NL1016924C2 - Inrichting voor het verrijden van op wielen staande objecten. - Google Patents

Inrichting voor het verrijden van op wielen staande objecten. Download PDF

Info

Publication number
NL1016924C2
NL1016924C2 NL1016924A NL1016924A NL1016924C2 NL 1016924 C2 NL1016924 C2 NL 1016924C2 NL 1016924 A NL1016924 A NL 1016924A NL 1016924 A NL1016924 A NL 1016924A NL 1016924 C2 NL1016924 C2 NL 1016924C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
wheels
members
pick
wheel
group
Prior art date
Application number
NL1016924A
Other languages
English (en)
Inventor
Dirk Gerard Van Driel
Cornelis Van Dam
Original Assignee
D D Elan V O F
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by D D Elan V O F filed Critical D D Elan V O F
Priority to NL1016924A priority Critical patent/NL1016924C2/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1016924C2 publication Critical patent/NL1016924C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61GTRANSPORT, PERSONAL CONVEYANCES, OR ACCOMMODATION SPECIALLY ADAPTED FOR PATIENTS OR DISABLED PERSONS; OPERATING TABLES OR CHAIRS; CHAIRS FOR DENTISTRY; FUNERAL DEVICES
    • A61G7/00Beds specially adapted for nursing; Devices for lifting patients or disabled persons
    • A61G7/08Apparatus for transporting beds
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B3/00Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor
    • B62B3/001Steering devices
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B3/00Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor
    • B62B3/04Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor involving means for grappling or securing in place objects to be carried; Loading or unloading equipment
    • B62B3/06Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor involving means for grappling or securing in place objects to be carried; Loading or unloading equipment for simply clearing the load from the ground
    • B62B3/0612Hand carts having more than one axis carrying transport wheels; Steering devices therefor; Equipment therefor involving means for grappling or securing in place objects to be carried; Loading or unloading equipment for simply clearing the load from the ground power operated
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B2202/00Indexing codes relating to type or characteristics of transported articles
    • B62B2202/90Vehicles
    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B62LAND VEHICLES FOR TRAVELLING OTHERWISE THAN ON RAILS
    • B62BHAND-PROPELLED VEHICLES, e.g. HAND CARTS OR PERAMBULATORS; SLEDGES
    • B62B2301/00Wheel arrangements; Steering; Stability; Wheel suspension
    • B62B2301/06Steering all wheels together simultaneously

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Chemical & Material Sciences (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Transportation (AREA)
  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Combustion & Propulsion (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Nursing (AREA)
  • Handcart (AREA)

