NL1017167C2 - Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan. - Google Patents

Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan. Download PDF

Info

Publication number
NL1017167C2
NL1017167C2 NL1017167A NL1017167A NL1017167C2 NL 1017167 C2 NL1017167 C2 NL 1017167C2 NL 1017167 A NL1017167 A NL 1017167A NL 1017167 A NL1017167 A NL 1017167A NL 1017167 C2 NL1017167 C2 NL 1017167C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
opening
movable operating
arm
gripping
cable
Prior art date
Application number
NL1017167A
Other languages
English (en)
Inventor
Albertus Buschgens
Original Assignee
Netherlocks Safety Systems B V
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Netherlocks Safety Systems B V filed Critical Netherlocks Safety Systems B V
Priority to NL1017167A priority Critical patent/NL1017167C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1017167C2 publication Critical patent/NL1017167C2/nl

Links

Classifications

    • FMECHANICAL ENGINEERING; LIGHTING; HEATING; WEAPONS; BLASTING
    • F16ENGINEERING ELEMENTS AND UNITS; GENERAL MEASURES FOR PRODUCING AND MAINTAINING EFFECTIVE FUNCTIONING OF MACHINES OR INSTALLATIONS; THERMAL INSULATION IN GENERAL
    • F16KVALVES; TAPS; COCKS; ACTUATING-FLOATS; DEVICES FOR VENTING OR AERATING
    • F16K35/00Means to prevent accidental or unauthorised actuation
    • F16K35/12Means to prevent accidental or unauthorised actuation with sealing wire

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • General Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Mechanically-Actuated Valves (AREA)

