NL1010273C1 - Inrichting voor het uit een voorraadhouder onttrekken van vloeistof, transporthouder voor vloeistof en werkwijze voor toevoer van vloeistof. - Google Patents

Description

Inrichting voor het uit een voorraadhouder onttrekken van vloeistof, transporthouder voor vloeistof en werkwijze voor toevoer van vloeistof

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor het uit een voorraadhouder 5 onttrekken van een voor consumptie bedoelde vloeistof, omvattende: een uitwendige container voor het bevatten van vloeistof, een met de container koppelbaar distributieapparaat voor het op commando uit de uitwendige container onttrekken van de vloeistof en een uitstroomopening voor het uit de inrichting afvoeren van de vloeistof. De uitvinding heeft tevens betrekking op een transporthouder voor het aan een uitwendige 10 container van een dergelijke inrichting toevoeren van vloeistof. De uitvinding omvat tenslotte ook een werkwijze voor het aan een uitwendige container van een dergelijke inrichting toevoeren van vloeistof.

De bekende inrichtingen van het in aanhef genoemde type worden doorgaans toegepast 15 als tappunt voor gekoeld water. Op deze wijze kan water worden getapt van een goede kwaliteit zonder afhankelijk te zijn van de kwaliteit van het lokale tapwater. Er bestaat een toenemende vraag naar dergelijke inrichtingen. Een belangrijk nadeel is echter de handling van de relatief volumineuze uitwendige containers (standaard 19 liter). Zowel aanvoer van volle containers als afvoer van lege containers vraagt een aanzienlijke 20 logistieke inspanning. Daarnaast zijn de containers moeilijk handmatig te hanteren.

Doel van de uitvinding is een oplossing te verschaffen voor het relatief eenvoudig van vloeistof voorzien van een inrichting zoals in aanhef beschreven. Daarnaast is het tevens een doel de gebruikersmogelijkheden van een dergelijke inrichting te vergroten.

25

De uitvinding verschaft daartoe een inrichting van het in aanhef genoemde type, waarbij de inrichting tevens is voorzien van op de uitwendige container aansluitende koppelmiddelen voor het, in een met het distributie-apparaat gekoppelde toestand aan de uitwendige container toevoeren van vloeistof. De uitwendige container is bij voorkeur 30 doorzichtig en is doorgaans bedoeld voor het bevatten van water. Aldus is het onnodig de uitwendige container in zijn geheel te vervangen wanneer deze niet meer voldoende vloeistof bevat. Nieuwe vloeistof kan immers via de koppelmiddelen aan de uitwendige container worden toegevoerd. Een belangrijk voordeel hiervan is dat het loskoppelen en nl 981059 nl 1010273 -2- vastkoppelen van de uitwendige container overbodig is geworden. In het bijzonder een gevulde container is moeilijk hanteerbaar daar deze vaak op een hoger gelegen positie met de inrichting gekoppeld dient te worden. De koppelmiddelen van de inrichting overeenkomstig de uitvinding kunnen naar keuze zijn bevestigd op het gestel van de 5 inrichting of zijn samengebouwd met de uitwendige container. Afhankelijk van de gebruikstoepassing kan hiervoor een meest geschikte oplossing worden gekozen. Na het tot stand brengen van een koppeling tussen een losse buffer waarin zich vloeistof bevindt en de uitwendige container kan de vloeistof worden overgebracht naar de container. Dit kan geschieden onder invloed van de zwaartekracht maar het is ook 10 mogelijk een gedwongen stroming te creëren middels onderdruk in de uitwendige container, overdruk in de buffer, een pomp, et cetera. In de praktijk blijkt de inrichting extra attractief te zijn voor gebruikers wanneer de container doorzichtig is en in het bijzonder wanneer bij het tappen van een hoeveelheid vloeistof bellen door de uitwendige container naar boven bewegen. In de praktijk zal de uitwendige container 15 nagenoeg altijd zijn gevuld met water aangezien dit een belangrijke component is van alle consumabele vloeistoffen. Desalniettemin is het ook mogelijk andere vloeistoffen middels de inrichting te tappen.

ï j In een voorkeursuitvoering maken de koppelmiddelen deel uit van de uitwendige 9 ' 20 container. In een meer bijzondere voorkeursuitvoering is de uitwendige container voorzien van een van het distributie-apparaat afgekeerde centrale uitsparing en zijn de koppelmiddelen in de centrale uitsparing gelegen. Wanneer de koppelmiddelen deel uitmaken van de uitwendige container is de transportafstand van de vloeistof van buffer naar uitwendige container minimaal hetgeen een goede doorstroming mogelijk maakt.

