NL1013976C2 - Handterminal. - Google Patents

Description

Handterminal

ACHTERGROND VAN DE UITVINDING

De uitvinding heeft betrekking op een handterminal, 5 omvattende weergavemiddelen voor het weergeven van visuele ob j ecten.

Een dergelijke handterminal -vaak aangeduid met "hand held" of "palm top"- is van algemene bekendheid, bijvoorbeeld in de vorm van een mobiel telefoontoestel met een "display" 10 voor de weergave van alfanumerieke karakters. Andere vormen van een handterminal zijn de calculators, de PDA (Personal Digital Assistent), etc. In het volgende zal er doorgaans van uit worden gegaan dat de handterminal een (mobiel) telefoontoestel is; de uitvinding is echter niet tot 15 telefoontoestellen beperkt maar strekt zich uit tot alle soorten kleine terminals met -door hun omvang- beperkte weergavemogelij kheden.

Bij draadloos/ mobiel gebruikte handterminals doet zich in toenemende mate de behoefte gevoelen om grotere en meer 20 complexe objecten te kunnen weergeven, ondermeer als gevolg van de wens om (mobiele) telefoontoestellen e.d. te kunnen gebruiken als "internet'-terminal. Zoals bekend wordt daarbij bij voorkeur gebruik gemaakt van bijvoorbeeld hypertex-gecodeerde objecten die door middel van een 25 grafisch georiënteerde "browser" kunnen worden weergegeven en gemanipuleerd. Daar telefoontoestellen, in het bijzonder mobiele toestellen naar hun aard geringe afmetingen hebben, zijn de weergavemiddelen niet erg geschikt als internetmedium .

30

SAMENVATTING VAN DE UITVINDING

De uitvinding beoogt èen oplossing voor het gestelde probleem te bieden en voorziet erin dat de weergavemiddelen overdrachtsmiddelen omvatten voor de overdracht van visuele 35 objecten naar een afzonderlijk weergavemedium. De vinding berust op het inzicht dat, waar de afmetingen van een 1013976 2 (mobiel) telefoontoestel te beperkt zijn voor het omvatten van een weergave-orgaan van voldoende afmetingen voor het weergeven van visuele multimediale objecten, dergelijke objecten moeten worden weergegeven door een afzonderlijk 5 weergavemedium, los van de eigenlijke terminal, waartoe de terminal geschikte overdrachtsmiddelen dient te omvatten.

Er zijn verschillende implementatiemogelijkheden. Zo kunnen de overdrachtsmiddelen geschikt zijn voor de overdracht van zichtbaar licht, waarbij de overdrachtsmiddelen 10 bijvoorbeeld gevormd kunnen worden door een projectieorgaan, geschikt voor het projecteren van visuele objecten op een externe achtergrond. Het projectieorgaan kan worden gevormd door kleine, in de terminalbehuizing ingebouwde "beamer", die een beeld op een willekeurige 15 (lichte) achtergrond kan projecteren. De "beamer" fungeert als overdrachtsmiddel, de achtergrond als weergavemedium; overigens lopen de functies overdracht-weergave enigszins in elkaar over.

Een andere mogelijkheid is dat de overdrachtsmiddelen 20 geschikt zijn voor de overdracht van signalen naar een afzonderlijk weergaveorgaan, zoals een separaat beeldscherm. Dat afzonderlijke weergaveorgaan kan hetzij door electrische ingangssignalen aanstuurbaar zijn, hetzij door door optische signalen, bijvoorbeeld door middel van 25 een IR link.

UITVOERINGSVOORBEELDEN

Figuren 1-5 tonen verschillende uitvoeringsvoorbeelden van de onderhavige uitvinding. Figuur 1 toont een (mobiel) 30 telefoontoestel met een "beamer"; de figuren 2-4 een telefoontoestel met een extern scherm, met verschillend uitgevoerde overdrachtsmiddelen. Figuur 5 toont een uitvoeringsvoorbeeld met een extra (extern) toetsenbord. Figuur 1 toont een mobiele terminal 1, voorzien van een 35 microfoon 2, een miniluidspreker 3, een toetsenbord ("keypad") 4, een weergavevenster ("display") 5 en een 1013976 3 antenne 6. Volgens de uitvinding omvat de terminal overdrachtsmiddelen voor de overdracht van visuele objecten naar een afzonderlijk weergavemedium. Die weergavemiddelen omvatten een mini- of micro-beamer 7, die een beeld op een 5 willekeurige achtergrond 8 kan projecteren. Het weergavevenster 5 kan hetzelfde beeld weergeven als via de beamer 7 op de achtergrond 8 wordt geprojecteerd. Bij voorkeur is het weergavevenster uitgevoerd als "touch screen" LCD scherm, waarmee bereikt wordt dat via het ïo scherm 5 instructies kunnen worden gegeven of een "pointer" of "cursor" (hierna alleen "pointer" genoemd) over het op de achtergrond geprojecteerde beeld kan worden bewogen. In feite werkt het "touch screen LCD display" 5 als een soort van "touch scroll" of "touch pad" muis -vooral bekend van is laptop-computers- , waarmee de "pointer" over het door de beamer 7 naar de achtergrond overgedragen beeld bewogen kan worden en schermobjecten -door bijvoorbeeld "dubbelklikken"- kunnen worden geactiveerd, op dezelfde wijze als dat ook door middel van een conventionele muis en 20 beeldscherm gebeurt. Overigens kan voor het bewegen van de beeld-pointer en het activeren van geprojecteerde gevisualiseerde (software-)objecten ook gebruik worden gemaakt van een op de terminal aanwezige selectieknop 9, tezamen met andere druktoetsten 10; de selectienkop 9 kan 25 daarbij gebruikt worden om de geprojecteerde pointer te bewegen en de toetsen 10 kunnen als linker- en rechter muisknop worden gebruikt voor het op bekende wijze activeren van objecten, op dezelfde wijze als dat gebeurt bij een conventionele muis met linker- en rechter muisknop. 30 De overdracht smiddelen kunnen ook, zoals de figuren 2-5 tonen, geschikt zijn voor de overdracht van beelduitvoersignalen naar een afzonderlijk weergaveorgaan 20, in de figuren 2-4 voorzien van een opklapbaar deksel 12.