Description

Korte aanduiding: Inrichting voor het beperken van de bewegingsmoge lijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan.
De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het 5 beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan omvattend een slot en een verbindingselement tussen het slot en een vast punt ten opzichte van het beweegbare bedieningsorgaan.
Een dergelijk beweegbaar bedieningsorgaan wordt bijvoorbeeld gevonden bij afsluiters voor leidingen. Deze worden in het 10 algemeen bediend hetzij met een enkele arm welke kan worden rond gedraaid of met behulp van een handwiel dat kan worden rondgedraaid. Dergelijke handwielen zijn altijd voorzien van spaken. In het vervolg zal een dergelijke spaak of het rondgaande wiel zelf afsluiterarm worden genoemd. Een ronddraaibare arm zoals hiervoor genoemd zal ook 15 afsluiterarm worden genoemd. Vaak komt het voor dat de afsluiter in een bepaalde stand moet worden gefixeerd, of dat de bewegingsmogelijkheden ervan, en dus ook van de afsluiterarm, moeten worden beperkt.
Bekende inrichtingen fixeren dan de afsluiterarm ten opzichte van de installatie waar de afsluiter deel van uitmaakt. Bekend zijn derge-20 lijke inrichtingen voor de enkele arm welke over de arm kunnen worden geschoven vanaf het uiteinde ervan en tevens zijn bekend andere inrichtingen welke op een spaak van een handwiel moeten worden aangebracht.
Nadelig aan de bekende inrichtingen is dat tenminste twee 25 verschillende inrichtingen noodzakelijk zijn om alle voorkomende afsluiters in een bepaalde positie te kunnen fixeren. In verband met verschillende afmetingen van de afsluiterarmen, hetzij van de enkele afsluiter, hetzij van het handwiel is op een grote installatie van te voren niet eenvoudig bekend wat de afmetingen zijn van een afsluiter 30 die in bepaalde stand moet worden gefixeerd en evenmin is eenvoudig bekend of het een enkele arm afsluiter of een handwielafsluiter betreft. Dat brengt veel tijdverlies met zich mee om van een onder-houdsplaats eerst naar de afsluiter te moeten gaan met twee personen om te constateren welk formaat en soort inrichting moet worden aange-35 bracht om de betreffende afsluiter te fixeren, waarna de twee personen 10 ' ' δ 7¾ 2 teruggaan naar de werkplaats om een inrichting op te halen van het juiste formaat en soort.
Andere beweegbare bedieningsorganen zijn bijvoorbeeld schakelaars, zoals gebruikt voor het schakelen van grote elektrische 5 vermogens.
Het vaste punt kan ook zijn een oog of een haak welke zich bevindt op een muur op de grond, aan een plafond of aan een stelling in de nabijheid van het beweegbare bedieningsorgaan. Waar het omgaat is dat als het verbindingselement is aangebracht tussen het slot en 10 het vaste punt het beweegbare bedieningsorgaan is beperkt in de bewegingsmogelijkheden ervan. Dat wil zeggen zonder een aangebracht verbindingselement tussen slot en vast punt zijn de bewegingsmogelijkheden van het beweegbare bedieningsorgaan groter dan wanneer het verbindingselement is aangebracht tussen het slot en het vaste punt.
15 Doel van de uitvinding is het verschaffen van een inrichting volgens de aanhef welke kan worden aangepast aan het formaat van het beweegbare bedieningsorgaan waarop hij moet worden aangebracht en waarbij het tevens niet uitmaakt of het beweegbare bedieningsorgaan een enkele arm is met een vrij uiteinde dan wel 20 bijvoorbeeld een spaak van een handwiel zonder vrij uiteinde.
Dit doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat het slot een eerste en een tweede grijpelement omvat, welke grijpelementen kunnen samenwerken voor het tussen zich innemen van en aanbrengen rond het beweegbare bedieningsorgaan, doordat het eerste grijpelement is 25 voorzien van tenminste een arm met tenminste een vertandingsopening, welke tenminste ene arm zich na aanbrenging rond de afsluiterarm uitstrekt in een eerste opening in het tweede grijpelement, doordat het tweede grijpelement is voorzien van tenminste een tweede opening, welke tenminste ene tweede opening zich uitstrekt door en onder een 30 hoek met de eerste opening, doordat de tenminste ene vertandingsopening zich na aanbrenging rond het beweegbare bedieningsorgaan bevindt ter plaatse van de tenminste ene tweede opening, doordat een steekelement is voorzien dat zich uitstrekt in de tenminste ene tweede opening zowel als door de tenminste ene vertandingsopening, doordat 35 middelen zijn voorzien voor het aanbrengen van een kracht op één van de twee grijpelementen, welke kracht is gericht zowel vanaf het andere 3 grijpelement als vanaf het beweegbare bedieningsorgaan, doordat de tenminste ene vertandingsopening schuin geplaatst is in een zodanige richting ten opzichte van een lengte-as van de tenminste ene arm dat na aanbrenging van de kracht het steekelement geklemd is in de 5 tenminste ene vertandingsopening en doordat het verbindingselement een eerste en een tweede uiteinde omvat, van welke uiteinden tenminste één verbindbaar is en ten hoogste het andere verbonden is met tenminste één van de grijpelementen.
