zijn.

In een uitvoeringsvorm van een verdichtingsinrichting overeenkomstig de uitvinding is ten minste een van de rollen gelagerd in onder een veerkracht opgesloten verplaatsbare lagers, op zodanige wijze dat de onderlinge afstand tussen de 25 rollen variabel is.

Deze uitvoeringsvorm biedt het voordeel dat ook niet-comprimeerbare bestanddelen, voor zover de afmetingen daarvan binnen bepaalde grenzen blijven, de rollen kunnen passeren, waarbij deze uit elkaar gedrukt worden.

30 In een uitvoeringsvorm is de aandrijving een externe aandrijving, bijvoorbeeld een van kettingwielen voorziene motorreductor.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is de aandrijving in het inwendige van een rol verschaft.

35 Een inwendige aandrijving wordt bijvoorbeeld verschaft door een zogeheten trommelmotor.

Bij voorkeur omvat de aandrijving een laagspannings- 3 gelij kstroommotor.

Een geschikt gekozen laagspannings-gelijkstroommotor, bijvoorbeeld een 24_Voltsmotor, biedt het voordeel dat de hiervoor benodigde voeding in ondergronds plaatsbare 5 afvalcontainers die slechts toegankelijk zijn na registratie van het aangeboden afval door middel van elektronische uitlezing van een daartoe bestemde chipcard ten behoeve van de benodigde uitleeselektronica reeds aanwezig is.

In een voordelige uitvoeringsvorm van een 10 verdichtingsinrichting volgens de uitvinding is tenminste de van een aandrijving voorziene rol voorzien van een losbare huls waarvan het buitenoppervlak een anti-slipmateriaal omvat.

Met een dergelijk rol voorkomt het anti-slipmateriaal dat 15 afval slipt op het oppervlak van de rol. Het losbaar zijn van de buitenhuis biedt met name bij aandrijving door een trommelmotor een kostenvoordeel, doordat bij beschadiging of slijtage van het oppervlak van de rol niet de gehele rol, doch slechts de buitenhuis vervangen hoeft te worden.

20 In weer een uitvoeringsvorm is de verdichtingsinrichting voorzien van een boven tussen de rollen uitmondende invoertrechter.

In nog een uitvoeringsvorm is de verdichtingsinrichting verschaft in een op een dekseldeel van een afvalhouder 25 plaatsbare zuil die is voorzien van een inlaatkanaal dat uitmondt boven een inlaatopening in dat dekseldeel.

De uitvinding zal in het volgende worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, onder verwijzing naar de tekeningen.

30 In de tekeningen tonen

Fig. 1 in perspectivisch aanzicht een ondergronds plaatsbare afvalhouder, voorzien van een verdichtingsinrichting volgens de uitvinding,

Fig. 2 in bovenaanzicht de in fig. 1 getoonde 35 verdichtingsinrichting in meer detail, en

Fig. 3 in een verticale langsdoorsnede een van de rollen van de in fig. 1 getoonde verdichtingsinrichting in meer 4 detail.

In de tekeningen worden overeenkomstige onderdelen met dezelfde verwijzingsgetallen aangeduid.

Fig. 1 toont een houder 1 voor het ondergronds verzamelen 5 van afval. De bovenzijde van de houder 1 is verbonden met een vast frame 2, waarop een deksel (niet getoond) rust, waar twee opstaande buizen 3 doorheen steken, aan hun bovenzijde verbonden door een dwarsverbinding 4 met een hijsoog 5.

Voorts zijn getoond hijsogen 6 aan trekstangen 7 voor het 10 bedienen van openklapbare bodemdelen (niet getoond) en een zuil 8 (stippellijn) op het deksel van de houder 1 over de buizen 3, het dwarselement 4 en de hijsogen 5, 6. Vast met het frame 2 is een gestel 9 verbonden waarin op een bepaalde onderlinge afstand twee onderling evenwijdige in 15 tegengestelde richting roteerbare rollen 10, 11 zijn gelagerd, waarvan één rol 11 is voorzien van een aandrijving. Het gestel 9 vormt in het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld een geïntegreerd onderdeel van het vaste frame 4, maar kan ook worden gevormd door een separaat aan de houder te 20 bevestigen los frame. Door de zuil 8 wordt een boven het centrum van de houder 1 boven en tussen de rollen 10, 11 uitmondend inlaatkanaal (niet getoond) gevormd.