Description

-1-
Inrichting voor het verrijden van op wielen staande objecten .
De onderhavige aanvrage heeft betrekking op een inrich-5 ting voor het verplaatsen van ten minste voor een deel op wielen staande objecten, waarbij de inrichting een gestel omvat voorzien van ten minste één aangedreven wiel, ten minste één bestuurbaar wiel, een stuurorgaan, opneemorga-nen voor het kunnen opnemen van wielen of andere steunor-10 ganen van een te verplaatsen object en middelen voor het kunnen heffen en neerlaten van de opneemorganen.
Dergelijke inrichtingen zijn in een aantal verschillende uitvoeringsvormen bekend. Echter al de bekende inrichtin-15 gen hebben als belangrijke nadeel dat het lastig is de inrichting aan een te verrijden object te koppelen, alsmede een moeilijke bestuurbaarheid van het samenstel van inrichting en object als ook meestal van de inrichting op zich. Bij het koppelen van een inrichting aan bijvoor-20 beeld een ziekenhuisbed is het bij de bekende inrichtingen zaak dat de op te nemen zwenkwielen evenwijdig en in de lengterichting van het bed staan, hetgeen vaak zal in-houden dat een ziekenhuisbed eerst handmatig verreden moet worden om de wielen in de gewenste oriëntatie te 25 krijgen. Verder zal bij het besturen van het samenstel vaak een grote uitzwaaiing van het vrije uiteinde, doorgaans het hoofdeinde van het bed, hetgeen veel ruimte vraagt en bepaalde manoeuvres bemoeilijkt.
30 Het doel van de uitvinding is in een inrichting te voorzien die deze nadelen niet kent en waarmee het mogelijk is een te verplaatsen object gemakkelijk op te nemen en waarmee het samenstel gemakkelijk te besturen en nauwkeurig te manoeuvreren is.
35
Dienovereenkomstig wordt er volgens de uitvinding in voorzien dat het stuurorgaan aangrijpt op eerste en twee- a Λ O O A '3Sft 1 ü i oy d 4* -2- de wielgroepen, waarbij een wielgroep één of meer wielen omvat, en waarbij in instelbare stuurmiddelen is voorzien voor het kunnen instellen van een optimale stuurverhou-ding tussen ten minste eerste en tweede wielgroepen.
5
De wielgroepen kunnen in principe uit alle mogelijke configuraties bestaan van elke groep twee wielen tot elke groep één wiel in combinatie met zwenkbare steunwielen.
10 De achterliggende gedachte is om met een instelbare stuurverhouding tussen eerste en tweede wielgroep het draaipunt van het samenstel van inrichting en het te verrijden object bij benadering op een lijn loodrecht op het midden van de symmetrie-as van het samenstel te krijgen. 15 Hiermee wordt een natuurlijk aandoende besturing van het samenstel verkregen, waarbij grote uitzwaaien van het vrije uiteinde van een te verrijden object voorkomen worden. Daarbij moet bijvoorbeeld gedacht worden aan ziekenhuisbedden, voedseltransportwagens en vergelijkbare ob-20 jecten die met elkaar gemeen hebben dat deze relatief moeilijk te verplaatsen zijn vanwege gewicht, afmetingen en het ontbreken van stuurhulpmiddelen. Dit laatste is vooral van belang bij ziekenhuisbedden, te meer daar de inrichting bij voorkeur bij het voeteneinde aangebracht 25 zal worden zodat de bestuurder oogkontakt met de patiënt kan houden.
Door de stuurinrichting instelbaar te maken kan deze op de lengte van het te verrijden object ingesteld worden.
30 Dit is vooral belangrijk indien met de inrichting naast relatief lange ziekenhuisbedden ook beduidend kortere objecten verreden moeten worden.
Volgens een eerste uitvoeringsvorm wordt er volgens de 35 uitvinding in voorzien dat de instelbare stuurmiddelen een mechanische koppeling omvatten tussen de eerste en tweede wielgroep, waarbij het aangrijpingspunt ten op- 1 0 2 4¾ -3- zichte van het draaipunt of de draaipunten van ten minste één wielgroep ingesteld kan worden. Een dergelijke mechanische koppeling kan op eenvoudige wijze bestaan uit bijvoorbeeld een in lengte verstelbare koppelingsstang die 5 binnen een bepaald bereik ten opzichte van ten minste één draaipunt vastgezet kan worden. Ook mogelijk is om met een aantal koppelingsstangen met bepaalde standaardlengten te werken die alleen op een aantal vaste punten kunnen aangrijpen.
10
Volgens een verdere uitvoeringsvorm kan er ook in voorzien worden dat de instelbare stuurmiddelen detectiemid-delen omvatten voor het detecteren van de hoekverdraaiing van ten minste één van de wielgroepen, de andere wiel-15 groep voorzien is van een stuuraandrijving voor het verdraaien van het wiel of de wielen en waarbij voorzien is in een regelbaar besturingsorgaan om in afhankelijkheid van het signaal van de detectiemiddelen de stuuraandrij-ving voor de andere wielgroep aan te sturen. Met deze 20 uitvoeringsvorm kan de stuurkarakteristiek geheel naar wens ingesteld worden en bovendien tijdens het verrijden van een object nog bijgesteld of zonodig voor het uitvoeren van een bepaalde manoeuvre geheel veranderd worden.
25 Voor het verrijden van objecten hebben de instelbare re-gelmiddelen een eerste instellingsbereik zodanig dat de eerste en tweede groep wielen bij aansturing in een zelfde richting verdraaid worden, waarbij de tweede groep wielen over een kleinere hoek verdraaid wordt dan de eer-30 ste groep wielen en waarbij de eerste groep wielen bestemd is een buitenste groep wielen te vormen van een samenstel van inrichting en een te verrijden object. De eerste wielgroep wordt hierbij met behulp van een stuurstang verdraaid door degene die de inrichting bedient. De 35 stuurstang grijpt daarbij bij voorkeur direkt op de te besturen wielgroep aan, dat wil zeggen de uitslag van de stuurstang komt overeen met de uitslag van de wielen.
·' l -4-
Daarbij heeft het de voorkeur dat voor het verkrijgen van een zo groot mogelijke stabiliteit van een samenstel van de inrichting en een te verrijden object van belang dat de wielgroepen van de inrichting zo ver mogelijk onder 5 en/of nabij het object gepositioneerd kunnen worden. De opneemorganen voor het opnemen van wielen of andere steunorganen zijn daartoe eveneens bij voorkeur tussen de eerste en de tweede wielgroep aangebracht.
