NL1016207C2 - Samenstel van een naald en een flu´dumtoevoerinrichting, alsmede een naald, een injectiespuit, een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie, en een werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting. - Google Patents

Samenstel van een naald en een flu´dumtoevoerinrichting, alsmede een naald, een injectiespuit, een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie, en een werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting. Download PDF

Info

Publication number
NL1016207C2
NL1016207C2 NL1016207A NL1016207A NL1016207C2 NL 1016207 C2 NL1016207 C2 NL 1016207C2 NL 1016207 A NL1016207 A NL 1016207A NL 1016207 A NL1016207 A NL 1016207A NL 1016207 C2 NL1016207 C2 NL 1016207C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
needle
coupling means
nozzle
cam
syringe
Prior art date
Application number
NL1016207A
Other languages
English (en)
Inventor
Christiaan Johannes Snijders
Cathelijne Dine Augustijn
Wilhelmus Sigebertus Corne Pol
Original Assignee
Univ Erasmus
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Univ Erasmus filed Critical Univ Erasmus
Priority to NL1016207A priority Critical patent/NL1016207C2/nl
Priority to ES01981154T priority patent/ES2254513T3/es
Priority to AT01981154T priority patent/ATE311219T1/de
Priority to AU2002212814A priority patent/AU2002212814A1/en
Priority to DE60115483T priority patent/DE60115483T2/de
Priority to EP01981154A priority patent/EP1322376B1/en
Priority to PCT/NL2001/000690 priority patent/WO2002022201A1/en
Priority to US10/472,137 priority patent/US7651480B2/en
Priority to CA002431140A priority patent/CA2431140C/en
Application granted granted Critical
Publication of NL1016207C2 publication Critical patent/NL1016207C2/nl

Links

Classifications

    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M5/00Devices for bringing media into the body in a subcutaneous, intra-vascular or intramuscular way; Accessories therefor, e.g. filling or cleaning devices, arm-rests
    • A61M5/178Syringes
    • A61M5/31Details
    • A61M5/32Needles; Details of needles pertaining to their connection with syringe or hub; Accessories for bringing the needle into, or holding the needle on, the body; Devices for protection of needles
    • A61M5/34Constructions for connecting the needle, e.g. to syringe nozzle or needle hub
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M2205/00General characteristics of the apparatus
    • A61M2205/60General characteristics of the apparatus with identification means
    • A61M2205/6045General characteristics of the apparatus with identification means having complementary physical shapes for indexing or registration purposes
    • AHUMAN NECESSITIES
    • A61MEDICAL OR VETERINARY SCIENCE; HYGIENE
    • A61MDEVICES FOR INTRODUCING MEDIA INTO, OR ONTO, THE BODY; DEVICES FOR TRANSDUCING BODY MEDIA OR FOR TAKING MEDIA FROM THE BODY; DEVICES FOR PRODUCING OR ENDING SLEEP OR STUPOR
    • A61M5/00Devices for bringing media into the body in a subcutaneous, intra-vascular or intramuscular way; Accessories therefor, e.g. filling or cleaning devices, arm-rests
    • A61M5/178Syringes
    • A61M5/31Details
    • A61M5/32Needles; Details of needles pertaining to their connection with syringe or hub; Accessories for bringing the needle into, or holding the needle on, the body; Devices for protection of needles
    • A61M5/3293Needles; Details of needles pertaining to their connection with syringe or hub; Accessories for bringing the needle into, or holding the needle on, the body; Devices for protection of needles characterised by features of the needle hub

Landscapes

  • Health & Medical Sciences (AREA)
  • Vascular Medicine (AREA)
  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Anesthesiology (AREA)
  • Biomedical Technology (AREA)
  • Heart & Thoracic Surgery (AREA)
  • Hematology (AREA)
  • Life Sciences & Earth Sciences (AREA)
  • Animal Behavior & Ethology (AREA)
  • General Health & Medical Sciences (AREA)
  • Public Health (AREA)
  • Veterinary Medicine (AREA)
  • Infusion, Injection, And Reservoir Apparatuses (AREA)
  • Loading And Unloading Of Fuel Tanks Or Ships (AREA)
  • Feeding, Discharge, Calcimining, Fusing, And Gas-Generation Devices (AREA)

