NL1017157C2 - Inrichting voor het ophangen van voorwerpen. - Google Patents
Inrichting voor het ophangen van voorwerpen. Download PDFInfo
- Publication number
- NL1017157C2 NL1017157C2 NL1017157A NL1017157A NL1017157C2 NL 1017157 C2 NL1017157 C2 NL 1017157C2 NL 1017157 A NL1017157 A NL 1017157A NL 1017157 A NL1017157 A NL 1017157A NL 1017157 C2 NL1017157 C2 NL 1017157C2
- Authority
- NL
- Netherlands
- Prior art keywords
- elements
- towel
- thickening
- suspended
- along
- Prior art date
Links
Classifications
-
- A—HUMAN NECESSITIES
- A47—FURNITURE; DOMESTIC ARTICLES OR APPLIANCES; COFFEE MILLS; SPICE MILLS; SUCTION CLEANERS IN GENERAL
- A47K—SANITARY EQUIPMENT NOT OTHERWISE PROVIDED FOR; TOILET ACCESSORIES
- A47K10/00—Body-drying implements; Toilet paper; Holders therefor
- A47K10/12—Grips, hooks, or the like for hanging-up towels
- A47K10/14—Self-holding grips
Landscapes
- Health & Medical Sciences (AREA)
- Public Health (AREA)
- Supports Or Holders For Household Use (AREA)
Description
Inrichting voor het ophangen van voorwerpen
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het ophangen van voorwerpen, omvattende twee elkaar althans gedeeltelijk overlappende en in hoofdzaak parallelle elementen, welke op veerkrachtige wijze ten opzichte 5 van elkaar beweegbaar zijn. Met name heeft de uitvinding betrekking op een inrichting voor het ophangen van handdoeken en dergelijke.
In de praktijk zijn algemeen inrichtingen bekend om handdoeken, bijvoorbeeld voor keukengebruik, op te hangen.
10 Deze omvatten in het algemeen een haakje, waaraan de handdoek door middel van een lusje dat aan een zijde van de handdoek is bevestigd, kan worden opgehangen. Dit heeft het nadeel dat het lusje eerst dient te worden opgezocht en, tijdens gebruik, eenvoudig van de haak kan worden geschoven. Vervolgens 15 dient de hele procedure van het opzoeken van het lusje en het weer ophangen van de handdoek te worden herhaald. In de praktijk is dit een lastige methode gebleken. Bovendien heeft deze methode het nadeel dat na veelvuldig gebruik het lusje slijt en kapot gaat, waardoor de handdoek niet meer kan wor-20 den opgehangen. Ook zijn kleminrichtingen bekend, welke door middel van een spanveer in een gesloten stand worden gedwongen, en waaraan bijvoorbeeld handdoeken voor keukengebruik en dergelijke kunnen worden opgehangen. Deze hebben het nadeel dat met één hand de kleminrichting tegen de veerdruk moet 25 worden geopend en gelijktijdig met de andere hand een gedeelte van de handdoek tussen de klemelementen van deze inrichting moet worden gebracht. Ook dit is een onhandige methode, omdat met name bij handdoeken en dergelijke deze eenvoudig wegzakken waardoor deze moeilijk in de kleminrichting zijn te 30 brengen. Een ander nadeel bestaat uit het feit dat de spanveren na verloop van tijd verzwakken waardoor de inrichting niet meer bruikbaar is.
Er bestaat derhalve behoefte aan een verbeterde inrichting waarmee de hiervoor genoemde nadelen niet worden 101715 7* 2 verkregen. De uitvinding heeft derhalve tot doel een verbeterde inrichting voor het ophangen van voorwerpen, zoals handdoeken en dergelijke, te verschaffen. Met name heeft de uitvinding tot doel een verbeterde inrichting te verschaffen 5 waarmee op zeer eenvoudige wij ze een voorwerp kan worden ingeklemd zonder dat deze daaruit kan loslaten. Daartoe verschaft de uitvinding een inrichting als in de aanhef genoemd, en welke wordt gekenmerkt doordat de veerkracht door een intrinsieke eigenschap van het materiaal van de inrichting 10 wordt verschaft, zodanig dat het voorwerp tussen de elementen wordt gehouden. Hierdoor wordt verkregen dat op zeer eenvoudige wijze ene voorwerp kan worden opgehangen.
Volgens de voorkeursuitvoeringsvorm wordt de inrichting vervaardigd van een veerkrachtig kunststof materiaal.