10 Aangezien de inrichting ook zonder object verreden zal worden is er eveneens in voorzien dat de instelbare re-gelmiddelen een tweede instelling of instellingsbereik hebben zodanig dat de eerste en tweede groep wielen bij aansturing in tegengestelde richting verdraaid worden.
15 Het draaipunt komt daarbij te liggen op een lijn die loodrecht op de symmetrie-as van de inrichting verloopt en zich tussen de eerste en tweede wielgroep bevindt. Hierdoor kan snel en gemakkelijk met de inrichting zonder te verrijden object gemanoeuvreerd worden.
20
Voor het bedieningsgemak van de inrichting is naast een goed te controleren besturing het eveneens van belang dat de inrichting ook makkelijk met het te verrijden object gekoppeld kan worden. Hiertoe is er in voorzien dat de 25 opneemorganen ieder uit twee delen bestaan, waarbij in middelen is voorzien om de delen van de opneemorganen uit elkaar en naar elkaar te kunnen bewegen. Volgens een nadere uitwerking bestaat een opneemorgaan uit twee ten opzichte van elkaar scharnierbare helften die in een eerste 30 positie opening bieden voor het kunnen omsluiten van een wiel of een ander steundeel en in een tweede positie wiel of steundeel ondersteunen of inklemmen.
Hierbij is er bij voorkeur nog in voorzien dat de helften bij benadering komvormig zijn of bij benadering de vorm 35 van delen van een kom hebben. Vooral deze laatste variant heeft het voordeel dat voor het opnemen van een wiel of een geheel of ten dele bolvormig steunorgaan het niet no- -5- dig is de delen van een opneemorgaan geheel onder het wiel of steunorgaan te brengen, maar dat volstaan kan worden met het tegen het wiel of steunorgaan aan brengen daarvan.
5
Een verder belangrijk voordeel is dat de positie van de op te nemen wielen ten opzichte van de inrichting als ook de onderlinge positie van de wielen van geen belang is. Hierdoor is het derhalve niet noodzakelijk om eerst hand-10 matig een object te verrijden om de wielen in een vooraf-bepaalde positie te verkrijgen.
Volgens een voorkeursuitvoeringsvorm is er in voorzien dat de scharnierpunten van de helften gepositioneerd zijn 15 aan één zijde van de middellijn door de helften loodrecht op het symmetrievlak daarvan en dat de uiteinden van de helften die het meest nabij de scharnierpunten zijn gelegen, van een in elkaar grijpende vertanding zijn voorzien, waarvan de afzonderlijke delen concentrisch verlo-20 pen met de respectievelijke scharnierpunten. Deze constructie zorgt er voor dat een opneemorgaan aan één zijde wijd kan openen waardoor ook een dwars geplaatst wiel opgenomen kan worden. Het in aangrijping blijven van de aan de andere zijde gelegen uiteinden waarborgt een symmetri-25 sche beweging van de opnemerdelen en voorkomt dat een wiel tussen deze uiteinden ingeklemd zou kunnen worden.
Verder is er in voorzien dat de opneemorganen verschuifbaar aangebracht zijn op een gemeenschappelijke hefbalk, 30 waardoor de onderlinge afstand in te stellen is op de onderlinge afstand van wielen of steunorganen van het te verrijden object. De verplaatsing van de opneemorganen langs de hefbalk kan zodanig uitgevoerd zijn dat dit handmatig dient te geschieden, of dat dit met een apart 35 daartoe dienende aandrijving kan. Bij voorkeur zijn daarbij maatregelen getroffen zodat de verplaatsing ten opzichte van het midden van de hefbalk steeds gelijk is en 101 SM 2 -6- dat de opneemorganen in elke gekozen positie vastgezet kunnen worden.
De verschuifbare opneemorganen maken het ook mogelijk om 5 bij bijvoorbeeld een in voor het opnemen van een stel wielen moeilijke positie staand ziekenhuisbed de inrichting eerst schuin onder het bed te rijden en in die positie de wielen op te nemen. Het samenstel kan vervolgens zover verreden worden dat er wel voldoende ruimte is en 10 kan de inrichting in de normale positie gebracht worden zonder dat daarvoor de wielen uit de opneemorganen gelaten moeten worden.
Ten slotte is er nog in voorzien dat de uiteinden van de 15 hefbalk met de opneemorganen scharnierpunten hebben met het middendeel van de hefbalk, zodanig dat de opneemorganen met de uiteinden van de hefbalk opgeklapt kunnen worden. Hierdoor kan de breedte van de inrichting tot een minimum beperkt worden, hetgeen van belang is bij het 20 wegzetten van de inrichting of het naar een te verplaatsen object rijden van de inrichting.
De uitvinding wordt verder toegelicht aan de hand van het in de tekening gegeven voorbeeld, waarin 25 fig.l een perspectivisch aanzicht toont van de inrich ting, fig.2 een zijaanzicht toont van de inrichting, fig.3 schematisch een bovenaanzicht toont van een op- 30 neemorgaan, fig.4 schematisch een doorsnede toont van de hefbalk met een kokerdeel, fig.5 een perspectivisch aanzicht toont van een opnee- morgaan in gesloten stand met een opengewerkte 35 hefbalk, fig.6 een perspectivisch aanzicht toont van een opnee- morgaan in geopende stand met een opengewerkte -7- hefbalk, en fig.7A,B,C een zij-aanzicht/doorsnede van een deel van een hefbalk met kokerdeel toont.
5 Het perspectivische aanzicht volgens fig.l toont de inrichting met een gestel 1 voorzien van een eerste wiel-groep 2 met wielen 3,4 en een tweede wielgroep 5 met wielen 6,7. De wielen 3,4 van de eerste wielgroep zijn draaibaar om de respectievelijk assen 8,9 en kunnen be-10 stuurd worden met de stuurstang 10. De stuurstang 10 is via een horizontale as 11 (zie fig.2) gekoppeld met een om een vertikale as draaibaar besturingsdeel 12 dat via stuurstangen 13 de stuurbeweging overbrengt op de wielen 3,4.
15
De wielen 6,7 van de voorste wielgroep 5 worden aangedreven met aandrijforgaan 14, hetgeen bij voorkeur een elektromotor is. Het aandrijforgaan 14 sluit aan op een tussen de wielen 6,7 aangebrachte tandwielkast 15. Het sa-20 menstel van aandrijforgaan 14, tandwielkast 15 en wielgroep 5 is bevestigd aan een in het gestel 1 gelagerde, om een vertikale as draaibare plaat 16.