25 Wanneer in de container een uitsparing is aangebracht waarin zich tevens koppelmiddelen bevinden kan deze uitsparing fungeren als geleiding voor het plaatsen van een uitwendige buffer of transporthouder in een stand waarin deze is gekoppeld met de koppelmiddelen. Bijkomend voordeel is dat de koppelmiddelen aldus zijn afgeschermd. Tevens is een voordeel dat de uitwendige container een visueel groot 30 uiterlijk heeft hetgeen de aantrekkelijkheid van de inrichting, zeker wanneer de uitwendige container doorzichtig is uitgevoerd, nog verder vergroot.

1010273 -3-

In een voorkeursuitvoering is het distributie-apparaat tevens voorzien van middelen voor het koelen en/of verwarmen van de uit de uitwendige container onttrokken vloeistof. Ook is het mogelijk het distributie-apparaat te voorzien van middelen voor het aan de uit de uitwendige container onttrokken vloeistof toevoegen van additieven zoals 5 bijvoorbeeld siroop, koolzuur, poeder et cetera. Met een dergelijke inrichting kunnen naar believen warme of koude dranken soepen et cetera vervaardigd worden. Hierbij kan de drank al dan niet koolzuurhoudend zijn. Ook is het mogelijk thee of koffie te vervaardigen met een dergelijke inrichting dan wel limonades et cetera. Een bijzonder variant heeft betrekking op de vervaardiging van bier op basis van een daartoe 10 ontwikkeld additief. Bijvoorbeeld bij de bereiding van bier uit een additief is de waterkwaliteit van groot belang, deze kan worden gegarandeerd met de inrichting overeenkomstig de uitvinding.

De uitvinding omvat tevens een transporthouder voor het aan een uitwendige container 15 van een inrichting zoals bovengaand beschreven toevoeren van vloeistof, omvattende contra-koppelmiddelen voor samenwerking met de koppelmiddelen van de inrichting. Afhankelijk van de toepassing van een dergelijke transporthouder kan voor een meest geschikte vorm en volume worden gekozen. In de praktijk zal de transporthouder doorgaans kleiner zijn dan het volume van de uitwendige container van de inrichting.

20 Een voordeel hiervan is dat de transporthouder makkelijker hanteerbaar is. Ook is het mogelijk de transporthouder zo uit te voeren dat deze relatief weinig transportvolume inneemt. Daarbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een transporthouder met een blokvormig uiterlijk. Het moge duidelijk zijn dat de contra-koppelmiddelen samen moeten kunnen werken met de koppelmiddelen van de inrichting.

25

In een bijzondere uitvoeringsvorm van de transporthouder is deze tevens voorzien van aftapmiddelen voor het handmatig uit de transporthouder onttrekken van vloeistof. Een dergelijke transporthouder heeft als voordeel dat deze multifunctioneel is. Deze transporthouder kan bijvoorbeeld zonder inrichting worden gebruikt voor het tappen van 30 mineraalwater maar kan ook worden gekoppeld met een inrichting zoals bovengaand beschreven voor het vullen van de uitwendige container daarvan met mineraalwater.

1010273 -4-

In een andere voorkeursuitvoering omvat de transporthouder een kartonnen omverpakking met inwendige zak welke in verbinding staat met de contra-koppelmiddelen. Een dergelijke transporthouder is relatief goedkoop te vervaardigen en heeft als belangrijk voordeel dat wanneer deze is geleegd het retourtransport minder een 5 probleem vormt. Het is ofwel mogelijk de transporthouder nadat deze is geleegd weg te weipen, bij voorkeur zodanig dat omverpakking en inwendige zak worden gerecycleerd, maar het is ook mogelijk de transporthouder samen te vouwen en aldus in samengevouwen toestand terug te voeren naar een vullokatie. Een samengevouwen transporthouder neemt aanzienlijk minder ruimte in beslag dan een niet samengevouwen 10 transporthouder hetgeen het transport en de opslag ervan vereenvoudigt.

De uitvinding omvat tevens een werkwijze voor het aan een uitwendige container van een inrichting zoals bovengaand beschreven toevoeren van vloeistof omvattende achtereenvolgens de stappen: : 15 A het in een transporthouder aanvoeren van vloeistof, B het met de uitwendige container koppelen van de transporthouder, C het uit de transporthouder in de uitwendige container brengen van de vloeistof, en D het afkoppelen van de transporthouder.