Daardoor is bereikt dat enerzijds het eerste en het tweede 10 grijpelement los kunnen zijn van elkaar waardoor ze rond de spaak van een handwiel kunnen worden aangebracht en anderzijds via de genoemde openingen en het steekelement en het uitoefenen van een kracht om het eerste en het tweede element uit elkaar te drijven met elkaar verbonden kunnen worden. Tevens is bereikt dat de afmetingen van de 15 grijpelementen kunnen zijn afgestemd op de grootste afmeting afsluiterarm die aanwezig is en dat de middelen voor het aanbrengen van de kracht eventuele ruimte tussen de grijpelementen en de afsluiterarm irrelevant maken.
Een voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de 20 uitvinding wordt gekenmerkt doordat het eerste grijpelement U-vormig is uitgevoerd met twee armen, welke twee armen zijn voorzien van meer vertandingsopeningen. Daardoor is bereikt dat het eerste element en het tweede element ten opzichte van elkaar in meer dan één positie kunnen worden vastgezet.
25 Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat de middelen voor het aanbrengen van een kracht schroefelementen omvatten, dat schroefbaar is in een van schroefdraad voorziene opening in één van het eerste en het tweede grijpelement.
30 Daardoor is bereikt dat door een eenvoudige draaibeweging de kracht kan worden opgewekt waardoor het ene grijpelement zich afzet via het schroefelement op de afsluiterarm en het andere element.
Een verdere voorkeursuitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding wordt gekenmerkt doordat het verbindingselement 35 een kabel is en doordat het steekelement de kabel is.
4
In combinatie met de voorgaande uitvoeringsvormen van de inrichting volgens de uitvinding is een kabel op eenvoudige wijze zowel verbindingselement als steekelement en kan op eenvoudige wijze qua lengte worden aangepast aan de specifieke situatie.
5 De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de bijgaande tekeningen waarin: figuur 1 een afsluiter toont met een slot en een verbindingselement; figuur 2 een aanzicht is volgens de lijn II-II in figuur 1; 10 figuur 3 een bovenaanzicht is van de inrichting volgens figuur 2; figuur 4 een zijaanzicht is van een slot; figuur 5 een bovenaanzicht is van het slot volgens figuur 4; 15 figuur 6 een schematische weergave is van een tweede uitvoeringsvorm van een inrichting volgens de uitvinding; figuur 7 een alternatieve uitvoeringsvorm is voor een eerste en een tweede opening in een tweede grijpelement; figuur 8 een arm toont met een vertandingsopening zoals kan 20 worden gebruikt in een inrichting volgens figuur 7;
In figuur 1 is met verwijzingscijfer 1 bij wijze van voorbeeld een op zich bekende afsluiter weergegeven. De afsluiter omvat een lichaam 2, een beweegbaar bedieningsorgaan in de vorm van een handwiel 3 en een pijp 4. Het handwiel 3 omvat spaken, waarvan er 25 drie met de verwi jzingsci jfers 5, 6 en 7 zijn weergegeven. Eveneens zijn bekend afsluiters waarbij slechts één enkele arm, bijvoorbeeld een arm overeenkomend met de spaak 5 van handwiel 3, aanwezig is om de afsluiter 1 te bedienen. Een dergelijke enkele arm is in streeplijn weergegeven met verwijzingscijfer 8. In figuur 1 is verder een slot 9 30 weergegeven dat zowel op een spaak 5 als op een arm 8 kan worden bevestigd. Vanaf het slot 9 is een kabel 10 om de pijp 4 gevoerd. De kabel 10 voorkomt dat het handwiel 3 resp. de arm 8, indien daarop het slot 9 is aangebracht, kan worden verdraaid. Daarmee zijn het handwiel 3 resp. de arm 8 in hun positie gefixeerd. De pijp 4 vormt een vast 35 punt ten opzichte van de afsluiter 1.
ü U 1 f ) Ö7-4 5