In het gedeelte van het gestel 1 tussen de wielen 3,4 25 zijn accu's 17,17', en delen van een regel- en besturingssysteem 18,18' ondergebracht. Ten minste een deel van de besturingssignalen kunnen vanaf de handgreep 19 op het uiteinde van de stuurstang 10 aan het besturingssysteem toegevoerd worden 30
De overbrenging van wieluitslagen van de eerste wielgroep 2 naar de tweede wielgroep 5 kan mechanisch gebeuren met behulp van een verbindingsstang tussen de wielgroepen. De verhouding tussen de wieluitslag van de wielen van de 35 eerste en tweede wielgroep kan daarbij ingesteld worden door verandering van de afstanden tussen de aangrijpingspunten van de verbindingsstang en de respectievelijke -8- draaipunten van de wielgroepen.
Echter heeft het de voorkeur de overbrenging elektronisch te regelen. Daartoe is aan de onderzijde van de draaibare 5 plaat 16 een tandkrans 20 aangebracht en op het gestel 1 een aandrijforgaan 21 met een op de tandkrans 20 aangrijpend rondsel 22. Door aansturing van het aandrijforgaan 21 kan het samenstel met de tweede wielgroep 5 verdraaid worden. Het aandrijforgaan 21 wordt hierbij bestuurd van-10 uit het regel- en besturingssysteem 18,18', waarbij het afgegeven besturingssignaal afhankelijk is van de hoek-verdraaiing van de wielen 3,4 van de eerste wielgroep 2 en van de elektronisch ingestelde besturingsregeling tussen de eerste en t,weede wielgroep 2,5. Hoewel met een in-15 stelbare mechanische koppeling eveneens een goed werkende besturingregeling verwezenlijkt kan worden, heeft een dergelijke te programmeren regeling de voorkeur, aangezien een preciezere instelling mogelijk is en snel en makkelijk gekozen kan worden tussen een aantal verschil-20 lende instellingen. Dit laatste kan bij moeilijke manoeuvres een uitkomst zijn.
Tussen de wielgroepen 2,5 zijn opneemorganen 23,24 aangebracht die in hoofdzaak bestaan uit twee opneemdelen 25 25,26 die met de assen 27,28 scharnierbaar bevestigd zijn aan een kokerdeel 29. De kokerdelen 29 zijn verschuifbaar aangebracht op een hefbalk 30. De hefbalk 30 kan omhoog en omlaag gebracht worden met een hef orgaan 31 dat via een arm 32 op een in het gestel 1 aangebrachte as 33 aan-3 0 grijpt en via de as 33 en armen 34,35 op de hef balk 30.
De armen 32,34,35 zijn vast op de as 33 bevestigd en zijn respectievelijk via een scharnierpunt verbonden met heforgaan 31 en op de hefbalk 30 aangebrachte bevesti-gingsstukken 36,37. Verder zijn tussen het gestel l en de 35 hefbalk 30 nog armen 38,39 aangebracht die aan beide uiteinden via scharnierpunten aangrijpen op het gestel 1 en op de hefarm 30 aangebrachte verdere bevestigingsstukken '101 6 j 2 ii -9- 40,41. Daarbij zijn de scharnierpunten en de lengtes van de armen 34,35 en 38,39 zodanig gekozen dat de hefbalk 30 bij de vertikale beweging ook een kanteling maakt om een horizontale as. Hierdoor komen de opneemorganen bij het 5 neerlaten iets schuin naar voren te hellen, hetgeen het opnemen van wielen of steunorganen vergemakkelijkt naar in de praktijk gebleken is.
In het zij-aanzicht volgens fig.2 zijn de verhoudingen 10 tussen de verschillende afmetingen van het getoonde voorbeeld van de inrichting goed te zien. Bij de meeste verrijdbare ziekenhuisbedden staan de wielen op enige afstand van de uiteinden. De inrichting is daar zodanig op aangepast dat het gestel geheel onder het ziekenhuisbed 15 komt te liggen en de stuurstang 10 met handgreep 19 in vertikale positie tot vlak nabij het uiteinde van het bed komt te staan.
Fig.3 toont een bovenaanzicht van de hefbalk 30 en opnee-20 morgaan 23. De helften 25,26 van het opneemorgaan 23 zijn draaibaar om de assen 27,28, die zodanig gepositioneerd zijn dat de op uiteinden van de helften 25,26 aangebrachte, in elkaar grijpende vertandingen 42,43 met elkaar in aangrijping blijven in zowel de gesloten als de geopende 25 stand van het opneemorgaan 23. Hiermee wordt bereikt dat de beweging van de helften 25,26 steeds gelijk loopt en dat een op te nemen wiel niet tussen deze uiteinden vast kan komen te zitten.
30 Door de vertandingen 42,43 is het eveneens goed mogelijk om de helften met een klik-sluitsysteem te laten sluiten door tegen op te nemen wielen aan te rijden met geopende opneemorganen 23,24. Hierbij maakt het door de komvormige helften 25,26 en de positie van de scharnierpunten 27,28 35 niet uit in welke stand een op te nemen wiel ten opzichte van het opneemorgaan staat. Bovendien is het hierdoor ook mogelijk om wielen op te nemen met een diameter die over
i j: .* V
-10- een groot bereik kan variëren.
De helften 25,26 van het opneemorgaan 23 zijn voor het klik-sluitsysteem voorzien van armdelen 44,45 die aan de 5 andere kant van de scharnierpunten 27,28 via openingen in de kokerdeel 29 en de hefbalk 30 tot binnen de hefbalk uitsteken. De armdelen 44,45 zijn voorzien van nokken 46,47 met daartussen een uitsparing 48. De nokken 46,47 zijn bestemd samen te werken met de in de hefbalk aange-10 brachte strip 49. De strip 49 is bevestigd op een as 50 die aan de uiteinden draaibaar aangebracht is op eindvlak 51 van het kokerdeel 29 en plaat 52. De strip 49 wordt met veerorgaan 53 rechtovereind tegen de binnenzijde van de hefbalk 30 gehouden (zie ook fig.4), waarbij de strip 15 tegen nokken 47, 47' aanligt. Op deze wijze kunnen de armdelen en daarmee de helften 25,26 van een opneemorgaan in een dichte of geopende stand gehouden worden. In de tekening zijn de standen respectievelijk met ononderbroken en onderbroken lijnen aangegeven.
20
Aan de buitenzijde is op het kokerdeel 29 een solenoïde 54 aangebracht die met een arm 55 op de strip 49 aangrijpt. Door bekrachtiging van de solenoïde 54 wordt de strip 49 tegen de werking van de veer 53 in om de as 50 25 gekanteld en komt deze vrij van de nokken 47,47' van de armdelen 44,45.