Description

Titel: Samenstel van een naald en een flmdumtoevoerinrichting, alsmede een naald, een injectiespuit, een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie, en een werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting.
De uitvinding heeft betrekking op een samenstel van een naald en een flmdumtoevoerinrichting, waarbij de naald is voorzien van naaldkoppelmiddelen, waarbij de toevoerinrichting is voorzien van een spuitmond, waarbij de naaldkoppelmiddelen een gestandaardiseerde 5 constructie omvatten met gestandaardiseerde afmetingen volgens de Luer norm.
. Een dergelijk samenstel is uit de praktijk bekend, en wordt gebruikt om een medicijn aan een patiënt toe te dienen. Daarbij wordt het medicijn met behulp van de fluïdumtoevoerinrichting via de naald in een 10 toedieningslocatie van de patiënt gebracht. De toevoerinrichting kan bijvoorbeeld een injectiespuit omvatten die direct met de spuitmond aan de naaldkoppelmiddelen van de naald kan worden gekoppeld. Een dergelijke injectiespuit kan ook indirect met behulp van bijvoorbeeld een fluïdumbuis-of slang, die eveneens van een spuitmond is voorzien, in fluïdumverbinding 15 worden gebracht met de naaldkoppelmiddelen. Op laatsgenoemde wijze kan ook een fluïdumreservoir zoals een infuus in fluïdumverbinding met de naald worden gebracht. Het bekende samenstel kan worden gebruikt in combinatie met andere, optioneel te gebruiken middelen, bijvoorbeeld optreknaalden, filters, regelmiddelen zoals kranen, en aansluitmiddelen die 20 zijn ingericht om verscheidene fluïdumreservoirs in fluïdumverbinding met één naald te brengen. Daartoe zijn deze middelen ook voorzien van de gestandaardiseerde constructie met gestandaardiseerde afmetingen volgens de Luer norm, zodat ze onderling uitwisselbaar kunnen samenwerken met de naaldkoppelmiddelen. Volgens bovengenoemde Luer norm omvatten de 25 koppelmiddelen conische fittingen welke zijn voorzien van een 6% conus zoals wordt beschreven in de NEN-ISO 594-1 norm.
1n t ^ολ7 i' 2
Het gebruik van het bekende samenstel omvat verschillende handelingen. Eerst wordt de toevoerinrichting gevuld met fluïdum dat bijvoorbeeld een medicijn bevat. Het vullen wordt doorgaans door een apotheker of apothekersassistent in een apotheek verricht. Vervolgens kan 5 het medicijn worden toegediend, hetgeen bijvoorbeeld in een steriele behandelingsruimte of operatiekamer van een ziekenhuis geschiedt. Het toedienen wordt doorgaans door speciaal opgeleid personeel, zoals artsen of verpleegkundigen, uitgevoerd. Ten behoeve van het toedienen van het medicijn wordt de naald in een vooraf bepaalde toedieningslocatie van de 10 patiënt aangebracht. Vervolgens wordt de toevoerinrichting in fluïdumverbinding gebracht met deze naald via de naaldkoppelmiddelen. Tenslotte kan fluïdum met het medicijn op de gewenste plaats in de patiënt worden gebracht door bediening van de toevoerinrichting. Een toedieningslocatie kan bijvoorbeeld een intramusculaire, intraveneuze of 15 intraneurale, dat wil zeggen tenminste een intrathecale of intradurale locatie omvatten, hetgeen overeenkomt met toediening in een spier, ader, respectievelijk het zenuwstelsel. Intraneurale toediening kan bijvoorbeeld intrathecaal geschieden waarbij doorgaans een lumbaalpunctienaald wordt gebruikt.
20 Nadeel van dit bekende samenstel is, dat het voor elke toedieningslocatie bruikbaar is. Derhalve kan de situatie ontstaan dat een medicijn, dat bestemd is om in een eerste toedieningslocatie van de patiënt te worden ingebracht, per abuis in een andere toedieningslocatie wordt ingebracht. Een dergelijke vergissing kan ernstige, tot fatale gevolgen met 25 zich meebrengen. Een van de meest beruchte toedieningsfouten omvat het intraneuraal toedienen van het intraveneus toe te dienen medicijn vincristine. Een kind dat aan leukemie lijdt kan worden onderworpen aan een chemotherapeutische behandeling, waarbij dat medicijn vincristine volgens een bepaald behandelingsprotocol op dezelfde dag dient te worden 30 toegediend als een tweede, intraneuraal toe te dienen medicijn. Daarbij 1016207 .
3 komt het voor, dat de twee verschillende medicijnen met elkaar worden verwisseld, zodat vincristine intraneuraal wordt toegediend, en het kind kan overlijden. Het verwisselen van intraneuraal en intraveneus toe te dienen medicijnen kan reeds tijdens het vullen van de 5 fluïdumtoevoerinrichting zijn geschied, of kan tijdens het toedienen in de behandelingsruimte geschieden.