Onder verwijzing naar de vergroting in figuur 1 alsmede naar de figuren 2 en 3 omvat het slot 9 een langwerpig element 11, dat voorzien is van een opening 12 en een doorlopende opening 13. Tevens omvat het slot 9 een l)-vormig element 14. Het U-vormige element 14 5 omvat twee armen 15 en 16. In het langwerpige element 11 is een opening 17 aangebracht welke inwendig van schroefdraad is voorzien. In de opening 17 steekt een schroefelement 18. Het schroef element 18 is voorzien van een handgreep 19 waarmee het schroefelement 18 in de opening 17 kan worden verdraaid als gevolg waarvan het schroefelement 10 18 in de richting van de pijl 20 heen en weer beweegbaar is. In arm 15 is ter verduidelijking met streeplijn een lengte-as 21 weergegeven. Eenzelfde lengte-as is uiteraard ook aanwezig in arm 16. De armen 15 en 16 zijn voorzien van een aantal vertandingsopeningen, waarvan er één met het verwijzingscijfer 22 is weergegeven. De kabel 10 omvat een 15 eerste uiteinde 23 en een tweede uiteinde 24. Het kabeluiteinde 23 is voorzien van een verdikkingselement 25. Een diametrale afmeting van het verdikkingselement 25 is groter dan een overeenkomstige diametrale afmeting van de opening 13. Een diameter van de kabel 10 komt overeen met een hoogte h (zie figuur 2) van een vertandingsopening 22. De 20 handgreep 19 is verder voorzien van een aantal openingen waarvan er één met het verwi jzingsci jfer 26 is weergegeven. In de opening 13 steekt een lip 27 welke scharnierbaar is verbonden met een lip 28. De lip 27 is voorzien van een opening 29 waardoorheen het schroefelement 18 past. De lip 28 is voorzien van een opening 30. Door één van de 25 openingen 26 alsmede de opening 30, indien de lip 28 zich in opge klapte toestand bevindt, past het beweegbare element 31 van een hangslot 32.
Het aanbrengen van de inrichting gebeurt als volgt. Eerst wordt het handwiel 3 of de enkele arm 8 in de gewenste positie ge-30 draaid waarin de afsluiter 1 moet worden gefixeerd. Vervolgens worden de grijpelementen 11 en 14 hetzij volledig uiteengehaald, in het geval van een afsluiterarm in de vorm van een spaak 5, hetzij voldoende ver uiteengehaald zodanig, dat de enkele arm 8 in de daardoor ontstane opening 33 (zie figuur 2) past. Het schroefelement 18 is met behulp 35 van de handgreep 19 voldoende ver uitgedraaid zodanig dat de spaak 5 resp. de enkele arm 8 in de opening 33 past. Vervolgens wordt de kabel 6 10 door de opening 13 gevoerd zodanig dat uiteinde 23 met verdikkings-element 25 rust tegen een rand van de opening 13. Tevens wordt er voor gezorgd dat de kabel 10 door één van de vertandingsopeningen 22 van de arm 16 wordt gevoerd. Vervolgens wordt de kabel 10 rond de pijp 4 5 geslagen en teruggevoerd naar het slot 9. Daarna wordt kabel 10 opnieuw door de opening 13 gevoerd en tevens door een vertandings-opening 22 van de arm 15. De lengte van de kabel 10 dient slechts zodanig te zijn dat de grootste gewenste lengte vanaf het slot 9 rond de pijp 4 en weer terug naar het slot 9 kan worden overspannen. Indien 10 de te overspannen afstand kleiner is dan de grootste te overspannen afstand heeft dit slechts tot gevolg dat een langer uiteinde 24 uit het slot 9 steekt. Vervolgens wordt met behulp van de handgreep 19 het schroefelement 18 ingedraaid tot in contact met de afsluiterarm 5 resp. 18. Met behulp van de handgreep 19 is het mogelijk om een 15 aanzienlijke kracht uit te oefenen met behulp van het schroefelement 18 op de afsluiterarm 5 resp. 8 en via de afsluiterarm 5 resp. 8 op het U-vormige element 14. Als gevolg daarvan zullen de vertandingsopeningen 22 waardoorheen de kabel 10 is gevoerd in de richting van de pijl 34 (zie figuur 2) worden geduwd. De vertandingsopeningen 22 zijn 20 schuin geplaatst en wel in een zodanige richting ten opzichte van de lengte-as (bijvoorbeeld lengte-as 21 in arm 15) dat op deze wijze kabel 10 wordt geklemd in de vertandingsopening 22 waardoorheen hij is gevoerd zowel bij arm 15 als bij arm 16. Op deze wijze zijn de uiteinden 23 en 24 van de kabel 10 verbindbaar met de combinatie van de 25 grijpelementen 11 en 14. Als alternatief is het ook mogelijk om grijpelement 11 zodanig uit te voeren dat uiteinde 23 vast verbonden is met grijpelement 11. Nadat op de hiervoor beschreven wijze de kabel 10 rond de pijp 4 is gevoerd en met behulp van slot 9 is gefixeerd kan een hangslot 32 worden aangebracht waarvan het beweegbare deel 31 is 30 gestoken door één van de openingen 26 en door opening 30 van lip 28. Op deze wijze wordt bereikt dat de handgreep 19 niet meer kan worden gedraaid en dat derhalve het slot 9 niet meer van de afsluiterarm 5 resp. 8 kan worden verwijderd.
