NL1009133C2

NL1009133C2 - Method for securing the fabric of a screen device.

Info

Publication number: NL1009133C2
Application number: NL1009133A
Authority: NL
Inventors: Jakob Van Wageningen
Original assignee: Mado Nederland
Priority date: 1998-05-12
Filing date: 1998-05-12
Publication date: 1999-11-15
Also published as: EP0957230A1

Description

Korte aanduiding: Werkwijze voor het vastzetten van het doek van een scherminrichting.Short designation: Method for securing the fabric of a screen device.

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze voor het 5 vastzetten van een van een doekrol afgerold doek van een schermin-richting waarbij aan het vrije uiteinde van het doek, dat is afgekeerd van het in een aankoppelpunt aan de doekrol bevestigde uiteinde van het doek, een doekbalk is bevestigd waarvan de uiteinden worden geleid langs vast opgestelde geleidingsorganen, en waarbij het doek van de 10 doekrol wordt afgewikkeld door draaien van de doekrol in een richting.The invention relates to a method for securing a cloth of a screen device unrolled from a cloth roll, wherein at the free end of the cloth, which faces away from the end of the cloth attached to a coupling point on the cloth roll, a cloth cloth bar is attached, the ends of which are guided along fixedly arranged guide members, and wherein the cloth is unwound from the cloth roll by rotating the cloth roll in one direction.

Bij dergelijke scherminrichtingen wordt het doek in het algemeen evenwijdig aan een af te schermen venster of dergelijke afgewikkeld om dienst te doen als zonwering. In de praktijk is gebleken, dat bijvoorbeeld bij het werken met beeldschermen en dergelijk 15 hinder wordt ondervonden door door windinvloeden en dergelijke veroorzaakte bewegingen van het scherm. Onder meer op grond daarvan is het gewenst, dat het scherm in een gespannen stand kan worden vastgezet. Met de uitvinding wordt nu een werkwijze beoogd, waarbij het van de doekrol afgewikkelde doek op eenvoudige wijze in een strak gespannen 20 stand kan worden vastgezet.In such shading devices, the fabric is generally unwound parallel to a window or the like to be shielded to serve as a sunshade. It has been found in practice that, for example when working with screens and the like, nuisance is experienced by movements of the screen caused by wind influences and the like. On the basis of this, among others, it is desirable that the screen can be secured in a tensioned position. The object of the invention is now a method in which the cloth unwound from the cloth roll can be fixed in a tightly tensioned position in a simple manner.

Volgens de uitvinding kan dit worden bereikt doordat men na het geheel afwikkelen van het doek van de doekrol door verdraaien van de doekrol in een richting de doekrol verder in dezelfde richting doordraait onder het weer in de richting van de doekrol trekken van de 25 doekbalk om met de doekbalk verbonden vergrendeldelen in ingrijping te brengen met verdere met de geleidingsorganen verbonden vergrendeldelen, terwijl men voor het van elkaar loskoppelen van de vergrendeldelen de doekbalk in tegengestelde richting in draaiing brengt.According to the invention this can be achieved in that after the cloth has completely unwound from the cloth roller by rotating the cloth roll in one direction, the cloth roll is further rotated in the same direction while pulling the cloth beam again in the direction of the cloth roll to to engage the cloth parts connected to the cloth beam with further locking parts connected to the guide members, while the cloth beam is rotated in the opposite direction for disconnecting the locking parts from each other.

Door toepassing van de werkwijze volgens de uitvinding kan 30 worden bewerkstelligd, dat voor het afwikkelen en het vastzetten van het doek het slechts nodig is om de doekrol in een en dezelfde richting te draaien, terwijl het voor het ontgrendelen en oprollen van het doek eveneens slechts nodig is om doekrol in een dezelfde richting te draaien. Dit geeft een aanzienlijk bedieningsgemak bij een zekere 35 werking van de vergrendel inrichting.By applying the method according to the invention it can be achieved that for unwinding and securing the cloth it is only necessary to rotate the cloth roller in one and the same direction, while also for only unlocking and rolling up the cloth required to rotate fabric roll in the same direction. This gives a considerable ease of operation with a certain operation of the locking device.