In fig.3 is eveneens nog een verbindingsstang 56 aangegeven die aan een uiteinde verbonden is met de eindplaat 51 30 van het kokerdeel 29 en met het andere uiteinde verbonden is met een nog te beschrijven uitzetmechaniek voor het kokerdeel 29.
In de doorsnede van fig.4 is duidelijk te zien dat de 3 5 strip 4 9 met as 50, het veerorgaan 53 en de verbindingsstang 56 binnen de hefbalk 30 zijn gelegen. Aan het over de hefbalk 30 verschuifbare kokerdeel 29 zijn ondèr en i ; -11- boven bevestigingsplaten 57,58 aangebracht waartussen de assen 27,28 voor de opneemdelen 25,26 aangebracht zijn.
De solenoïde 54 is ook aan de buitenzijde van het koker-deel 29 bevestigd en steekt door openingen in kokerdeel 5 29 en de hefbalk 30 (30a) tot binnen de hefbalk. De arm- delen 44,45 steken eveneens door openingen tot binnen de hefbalk 30 (30a). De openingen in de hefbalk 30 (30a) zetten zich over een voorafbepaalde lengte uit voor het over de hefbalk 30 (30a) kunnen verschuiven van het ko-10 kerdeel 29.
In fig.5,6 zijn respectievelijk de bedieningselementen voor de opneemorganen 23,24 getoond alsmede het uitzetme-chaniek voor het kokerdeel 29 met weglating van de hef-15 balk 30 (30a) en het kokerdeel 29.
In fig.5 is het opneemorgaan 23 in gesloten stand, waarbij de strip 49 tussen de armdelen 44,45 tegen de nokken 47en 47' aanligt. Door bekrachtiging van de solenoïde 54 20 wordt via de arm 55 strip 49 tegen de werking van veer 53 in naar achteren getrokken. De veer 53 en de arm 55 zijn in deze figuur anders uitgevoerd dan in de voorgaande figuren 3 en 4, de werking is echter gelijk. De armdelen 44,45 worden nu door aan weerszijden daarvan aangebrachte 25 verdere veermiddelen 59,60, hier als bladveren uitgevoerd, naar elkaar toe gedwongen. De afstand waarover de armdelen 44,45 naar elkaar toe gedwongen worden is daarbij zodanig groot dat bij het opheffen van de bekrachtiging van solenoïde 54 de strip 49 met de uiteinden voor-30 bij de nokken 47 en 47' steekt. Onder werking van veer 53 wordt strip 49 naar de oorspronkelijke stand teruggebracht en daarmee de armdelen naar een stand waarbij het opneemorgaan maximaal geopend is (zie fig.6).
35 Wanneer de opneemorganen 23,24 in geopende stand tegen een stel wielen gereden worden van bijvoorbeeld een ziekenhuisbed, worden de helften 25,26 van de opneemorganen 101 89 24^ -12- naar elkaar toe gedwongen. Daarbij wordt de strip 49 door de daar tegenaan gelegen nokken 47 en 47" tegen de werking van veer 53 in naar achteren geduwd, totdat de nokken voorbij de uiteinden van de strip 49 komen en strip 5 49 naar de uitgangspositie terug schiet. In deze stand van strip 49 zijn de armdelen 44,45 en daarmee de helften 25,26 van de opneemorganen 23,24 geblokkeerd.
Verder zijn in de figuren 5 en 6 delen van het uitzetme-10 chaniek voor de kokerdelen 29 aangegeven. Het uitzetme-chaniek omvat aandrijfmiddelen bestaande uit een aan de buitenzijde van de hefbalk 30 aangebrachte verstelmotor 61 die via een worm 62 en een wormwiel 63 een spindel 64 aandrijft. De spindel strekt zich aan weerszijden van de 15 aandrijfmiddelen uit, waarbij de aan weerszijden gelegen delen van de spindel een ten opzichte van elkaar tegengestelde draad hebben. Op spindel 64 is een binnen de hef-balk 30 verschuifbaar moerblok 65 aangebracht dat via de verbindingsstang 56 met het kokerdeel 29 gekoppeld is. In 20 het gegeven voorbeeld is het moerblok 65 niet direkt met de verbindingsstang 56 gekoppeld maar met tussenkomst van een scharnierbaar armstelsel 66 en plaat 52 met een vast armstelsel 66a. Door verdraaiing van de spindel kunnen de aan weerszijden van de hefbalk 30 (30a) aangebrachte ko-25 kerdelen 29 gelijktijdig en over gelijke afstand naar binnen of buiten bewogen worden.
De hefbalk 30 is bij voorkeur voorzien van buitenste hef-balkdelen 30a die scharnierbaar zijn om een scharnier-as 30 67 (zie fig.1,7). Hierdoor is het mogelijk om de buiten ste hefbalkdelen met opneemorganen omhoog te klappen waardoor de breedte van de inrichting aanzienlijk kleiner wordt en de inrichting makkelijker verreden en opgeborgen kan worden. Voor het omhoog kunnen klappen van de hef-35 balkdelen 30a is voorzien in het scharnierbare armstelsel 66, dat uit twee enkelvoudige armen bestaat. De uiteinden van het armstelsel 66 zijn middels scharnierpunten 68,69 /- i L i . · -13- gekoppeld met respectievelijk het moerblok 65 en de vast met plaat 52 verbonnden armen 66a. De vaste armen 66a, de plaat 52 en de verbindingsstang 56 vormen tezamen één drijfarm die vast met het uiteinde 51 van het kokerdeel 5 29 is verbonden. In het buitenste hefbalkdeel 30a is een stuit 70 (zie fig.7) aangebracht. De stuit 70 bestaat in hoofdzaak uit een vast in hefbalkdeel 30a bevestigde plaat die voorzien is van een doorgang die groot genoeg is voor het kunnen laten passeren van de vaste armen 66a 10 maar te klein voor het kunnen laten passeren van de scharnierbare armen 66. Bij het bereiken van de uiterste positie van een kokerdeel 29 op een buitenste hefbalkdeel 30a komen de uiteinden van de scharnierbare armen 66 tegen de stuit 70 en wordt het hefbalkdeel 30a bij verdere 15 verplaatsing van het moerblok 65 langs de spindel 64 om de scharnier-as 67 omhoog gebracht.
De fig.7A,B,C tonen opeenvolgende aanzichten van de ach-20 terzijde van een deel van de hefarm 30 met een kokerdeel 29. In fig.7A en 7B zijn de kokerdelen 29 met de opnee-morganen 23,24 respectievelijk op de onderling kleinste en onderling grootste afstand gebracht. Hiermede is de inrichting aan te passen aan objecten met een groot be-25 reik wat betreft de afstand tussen op te nemen wielen of steunorganen.
Door de spindel 64 verder te verdraaien na het bereiken van de in fig.7B gegeven stand, wordt door het aanliggen 30 van de uiteinden van de scharnierbare armen 66 tegen stuit 70 het buitenste hefbalkdeel 30a omhoog gebracht om de scharnier-as 67 en kan een stand zoals aangegeven in fig.7C, of verder, bereikt worden.