20 Daarbij kan de transporthouder zoals bovengaand beschreven bestaan uit een eenmalig bruikbare houder welke volledig wordt geleegd in de uitwendige container. Het is echter ook mogelijk dat de transporthouder een tank is welke op een wagen of kar is gemonteerd zodat meerdere inrichtingen achtereenvolgens door dezelfde tank kunnen worden gevuld. Zoals reeds bovengaand beschreven kan het in de uitwendige container 25 brengen van de vloeistof plaatsvinden met behulp van zwaartekracht of op een gedwongen wijze.

De uitvinding zal verder worden verduidelijkt aan de hand van de in navolgende figuren weergegeven niet-limitatieve uitvoeringsvoorbeelden. Hierin toont: 30 figuur 1 een perspectivisch aanzicht op een inrichting volgens de stand der techniek, 1010273 -5- figuur 2 een perspectivisch aanzicht op een deel van de inrichting overeenkomstig de uitvinding en een bijbehorende transporthouder, figuur 3a een zijaanzicht op het deel van de inrichting getoond in figuur 2 in samengebouwde toestand, en 5 figuur 3b een dwarsdoorsnede door het deel van de inrichting getoond in figuur 3a.

Figuur 1 toont een waterdispenser 1 zoals bekend uit de stand der techniek. Een uitwendige container 2 is bevestigd op een distributie-apparaat 3. De uitwendige container 2 is doorzichtig zodat een potentiële gebruiker van de waterdispenser 1 zicht 10 heeft op het water wat zich erin bevindt. Het distributie-apparaat 3 is voorzien van uitstroommonden 4, 5 welke respectievelijk worden bediend door drukknoppen 6, 7. Hierdoor kan een gebruiker een keuze maken ten aanzien van bijvoorbeeld de hoeveelheid of de temperatuur van het af te nemen water. De uitwendige container 2 bevat doorgaans 19 liter water en wordt nadat deze is geleegd van het distributie-15 apparaat 3 genomen om te worden vervangen door een nieuwe, gevulde, uitwendige container 2.

Figuur 2 toont een aanzicht op een deel van het distributie-apparaat 3 en een daarvan losgenomen uitwendige container 8. De container 8 is aan de onderzijde voorzien van 20 een aansluiting 9 welke is ingericht om samen te werken met aansluitmiddelen 10 die deel uitmaken van het distributie-apparaat 3. Een dergelijke verbinding van container 8 met distributie-apparaat 3 is reeds bekend uit de waterdispenser 1 getoond in figuur 1.

De uitwendige container 8 is voorzien van een centrale opening 11 waardoor de 25 uitwendige container een in hoofdzaak dubbelwandige vorm krijgt. In de tussenwandruimte van de container 8 bevindt zich de ruimte voor het opnemen van vloeistof zoals bijvoorbeeld water. De centrale opening 11 zal dus niet met vloeistof zijn gevuld. Onder in de centrale opening 11 zijn koppelmiddelen 12 aangebracht voor samenwerking met een transporthouder 13. Deze transporthouder 13 is aan de 30 onderzijde, niet zichtbaar, voorzien van contrakoppelmiddelen welke zijn ingericht voor samenwerking met de koppelmiddelen 12 van de uitwendige container 8. De 1010273 -6- transporthouder 13, welke is voorzien van een handvat 14 kan in de centrale opening 11 worden gebracht zodanig dat de contrakoppelmiddelen ervan aansluiten op de koppelmiddelen 12. De transporthouder 13 kan vervolgens leegstromen in het onderste deel van de tussenwandruimte van de uitwendige container 8. Nadat de transporthouder 5 13 is geleegd wordt deze weer uit de centrale opening 11 genomen die vervolgens kan worden afgesloten met behulp van een deksel 15. Het volume van een transporthouder 13 kan zo worden gekozen dat de transporthouder 13 eenvoudig hanteerbaar is. Een voorbeeld hiervan is een transporthouder met een volume van 6 liter. Daarbij is het ook nog mogelijk de transporthouder inwendig op te delen in meerdere compartimenten van 10 bijvoorbeeld anderhalve of twee liter. Afhankelijk van de lokale wetgeving is het aldus mogelijk water aan te bieden als mineraalwater.

Figuur 3a toont een zijaanzicht op een deel van het distributie-apparaat 3 en de uitwendige container 8 getoond in figuur 2. Aan de onderzijde van de transporthouder 3 15 zijn de contrakoppelmiddelen 16 zichtbaar welke worden gevormd door een ventielsluiting. Deze contrakoppelmiddelen 16 werken samen met koppelmiddelen 12 die zijn weergegeven in figuur 2. De onderzijde van de uitwendige container 8 sluit aan op de aansluitmiddelen 10 van het distributie-apparaat 3 die eveneens zijn weergegeven in figuur 2. Tevens zijn in deze figuur luchtbellen 17 weergegeven die door de 20 tussenwandruimte van de uitwendige container 8 naar boven bewegen totdat zij het wateroppervlak 18 bereikt hebben. In deze toestand kan een waterdispenser worden toegepast. Hierbij is zowel het water zichtbaar alsook bijvoorbeeld een merknaam X die is aangebracht op de transporthouder 13.