1009133 21009133 2

Een verder aspect van de uitvinding heeft betrekking op een scherminrichting voorzien van een doekrol en een doek, dat met een uiteinde in een aankoppel punt met de doekrol is gekoppeld, terwijl aan het vrije, van de doekrol afgekeerde uiteinde van het doek een doek-5 balk is bevestigd, welke zich uitstrekt tussen een tweetal een vaste stand innemende geleidingsorganen voor het geleiden van de uiteinden van de doekbalk.A further aspect of the invention relates to a screen device provided with a cloth roller and a cloth, which is coupled with an end point in a coupling point to the cloth roll, while a cloth-5 at the free end of the cloth remote from the cloth roll. beam is attached, which extends between two fixed-position guiding members for guiding the ends of the cloth beam.

Volgens de uitvinding zijn aan de uiteinden van de doekbalk eerste vergrendeldelen aangebracht, die samenwerken met met de gelei-10 dingsorganen verbonden tweede vergrendeldelen waarlangs de met de doekbalk verbonden eerste vergrendeldelen bewegen bij afrollen van het doek vanaf de doekrol door verdraaiing van de doekrol in een eerste draairichting, waarbij de uitvoering zodanig is, dat indien de eerste vergrendeldelen, na passeren van de tweede vergrendeldelen in een 15 eerste richting door verder draaien van de doekrol in de eerste draairichting in een tegengestelde richting, worden verplaatst, de eerste en tweede vergrendeldelen met elkaar in ingrijping komen voor het vastzetten van de doekbalk ten opzichte van de geleidingsorganen en bij een daarop volgende verdraaiing van de doekrol in een aan de 20 eerste draairichting tegengestelde draairichting de vergrendeldelen van elkaar worden losgekoppeld.According to the invention, first locking parts are arranged at the ends of the cloth beam, which co-act with second locking parts connected to the guide members, along which the first locking parts connected to the cloth beam move when the cloth is unrolled from the cloth roll by rotating the cloth roll in a first direction of rotation, the embodiment being such that if the first locking parts, after passing the second locking parts in a first direction, are moved by rotating the cloth roller in the first direction of rotation in an opposite direction, the first and second locking parts are moved with engage each other for securing the fabric beam relative to the guide members and upon subsequent rotation of the fabric roll in a direction of rotation opposite to the first direction of rotation the locking parts are released from each other.

Bij toepassing van de inrichting volgens de uitvinding zal bij het afrollen van het doek door verdraaiing van de doekrol in een eerste richting automatisch een vastzetten van het doek in de afgerol-25 de stand kunnen worden bewerkstelligd, terwijl bij het oprollen van het doek door draaiing van de doekrol in een aan de eerste draairichting tegengestelde draairichting het doek automatisch kan worden ontgrendeld en op de doekrol opgerold. Deze uitvoering maakt een eenvoudige constructie en bediening van de scherminrichting mogelijk, 30 waarbij het scherm in de ontrolde stand op eenvoudige wijze wordt vastgezet.When using the device according to the invention, when the cloth is unrolled, the cloth can be automatically secured in the unrolled position by rotating the cloth roller in a first direction, while when the cloth is rolled up by rotation of the fabric roll in a direction opposite to the first direction of rotation, the fabric can be automatically unlocked and rolled up on the fabric roll. This embodiment enables simple construction and operation of the screen device, whereby the screen is simply secured in the unrolled position.

De uitvinding zal hieronder nader worden uiteengezet aan de hand van schematisch in bijgaande figuren weergegeven uitvoeringsvormen van de constructie volgens de uitvinding.The invention will be explained in more detail below with reference to embodiments of the construction according to the invention schematically shown in the accompanying figures.