15 Dit leidt ertoe dat op eenvoudige en economische wijze de inrichting kan worden verkregen met de gewenste eigenschappen.
elementen vlakvormig. Daardoor wordt een relatief groot contactoppervlak verkregen waardoor elk voorwerp op stevige wij -20 ze tussen de elementen kan worden opgehangen.
Volgens een verdere voorkeursvorm omvat één van de elementen op een deel van het naar het andere element toegekeerde oppervlak een verdikking. Daardoor wordt een extra drukpunt verkregen wanneer een voorwerp tussen de elementen 25 wordt gebracht. Met name in het geval van een handdoek wordt daardoor tevens verkregen dat de zoom van de handdoek achter de verdikking blijft hangen.
Volgens een verdere bijzondere voorkeursuitvoeringsvorm zijn het eerste en het tweede element elk verbonden aan 30 een derde element. Het derde element kan zich op afstand van, maar in lijn met en parallel aan, de andere twee elementen bevinden, en bijvoorbeeld aan de van het tweede element afgekeerde zijde van het eerste element. Daarbij heeft het de voorkeur dat het derde element aan zijn van het eerste en 35 tweede element afgekeerde oppervlak een bevestigingsoppervlak vormt. Door middel van bijvoorbeeld een kleefmiddel kan de inrichting aan bijvoorbeeld een muur worden gehecht maar andere bevestigingen zijn ook mogelijk. Verder heeft het de 3 voorkeur dat het eerste element langs een onderste rand aan het derde element is bevestigd en zich van daaruit naar boven toe uitstrekt, en het tweede element langs een bovenste rand aan het derde element is bevestigd en zich naar onderen toe 5 uitstrekt, in hoofdzaak parallel aan het eerste element. Doordat zowel het eerste als het tweede element op afstand van het derde element zijn geplaatst, kan het binnenste element enigszins naar binnen toe worden gedrukt en kan het buitenste element enigszins naar buiten worden gedrukt wanneer 10 een handdoek of iets dergelijks tussen de beide elementen in wordt geklemd. Hierbij heeft het met name de voorkeur dat het meest naar buiten gelegen element aan zijn vrije uiteinde naar buiten toe is omgebogen. Daardoor is het bijzonder eenvoudig om een voorwerp tussen de beide elementen in te bren-15 gen om deze op te hangen.
De uitvinding zal hierna aan de hand van de tekeningen nader worden uitgelegd.
Fig. 1 toont een perspectivisch aanzicht van een inrichting volgens de uitvinding.
20 Fign. 2, 3 en 4 tonen verschillende stadia tijdens gebruik van de inrichting volgens de uitvinding.
Fig. 5 en 6 tonen een doorsnede van een alternatieve uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding.
25 Figuur 1 toont een inrichting 1 voor het ophangen van voorwerpen. De in de figuur weergegeven inrichting omvat een eerste element 2 en een tweede element 3. Deze beide elementen zijn, zoals weergegeven in de figuur, in hoofdzaak parallel aan elkaar geplaatst. De afstand die de beide elemen-30 ten 2, 3 in ruststand hebben, zal afhankelijk zijn van een tussen de beide elementen te klemmen op te hangen voorwerp, alsmede van het materiaal waarvan de inrichting is vervaardigd. Ook van belang is de kracht die nodig is om de beide elementen uit elkaar te drukken. Bij voorkeur is de afstand 35 tussen de beide elementen 2, 3 zodanig dat de beide elementen althans enigszins van elkaar moeten worden verplaatst om een voorwerp daar tussen in te brengen.
101 ƒ : b t 4
Het heeft de voorkeur dat de inrichting is vervaardigd van een kunststof materiaal. Hierdoor wordt verkregen dat de inrichting zeer licht kan worden uitgevoerd, terwijl ook de productie ervan eenvoudig is. Een voorbeeld van een 5 kunststofmateriaal dat geschikt kan worden gebruikt is zogenaamd plexiglas. Dit materiaal is verkrijgbaar in een zodanige hoedanigheid dat, afhankelijk van de dikte, een handdoek eenvoudig tussen de beide elementen 2, 3 kan worden gebracht en waarbij deze stevig zal zijn vastgeklemd tussen de beide 10 elementen. In dat geval kan het materiaal bijvoorbeeld een dikte van 2 è 3 mm hebben, en kan de breedte van de elementen bijvoorbeeld 25 mm bedragen. De hoogte kan worden gekozen naar wens, maar in ieder geval dient de kracht waarmee een voorwerp tussen de beide elementen wordt vastgehouden vol-15 doende hoog. te zijn. De benodigde kracht en de afmeting van de inrichting zijn in de praktijk eenvoudig te bepalen.