Claims (15)

  1. 2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de instelbare stuurmiddelen een mechanische koppeling omvatten tussen eerste en tweede wielgroepen, waarbij het aangrijpingspunt ten opzichte van het draaipunt of de draai-20 punten van ten minste één wielgroep ingesteld kan worden.
  2. 3. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de instelbare stuurmiddelen detectiemiddelen omvatten voor het detecteren van de hoekverdraaiing van ten minste één 25 van de wielgroepen, de andere wielgroep voorzien is van een stuuraandrijving voor het verdraaien van het wiel .of de wielen en waarbij voorzien is in een regelbaar bestu-ringsorgaan om in afhankelijkheid van het signaal van de detectiemiddelen de stuuraandrijving voor de andere wiel-30 groep aan te sturen.
  3. 4. Inrichting volgens conclusies 1-3, met het kenmerk dat de instelbare regelmiddelen een eerste instellingsbereik hebben zodanig dat de eerste en tweede groep wielen bij 35 aansturing in een zelfde richting verdraaid worden, waarbij de tweede groep wielen over een kleinere hoek ver- -15- dr aaid wordt dan de eerste groep wielen en waarbij de eerste groep wielen bestemd is een buitenste groep wielen te vormen van een samenstel van inrichting en een te verrijden object. 5
  4. 5. Inrichting volgens conclusies 1-3, met het kenmerk dat de instelbare regelmiddelen een tweede instelling of in-stellingsbereik hebben zodanig dat de eerste en tweede groep wielen bij aansturing in tegengestelde richting 10 verdraaid worden.
  5. 6. Inrichting volgens conclusies 1-5, met het kenmerk dat de opneemorganen tussen de eerste en de tweede groep wielen aangebracht zijn.
  6. 7. Inrichting voor het verrijden van ten minste ten dele op wielen staande objecten waarbij de inrichting een gestel omvat voorzien van wielen waarvan ten minste één wiel bestuurbaar is, een aandrijving voor het kunnen ver- 20 rijden van de inrichting, een stuurorgaan, opneemorganen voor het kunnen opnemen van wielen of andere steunorganen van een te verrijden object en hef middelen voor het kunnen heffen en neerlaten van de opneemorganen, met het kenmerk dat de opneemorganen ieder uit twee delen bestaan 25 en waarbij in middelen is voorzien om de delen van de opneemorganen uit elkaar en naar elkaar te kunnen bewegen.
  7. 8. Inrichting volgens één of meer van de conclusies 1-6 en/of 7, met het kenmerk dat een opneemorgaan twee ten 30 opzichte van elkaar scharnierbare helften omvat die in een eerste positie opening bieden voor het kunnen opnemen van een wiel of een ander steundeel en in een tweede positie wiel of steundeel ondersteunen of inklemmen.
  8. 9. Inrichting volgens conclusie 8, met het kenmerk dat de «j O i C: .-·« -16- ! helften bij benadering komvormig zijn of bij benadering de vorm van delen van een kom hebben.
  9. 10. Inrichting volgens conclusies 8-9, met het kenmerk 5 dat de scharnierpunten van de helften gepositioneerd zijn aan één zijde van de middellijn door de helften loodrecht op het symmetrievlak daarvan en dat de uiteinden van de helften die het meest nabij de scharnierpunten zijn gelegen, van een in elkaar grijpende vertanding zijn voor-10 zien, waarvan de afzonderlijke delen concentrisch verlopen met de respectievelijke scharnierpunten.
  10. 11. Inrichting volgens conclusies 8-10, met het kenmerk dat voorzien is in mechanische middelen voor het openen 15 en sluiten van de opneemorganen.
  11. 12. Inrichting volgens conclusies 8-11, met het kenmerk dat voorzien is in een aandrijving voor het openen en sluiten van de opneemorganen. 20
  12. 13. Inrichting volgens conclusies 8-12, met het kenmerk dat de opneemorganen verschuifbaar aangebracht zijn op een gemeenschappelijke hefbalk.
  13. 14. Inrichting volgens conclusies 8-13, met het kenmerk dat de uiteinden van de hefbalk met de opneemorganen scharnierpunten hebben met het middendeel van de hefbalk, zodanig dat de opneemorganen met de uiteinden van de hefbalk opgeklapt kunnen worden. 30
  14. 15. Inrichting volgens conclusies 8-14, met het kenmerk | dat voorzien is in een aandrijving voor het langs de hef- balk kunnen verplaatsen van de opneemorganen.
  15. 16. Inrichting volgens conclusie 15, met het kenmerk dat -17- de aandrijving tevens dient voor het opklappen van de uiteinden van de hefbalk. !
NL1016924A 2000-12-20 2000-12-20 Inrichting voor het verrijden van op wielen staande objecten. NL1016924C2 (nl)

