NL1014865C2 - Sein. - Google Patents

Description

Sein

De uitvinding heeft betrekking op een sein met een uit een aantal lichtbronnen bestaande, in een seinbehuizing opgenomen lichtafgevende eenheid die door middel van leidingen in verbinding staat met een externe voedingsbron, en met 5 middelen voor het bewaken van de werking van de lichtbronnen.

Seinen van het type waarop de onderhavige uitvinding betrekking heeft, worden onder andere toegepast bij spoorwegen. Met het oog op de veiligheid is het essentieel, dat de 10 werking van het sein wordt bewaakt. Het niet goed functioneren van een sein moet worden geconstateerd, zodat het sein zo spoedig mogelijk kan worden gerepareerd. Tevens kunnen dan tot aan het tijdstip van reparatie geschikte maatregelen worden getroffen om de veiligheid ter plaatse-van het be-15 treffende sein te kunnen waarborgen.

Bij een bekend sein van het onderhavige type vindt de bewaking van de werking van de lichtbronnen hierdoor plaats, dat op een centrale locatie (vaak voor een aantal seinen gemeenschappelijk) de stroomsterkte in de naar een sein voe-20 rende leidingen wordt gemeten. Wanneer een deel van de lichtbronnen in het sein defect raakt, zal ook de desbetreffende stroomsterkte veranderen.

Deze bekende middelen voor het bewaken van de werking van de lichtbronnen in een sein bezitten echter als nadeel, 25 dat het moeilijk is om een onderscheid te maken tussen stroomsterktevariaties die het gevolg zijn van defecten in het sein (zoals het uitvallen van één of meer lichtbronnen) en stroomsterktevariaties die optreden ten gevolge van andere storende factoren, zoals lekstromen of weerstandverande-30 ringen in de leidingen. In het geval van deze storende factoren wordt op basis van de gemeten stroomsterkte dan een foutieve conclusie getrokken ten aanzien van het correct functioneren van het desbetreffende sein.

1014865 2

Het is een doelstelling van de onderhavige uitvinding, om een sein van het in de aanhef genoemde type te verschaffen, waarbij het genoemde nadeel op eenvoudige, doch niettemin doeltreffende wijze is opgeheven.

5 Hiertoe verschaft de uitvinding een sein met een uit een aantal lichtbronnen bestaande, in een seinbehuizing op-genomen lichtafgevende eenheid die door middel van leidingen in verbinding staat met een externe voedingsbron, en met middelen voor het bewaken van de werking van de lichtbron-10 nen, welk sein het kenmerk bezit, dat de middelen voor het bewaken van de werking van de lichtbronnen bestaan uit een in het seinbehuizing opgenomen circuit voor het meten van de stroomsterkte door de lichtbronnen, welk circuit is ingericht voor het op basis van de gemeten stroomsterkte via de 15 leidingen afgeven van een signaal aan een externe, op deze leidingen aangesloten meldeenheid.

Het toepassen van een in het seinbehuizing opgenomen circuit voor het meten van de stroomsterkte door de lichtbronnen verschaft de mogelijkheid, om aan de meldeenheid een 20 signaal te sturen dat ongevoelig is voor storende factoren. Immers, thans wordt als signaal niet langer de stroomsterkte in de leidingen gebruikt, doch wordt op deze stroomsterkte een geschikt signaal gesuperponeerd. Dit signaal kan elke op het terrein van de elektronica bekende vorm bezitten, en 25 bijvoorbeeld van analoge of digitale aard zijn. Signalen van dit type zijn voor deskundigen op het desbetreffende gebied zonder meer duidelijk, en het valt buiten het kader van de onderhavige uitvinding om hierop verder in te gaan. Een dergelijk signaal is onafhankelijk van de stroomsterkte in de 30 leidingen en wordt evenmin beïnvloedt door storende factoren .

In een de voorkeur genietende uitvoeringsvorm van het sein volgens de uitvinding zijn de lichtbronnen gerangschikt in telkens uit een aantal in serie geschakelde lichtbronnen 35 bestaande functionele eenheden, waarbij het circuit de stroomsterkte door elke functionele eenheid meet.