Volgens een voorkeursui tvoeringsvor-m omvat één van .............- de elementen 2 of 3 een verdikking aan zijn naar het andere element 3 of 2 toegekeerde oppervlak. Deze verdikking 4 kan 20 bijvoorbeeld op het, in de figuur weergegeven, binnenste element 2 zijn aangebracht, maar ook, zoals weergegeven in figuur 5 aan de binnenzijde van het buitenste element 3.
Zoals weergegeven in figuur 5 wordt een verdere voorkeursuitvoeringsvorm verschaft wanneer ter plaatse van de 25 verdikking 4 in het aanliggende element, element 2 in figuur 5, een uitholling of een doorgang is aangebracht. Wanneer een voorwerp, bijvoorbeeld een handdoek, in de opening 10 tussen de elementen 2, 3 wordt gebracht en naar boven toe wordt geschoven, zullen de elementen 2 en 3 van elkaar worden ge-30 drukt. In het geval van een flexibel materiaal, zoals een handdoek, zal deze tot voorbij de verdikking 4 kunnen worden gevoerd, en los gelaten. Het op te halen voorwerp zal vervolgens door de verdikking 4 enigszins in de opening 11 worden gedrukt, waardoor deze, vanwege de veerkracht van het materi-35 aal, blijft hangen. Door de ruststand van de elementen 2 en 3 ten opzichte van elkaar zodanig geschikt te kiezen, kan het materiaal ook eenvoudig weer worden verwijderd door het voor- 5 werp naar beneden te trekken. De elementen 2 en 3 zullen daardoor enigszins van elkaar af bewegen.
Indien de beide elementen 2, 3 aan het derde element 5 zijn bevestigd, zoals getoond in de fign. 1 en 5, zullen de 5 beide elementen 2, 3 zich in een gebruikspositie op een afstand van een muur bevinden. De inrichting 1 is namelijk aan het oppervlak 6 aan de muur bevestigd. Wanneer een handdoek, zoals weergegeven in figuur 2, in de opening 10 wordt geschoven, zullen de vingers derhalve niet de muur raken. Daardoor 10 is het eenvoudig mogelijk de handdoek op te hangen.
Een handdoek is in het algemeen voorzien van een zoom langs zijn’ omtreksrand. Met name wanneer de inrichting een verdikking 4 omvat, zoals getoond in figuiir 5, zal de zoom tot boven de verdikking 4 worden gebracht. Wanneer de 15 handdoek vervolgens wordt losgelaten zal, vanwege het gewicht van het materiaal van de handdoek, deze naar beneden toe afhangen, waardoor de zoom zich enigszins rond de verdikking 4 naar beneden zal krullen. Daardoor wordt een extra weerstand gevormd die ervoor zorgt dat de handdoek in de inrichting 20 blijft hangen. Dit is duidelijk weergegeven in figuur 3.
Wanneer de handdoek, of elk ander voorwerp uit de inrichting moet worden verwijderd, kan dat geschieden op de wijze zoals getoond in figuur 4. Door de handdoek naar beneden te trekken zal het element 3 enigszins naar buiten toe 25 worden gedrukt en het element 2 enigszins naar binnen toe. De uit te oefenen kracht kan, afhankelijk van het materiaal waar de inrichting van is gemaakt, relatief beperkt zijn.
Indien de inrichting wordt vervaardigd van plexiglas kunststof, en bij een dikte van het materiaal van ongeveer 3 30 mm, zal, wanneer de inrichting een breedte heeft van de hiervoor genoemde 25 mm, de lostrekkracht ongeveer 1 kg bedragen. Afhankelijk van het op te hangen voorwerp kan de kracht eenvoudig worden geregeld, door de afstand van de elementen 2 en 3 ten opzichte van elkaar te variëren. Wanneer deze afstand 35 in een uitgangspositie 1 mm bedraagt zal de klemkracht voor een op te hangen voorwerp groter zijn dan wanneer deze afstand in een rustpositie 3 mm bedraagt. Ook de aanwezigheid 6 van een verdikking 4 zal leiden tot een verhoogde klemkracht. Uiteraard is ook het soort materiaal van belang.