In figuur 6 is een alternatieve uitvoeringsvorm weergegeven 35 voor de grijpelementen 11 en 14 welke hier zijn aangegeven met de verwijzingscijfers 111 en 114. Het grijpelement 114 is voorzien van 7 tenminste één vertandingsopening 122. Grijpelement 114 is roteerbaar gelagerd in grijpelement 111 rond een as 135 in de richting van de pijl 136. In het grijpelement 111 is een eerste opening 137 aangebracht. De opening 137 is in figuur 6 weergegeven als zijnde niet 5 doorlopend. Tevens is door grijpelement 111 een doorlopende opening 138 aangebracht welke door de opening 137 heen gaat en daarmee een hoek van 90° maakt. In grijpelement 114 is een van schroefdraad voorziene opening 117 aangebracht, waarin een schroefelement 118 is bevestigd. Op schroefelement 118 is een handgreep 119 aangebracht 10 waarmee het schroefelement 118 op eenvoudige wijze in de schroefdraad in de opening 117 kan worden gedraaid en derhalve in de richting van de pijl 120 kan worden heen en weer bewogen. In het onderhavige uitvoeringsvoorbeeld is het uiteinde 123 van de kabel 110 vast bevestigd aan het grijpelement 111. Zoals hiervoor beschreven is dit 15 niet noodzakelijk. Nadat het in figuur 6 weergegeven slot 109 rond een afsluiterarm is aangebracht wordt de kabel 110 vanaf het uiteinde 123 rond een vast punt gevoerd en vervolgens door de opening 138 gestoken waarin tevens de vertandingsopening 122 aanwezig is. De kabel 110 wordt eveneens gevoerd door de vertandingsopening 122. Vervolgens 20 wordt het schroefelement 118 met behulp van handgreep 119 ingedraaid. Daardoor wordt de afsluiterarm 5 tegen grijpelement 111 gedrukt. Als gevolg daarvan klemt een rand van opening 138 de kabel 110 in de vertandingsopening 122.
In het uitvoeringsvoorbeeld volgens figuur 6 kan de eerste 25 opening 137 ook doorlopend zijn, in welk geval de arm 115 van grijpelement 114 kan zijn voorzien van meerdere vertandingsopeningen 122. Afhankelijk van de dikte van de afsluiterarm 5 waaromheen het slot 109 wordt aangebracht kan dan één van de vertandingsopeningen 122 tot in de opening 138 worden gevoerd, waarna de kabel 110 door de opening 138 30 en de betreffende vertandingsopening kan worden gevoerd.
In figuur 7 is nog een andere uitvoeringsvorm weergegeven van een grijpelement 211. Wederom is een eerste opening 237 aangebracht in het grijpelement 211. Een opening 238 gaat door de opening 237 heen en maakt daarmee een hoek welke is aangegeven met 01. De 35 opening 238 kan, maar hoeft niet, doorlopend te zijn zoals aangegeven met stippellijnen 239 en 240. Een arm 215 van een verder niet weer- ί n < - - 8 gegeven grijpelement is weergegeven in de figuren 7 en 8. Een steek-element 241 is na het aanbrengen van de arm 215 aangebracht in de opening 238 en gevoerd door de vertanding 222 van de arm 215. Indien op overeenkomstige wijze zoals hierboven beschreven in het kader van 5 de figuren 1 t/m 6 een kracht wordt uitgeoefend waardoor op arm 215 een kracht in de richting van de pijl 242 wordt uitgeoefend ter hoogte van grijpelement 211 zal vertandingsopening 222 het steekelement 241 vergrendelen. Daardoor zijn de arm 215 van het niet weergegeven grijpelement en het grijpelement 211 vast met elkaar verbonden. 10 Steekelement 241 kan het uiteinde van een kabel zijn die om een pijp 4 is geslagen maar het kan ook een separaat element 341 (zie figuur 9) zijn. In het laatste geval is de kabel op andere op zich bekende wijze met het slot 209 verbonden.
In het voorgaande is de uitvinding uitgebreid beschreven 15 aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld in de vorm van de toepassing van een slot en een verbindingselement bij een afsluiter. Vermeid zij dat er ook vele andere inrichtingen, welke worden bediend met een beweegbaar bedieningsorgaan, bestaan. Bij wijze van niet-limitatief voorbeeld kan worden gedacht aan een mechanische schakelaar voor het 20 in- of uitschakelen van grote elektrische vermogens. Ter beveiliging tegen ongewenst bedienen van een dergelijke schakelaar dient die in zijn bewegingsmogelijkheden te worden beperkt. Het vaste punt zal dan een haak of een oog kunnen zijn welke is bevestigd op de bodem, op een muur of op een gestel in de directe nabijheid van de betreffende 25 schakelaar. Het onderhavige slot is in het bijzonder ook geschikt om een dergelijke schakelaar te beveiligen tegen ongewenste bediening.
Na het voorgaande zullen voor de vakman vele uitvoeringsvormen en toepassingsmogelijkheden van de onderhavige uitvinding voor de hand liggen. Deze worden alle geacht binnen het kader van de 30 onderhavige uitvinding te vallen.
fl ^ ' · . -