Fig. 2 toont de verdichtingsinrichting 9, 10, 11 van fig. 1 in bovenaanzicht in meer detail, met het gestel 8 en de 25 rollen 10, 11, waarvan de astappen 12 zijn gelagerd in lagers 13 in lagerhuizen 14 die vast aan het gestel 9 zijn bevestigd. De lagers 13 zijn in de lagerhuizen 14 verplaatsbaar in een richting tegengesteld aan de richting van een door drukveren 15 geleverde veerkracht, vanuit een 30 ruststand die instelbaar is met behulp van instelschroeven 16. Deze ruststand bepaalt direct de afstand d tussen de rollen 10, 11 bij afwezigheid van vaste afvalbestanddelen.

De figuur toont voorts nog een elektrische aansluitkabel 17 voor de trommelmotor (niet getoond) in de voorste rol 11.

35 Fig. 3 toont in een verticale langsdoorsnede volgens de lijn III-III de aangedreven rol 11, die evenals de niet aangedreven rol 10 is voorzien van een losbare huls 18 waarop 5 een laag 19 van een anti-slipmateriaal is aangebracht, bijvoorbeeld rubber of een in araldite ingebed granulaat.

Opgemerkt zij dat hoewel hierboven een uitvoeringsvorm van de verdichtingsinrichting werd beschreven voor toepassing 5 in combinatie met een ondergronds plaatsbare afvalhouder, de toepassing geenszins is beperkt tot een dergelijke combinatie.

De verdichtingsinrichting is bijvoorbeeld evenzeer geschikt te worden toegepast in combinatie met een op zich 10 bekende in afzonderlijke gezinshuishoudens gebruikte rolcontainer voor afval. De verdichtingsinrichting wordt hiertoe bijvoorbeeld voorzien van een gestel met vier poten met een zodanige lengte, dat de rolcontainer in geopende toestand onder het gestel kan worden gereden, waarbij het 15 gestel juist aansluit op de opening van de rolcontainer.

Claims (8)

1. Verdichtingsinrichting (9, 10, 11) voor het verdichten van in een afvalhouder (1) te verzamelen afval, omvattend een op een inlaatopening in de bovenzijde van een afvalhouder (1) plaatsbaar gestel (9) waarin op een bepaalde onderlinge 5 afstand (d) twee onderling evenwijdige in tegengestelde richting roteerbare rollen (10, 11) zijn gelagerd voor het tussen die rollen (10, 11) invoeren van te verdichten afval in de afvalhouder (1), van welke rollen (10, 11) er ten minste een (11) is voorzien van een aandrijving.

2. Verdichtingsinrichting (9, 10, 11) volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat ten minste een van de rollen (10, 11) is gelagerd in onder een veerkracht (15) opgesloten verplaatsbare lagers (13), op zodanige wijze dat de onderlinge afstand (d) tussen de rollen (10, 11) variabel is.

3. Verdichtingsinrichting (9, 10, 11) volgens een der conclusies 1-2, met het kenmerk, dat de aandrijving een externe aandrijving is.

4. Verdichtingsinrichting (9, 10, 11) volgens een der conclusies 1-2, met het kenmerk, dat de aandrijving in het 20 inwendige van een rol (11) is verschaft.

5. Verdichtingsinrichting (9, 10, 11) volgens een der conclusies 1-4, met het kenmerk, dat de aandrijving een laagspannings-elektromotor omvat.

6. Verdichtingsinrichting (9, 10, 11) volgens een der 25 conclusies 1-5, met het kenmerk, dat tenminste de van een aandrijving voorziene rol (11) is voorzien van een losbare huls (18) waarvan het buitenoppervlak een anti-slipmateriaal (19) omvat.

7. Verdichtingsinrichting (9, 10, 11) volgens een der 30 conclusies 1-6, met, het kenmerk, dat deze is voorzien van een boven tussen de rollen (10, 11) uitmondende invoertrechter.

8. Verdichtingsinrichting (9, 10, 11) volgens een der conclusies 1-7, met het kenmerk, dat deze is verschaft in een op een dekseldeel van een afvalhouder (1) plaatsbare zuil (8) 4 die is voorzien van een inlaatkanaal dat uitmondt boven een inlaatopening in dat dekseldeel.