NL1015040C2 - Steunzool. - Google Patents

Description

Steunzool.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een steunzool te gebruiken voor correctie van een holvoet of knikvoet.

5 Uit WO 91/07152 is een steunzool bekend. Daarbij is het hieldeel in hoofdzaak vlak uitgevoerd met een opstaande omtreksrand om de hiel op te sluiten. Het middendeel waar de middenvoet komt te liggen, strekt zich hellend uit vanaf een verhoogd deel aan de binnenzijde tot een verlaagd deel aan de buitenzijde. Meer in het bijzonder bestaat een verhoging aan de binnenzijde van de voet en is het overige deel voor de 10 middenvoet in hoofdzaak vlak uitgevoerd. Het verhoogde middenvoetdeel begint voorbij het einde van het hieldeel.

Het teendeel bestaat uit een vlak deel voor de grote teen en een bolvormige verhoging voor de overige tenen.

In US 5611153 wordt een steunzool beschreven bestaande uit een verlaagd 15 hieldeel waarbij het centrum van de verlaging enigszins uit het midden ligt. Het daarop aansluitende middenvoetdeel bestaat uit een verhoging aan de binnenzijde welke naar het hart van de steunzool toe scherp daalt en nabij de buitenzijde een minimum heeft om vervolgens weer scherp op te lopen. Het teendeel is plat uitgevoerd.

Uit US 4702255A is een steunzool bekend die bakvormig uitgevoerd is. Door de 20 opstaande rand wordt de voet gecentreerd en een enigszins verlaagd hiel- en teendeel zijn aanwezig. Het middenvoetdeel omvat een verhoogd binnendeel dat zich geleidelijk naar beneden uitstrekt tot een verlaagd buitendeel. Het teendeel is schuin hellend vanaf de binnenzijde naar de buitenzijde in neerwaartse richting uitgevoerd.

Het blijkt dat geen van deze zolen geschikt is voor de correctie van een hol-voet. 25 Het is het doel van de onderhavige uitvinding in een steunzool te voorzien waardoor het afwentelgedrag van de voet over de steunzool bij het lopen optimaal gecorrigeerd wordt en de positie van het hielbeen optimaal gepositioneerd wordt.

Dit doel wordt bij een hierboven beschreven steunzool verwezenlijkt doordat die steunzool omvat gerefereerd aan de desbetreffende voet, een teendeel, een 30 middenvoetdeel en een hieldeel, waarbij de hoogte van het middenvoetdeel gezien in de richting (VII-VII) dwars op de langshartlijn (A-A) teendeel-hieldeel varieert van een verhoudingsgewijs hoog deel aan de binnenzijde van de voet tot een verhoudingsgewijs laag deel aan de buitenzijde van de voet (IÏÏ-IV), waarbij de hoogte van dat 1015040· 2 middenvoetdeel in dwarsrichting aan de binnenzijde ligt tussen 9 en 19 mm en aan de buitenzijde tussen 6 en 16 mm boven het niveau op de hartlijn (A-A), het hoogteverschil tussen de binnenzijde en de buitenzijde van het middenvoetdeel ligt tussen 6 en 16 mm, waarbij deze hoogtevariatie zich volgens een vloeiende kromme 5 uitstrekt, waarbij het hieldeel komvormig uitgevoerd is met een centrale verdieping welke ongeveer 2 mm lager is dan het aangrenzende deel in dwarsrichting en in achterwaartse richting, waarbij het verhoudingsgewijs hoge deel aan de binnenzijde van de voet zich uitstrekt vanaf de lijn loodrecht op de langs hartlijn (A-A) door het hart van de komvormige hieldeel en waarbij het teendeel een verdieping voor de grote teen 10 en een bolvormige verhoging voor de overige tenen omvat.