Priority Applications (1)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016924A NL1016924C2 (nl) 2000-12-20 2000-12-20 Inrichting voor het verrijden van op wielen staande objecten.

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016924 2000-12-20
NL1016924A NL1016924C2 (nl) 2000-12-20 2000-12-20 Inrichting voor het verrijden van op wielen staande objecten.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1016924C2 true NL1016924C2 (nl) 2002-06-21

Family

ID=19772610

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1016924A NL1016924C2 (nl) 2000-12-20 2000-12-20 Inrichting voor het verrijden van op wielen staande objecten.

Country Status (1)

Country Link
NL (1) NL1016924C2 (nl)

Cited By (14)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2003034970A1 (en) * 2001-10-26 2003-05-01 Daniel Johnson Hospital bed power-assist
EP1618862A3 (en) * 2004-07-22 2006-04-12 Datex-Ohmeda, Inc. Steering system for medical transport cart
WO2008031155A1 (en) * 2006-09-13 2008-03-20 Peter Raymond March An improved lifting and transportation device
US7389836B2 (en) 2003-09-23 2008-06-24 Dane Industries, Inc. Power-assisted cart retriever with attenuated power output
EP2033610A3 (en) * 2007-09-06 2009-11-04 Holdingselskabet MKR Finans ApS Transport system including a drive unit
US7857342B2 (en) 2005-06-07 2010-12-28 Dane Technologies, Inc. Hitch assembly
NL1038227C2 (nl) * 2010-09-07 2012-03-08 Drogenbroek Jan-Hein Van Verplaatser.
US8360459B2 (en) 2008-04-11 2013-01-29 Dane Technologies, Inc. Cart transporting apparatus
WO2013156030A1 (en) * 2012-04-18 2013-10-24 Mim Holding A/S Transport cart configured to transport beds with wheels
US8684373B2 (en) 2008-09-23 2014-04-01 Dane Technologies, Inc. Cart moving machine
GB2510399A (en) * 2013-02-01 2014-08-06 Mover Holdings Ltd M A wheeled load moving device
US20140299826A1 (en) * 2011-10-12 2014-10-09 Austech & Design Pty Ltd. Lifting and Transporting Device Including Front Load Supporting Castors and Associated Linkage System
US9010771B2 (en) 2009-11-10 2015-04-21 Dane Technologies, Inc. Utility machine with dual-mode steering
US9913771B2 (en) 2011-06-17 2018-03-13 Austech & Design Pty Ltd Lifting and transporting device for wheeled objects including hospital beds

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB364269A (en) * 1930-11-22 1932-01-07 William Gibson Primrose Improvements in means for steering trucks, chairs, beds, and other like manually-wheeled or wheelable articles
DE3711662A1 (de) * 1987-04-07 1988-10-27 Niemetz Hermann Tor Metallbau Hebe- und transportvorrichtung
EP0594876A1 (de) * 1992-10-24 1994-05-04 NIEMETZ-METALL GmbH Hubwagen
US5580207A (en) * 1993-12-21 1996-12-03 Elaut, Naamloze Vennootschap Device for moving beds