Claims (11)

1. Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan omvattend een slot en een ver-5 bindingselement tussen het slot en een vast punt ten opzichte van het beweegbare bedieningsorgaan, met het kenmerk, dat het slot een eerste en een tweede grijpelement omvat, welke grijpelementen kunnen samenwerken voor het tussen zich in nemen van en aanbrengen rond het beweegbare bedieningsorgaan, dat het eerste grijpelement is voorzien 10 van tenminste één arm met tenminste één vertandingsopening, welke tenminste ene arm zich na aanbrenging rond het beweegbare bedieningsorgaan uitstrekt in een eerste opening in het tweede grijpelement, dat het tweede grijpelement is voorzien van tenminste één tweede opening, welke tenminste ene tweede opening zich uitstrekt door en onder een 15 hoek met de eerste opening, dat de tenminste ene vertandingsopening zich na aanbrenging rond het beweegbare bedieningsorgaan bevindt ter plaatse van de tenminste ene tweede opening, dat een steekelement is voorzien dat zich uitstrekt in de tenminste ene tweede opening zowel als door de tenminste ene vertandingsopening, dat middelen zijn 20 voorzien voor het aanbrengen van een kracht op één van de twee grijp-elementen, welke kracht is gericht zowel vanaf het andere grijpelement als vanaf het beweegbare bedieningsorgaan, dat de tenminste ene vertandingsopening schuin geplaatst is in een zodanige richting ten opzichte van een lengteas van de tenminste ene arm dat na aanbrenging 25 van de kracht het steekelement geklemd is in de tenminste ene ver tandingsopening en dat het verbindingselement een eerste en een tweede uiteinde omvat, van welke uiteinden tenminste één verbindbaar is en ten hoogste het andere verbonden is met tenminste één van de grijp-elementen.
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de tenminste ene arm is voorzien van meerdere vertandingsopeningen.
3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het eerste grijpelement U-vormig is uitgevoerd met twee armen.
4. Inrichting volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat elke 35 arm is voorzien van meer vertandingsopeningen.
5. Inrichting volgens conclusie 3 of 4, met het kenmerk, dat het tweede grijpelement langwerpig is uitgevoerd en dat de tenminste ene tweede opening doorlopende openingen omvat voor de armen van het U-vormige eerste grijpelement.
6. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de middelen voor het aanbrengen van een kracht een schroefelement omvatten, dat schroefbaar is in een van schroefdraad voorziene opening in één van het eerste en het tweede grijpelement.
7. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de van 10 schroefdraad voorziene opening is aangebracht in het eerste grijpelement.
8. Inrichting volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat de van schroefdraad voorziene opening is aangebracht in het tweede grijpelement.
9. Inrichting volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat het verbindingselement een kabel is.
10. Inrichting volgens conclusie 9, met het kenmerk dat het steekelement de kabel is.
11. Inrichting volgens conclusie 10, met het kenmerk, dat één 20 uiteinde van de kabel is voorzien van een verdikkingselement met een diametrale afmeting groter dan een overeenkomstige diametrale afmeting van de tenminste ene tweede opening.
NL1017167A 2001-01-22 2001-01-22 Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan. NL1017167C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1017167A NL1017167C2 (nl) 2001-01-22 2001-01-22 Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1017167A NL1017167C2 (nl) 2001-01-22 2001-01-22 Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan.
NL1017167 2001-01-22