Volgens de uitvinding ondervindt de voet, en meer in het bijzonder het middenvoetdeel, meer steun vanaf de binnenzijde. Bij het afwentelen wordt de voet als het ware automatisch in de juiste positie ten opzichte van de steunzool gepositioneerd en vindt geen zijdelings verplaatsing van de voet ten opzichte van de steunzool plaats. 15 Dat wil zeggen bij het lopen wikkelt de voet op natuurlijke wijze af over de steunzool en wordt een draaibeweging van de voet om een verticale as voorkomen. Volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de uitvinding is het hoogteverschil van het middenvoetdeel tussen de binnenzijde en buitenzijde daarvan liggend tussen 3 en 6 mm. Dit hoogteverschil is aanzienlijk groter dan in de stand der techniek gebruikelijk 20 is.

Verdere correctie van de voet wordt verkregen doordat het hieldeel komvormig, dat wil zeggen uitgesproken hol uitgevoerd is. Het aangrenzende deel naar de binnenzijde toe enigszins verhoogd uitgevoerd waardoor een druk op het hielbeen naar buiten uitgeoefend wordt. Daardoor wordt in een optimale correctie voor de meeste 25 afwijkingen voorzien.

Volgens de uitvinding wordt in optimale ondersteuning van de voorvoet voorzien. Het is van belang dat de middenvoetsbeentjes goed ondersteund worden en de tenen gespreid worden om een gespannen situatie te vermijden. Dit kan in het bijzonder verkregen worden door voor de grote teen een verdieping aan te brengen en 30 de overige tenen op een verhoging in de steunzool aan te brengen waardoor automatische spreiding ontstaat van de overige tenen. Het juist positioneren van de grote teen is met name van belang voor het juist staan en de ontlasting van de grote teen.

É015040« 3

Met een dergelijke constructie zoals hierboven beschreven, wordt de voet bij het lopen op een natuurlijke manier recht afgewikkeld. De tenen en meer in het bijzonder de grote teen wordt ontlast, terwijl recht staan van de patiënt zonder wegdraaien van voeten gewaarborgd wordt.

5 De steunzool volgens de uitvinding kan uit elk in de stand der techniek bekend materiaal vervaardigd worden. Bij voorkeur wordt dit vervaardigd uit een schokdempend enigszins warmte-isolerend materiaal. Door de correctie van de voeten en door de vering van het materiaal gaan de spieren werken. Hierdoor kunnen koude voeten voorkomen worden. Volgens een van voordeel zijnde uitvoering van de 10 uitvinding kan dit met rubbermateriaal verkregen worden. Dit rubber materiaal wordt bij voorkeur door gieten in de gewenste vorm gebracht. Eventuele versteviging kan met behulp van een wapening zoals een linnen materiaal verkregen worden. Verrassenderwijs is gebleken dat geen transpiratie optreedt. Bovendien is gebleken dat een dergelijk rubberachtig materiaal zeer slijt vast is en goede aangrijping op de 15 binnenzool van de schoen heeft.

Met de steunzool volgens de uitvinding wordt met name de mediale zijde voor een holvoet optimaal ondersteunt. De achtervoet wordt volledig gebruikt terwijl de voorvoet ontlast wordt. Daardoor en door het niet doorschuiven naar voren wordt het ontstaan van hamertenen en eksterogen voorkomen.

20 De uitvinding zal hieronder nader aan de hand van een in de tekening afgebeeld uitvoeringsvoorbeeld verduidelijkt worden. In figuur 1 is in bovenaanzicht een linkersteunzool volgens de uitvinding afgebeeld. Figuur 2-4 tonen verschillende perspectivische aanzichten daarvan terwijl fig. 5-8 verschillende doorsnede daarvan tonen zoals aangegeven met de doorsnedelijnen in fig. 1.

25 In de figuren is de steunzool volgens de uitvinding in het geheel met 1 aangegeven. Deze is bij voorkeur vervaardigd uit een rubberachtig materiaal, meer in het bijzonder een gietrubber. Zoals in de doorsnedetekeningen 5-8 aangegeven is, is deze voorzien van een versterkingswapening 10 zoals uit een linnen materiaal of een ander in de stand der techniek bekend materiaal dat in combinatie met rubber goede 30 eigenschappen heeft.