1009133 31009133 3

Figuren 1-3 tonen schematisch een dwarsdoorsnede door een scherminrichting volgens de uitvinding waarbij opvolgende fasen van het afwikkelen van het doek zijn weergegeven.Figures 1-3 schematically show a cross-section through a screen device according to the invention, showing subsequent phases of unwinding the cloth.

Figuur 4 toont, gedeeltelijk in doorsnede, een aanzicht op 5 een uiteinde van een doekbalk en het ondereinde van een geleidings-orgaan.Figure 4 shows, partly in section, a view of one end of a cloth beam and the bottom end of a guide member.

Figuur 5 toont een bovenaanzicht op het uiteinde van een doekbalk en een dwarsdoorsnede over het geleidingsorgaan.Figure 5 shows a top view of the end of a cloth beam and a cross-section over the guide member.

Figuur 6 toont een aanzicht op een vergrendel deel, gezien 10 volgens de lijn VI-VI in figuur 4.Figure 6 shows a view of a locking part, seen on the line VI-VI in figure 4.

Figuur 7 toont een bovenaanzicht op een verdere uitvoeringsvorm van een met het uiteinde van een doekbalk te koppelen vergrendel deel.Figure 7 shows a top view of a further embodiment of a locking part to be coupled to the end of a cloth beam.

Figuur 8 toont een aanzicht op figuur 7, gezien volgens de 15 pijl VIII in figuur 7.Figure 8 shows a view of Figure 7, seen according to the arrow VIII in Figure 7.

Figuur 9 toont een met figuur 6 overeenkomend aanzicht op een met een geleidingsorgaan te koppelen vergrendel orgaan bestemd om samen te werken met het in de figuren 7 en 8 weergegeven vergrendel-deel.Figure 9 shows a view corresponding with figure 6 of a locking member to be coupled to a guide member, intended to cooperate with the locking part shown in figures 7 and 8.

20 De in de figuren schematisch weergegeven scherminrichting omvat een doekrol 1, die om een gebruikelijk horizontaal opgestelde draaiingsas draaibaar in een aan een muur van een gebouw of dergelijke te bevestigen gestel 2 is gelegen.The screen device schematically shown in the figures comprises a cloth roller 1 which is rotatably mounted about a conventional horizontally disposed axis of rotation in a frame 2 to be fixed to a wall of a building or the like.

Een doek 3, dat eventueel gaasvormig kan zijn, is met een 25 uiteinde in een aankoppelpunt aan de doekrol gekoppeld met behulp van een in dit uiteinde van de doek aangebrachte snaar 4, die op gebruikelijke wijze in een daartoe in de doekrol aangebrachte, zich over de lengte van de doekrol uitstrekkende uitsparing 5 is geschoven.A cloth 3, which may optionally be gauze-shaped, is coupled to the cloth roll with an end in a coupling point by means of a string 4 arranged in this end of the cloth, which extends in the usual manner in a cloth roll arranged for this purpose. recess 5 extending the length of the fabric roll is slid.

Aan het van de doekrol afgekeerde vrije uiteinde van het 30 doek 3 is een doekbalk 6 bevestigd. Aan de uiteinden van de doekbalk 6 zijn afsluitplaten 7 bevestigd met behulp van een geheel met deze afsluitplaten 7 vormende en zich in uitsparingen in de doekbalk 6 uitstrekkende pennen 7’ (figuren 4, 5)A cloth beam 6 is attached to the free end of the cloth 3 remote from the cloth roll. Closing plates 7 are fixed to the ends of the cloth beam 6 by means of pins 7 forming a whole with these sealing plates 7 and extending in recesses in the cloth beam 6 (Figures 4, 5)