Een voorstel tot oplossing voor dit verwisselings-probleem is uit een artikel van R.A. Anderson et al., gepubliceerd in het vakblad "Medical and Pediatrie Oncology" 1999, pagina 401 en 402 van editie 32, bekend.
10 Daarbij wordt het koppelmiddel van een injectiespuit voorzien van een losmaakbaar markeringselement om aan te geven dat de injectiespuit een medicijn bevat dat tijdens toediening alleen intraneuraal mag worden toegediend. Nadeel van dit voorstel is, dat verschillende apothekers, artsen en/of verpleegkundigen van verschillende apotheken, respectievelijk 15 ziekenhuizen er in de praktijk verschillende afspraken op na houden wat de betekenis is van een dergelijke markering. Zo kan een ander de markering juist gebruiken om aan te geven dat de injectiespuit een medicijn, bestemd voor niet-intraneurale toediening, bevat.
Volgens hetzelfde artikel is een tweede oplossing, zowel de 20 naaldkoppelmiddelen van de naald als de spuitmond van de injectiespuit te voorzien van een niet-genormaliseerde, speciale vorm of afmeting, zodanig dat samenwerking met een spuitmond, respectievelijk naaldkoppelmiddelen met gestandaardiseerde constructie en afmetingen volgens de Luer norm, onmogelijk is. Daardoór is tijdens toediening geen verwisseling tussen twee 25 medicijnen meer mogelijk, althans wanneer de verschillende spuiten correct zijn gevuld met de verschillende medicijnen. Deze oplossing brengt het nadeel met zich mee, dat optioneel te gebruiken middelen met een gestandaardiseerde constructie en afmetingen volgens de Luer norm, zoals optreknaalden, filters en dergelijke, niet met deze aangepaste 30 naaldkoppelmiddelen en spuitmonden kunnen samenwerken. Daardoor 1Λ1«9Π7 i 4 dienen dergelijke gestandaardiseerde behandelingsmiddelen voor gebruik met dergelijke naalden en spuiten te worden vervangen door nieuwe behandelingsmiddelen met aangepaste koppel-constructies, hetgeen relatief hoge vervangingskosten met zich meebrengt.
5 De onderhavige uitvinding beoogt de genoemde nadelen van het samenstel op te lossen met behoud van de voordelen daarvan. Derhalve verschaft de uitvinding een samenstel, waarbij de kans dat in gebruik een medicijn, bestemd voor niet-intraneurale toediening, abusievelijk via de naald intra-thecaal wordt toegediend, zeer klein is. Voorts kunnen de naald 10 en toedieningsinrichting volgens de uitvinding worden gebruikt in combinatie met een aantal andere, volgens de Luer norm gestandaardiseerde behandelingsmiddelen.
Hiertoe wordt het samenstel volgens de uitvinding gekenmerkt, doordat de naaldkoppelmiddelen tevens een nok omvatten, die plaatsing 15 van de naald op een toevoerinrichting met een spuitmond die is ingericht voor samenwerking met naaldkoppelmiddelen met gestandaardiseerde constructie en afmetingen volgens de Luer norm, onmogelijk maakt, waarbij de spuitmond van de toevoerinrichting is verlengd ten opzichte van een gestandaardiseerde spuitmond, zodanig dat de naaldkoppelmiddelen met 20 nok wel koppelbaar zijn met de verlengde spuitmond.
Zo kunnen een aantal behandelingsmiddelen nog met de naaldkoppelmiddelen en verlengde spuitmond samenwerken, terwijl is verhinderd dat een spuitmond die is ingericht voor samenwerking met naaldkoppelmiddelen met gestandaardiseerde constructie en afmetingen 25 volgens de Luer norm, met de naaldkoppelmiddelen kan samenwerken. Het samenstel is bestemd om te worden gebruikt om slechts een of een aantal medicijnen in één bepaalde toedieningslocatie toe te dienen, en is bij uitstek geschikt voor intraneurale toediening omdat eenvoudig kan worden voorkomen dat abusievelijk een niet-intraneuraal toe te dienen medicijn 30 toch intraneuraal wordt toegediend.
10 16207 5
De uitvinding heeft verder betrekking op een naald voorzien van naaldkoppelmiddelen, waarbij de naaldkoppelmiddelen een gestandaardiseerde constructie omvatten met gestandaardiseerde afmetingen volgens de Luer norm, gekenmerkt doordat de 5 naaldkoppelmiddelen tevens een nok omvatten, die plaatsing van de naald op een toevoerinrichting met een spuitmond die is ingericht voor samenwerking met naaldkoppelmiddelen met gestandaardiseerde constructie en afmetingen volgens de Luer norm, onmogelijk maakt.
Door gebruik van deze naald voor toediening in één bepaalde 10 toedieningslocatie, kan worden voorkomen dat een medicijn, bestemd voor toediening in een andere toedieningslocatie, door middel van de toevoerinrichting met een spuitmond die is ingericht voor samenwerking met naaldkoppelmiddelen met gestandaardiseerde constructie en afmetingen bij vergissing via de naald wordt toegediend.