Met name wanneer de lichtafgevende eenheid van het sein een groot aantal lichtbronnen omvat, is het op deze manier 1014865 3 tot functionele eenheden rangschikken van de lichtbronnen van voordeel. Immers, op deze wijze hoeft het circuit niet elke lichtbron afzonderlijk de bewaken. Wanneer een lichtbron in een functionele eenheid defect raakt, zal in het al-5 gemeen de gehele functionele eenheid niet meer functioneren, zodat slechts elke functionele eenheid moet worden bewaakt in plaats van elke lichtbron afzonderlijk.

In dit kader geniet het dan verder de voorkeur, dat het circuit tevens is voorzien van een uitschakelfunctie die de 10 stroomtoevoer naar de lichtafgevende eenheid onderbreekt wanneer door het circuit het uitvallen van de stroom door ten minste een vooraf bepaald aantal functionele eenheden wordt geconstateerd.

Bij een sein met een gegeven aantal functionele eenhe-15 den kan een grens worden vastgesteld, hoeveel functionele eenheden voor een goede werking van het sein nog dienen te functioneren. Wanneer een aantal functionele eenheden boven deze grens defect is geraakt, functioneert het sein derhalve niet meer naar behoren en dient het te worden uitgeschakeld. 20 Met behulp van de genoemde uitschakelfunctie is dit zonder meer mogelijk.

Wanneer aldus een uitschakelfunctie is toegepast, is het verder van voordeel, dat het circuit is ingericht om in het geval van het onderbreken van de stroomtoevoer naar de 25 lichtafgevende eenheid via de leidingen een desbetreffend waarschuwingssignaal af te geven aan de externe meldeenheid. Op deze wijze wordt aan de externe meldeenheid medegedeeld, dat het sein volledig is uitgeschakeld, zodat geschikte maatregelen in gang kunnen worden gezet om de correcte wer-30 king van het sein te herstellen.

Verder wordt een uitvoeringsvorm van het sein volgens de uitvinding genoemd, waarbij de lichtbronnen bestaan uit licht-emitterende diodes (LED's). Het voordeel van licht-emitterende diodes als lichtbronnen is, dat deze zeer be-35 trouwbaar zijn, en dat ze een laag energieverbruik hebben.

Bovendien nemen ze weinig ruimte in, zodat het sein voorzien kan zijn van een seinbehuizing met minimale afmetingen. Tevens zijn licht-emitterende diodes goedkoop.

1014865 4

Het sein volgens de uitvinding is onder andere bedoeld voor toepassing bij het beveiligen van spoor-, tram- of me-trovoorzleningen en als brug- of scheepvaartsein. Echter ook elke ander toepassing waarbij seinen worden gebruikt, is 5 denkbaar.

De uitvinding wordt hierna nader toegelicht aan de hand van de enige figuur, die schematisch een uitvoeringsvorm van een sein volgens de uitvinding weergeeft.

Een schematisch weergegeven sein bestaat uit een sein-10 behuizing 1 en een hierin geplaatste lichtafgevende eenheid 2. De lichtafgevende 2 bestaat uit een aantal lichtbronnen 3, in dit geval licht-emitterende diodes (LED's). De lichtbronnen 3 zijn gemonteerd op een drager 4, bijvoorbeeld een printplaat.

15 Door middel van leidingen 5 is het sein aangesloten op een externe voedingsbron 6. In het sein 1 zijn de leidingen 5 aangesloten op een circuit 7 dat door middel van leidingen 8 (waarvan er slechts één is weergegeven) in verbinding staat met de lichtbronnen 3.

20 Op de leidingen 5 is tenslotte een meldeenheid 9 aange sloten die door middel van een leiding 10 is verbonden met een signaleringseenheid 11.