25 Figuur 3b toont een dwarsdoorsnede door het deel van het distributie-apparaat 3 en de uitwendige container 8 zoals getoond in figuur 3a. Hierbij is een zodanige situatie weergegeven dat het wateroppervlak 19 in de tussenwandruimte van de uitwendige container 8 lager is gelegen dan het wateroppervlak 20 in de transporthouder 13. De weergegeven toestand zal dan ook waarschijnlijk niet stabiel zijn; er zal water vanuit de 30 transporthouder 13 in de uitwendige container 8 stromen. Tevens is in deze figuur de 1010273 -7- samenwerking van de aansluiting 9 van de uitwendige container met de aansluitmiddelen 10 van het distributie-apparaat 3 goed zichtbaar.

Hoewel de uitvinding aan de hand van slechts een enkel uitvoeringsvoorbeeld is 5 toegelicht zal het eenieder duidelijk zijn dat de uitvinding geenszins tot het beschreven en getoonde uitvoeringsvoorbeeld is beperkt. Integendeel zijn binnen het kader van de uitvinding voor de vakman nog vele variaties mogelijk. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk een aansluiting 9 aan de bovenzijde van een uitwendige container 2, 8 aan te brengen. Ook is het mogelijk een aansluiting 9 te verbinden met het distributie-apparaat 9. Weer 10 een andere variant heeft betrekking uit het via de aansluiting 9 op gedwongen wijze in een uitwendige container 2, 8 brengen van het water of andere vloeistof.

1010273

Claims (12)

1. Inrichting voor het uit een voorraadhouder onttrekken van een voor consumptie bedoelde vloeistof, omvattende: een uitwendige container voor het bevatten van 5 vloeistof, een met de container koppelbaar distributie-apparaat voor het op commando uit de uitwendige container onttrekken van de vloeistof en een uitstroomopening voor het uit de inrichting afvoeren van de vloeistof, waarbij de inrichting tevens is voorzien van op de uitwendige container aansluitende koppelmiddelen voor het, in een met het distributie-apparaat gekoppelde toestand aan de 10 uitwendige container toevoeren van vloeistof.

2. Inrichting volgens conclusie 1, waarbij de uitwendige container doorzichtig is.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, waarbij de uitwendige container in het 15 bijzonder is bedoeld voor het bevatten van water. s

4. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij de koppelmiddelen deel uitmaken van de uitwendige container.

5. Inrichting volgens conclusie 4, waarbij de uitwendige container is voorzien van een van het distributie-apparaat afgekeerde, centrale uitsparing en de koppelmiddelen in de centrale uitsparing zijn gelegen.

6. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het distributie- 25 apparaat tevens is voorzien van middelen voor het koelen en/of het verwarmen van de uit de inwendige container onttrokken vloeistof.

7. Inrichting volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het distributieapparaat tevens is voorzien van middelen voor het aan de uit de inwendige container 30 onttrokken vloeistof toevoegen van additieven zoals bijvoorbeeld siroop, koolzuur, poeder, et cetera. 1010273 -9-

8. Transporthouder voor het aan een uitwendige container van een inrichting volgens een der conclusies 1-7 toevoeren van vloeistof, omvattende contrakoppelmiddelen voor samenwerking met de koppelmiddelen van de inrichting.

9. Transporthouder volgens conclusie 8, waarbij het volume van de transporthouder kleiner is dan dat van de uitwendige container.

10. Transporthouder volgens conclusie 8 of 9, waarbij de transporthouder tevens is voorzien van aftapmiddelen voor het handmatig uit de transporthouder onttrekken van 10 vloeistof.

11. Transporthouder volgens een der conclusies 8-10, waarbij de transporthouder een kartonnen omverpakking omvat met een inwendige zak welke in verbinding staat met de contrakoppelmiddelen. 15

12. Werkwijze voor het aan een uitwendige container van een inrichting volgens een der conclusie 1-7 toevoeren van vloeistof omvattende achtereenvolgens de stappen: A het in een transporthouder aanvoeren van vloeistof, B het met de uitwendige container koppelen van de transporthouder, 20. het uit de transporthouder in de uitwendige container brengen van de vloeistof, en D het afkoppelen van de transporthouder. 1010273