15 Daarnaast verschaft de uitvinding een injectiespuit voorzien van een spuitmond, gekenmerkt doordat de spuitmond van de injectiespuit is verlengd ten opzichte van een gestandaardiseerde spuitmond volgens de Luer norm, zodanig dat de verlengde spuitmond koppelbaar zijn met naaldkoppelmiddelen van een naald volgens de uitvinding.
20 Deze injectiespuit kan wel samenwerken met de naald die is voorzien van naaldkoppelmiddelen die de genoemde nok omvatten, zodat met deze spuit een medicijn via die naald aan een patiënt kan worden toegediend. De injectiespuit is derhalve bij voorkeur bestemd om te worden gevuld met een intra-neuraal toe te dienen medicijn. Bovendien kan de 25 spuitmond van de spuit samenwerken met gestandaardiseerde middelen zoals optreknaalden, voorzien van een koppel-constructie volgens de Luer norm.
Door de naaldkoppelmiddelen te voorzien van een nok kan derhalve op elegante wijze worden bereikt dat het voor een gebruiker 30 zonneklaar is dat de naaldkoppelmiddelen niet met een gestandaardiseerde 1n 1fi207 6
Luer spuitmond kunnen samenwerken, terwijl bij samenwerking van de naalkoppelmiddelen met een aangepaste, verlengde spuitmond nog wel gebruik kan worden gemaakt van de genormaliseerde technologie van de Luerkoppeling, in het bijzonder de 6% conus. Hierdoor kan voor alle 5 componenten van het samenstel gebruik worden gemaakt van beproefde technologie, zodat het samenstel volgens de uitvinding met relatief lage kosten kan worden geïmplementeerd en door gebruikers snel en probleemloos kan worden geaccepteerd. Wanneer in de apotheek de spuit met het juiste geneesmiddel is voorbereid, kan nu worden vermeden dat het 10 geneesmiddel op een verkeerde toedieningslocatie wordt toegediend.
Tevens heeft de uitvinding betrekking op een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie om een neurale vloeistof zoals cerebrospinale vloeistof naar een opvangreservoir af te voeren, gekenmerkt doordat een naald voorzien van naaldkoppelmiddelen die een gootvormige 15 nok omvatten, wordt ingebracht en zodanig wordt vastgehouden dat de cerebrospinale vloeistof vanuit de naald en naaldkoppelmiddelen door de gootvormige nok kan stromen en vervolgens in het opvangreservoir wordt op gevangen.
Voorts verschaft de uitvinding een werkwijze voor het voor 20 intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting, waarbij een naald met een koppelmiddel wordt gekoppeld met een injectiespuit, gekenmerkt doordat de injectiespuit met een relatief lange spuitmond met het koppelmiddel wordt gekoppeld, in fluidumdichte samenwerking, waarbij de spuitmond een nok van het koppelmiddel passeert, welke nok de 25 spuitmond van een standaard injectiespuit op afstand van het koppelmiddel houdt, zodanig dat bij gebruik van een standaard injectiespuit met het koppelmiddel geen fluïdumdichte verbinding tussen de naald en de injectiespuit kan worden verkregen.
Door volgens deze werkwijze de inbrenginrichting voor te bereiden 30 kan worden voorkomen dat een niet-intraneuraal toe te dienen medicijn dat 1 O 1 f>9D7 7 zich bevindt in een standaard injectiespuit, toch intraneuraal wordt toegediend, hetgeen fatale gevolgen met zich mee kan brengen.
Nadere voordelige uitwerkingen van de uitvinding zijn beschreven in de volgconclusies.
5 De uitvinding zal nader worden toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld en de begeleidende tekening.
Figuur 1 toont een bovenaanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een naald; figuur 2 toont een doorsnede-aanzicht over lijn II-II van het in 10 figuur 1 weergegeven vooraanzicht bovenaanzicht; figuur 3 toont een vooraanzicht van het in figuur 1 weergegeven bovenaanzicht; figuur 4 toont een zijaanzicht van het in figuur 3 weergegeven vooraanzicht; 15 figuur 5 toont een vooraanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een injectiespuit voorzien van een niet-verlengde spuitmond; figuur 6 toont een vooraanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een injectiespuit voorzien van een verlengde spuitmond; figuur 7 toont detail A van het in figuur 6 weergegeven 20 vooraanzicht; figuur 8 toont een zijaanzicht van het in figuur 6 weergegeven vooraanzicht; figuur 9 toont een bovenaanzicht van een uitvoeringsvoorbeeld van een deel van een stilet met een aanslag; 25 figuur 10 toont een doorsnede-aanzicht over lijn X-X van het in figuur 9 weergegeven bovenaanzicht; figuur 11 toont een vooraanzicht van het in figuur 9 weergegeven bovenaanzicht; figuur 12 toont een zijaanzicht van het in figuur 11 weergegeven 30 vooraanzicht;