Het in de figuur weergeven sein werkt als volgt. Via de leidingen 5 en 8 worden de lichtbronnen 3 door de voedings-25 bron 6 van stroom voorzien. Het circuit 7 is ingericht voor het meten van de stroomsterkte door de lichtbronnen 3. Wanneer het circuit 7 constateert, dat de stroomsterkte door één of een aantal der lichtbronnen 3 veranderd (bijvoorbeeld nul wordt), verstrekt het via de leidingen 5 een signaal dat 30 door de meldeenheid 9 gedetecteerd wordt. Door middel van de leiding 10 kan dit signaal in de signaleringseenheid 11 kenbaar gemaakt worden. De signaleringseenheid 11 kan zich bijvoorbeeld in een meldkamer bevinden.

Aan de hand van het door het circuit 7 opgewekte en 35 door de meldeenheid 9 gesignaleerde signaal kan de werking van het sein 1 worden bewaakt.

Wanneer, zoals eerder opgemerkt, de lichtbronnen 3 van het sein 1 uit LED's bestaan, zijn deze veelal gerangschikt 1014865 5 in telkens uit een aantal in serie geschakelde LED's bestaande functionele eenheden. In de figuur representeert dan elke getekende lichtbron 3 een dergelijke functionele eenheid. Het circuit 7 bewaakt in dat geval de stroomsterkte 5 door elke functionele eenheid. Wanneer het circuit 7 het uitvallen van de stroom door ten minste een vooraf bepaald aantal van deze functionele eenheden constateert, zorgt een in het circuit toegepaste uitschakelfunctie voor het onderbreken van de stroomtoevoer naar de lichtafgevende eenheid 10 2. Dit kan bijvoorbeeld worden bewerkstelligd door het scha kelen van een in de leiding 8 aanwezige onderbreker (niet getoond). Tevens geeft het circuit 7 in een dergelijk geval een waarschuwingssignaal af aan de leidingen 5, welk waar-schuwingssignaal eveneens door de meldeenheid 9 wordt gere-15 gistreerd en via de signaleringseenheid 11 kenbaar kan worden gemaakt.

De uitvinding is niet beperkt tot de in het voorgaande beschreven uitvoeringsvormen die binnen het door de conclusies bepaalde kader van de uitvinding op velerlei wijze kun-20 nen worden gevarieerd.

·?. Ώ # l £5 £ £

l.; ^ ÈföM

Claims (6)

1. Sein met een uit een aantal lichtbronnen bestaande, 5 in een seinbehuizing opgenomen lichtafgevende eenheid die door middel van leidingen in verbinding staat met een externe voedingsbron, en met middelen voor het bewaken van de werking van de lichtbronnen, met het kenmerk, dat de middelen voor het bewaken van de werking van de lichtbronnen be-10 staan uit een in het seinbehuizing opgenomen circuit voor het meten van de stroomsterkte door de lichtbronnen, welk circuit is ingericht voor het op basis van de gemeten stroomsterkte via de leidingen afgeven van een signaal aan een externe, op deze leidingen aangesloten meldeenheid.

2. Sein volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de lichtbronnen zijn gerangschikt in telkens uit een aantal in serie geschakelde lichtbronnen bestaande functionele eenheden, waarbij het circuit de stroomsterkte door elke functionele eenheid meet.

3. Sein volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het circuit tevens is voorzien van een uitschakelfunctie die de stroomtoevoer naar de lichtafgevende eenheid onderbreekt wanneer door het circuit het uitvallen van de stroom door ten minste een vooraf bepaald aantal functionele eenheden 25 wordt geconstateerd.

4. Sein volgens conclusie 3, met het kenmerk, dat het circuit is ingericht om in het geval van het onderbreken van de stroomtoevoer naar de lichtafgevende eenheid via de leidingen een desbetreffend waarschuwingssignaal af te geven 30 aan de externe meldeenheid.

5. Sein volgens een der voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat de lichtbronnen bestaan uit licht-emitterende diodes (LED's).

6. Sein volgens een der voorgaande conclusies, en be-35 doeld voor toepassing bij het beveiligen van spoor-, tram- of metrovoorzieningen en voor toepassing als brug- of scheepvaartsein, en dergelijke. 101486¾