35 Figuur 2 toont een uitvoering, waarin het afzonderlijke weergaveorgaan 20 een door optische signalen aanstuurbaar 1 0 13 976 4 beeldscherm 11 omvat. De verbinding tussen de beeld-output van de terminal en het beeldscherm 11 wordt onderhouden door een optische (IR) link tussen een IR zender 13 in de terminal 1 en een IR ontvanger 14 in het externe 5 beeldscherm 11. Ook in dit geval -evenals ook in nog hierna te presenteren uitvoeringsvormen- kan de pointer worden bewogen door middel van de in figuur 1 aangeduide knoppen 9 en toetsen 10 en/of door middel van het met de vingers van de gebruiker bewegen over het "touch screen" 5. ïo Opgemerkt wordt dat ook het scherm 11 een (LCD) "touch screen" kan zijn; de gebruiker kan -zoals figuur 2 illustreert- op het beeldscherm 11 geprojecteerde objecten bewegen en/of activeren door directe aanraking van het scherm 11 met zijn/haar vingers. Ook in de navolgende is uitvoeringsvoorbeelden kunnen schermobjecten worden verplaatst en/of geactiveerd door gebruikmaking van de "touch screen" (of "touch pad") 5, de knoppen/toetsen 9/10 en/of het ("touch") scherm 11. Als het beeldscherm 11 een "touch screen" is, moet de "link" tussen de terminal 1 en 20 het weergaveorgaan 20 bi-directioneel zijn, immers moeten via het scherm 11 ingevoerde instructies -via de terminal 1- worden uitgezonden. In het voorbeeld van figuur 2 kan een bi-directionele IR link worden verkregen door aan zowel de terminal 1 als het weergaveorgaan 20 te voorzien van een 25 IR zendontvanger. Dergelijk bi-directionele links zijn van algemene bekendheid, bijvoorbeeld in het domein van de "palmtop"-computers, die via een bi-directionele link informatie kunnen uitwisselen met een laptop- of desktop-computer .

30 Over het beeldscherm 11 moet nog worden opgemerkt dat dat tevens voorzien is van een tweetal ingebouwde luidsprekers 15 voor het weergeven van digitale audio-objecten, zoals bijvoorbeeld WAV- of MP3-files etc. De overdrachtsmiddelen zijn derhalve niet beperkt tot de overdracht van visuele 35 informatie maar omvatten ook audio of andere multimedia informatie.

1013976 5

Figuur 3 en 4 tonen uitvoeringsvormen waarbij signaaloverdracht tussen de mobiele terminal 1 en het losse beeldscherm 11 plaatsvindt langs niet-optische weg: in figuur 3 electrisch, via een verbindingskabel 16 tussen de 5 terminal 1 en het weergaveorgaan 20; in figuur 4 draadloos, doordat het weergaveorgaan 20, evenals de terminal 1, voorzien is van een antenne 17 en een (niet getoonde) ontvanger, via welke organen de weergavesignalen kunnen worden ontvangen en aan het beeldscherm 11 en de ïo luidsprekers 15 kunnen worden toegevoerd. Het weergaveorgaan 20 kan de signalen rechtstreeks, evenals de terminal 1, van een basisstation ontvangen; voorwaarde is dan wel dat het weergaveorgaan 20 is voorzien van een identificatie-module ("SIM") op gelijke wijze als de is terminal 1. Als het beeldscherm een "touch screen" is, moet de "link" met het basisstation bi-directioneel zijn; dat geldt ook voor het in figuur getoonde voorbeeld, als gebruik wordt gemaakt van een IR of radio link (uiteraard ook bij een kabel-link) tussen terminal 1 en weergaveorgaan 20 20.