In ifi?n7 8 figuur 13 toont een gedeeltelijk opengewerkt vooraanzicht van de injectiespuit voorzien van een niet-verlengde spuitmond die zich in een naar de naald toe bewogen stand bevindt; en figuur 14 toont een dergelijk vooraanzicht als figuur 13 van de 5 injectiespuit voorzien van een verlengde spuitmond die zich in een met de naald samenwerkende stand bevindt.
Het uitvoeringsvoorbeeld omvat een samenstel dat bestemd is om een medicijn dat zich in een fluïdum bevindt, aan een patiënt toe te dienen. Het samenstel is voorzien van een holle naald 1 en een injectiespuit 7. De 10 naald 1 is aangebracht in een aanzetstuk 2 dat is ingericht als een naaldkoppelmiddel volgens de Luer norm. Een conisch verlopende koppelopening 3 van dit aanzetstuk 2 staat via een fluïdumkanaal 4 in fluïdum verbinding met de naald 1. Om in axiale richting ruimte te besparen is de conusvormige opneemopening 3 inwendig in het aanzetstuk 15 opgenomen. Op een van de naald 1 afgekeerde zijde van het aanzetstuk 2 bevindt zich een afhoudnok 5. Verder bevindt zich in dezelfde zijde van het aanzetstuk 2 een positioneringsuitsparing 6, die is bestemd om in gebruik een positioneringsnok 13 van een stilet 11 op te nemen ten behoeve van het positioneren van het stilet 11 in de naald 1.
20 Figuren 5 en 6 tonen een injectiespuit 7a, respectievelijk 7b voorzien van een niet-verlengde, respectievelijk een verlengde, volgens de Luer norm conisch verlopende spuitmond 9a, respectievelijk 9b. Elke injectiespuit 7a, 7b omvat een fluïdumreservoir 8. Een fluïdumdoorgang 10 strekt zich vanaf het fluïdumreservoir 8 via het mondstuk 9a, 9b naar een 25 omgeving uit. Het verschil in lengte tussen de mondstukken 9a, 9b is met pijl L weergegeven.
De in de figuren weergegeven naald 1 en de injectiespuit 7b zijn bestemd voor toediening van een medicijn in slechts één bepaalde toedieningslocatie, en bij voorkeur alleen voor intraneurale toediening.
30 Zoals in figuur 13 is weergegeven, verhindert de afhoudnok 5 dat de 1016207 9 injectiespuit 7a die is voorzien van een niet-verlengde spuitmond 9b, in fluidumdichte samenwerking met het aanzetstuk 2 van de naald 1 kan worden gebracht. Alleen de injectiespuit 7b met de verlengde spuitmond 9b past op het aanzetstuk 2, waarbij het conische spuitmondstuk 9b 5 nauwsluitend in de conische koppelopening 3 van het aanzetstuk 2 is geschoven. Doordat eerstgenoemde injectiespuit 7a niet past op het weergegeven aanzetstuk 2, is voorkomen dat een voor een andere toedieningslocatie bestemd medicijn waarmee de spuit 7a is gevuld, abusievelijk toch via de naald 1 wordt toegediend. Bijkomend voordeel van 10 het samenstel is, dat het samenstel ook kan worden gebruikt in combinatie met een aantal andere behandelingsmiddelen. Zo kan de verlengde spuitmond 9b van de spuit 7b gebruikt worden met een niet weergegeven optreknaald die is voorzien van een koppel-constructie volgens de Luer norm.
15 De naald 1 kan voorts worden gebruikt om een intraneurale punctie uit te voeren om een neurale vloeistof zoals cerebrospinale vloeistof naar een opvangreservoir af te voeren. Daarbij kan de naald 1 worden ingebracht en zodanig worden vastgehouden, dat de cerebrospinale vloeistof via de naald 1 en het aanzetstuk 2 naar de afhoudnok 5 kan stromen.
20 Aangezien de nok 5 gootvormig is, kan de vloeistof door de nok 5 stromen en worden afgevoerd naar het opvangreservoir dat onder het stroomafwaartse uiteinde van de nok 5 wordt gehouden.
Tijdens het aanbrengen van de naald, en/of tijdens uitvoeren van een dergelijke punctie, is doorgaans een stilet 11 in de naald 1 aangebracht, 25 hetwelk in figuren 9-12 is weergegeven. Het stilet 11 voorkomt dat verontreinigingen in de naald 1 terecht kunnen komen tijdens het aanbrengen van de naald 1 in de patiënt. Hiertoe is het stilet 11 zodanig uitgevoerd dat het door de naald 1 kan worden gestoken om de naaldbinnenruimte af te sluiten. Een uiteinde van het stilet 11 is voorzien 30 van een aanslag 12. Deze aanslag 12 omvat een cilindrische uitsparing 14, 10 16207 Γ 10 en is aan een naar het stilet toegekeerde zijde voorzien van de genoemde positioneringsnok 13. Het stilet 11 kan in de naald 1 worden gepositioneerd met behulp van de positioneringsnok- 13 en uitsparing 6. Na het aanbrengen van de naald 1 kan het stilet 11 weer uit de naald 1 worden 5 verwijderd.
Het spreekt vanzelf dat de uitvinding niet is beperkt tot het beschreven uitvoeringsvoorbeeld, maar diverse wijzigingen zijn mogelijk binnen het raam van de uitvinding.
1n 1 K?n7 ,