Door het buitenste element aan zijn vrije uiteinde 9 enigszins naar buiten toe om te buigen wordt een eenvoudige 5 invoeropening voor een op te hangen voorwerp verkregen.
Volgens een bijzondere uitvoeringsvorm van de uitvinding wordt een op te hangen voorwerp tussen twee elementen geklemd, waarbij één van de elementen door middel van een veerelement wordt aangedrukt. Deze uitvoeringsvorm is weerge-10 geven in figuur 6. Een bolvormig element 2 wordt door middel van het veerelement 12 tegen het element 3 aangedrukt. Een tussen de elementen 2 en 3 te voegen voorwerp drukt element 2, tegen de veerwerking in, weg van element 3. Bij loslaten van het op te hangen voorwerp drukt het element 2 vanwege de 15 veerwerking voldoende hard tegen het voorwerp dat deze niet uit de inrichting valt. Het element 5 is hierbij losneembaar met de-element en -2~en™ -3~ verbonden, bij voorbeeld door -middel van een arreteervergrendeling, in de vorm van koppelingsmid-delen 13.
20 De uitvinding is niet beperkt tot hetgeen in de te keningen is weergegeven en in de beschrijving is genoemd. Bijvoorbeeld kan elk geschikt materiaal worden toegepast, bijvoorbeeld vrijwel elke soort kunststof, alsmede metaal, of zelfs hout, of met kunststof bekleed metaal (bijvoorbeeld 25 verenstaal). Ook is het mogelijk dat de elementen 2 en 3 in een rustpositie tegen elkaar aanliggen. Ook is het mogelijk dat de afstand tussen de elementen 2 en 3 in de rustpositie niet overal gelijk is. Bijvoorbeeld kan deze afstand ergens tussen de bovenste rand 8 en het vrije uiteinde 9 een minima-30 le waarde hebben, zoals weergegeven in figuur 1. De verdikking kan nabij deze minimale afstand zijn aangebracht. Daardoor wordt een extra ruimte boven de verdikking geschapen voor opname van de zoom van een handdoek.
Behalve handdoeken kunnen ook andere materialen met 35 de inrichting volgens de uitvinding worden opgehangen, bijvoorbeeld reclame-uitingen op posters en andere uitingen op plaatvormige materialen.
7
Doordat de beide elementen in de in de figuren weergegeven uitvoeringsvormen kunnen veren wordt een lineaire krachtuitoefening verkregen, ook wanneer materialen van verschillende dikte met de inrichting dienen te worden opgehan-5 gen. Bovendien wordt met een dergelijke uitvoeringsvorm verkregen dat de beide elementen over een relatief kleine afstand scharnieren waardoor materiaalmoeheid minder snel zal optreden.
De uitvinding verschaft derhalve een zeer eenvoudige 10 inrichting om bijvoorbeeld handdoeken op te hangen, waarbij het niet noodzakelijk is om een lusje op te zoeken, maar waarbij elk deel van de zijden van een handdoek kan worden gebruikt om deze op te hangen.
Claims (8)
1. Inrichting (1) voor het ophangen van voorwerpen, omvattende twee elkaar althans gedeeltelijk overlappende en in hoofdzaak parallelle elementen (2, 3), welke op veerkrachtige wijze ten opzichte van elkaar beweegbaar zijn, met het 5 kenmerk, dat de veerkracht door een intrinsieke eigenschap van het materiaal van de inrichting (1) wordt verschaft, zodanig dat het voorwerp tussen de elementen (2, 3) wordt gehouden .
2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, 10 dat deze is vervaardigd van een veerkrachtig kunststof materiaal .
3. Inrichting volgens één der conclusies 1 - 2, met het kenmerk, dat de elementen (2, 3) vlakvormig zijn. rnriCnting voigens een cxex conciusies x — o t stee 15 het kenmerk, dat één van de elementen (2 respectievelijk 3) op een deel van het naar het andere element (3 respectievelijk 2) toegekeerde oppervlak een verdikking (4) omvat.
5. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat een in de inrichting (1) voorzien veerelement (12) het op 20 te hangen voorwerp tussen element (2) en element (3) doet klemmen.
6. Inrichting volgens één der conclusies 1-5, met het kenmerk, dat het eerste en het tweede element (2, 3) elk zijn verbonden aan een derde element (5), welk derde element 25 (5) zich bevindt aan de van het tweede element (3) afgekeerde zijde van het eerste element (2) of aan de van het eerste element (2) afgekeerde zijde van het tweede element (3).