Figuur 5 toont een uitvoering waarbij het deksel 12 van het weergaveorgaan 20 is voorzien van een QWERTY-toetsenbord, waarmee eventuele alfanumerieke informatie beter kan worden ingetypt dan via het beperkte toetsenbord je 4 van de 25 mobiele terminal. Het toetsenbord 18 is in dit geval via de kabel 16 met de terminal 1 verbonden, waardoor ingetypte invoer via de terminal 1 en antenne 6 naar het basisstation en achterliggende systemen kan worden verzonden. Als het weergaveorgaan 20 -zoals in figuur 4 wordt voorgesteld- van 30 een radiolink gebruikmaakt, wordt zowel de invoer als de uitvoer van het weergaveorgaan via de -bi-directionele-radiolink overgedragen.

Figuur 6 toont zeer schematisch de architectuur van een terminal 1 en een weergaveorgaan 20 volgens de uitvinding. 35 De terminal 1 omvat een op de antenne aangesloten radio-zendontvanger 21, een "SIM" (Security & Identification 1013976 6

Module) 22 en een besturingsorgaan (processor) 23, waarop als invoerorganen de reeds genoemde microfoon 2, het toetsenbordje 4 en de selectieknop 9 en -toetsen 10, en als uitvoerorganen de luidspreker 3 en het scherm 4. Het scherm 5 4 kan -als het een "touch screen/pad" is- dient tevens als invoerorgaan, zoals in het bovenstaande is uiteengezet. De "overdrachtsmiddelen" worden in dit uitvoeringsvoorbeeld gevormd door een zendontvanger 28 in de terminal 1 en een zendontvanger 29 in het externe weergaveorgaan 20. De ïo zendontvangers 28 en 29 onderhouden een electrische (kabel-)link of een (draadloze) IP of radiolink. Als het weergaveorgaan 20 geen invoermiddelen heeft -"touch screen" of "keyboard"- hoeft de link niet bidirectioneel te zijn en kan volstaan worden met een zender aan de zijde van de 15 terminal 1 (inplaats van zendontvanger 28) en een ontvanger aan de zijde van het weergaveorgaan 2 0 (inplaats van zendontvanger 29) . Via een besturingsorgaan (processor) 30 worden signalen uitgewisseld met het beeldscherm 11, de luidsprekers 15 en -indien aanwezig- het toetsenbord 18.

20 Als -in de meest eenvoudige uitvoering van de uitvinding, als getoond in figuur 1- geen gebruik wordt gemaakt van een speciaal, min of meer actief weergaveorgaan 20, maar slechts een willekeurige, passieve achtergrond 8 wordt gebruikt, worden de "overdrachtsmiddelen" gevormd door de 25 "beamer" 7 (figuur 1) , die de plaats inneemt van de zendontvanger 28 (figuur 6).

Figuur 7 toont geeft tenslotte een beeld van het gebruik van de terminal volgens de uitvinding. Getoond is de terminal 1 die door middel van de "beamer" 7 op de 30 achtergrond 8 een beeld met grafische en/of alfanumerieke objecten projecteert. Dat beeld is afkomstig van een intemetserver of -host 38, die dergelijke visuele objecten naar de terminal 1 kan zenden via het internet 37, via een telecommunicatienetwerk 36 en een met de terminal 1 35 communicerend basisstation 35.

1 ö 13 9 7 6

Claims (9)

1. Handterminal, omvattende weergavemiddelen voor het visueel weergeven van objecten, gekenmerkt door overdrachtsmiddelen voor de overdracht van dergelijke 5 objecten naar een afzonderlijk weergavemedium (8,20).

2. Terminal volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de overdrachtsmiddelen (7,13) geschikt zijn voor de overdracht van zichtbaar licht.

3. Terminal volgens conclusie 2, met het kenmerk dat ïo de overdrachtsmiddelen een projectieorgaan (7) omvat, geschikt voor het projecteren van de visuele objecten op een externe achtergrond (8) .

4. Terminal volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de overdrachtsmiddelen geschikt zijn voor de overdracht van 15 signalen naar een afzonderlijk weergaveorgaan (20) .

5. Terminal volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de overdrachtsmiddelen geschikt zijn voor de overdracht van optische signalen naar het weergaveorgaan (20).

6. Terminal volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de 20 overdrachtsmiddelen geschikt zijn voor de overdracht van electrische signalen naar het weergaveorgaan (20).

7. Terminal volgens conclusie 4, met het kenmerk üat de overdrachtsmiddelen geschikt zijn voor de overdracht van radio signalen naar het weergaveorgaan (20).

8. Terminal volgens conclusie 4, met het kenmerk dat het afzonderlijke weergaveorgaan behalve voor de weergave van visuele objecten, bovendien geschikt is voor de weergave van auditieve objecten.

9. Weergaveorgaan (20) voor de weergave van aan een 30 terminal (1) toegevoerde objecten, met het kenmerk dat het weergaveorgaan gescheiden is van de terminal en ontvangstmiddelen omvat voor het ontvangen van voor de terminal bestemde informatie, door de terminal naar het weergaveorgaan uitgezonden via daartoe bestemde 3 5 overdracht smiddelen. 1013976