Claims (12)

1. Samenstel van een naald en een fluïdumtoevoerinrichting, waarbij de naald is voorzien van naaldkoppelmiddelen, waarbij de toevoerinrichting is voorzien van een spuitmond, waarbij de naaldkoppelmiddelen een gestandaardiseerde constructie omvatten met gestandaardiseerde 5 inwendige afmetingen volgens de Luer norm, met het kenmerk, dat de naaldkoppelmiddelen (2) tevens een nok (5) omvatten, die plaatsing van de naald (1) op een toevoerinrichting (7a) met een spuitmond (9a) die is ingericht voor samenwerking met naaldkoppelmiddelen met gestandaardiseerde constructie en afmetingen volgens de Luer norm, 10 onmogelijk maakt, waarbij de spuitmond (9b) van de toevoerinrichting (7b) is verlengd ten opzichte van een gestandaardiseerde spuitmond (9a), zodanig dat de naaldkoppelmiddelen (2) met nok (5) wel koppelbaar zijn met de verlengde spuitmond (9b).
2. Samenstel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de spuitmond 15 (9b) zich uitstrekt vanaf een fluïdumreservoir (8) van de toevoerinrichting (7b), waarbij de lengte van de spuitmond (9b) vanaf het vrije uiteinde tot het reservoir (8) meer dan circa 10 mm bedraagt, bij voorkeur tenminste 153 mm, waarbij de lengte van de nok (5) vanaf het koppeldeel (2) tot aan het vrije uiteinde van de nok (5) tenminste circa 6 mm bedraagt.
3. Samenstel volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat de nok (5) zich uitstrekt langs een omtrek van een koppelopening (3) van de naaldkoppelmiddelen (2) die is ingericht voor samenwerking met de verlengde spuitmond (9b), waarbij de nok (5) zich ten hoogste langs de helft van de genoemde omtrek uitstrekt.
4. Samenstel volgens één der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de nok (5) zodanig gootvormig is uitgevoerd, dat in gebruik fluïdum afkomstig uit de naald (1) en de naaldkoppelmiddelen (2) via de l01fi?n7 gootvormige nok (5) naar een omgeving kan worden afgevoerd ten behoeve van het opvangen van het fluïdum.
5. Naald voorzien van naaldkoppelmiddelen, waarbij de naaldkoppelmiddelen een gestandaardiseerde constructie omvatten met 5 gestandaardiseerde afmetingen volgens de Luer norm, met het kenmerk, dat de naaldkoppelmiddelen (2) tevens een nok (5) omvatten, die plaatsing van de naald (1) op een toevoerinrichting (7a) met een spuitmond (9a) die is ingericht voor samenwerking met naaldkoppelmiddelen met gestandaardiseerde constructie en afmetingen volgens de Luer norm, 10 onmogelijk maakt.
6. Naald volgens conclusie 5, met het kenmerk, dat de lengte van de nok (5) vanaf het koppeldeel (2) tot aan het vrije uiteinde van de nok (5) tenminste circa 6 mm bedraagt.
7. Naald volgens conclusie 5 of 6, met het kenmerk, dat de nok (5) 15 zich uitstrekt langs een omtrek van een koppelopening (3) van de naaldkoppelmiddelen (2) die is ingericht voor samenwerking met de verlengde spuitmond (9b), waarbij de nok (5) zich ten hoogste langs de helft van de genoemde omtrek uitstrekt.
8. Naald volgens één der conclusies 5-7, met het kenmerk, dat de nok 20 (5) zodanig gootvormig is uitgevoerd dat in gebruik fluïdum afkomstig uit de naald (1) en de naaldkoppelmiddelen (2) via de gootvormige nok (5) naar een omgeving kan worden afgevoerd.
9. Injectiespuit voorzien van een spuitmond, met het kenmerk, dat de spuitmond (9b) van de injectiespuit is verlengd ten opzichte van een 25 gestandaardiseerde spuitmond (9a) volgens de Luer norm, zodanig dat de verlengde spuitmond (9b) koppelbaar is met naaldkoppelmiddelen (2) van een naald (1) volgens één der conclusie 5-8.
10. Injectiespuit volgens conclusie 9, met het kenmerk, dat de lengte van de spuitmond (9b) vanaf het vrije uiteinde tot het reservoir (8) meer dan 30 circa 10 mm bedraagt, bij voorkeur tenminste 13 mm. 1016207 ;
11. Werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie om een neurale vloeistof zoals cerebrospinale vloeistof naar een opvangreservoir af te voeren, met het kenmerk, dat een naald (1) voorzien van naaldkoppelmiddelen (2) die een gootvormige nok (5) omvatten, wordt 5 ingebracht en zodanig wordt vastgehouden dat de cerebrospinale vloeistof vanuit de naald (1) en naaldkoppelmiddelen (2) door de gootvormige nok (5) kan stromen en vervolgens in het opvangreservoir wordt opgevangen.
12. Werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting, waarbij een naald met een koppelmiddel wordt 10 gekoppeld met een injectiespuit, met het kenmerk, dat de injectiespuit (7b) met een relatief lange spuitmond (9b) met het koppelmiddel (2) wordt gekoppeld, in fluidumdichte samenwerking, waarbij de spuitmond (9b) een nok (5) van het koppelmiddel (2) passeert, welke nok (5) de spuitmond (9a) van een standaard injectiespuit (7a) op afstand van het koppelmiddel (2) 15 houdt, zodanig dat bij gebruik van een standaard injectiespuit (7a) met het koppelmiddel (2) geen fluidumdichte verbinding tussen de naald (1) en de injectiespuit (7a) kan worden verkregen. 1oifi?n7 ,
NL1016207A 2000-09-15 2000-09-15 Samenstel van een naald en een flu´dumtoevoerinrichting, alsmede een naald, een injectiespuit, een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie, en een werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting. NL1016207C2 (nl)