Met 2 is in de figuren het hieldeel van de steunzool aangegeven en met 3 het middenvoetdeel. Het teendeel is met 4 aangegeven terwijl de buitenzijde met 5 aangegeven is. 6 toont de binnenzijde en 7 een verdieping voor de hiel. De verdieping 1015040« 4 voor de grote teen is met 8 aangegeven terwijl de kleine tenen op een verhoging 9 komen te liggen.

Volgens de uitvinding is de hoogte van het middenvoetdeel 3 in dwarsrichting aan de binnenzijde 6 groter dan aan de buitenzijde 5. Deze hoogte aan de binnenzijde 5 ligt bij voorkeur tussen 9 en 19 mm en aan de buitenzijde tussen 3 en 6 mm. Volgens de uitvinding is een en ander zodanig uitgevoerd dat het hoogteverschil eveneens ligt tussen 3 en 6 mm.

Het hieldeel is volgens de uitvinding hol uitgevoerd en de centrale verdieping 7 ligt ongeveer 2 mm lager dan de aangrenzende delen. Ten opzichte van de binnenzijde 10 6 is het hoogteverschil zelfs bij voorkeur ten minste 5 mm. De bolvormige verhoging voor de kleine tenen ligt tussen 3 en 6 mm en ligt ongeveer gelijk met de buitenzijde.

Hoewel de uitvinding hierboven aan de hand van een voorkeursuitvoering beschreven is, dient begrepen te worden dat daaraan talrijke wijzigingen aangebracht kunnen worden zonder buiten bereik van de onderhavige aanvrage te geraken zoals 15 voor rechte gevraagd wordt in bijgaande conclusies.

Ί015040·

Claims (4)

1. Steunzool (1) omvattende gerefereerd aan de desbetreffende voet, een teendeel (4), een middenvoetdeel (3) en een hieldeel (2), waarbij de hoogte van het 5 middenvoetdeel gezien in de richting (VII-VII) dwars op de langshartlijn (A-A) teendeel-hieldeel varieert van een verhoudingsgewijs hoog deel aan de binnenzijde van de voet tot een verhoudingsgewijs laag deel aan de buitenzijde van de voet (IÏÏ-IV), waarbij de hoogte van dat middenvoetdeel (3) in dwarsrichting aan de binnenzijde (6) ligt tussen 9 en 19 mm en aan de buitenzijde (5) tussen 6 en 16 mm boven het niveau 10 op de hartlijn (A-A), het hoogteverschil tussen de binnenzijde (6) en de buitenzijde (5) van het middenvoetdeel (3) ligt tussen 3 en 6 mm, waarbij deze hoogtevariatie zich volgens een vloeiende kromme uitstrekt, waarbij het hieldeel komvormig uitgevoerd is met een centrale verdieping (7) welke ongeveer 2 mm lager is dan het aangrenzende deel (5, 6) in dwarsrichting en in achterwaartse richting, waarbij het verhoudingsgewijs 15 hoge deel aan de binnenzijde van de voet zich uitstrekt vanaf de lijn loodrecht op de langs hartlijn (A-A) door het hart van het komvormige hieldeel en waarbij het teendeel een verdieping (8) voor de grote teen en een bolvormige verhoging (9) voor de overige tenen omvat.

2. Steunzool volgens conclusie 1, waarbij het aangrenzende deel van het komvormige hieldeel de buitenzijde (5) omvat en waarbij die verdieping (7) ten opzichte van de binnenzijde (6) ten minste 5 mm lager is. Steunzool volgens een van de voorgaande conclusies, [waarbij het teendeel een 25 verdieping (8) voor de grote teen en een bolvormige verhoging (9) voor de overige tenen omvat]. 1 2 1015040η Steunzool volgens conclusie 1 of 2, waarbij die bolvormige verhoging (9) voor de overige tenen in dwarsrichting 3-6 mm ten opzichte van de buitenzijde (5) is. 30 2 Steunzool volgens een van de voorgaande conclusies, waarbij die bolvormige verhoging (9) voor de overige tenen in dwarsrichting ongeveer gelijk ligt met de buitenzijde. te

5. Steunzool volgens een van de voorgaande conclusies vervaardigd uit een rubber materiaal.

6. Steunzool volgens conclusie 5 omvattende een wapening. 1015040·