Aan de van de doekbalk afgekeerde zijde van de afsluitplaat 35 7 is een geheel met de afsluitplaat 7 vormende naaf 8 aangebracht. Aan het vrije uiteinde van de naaf 8 is een een geheel met de naaf vormen- mnonq 4 de, zich evenwijdig aan de afsluitplaat 7 uitstrekkende flens 9 aangebracht. In een zich door de flens 9 en de naaf 8 uitstrekkende boring is een pen 10 gestoken, zodanig dat de pen 10 over een deel van zijn lengte buiten de flens 9 uitsteekt.On the side of the closing plate 35 facing away from the cloth beam, a hub 8 forming a whole with the closing plate 7 is arranged. At the free end of the hub 8, a flange 9 extending parallel to the closing plate 7 is integral with the hub. A pin 10 is inserted into a bore extending through the flange 9 and the hub 8, such that the pin 10 projects beyond the flange 9 over part of its length.

5 Voor het geleiden van de doekbalk 6 bij het afrollen resp.5 For guiding the fabric beam 6 when unreeling or

oprollen van het doek 3 vanaf resp. op de doekrol 1 zijn geleidings-organen in de vorm van in doorsnede in hoofdzaak C-vormige profielen 11 aangebracht. Daarbij is, zoals in het bijzonder uit figuren 4 en 5 blijkt, de uitvoering zodanig, dat de aan de uiteinden van de doekbalk 10 6 bevestigde naven 8 kunnen bewegen door de spleet, die wordt begrensd door de naar elkaar toegekeerde einden van de C-vormige profielen, terwijl de flensen 9 zijn gelegen in het inwendige van de geleidings-organen of profielen 11.rolling up the fabric 3 from resp. guiding members in the form of substantially C-shaped profiles 11 in cross-section are arranged on the cloth roll 1. In addition, as is particularly apparent from Figures 4 and 5, the design is such that the hubs 8 attached to the ends of the canvas beam 6 can move through the gap, which is bounded by the facing ends of the C- shaped profiles, while the flanges 9 are located in the interior of the guide members or profiles 11.

Nabij het ondereinde van ieder profiel 11 is een vergren-15 del orgaan aangebracht dat wordt gevormd door een langgestrekt orgaan 12, dat nabij zijn boveneinde met behulp van een schroef 13 en moer 14 met het profiel 11 is gekoppeld, zodanig, dat het vergrendel orgaan 12 om een zich evenwijdig aan de doekrol uitstrekkende door de schroef 13 gevormde zwenkas ten opzichte van het profiel 11 verzwenkbaar is.Near the bottom end of each profile 11 a locking member is provided, which is formed by an elongated member 12, which is coupled to the profile 11 near its top end by means of a screw 13 and nut 14, such that the locking member 12 is pivotable relative to the profile 11 about a pivot axis formed by the screw 13 extending parallel to the cloth roll.

20 Het vergrendel deel 12 is voorzien van een aan zijn boven einde open groef 15, die, indien het vergrendel orgaan 12 vrij en onbelast in het profiel 11 hangt, zich ongeveer evenwijdig aan de lengte-as van het profiel en in de bewegingsbaan van een in de richting volgens pijl A (figuur 1) in het profiel bij het afrollen van het 25 doek 3 naar beneden bewegende pen 10 uitstrekt.The locking part 12 is provided with a groove 15 open at its top end, which, if the locking member 12 hangs free and unloaded in the profile 11, is approximately parallel to the longitudinal axis of the profile and in the path of movement of a in the direction according to arrow A (figure 1) in the profile extends pin 10 moving downwards when the cloth 3 is unrolled.