7. Inrichting volgens één der conclusies 1-6, met het kenmerk, dat in een gebruikspositie het derde element (5) 30 aan zijn van het eerste en tweede element (2, 3) afgekeerde oppervlak een bevestigingsoppervlak (6) vormt; waarbij het eerste element (2) langs een onderste rand (7) aan het derde element (5) is bevestigd en zich vandaaruit naar boven toe uitstrekt; en waarbij het tweede element (3) langs een boven-35 ste rand (8) aan het derde element (5) is bevestigd en zich r\ - • * ? £ ' 1 : A-: ; ·. f :'·» C ‘ * naar onderen toe uitstrekt, in hoofdzaak parallel aan het eerste element (2).
8. Inrichting (1) volgens conclusie 6 of 7, met het kenmerk, dat het eerste element (2) langs een onderste rand 5 (7) scharnierbaar en veerkrachtig is bevestigd en het tweede element (3) langs een bovenste rand (8) scharnierbaar en veerkrachtig is bevestigd.
9. Inrichting (1) volgens één der conclusie 6-8, met het kenmerk, dat het, ten opzichte van het derde element 10 (5), meest naar buiten gelegen element (2 of 3) aan zijn vrije uiteinde naar buiten toe is omgebogen.
Priority Applications (4)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1017157A NL1017157C2 (nl) | 2001-01-22 | 2001-01-22 | Inrichting voor het ophangen van voorwerpen. |
PCT/NL2002/000047 WO2002056742A1 (en) | 2001-01-22 | 2002-01-22 | Device for suspending objects |
EP02700884A EP1355558A1 (en) | 2001-01-22 | 2002-01-22 | Device for suspending objects |
US10/613,756 US20040094682A1 (en) | 2001-01-22 | 2003-07-17 | Device for suspending objects |
Applications Claiming Priority (2)
Application Number | Priority Date | Filing Date | Title |
---|---|---|---|
NL1017157A NL1017157C2 (nl) | 2001-01-22 | 2001-01-22 | Inrichting voor het ophangen van voorwerpen. |
NL1017157 | 2001-01-22 |
Publications (1)
Publication Number | Publication Date |
---|---|
NL1017157C2 true NL1017157C2 (nl) | 2002-07-23 |
Family
ID=19772766
Family Applications (1)
Application Number | Title | Priority Date | Filing Date |
---|---|---|---|
NL1017157A NL1017157C2 (nl) | 2001-01-22 | 2001-01-22 | Inrichting voor het ophangen van voorwerpen. |
Country Status (4)
Country | Link |
---|---|
US (1) | US20040094682A1 (nl) |
EP (1) | EP1355558A1 (nl) |
NL (1) | NL1017157C2 (nl) |
WO (1) | WO2002056742A1 (nl) |
Families Citing this family (6)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
DE20302218U1 (de) * | 2003-02-11 | 2004-06-24 | Wenko-Wenselaar Gmbh & Co. Kg | Klemmhalterung |
US7938376B2 (en) * | 2008-08-22 | 2011-05-10 | Control Solutions LLC | Mounting clips and sensor installations for motorized vehicle doors |
US7959211B2 (en) * | 2008-08-25 | 2011-06-14 | Control Solutions LLC | Sensor installations for motorized vehicle doors |
US20110056896A1 (en) * | 2009-09-07 | 2011-03-10 | Tzekova Bistra M | Towel holder |
NL1038757C2 (nl) * | 2011-04-15 | 2012-10-16 | Hendrik Koppejan | Snelsluiting voor het vastklemmen van geweven stoffen. |
JP6197210B1 (ja) * | 2017-02-21 | 2017-09-20 | 株式会社エムス・テック | タオルクリップ |
Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB750300A (en) * | 1952-11-26 | 1956-06-13 | Empire Plastics Birmingham Ltd | A new or improved retaining or suspension device for towels and the like |
EP0943454A1 (fr) * | 1998-03-18 | 1999-09-22 | Thierry Speurt | Dispositif de maintien par pincement |
Family Cites Families (14)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
US539127A (en) * | 1895-05-14 | Garment-supporter | ||
US2493503A (en) * | 1947-03-19 | 1950-01-03 | William C Renne | Clothespin |