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB364269A (en) * 1930-11-22 1932-01-07 William Gibson Primrose Improvements in means for steering trucks, chairs, beds, and other like manually-wheeled or wheelable articles
DE3711662A1 (de) * 1987-04-07 1988-10-27 Niemetz Hermann Tor Metallbau Hebe- und transportvorrichtung
EP0594876A1 (de) * 1992-10-24 1994-05-04 NIEMETZ-METALL GmbH Hubwagen
US5580207A (en) * 1993-12-21 1996-12-03 Elaut, Naamloze Vennootschap Device for moving beds

Cited By (21)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
WO2003034970A1 (en) * 2001-10-26 2003-05-01 Daniel Johnson Hospital bed power-assist
US6871714B2 (en) 2001-10-26 2005-03-29 Daniel Johnson Hospital bed power-assist
US7219754B2 (en) 2001-10-26 2007-05-22 Dane Industries, Inc. Hospital bed power-assist
US7389836B2 (en) 2003-09-23 2008-06-24 Dane Industries, Inc. Power-assisted cart retriever with attenuated power output
EP1618862A3 (en) * 2004-07-22 2006-04-12 Datex-Ohmeda, Inc. Steering system for medical transport cart
US7857342B2 (en) 2005-06-07 2010-12-28 Dane Technologies, Inc. Hitch assembly
WO2008031155A1 (en) * 2006-09-13 2008-03-20 Peter Raymond March An improved lifting and transportation device
US8127870B2 (en) 2006-09-13 2012-03-06 Austech & Design Pty Ltd Lifting and transportation device
EP2033610A3 (en) * 2007-09-06 2009-11-04 Holdingselskabet MKR Finans ApS Transport system including a drive unit
US8360459B2 (en) 2008-04-11 2013-01-29 Dane Technologies, Inc. Cart transporting apparatus
US8684373B2 (en) 2008-09-23 2014-04-01 Dane Technologies, Inc. Cart moving machine
US9010771B2 (en) 2009-11-10 2015-04-21 Dane Technologies, Inc. Utility machine with dual-mode steering
NL1038227C2 (nl) * 2010-09-07 2012-03-08 Drogenbroek Jan-Hein Van Verplaatser.
US9913771B2 (en) 2011-06-17 2018-03-13 Austech & Design Pty Ltd Lifting and transporting device for wheeled objects including hospital beds
US20140299826A1 (en) * 2011-10-12 2014-10-09 Austech & Design Pty Ltd. Lifting and Transporting Device Including Front Load Supporting Castors and Associated Linkage System
EP2766295A4 (en) * 2011-10-12 2015-06-10 Austech & Design Pty Ltd LIFTING AND TRANSPORT DEVICE WITH FRONTABLE CASTOR TANKS AND CONNECTION SYSTEM THEREFOR
US9919906B2 (en) * 2011-10-12 2018-03-20 Austech & Design Pty Ltd Lifting and transporting device including front load supporting castors and associated linkage system
WO2013156030A1 (en) * 2012-04-18 2013-10-24 Mim Holding A/S Transport cart configured to transport beds with wheels
US20150136498A1 (en) * 2012-04-18 2015-05-21 Mim Holding A/S Transport cart configured to transport beds with wheels
GB2510399A (en) * 2013-02-01 2014-08-06 Mover Holdings Ltd M A wheeled load moving device
WO2014118491A1 (en) * 2013-02-01 2014-08-07 M-Mover Holdings Limited An apparatus for moving a load

Similar Documents

Publication Publication Date Title
NL1016924C2 (nl) Inrichting voor het verrijden van op wielen staande objecten.
NL1026282C2 (nl) Rolstoel met mechanische arm.
EP0486413B1 (fr) Machine de récolte, notamment faucheuse, pouvant être amenée aisément d'une position de travail dans une position de transport
JP5320397B2 (ja) 中央車輪駆動式車両、特に車椅子又は起立式車椅子
US6530445B1 (en) Variable wheelbase personal mobility vehicle
US5899055A (en) Pull type rake
US5320412A (en) Adjustable chair
HU202346B (en) Mower
US6752684B1 (en) Radio controlled toy vehicle with transforming body
US20060076152A1 (en) Travelling soil cultivation appliance, especially a lawnmower
US6015189A (en) Adjustable chair
CA2329633C (fr) Ensemble bidirectionnel de guidage le long d'un rail autorisant un deport lateral pour un essieu routier
FR2526263A1 (fr) Ensemble articule de support d'outils pour machine agricole
FR2797418A1 (fr) Suspension de roue d'un vehicule automobile
EP0799730B1 (fr) Système de remorquage pour au moins un véhicule tracteur et un véhicule tracté et véhicule automobile pouvant être utilisé dans ce système
US5207739A (en) Collapsible guide rod assembly for a tractor guidance system
EP0653343B1 (fr) Installation de commande de l'orientation des roues arrière d'une remorque
NL1015750C2 (nl) Onderstel voor een vervoermiddel, alsmede een rolstoel voorzien van een dergelijk onderstel.
EP2403463B1 (en) Motorized wheelchair with anti-tip wheels
EP0274299B1 (fr) Système d'attelage à une charrue brabant d'un appareil agricole à remorquer
EP0395719B1 (en) A vertically adjustable wheel chair
EP1021942B1 (fr) Pulvériseur agricole
GB2144312A (en) Mounted or semi-mounted rotary plough
FR2662898A2 (fr) Pulverisateur a disques a cadre autoporteur comportant un systeme d'articulation des trains de disques a orientation longitudinale pour le transport sur route.
NL8901273A (nl) Bed.

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20060701