Priority Applications (9)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016207A NL1016207C2 (nl) 2000-09-15 2000-09-15 Samenstel van een naald en een flu´dumtoevoerinrichting, alsmede een naald, een injectiespuit, een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie, en een werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting.
ES01981154T ES2254513T3 (es) 2000-09-15 2001-09-17 Conjunto de una aguja y un dispositivo de suministro de fluido.
AT01981154T ATE311219T1 (de) 2000-09-15 2001-09-17 Anordung umfassend eine nadel und eine vorrichtung zur verabreichung eines fluids
AU2002212814A AU2002212814A1 (en) 2000-09-15 2001-09-17 Assembly of a needle and a fluid supply device and methods of their use
DE60115483T DE60115483T2 (de) 2000-09-15 2001-09-17 Anordung umfassend eine nadel und eine vorrichtung zur verabreichung eines fluids
EP01981154A EP1322376B1 (en) 2000-09-15 2001-09-17 Assembly of a needle and a fluid supply device
PCT/NL2001/000690 WO2002022201A1 (en) 2000-09-15 2001-09-17 Assembly of a needle and a fluid supply device and methods of their use
US10/472,137 US7651480B2 (en) 2000-09-15 2001-09-17 Assembly of a needle and a fluid supply device and methods of their use
CA002431140A CA2431140C (en) 2000-09-15 2001-09-17 Assembly of a needle and a fluid supply device and methods of their use

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1016207A NL1016207C2 (nl) 2000-09-15 2000-09-15 Samenstel van een naald en een flu´dumtoevoerinrichting, alsmede een naald, een injectiespuit, een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie, en een werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting.
NL1016207 2000-09-15

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1016207C2 true NL1016207C2 (nl) 2002-03-18

Family

ID=19772102

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1016207A NL1016207C2 (nl) 2000-09-15 2000-09-15 Samenstel van een naald en een flu´dumtoevoerinrichting, alsmede een naald, een injectiespuit, een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie, en een werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting.

Country Status (9)

Country Link
US (1) US7651480B2 (nl)
EP (1) EP1322376B1 (nl)
AT (1) ATE311219T1 (nl)
AU (1) AU2002212814A1 (nl)
CA (1) CA2431140C (nl)
DE (1) DE60115483T2 (nl)
ES (1) ES2254513T3 (nl)
NL (1) NL1016207C2 (nl)
WO (1) WO2002022201A1 (nl)

Families Citing this family (2)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US20050154368A1 (en) * 2003-11-21 2005-07-14 Vasogen Ireland Limited Medical material handling systems
WO2009095735A1 (en) * 2008-01-30 2009-08-06 Becton Dickinson France Dose dividing delivery device

Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2072288A (en) * 1980-03-11 1981-09-30 Smiths Industries Ltd Connectors for tubing
US5286067A (en) * 1990-08-16 1994-02-15 Pradip Choksi Taper fitting with protective skirt
EP0701837A1 (en) * 1994-09-16 1996-03-20 Becton, Dickinson and Company Threaded connector for a medical device
WO1998010808A2 (en) * 1996-09-10 1998-03-19 Sherwood Medical Company Suction control valve with audible signal and multiple paths

Family Cites Families (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
ES2074012B1 (es) * 1993-08-17 1996-03-16 Teixidor Pere Arques Canula de puncion intravascular con mecanismo automatico anti-reflujo sanguineo
US5830188A (en) * 1996-12-11 1998-11-03 Board Of Regents, The University Of Texas System Curved cannula for continuous spinal anesthesia
IT1298087B1 (it) * 1998-01-08 1999-12-20 Fiderm S R L Dispositivo per il controllo della profondita' di penetrazione di un ago, in particolare applicabile ad una siringa per iniezioni

Patent Citations (4)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
GB2072288A (en) * 1980-03-11 1981-09-30 Smiths Industries Ltd Connectors for tubing
US5286067A (en) * 1990-08-16 1994-02-15 Pradip Choksi Taper fitting with protective skirt
EP0701837A1 (en) * 1994-09-16 1996-03-20 Becton, Dickinson and Company Threaded connector for a medical device
WO1998010808A2 (en) * 1996-09-10 1998-03-19 Sherwood Medical Company Suction control valve with audible signal and multiple paths

Also Published As

Publication number Publication date
US7651480B2 (en) 2010-01-26
ATE311219T1 (de) 2005-12-15
ES2254513T3 (es) 2006-06-16
DE60115483D1 (de) 2006-01-05
US20040147879A1 (en) 2004-07-29
WO2002022201A1 (en) 2002-03-21
DE60115483T2 (de) 2006-08-03
AU2002212814A1 (en) 2002-03-26
EP1322376A1 (en) 2003-07-02
EP1322376B1 (en) 2005-11-30
CA2431140C (en) 2009-03-24
CA2431140A1 (en) 2002-03-21

Similar Documents

Publication Publication Date Title
EP3345640B1 (en) Positive displacement flush syringe
KR960005819B1 (ko) 유익한 약품을 정맥내 수액 시스템내에 도입하기 위한 약품통과 연접기
US20080045929A1 (en) Method and infusion tubing connection system for selective administration of medicaments in the body
EP0608985B1 (en) Catheter/needle assembly, kit and method for administering therapeutic agents to the subarachnoid space
US6723074B1 (en) Sequential delivery syringe
US20050245883A1 (en) Apparatus and method for administration of IV liquid medication and IV flush solutions
CN105797240A (zh) 钝针安全药物递送系统
US20080319422A1 (en) Epidural anesthetic delivery system
JP6426682B2 (ja) 短い注射長さの注射器
NL1016207C2 (nl) Samenstel van een naald en een flu´dumtoevoerinrichting, alsmede een naald, een injectiespuit, een werkwijze voor het uitvoeren van een intraneurale punctie, en een werkwijze voor het voor intraneurale toediening voorbereiden van een inbrenginrichting.
JP2022107740A (ja) 流体の無菌移送用コネクタ
US20200215260A1 (en) Medical spacer for managing iv lines
US20240033432A1 (en) Method and apparatus for delivering drugs to the spine of a patient, and/or for delivering other materials and/or devices to the spine of a patient
JP7408360B2 (ja) 医薬物を注入するための皮下注入装置
EP1426069A1 (en) Drug delivery system
EP3254714B1 (de) Vorrichtung und system zur abgabe eines fluids unter aseptischen bedingungen
US20220105259A1 (en) Administration of a vaccine or emergency administration of a medicament using a dental carpule
Cohen Traveling the wrong route
EP1561482B1 (de) Verfahren zur Vorbereitung eines Sets zur intrathekalen Verabreichung von Zytostatika-/Medikamenten-Lösungen
DE68916622T2 (de) Verabreichungssystem für vorgefüllte Spritze.
JP2024506386A (ja) 鼻腔スプレー再構成システム
WO2021067592A1 (en) Method and apparatus for delivering drugs to the spine of a patient, and/or for delivering other materials and/or devices to the spine of a patient
Cohen Look-Alike Names and Packages Are at the Root of Most Stocking Errors in Automated Dispensing Cabinets Use Caution when Reconstituting Synagis (Palivizumab) Intrathecal Vincristine Fatal Once More Fellowship in Medication Safety Medication Safety Videos Available Free via the Internet
WO2018006105A1 (en) Neonatal drug delivery device
Cohen Five times stronger

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
V1 Lapsed because of non-payment of the annual fee

Effective date: 20100401