US2527151A (en) * | 1948-02-10 | 1950-10-24 | Marie S Rabasse | Hanger |
US2948940A (en) * | 1957-07-01 | 1960-08-16 | Sperry Rand Corp | Self-locking detachable clamp |
US3267546A (en) * | 1964-06-12 | 1966-08-23 | Ray A Kraft | Clip support |
US3309052A (en) * | 1966-01-17 | 1967-03-14 | Lectro Stik Company | Plastic clip and method of and apparatus for making same |
US3748815A (en) * | 1972-01-03 | 1973-07-31 | A Parker | Plasterboard to column clip |
US4107823A (en) * | 1977-10-03 | 1978-08-22 | Siesto Joseph T | Belt holding clips, particularly for keys, tools and the like |
US4440374A (en) * | 1981-04-21 | 1984-04-03 | Illinois Tool Works Inc. | Integrally formed resilient clip and extension |
US4563796A (en) * | 1983-11-14 | 1986-01-14 | John S. Kettlestrings | Retainer with coacting legs |
US4903376A (en) * | 1988-04-18 | 1990-02-27 | Rousseau Jean Pierre | Card holder |
US5408728A (en) * | 1992-08-24 | 1995-04-25 | Wisniewski; Ronald | Eyeglass holder |
US6067691A (en) * | 1998-05-05 | 2000-05-30 | Column & Beam Inc | Adjustable clip for attaching sheet material to structural members |
US6257422B1 (en) * | 1999-11-29 | 2001-07-10 | Jaime Rios | Article holder |
-
2001
- 2001-01-22 NL NL1017157A patent/NL1017157C2/nl not_active IP Right Cessation
-
2002
- 2002-01-22 WO PCT/NL2002/000047 patent/WO2002056742A1/en not_active Application Discontinuation
- 2002-01-22 EP EP02700884A patent/EP1355558A1/en not_active Withdrawn
-
2003
- 2003-07-17 US US10/613,756 patent/US20040094682A1/en not_active Abandoned
Patent Citations (2)
Publication number | Priority date | Publication date | Assignee | Title |
---|---|---|---|---|
GB750300A (en) * | 1952-11-26 | 1956-06-13 | Empire Plastics Birmingham Ltd | A new or improved retaining or suspension device for towels and the like |
EP0943454A1 (fr) * | 1998-03-18 | 1999-09-22 | Thierry Speurt | Dispositif de maintien par pincement |
Also Published As
Publication number | Publication date |
---|---|
WO2002056742A1 (en) | 2002-07-25 |
EP1355558A1 (en) | 2003-10-29 |
US20040094682A1 (en) | 2004-05-20 |
Similar Documents
Publication | Publication Date | Title |
---|---|---|
US4899974A (en) | Display clip structure | |
US5640742A (en) | Spring badge clip | |
NL1017157C2 (nl) | Inrichting voor het ophangen van voorwerpen. | |
US9131758B2 (en) | Key locator with a container | |
US7861901B2 (en) | Pants hanger system | |
US6129323A (en) | Sheet stand | |
US7513375B2 (en) | Hanging device | |
KR20090023141A (ko) | 중합체 하우징을 구비하는 링 바인더 기구 | |
JP6529149B1 (ja) | 洗濯バサミ、同洗濯バサミを吊り下げるために用いられる吊り下げ具 | |
US9587659B1 (en) | Holder apparatus | |
EP0943454B1 (fr) | Dispositif de maintien par pincement | |
JP4164485B2 (ja) | 布帛クリップ | |
KR100861274B1 (ko) | 다각도 조절용 독서대 | |
US725111A (en) | Clothes-hook. | |
US5129523A (en) | Form holder | |
NL1019284C1 (nl) | Inrichting voor het ondersteunen van een tot een rol gewikkeld langwerpig product. | |
NL2007943C2 (nl) | Inrichting voor het houden van een bril of dergelijke. | |
KR200275975Y1 (ko) | 물체 지지용 클립장치 | |
RU2649821C1 (ru) | Вешалка | |
GB2420271A (en) | Clip hanger | |
JP5241647B2 (ja) | ズボン掛け | |
JPH1016462A (ja) | シート状部材の吊具 | |
US896699A (en) | Spring-clutch. | |
KR200216417Y1 (ko) | 괘지돌기를 갖는 걸이용 클립 | |
CA2704324A1 (en) | Hanger for sheet material |
Legal Events
Date | Code | Title | Description |
---|---|---|---|
PD2B | A search report has been drawn up | ||
VD1 | Lapsed due to non-payment of the annual fee |
Effective date: 20080801 |