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1017167C2 true NL1017167C2 (nl) 2002-07-23

Family

ID=19772775

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1017167A NL1017167C2 (nl) 2001-01-22 2001-01-22 Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1017167C2 (nl)

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1030268C2 (nl) * 2005-10-25 2007-04-26 Netherlocks Safety Systems B V Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan.
NL1033627C2 (nl) * 2007-04-02 2008-10-06 Netherlocks Safety Systems B V Vergrendeltoestel, afsluiter met vergrendeltoestel, combinatie van een slot en een sleutel voor een vergrendeltoestel en werkwijze voor het vergrendelen en ontgrendelen van een vergrendel- en ontgrendelmechanisme.

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3987653A (en) * 1975-11-06 1976-10-26 Reginald Lyon Looped cable locking device
US5353833A (en) * 1993-04-01 1994-10-11 Louis Martinez Gate valve locking arrangement
JPH07174263A (ja) * 1993-12-17 1995-07-11 Kooatsu:Kk 開閉弁のケーブルロック装置
EP0831199A2 (en) * 1996-08-30 1998-03-25 Panduit Corporation Multi-purpose lockout

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3987653A (en) * 1975-11-06 1976-10-26 Reginald Lyon Looped cable locking device
US5353833A (en) * 1993-04-01 1994-10-11 Louis Martinez Gate valve locking arrangement
JPH07174263A (ja) * 1993-12-17 1995-07-11 Kooatsu:Kk 開閉弁のケーブルロック装置
EP0831199A2 (en) * 1996-08-30 1998-03-25 Panduit Corporation Multi-purpose lockout

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 1995, no. 10 30 November 1995 (1995-11-30) *

Cited By (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
NL1030268C2 (nl) * 2005-10-25 2007-04-26 Netherlocks Safety Systems B V Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan.
NL1033627C2 (nl) * 2007-04-02 2008-10-06 Netherlocks Safety Systems B V Vergrendeltoestel, afsluiter met vergrendeltoestel, combinatie van een slot en een sleutel voor een vergrendeltoestel en werkwijze voor het vergrendelen en ontgrendelen van een vergrendel- en ontgrendelmechanisme.

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JP5031831B2 (ja) 支持体へのツールの迅速な組み立てのための装置
NL193101C (nl) Draaginrichting voor aanbrenging op een voertuigdak.
US5593197A (en) Spark plug wire puller
JP3626099B2 (ja) エネルギー案内チェーン
US4028926A (en) Handling device for slipping tubes on the mandrel of bending machines
NL7903570A (nl) Kleminrichting voor chirurgische doeleinden.
NL1017167C2 (nl) Inrichting voor het beperken van de bewegingsmogelijkheden van een beweegbaar bedieningsorgaan.
CA2981174C (en) Spring loaded parallel pad clamp connectors connectable using lineman hot sticks
CN105409061A (zh) 电接线端子和方法
RU2321935C1 (ru) Подвесной зажим для кабеля низкого напряжения
JPS62271640A (ja) 中央押圧手段を備えた自在に調節可能なグリツパ−
US6497133B1 (en) Cable cutter and bender
US20170373453A1 (en) Crimping Tool
US10014594B1 (en) Terminal block assembly and wiring wrench thereof
US1942625A (en) Wire grip
US20130056596A1 (en) Device Holder
EP1672741B1 (fr) Interrupteur modulaire
EP3457498B1 (en) Terminal block assembly and wiring wrench thereof
US4523497A (en) Apparatus for removing container caps
KR100794459B1 (ko) 스위치용 기계적 리셋 장치
US842329A (en) Wire-grip.
FR3094737B1 (fr) Système de poignée avec dispositif de sécurité.
US923610A (en) Clamp.
US20190154180A1 (en) Coupling device
FR3025845A1 (fr) Mecanisme a came pour la mecanisation du deplacement de l&#39;etrier d&#39;une sauterelle a etrier

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20070801