Nabij zijn ondereinde gaat deze groef 15 over in een zich schuin naar beneden onder een stompe hoek ten opzichte van de groef 15 uitstrekkende groef 16. Verder is in het vergrendel orgaan 12 een naast de groef 16 gelegen min of meer V-vormige uitsparing 17 aangebracht 30 die op nagenoeg dezelfde hoogte is gelegen als de groef 16 waarbij de groef 16 en de uitsparing 17 nabij hun boveneinden in open verbinding met elkaar staan. Op het boveneinde van de uitsparing 17 sluit een zich schuin omhoog in de richting van de groef 15 uitstrekkende groef 18 aan, die nabij zijn boveneinde uitloopt in het boveneinde van de 35 groef 15.Near its lower end, this groove 15 merges into a groove 16 extending obliquely downwards at an obtuse angle with respect to the groove 15. Furthermore, a more or less V-shaped recess 17 located next to the groove 16 is arranged in the locking element 12. 30 located at substantially the same height as the groove 16 with the groove 16 and the recess 17 in open communication with each other near their upper ends. A groove 18 extending obliquely upwards in the direction of the groove 15 connects to the upper end of the recess 17, which tapers into the upper end of the groove 15 near its upper end.

1 o o s n 3 51 o o n n 3 5

In het tussen de groeven 15 en 18 gelegen gedeelte 19 van het vergrendel deel is aan de onderzijde een uitsparing 20 aangebracht, die wordt begrensd door begrenzingsvlakken waarvan de vrije uiteinden 21 en 22 aan weerszijden zijn gelegen van het naar deze uitsparing 20 5 gerichte uiteinde van het tussen de groef 16 en de uitsparing 17 gelegen deel 23 van het vergrendel deel 12.In the part 19 of the locking part located between the grooves 15 and 18, a recess 20 is provided on the underside, which is delimited by boundary surfaces, the free ends 21 and 22 of which are located on either side of the end of the recess 20 directed towards this recess 20. the part 23 of the locking part 12 situated between the groove 16 and the recess 17.

Zoals nu in figuur 1 is weergegeven zal bij het afwikkelen van het doek 3 door verdraaiing van de doekrol in de richting volgens pijl D de doekbalk 6 in de richting volgens pijl A langs de profielen 10 11 naar beneden bewegen. Indien de doekbalk 6 de onderste uiteinden van de profielen 11 nadert zullen de aan de doekrol 6 bevestigde, vergrendel del en vormende pennen 10 in de groeven 15 naar beneden bewegen. De uitvoering is daarbij zo getroffen, dat indien het aankoppel punt van het doek 3 aan de doekrol 1, dat wil zeggen de snaar 4, na 15 het geheel afwikkelen van het doek van de doekrol gezien in figuur 1 zijn onderste stand bereikt de pennen 10 de ondereinden 22 van de begrenzingsvlakken van de uitsparing 20 zullen hebben gepasseerd en door hun beweging in de groeven 16 in een stand onder de uitsparing 20 zijn bewogen.As is now shown in figure 1, when the cloth 3 is unwound, the cloth beam 6 will move down along the profiles 10 by rotating the cloth roll in the direction according to arrow D, in the direction according to arrow A. As the cloth beam 6 approaches the lower ends of the profiles 11, the locking member and forming pins 10 attached to the cloth roll 6 will move downwards in the grooves 15. The design is thereby effected such that if the point of attachment of the cloth 3 to the cloth roll 1, i.e. the string 4, after 15 completely unwinding the cloth from the cloth roll as seen in figure 1, the pins 10 reach the lower ends 22 of the boundary surfaces of the recess 20 will have passed and moved by their movement in the grooves 16 into a position below the recess 20.

20 Bij het verder doordraaien van de doekrol 1 in de richting volgens pijl D zal het doek 3 met de doekbalk 6 weer omhoog worden getrokken in de richting van pijl B (figuur 2), waarbij de de vergrendel del en vormende pennen 10 zullen vallen in de vergrendel del en vormende uitsparingen 20, zodat het doek 3 kan worden strak getrokken 25 doordat de doekbalk 6 door de met elkaar samenwerkende vergrendel del en 10 en 20 wordt vastgehouden, waarbij het vergrendel orgaan enigszins wordt verzwenkt zoals duidelijk zal zijn uit figuur 2.When the cloth roller 1 is further rotated in the direction according to arrow D, the cloth 3 with the cloth beam 6 will be pulled up again in the direction of arrow B (figure 2), whereby the locking part and forming pins 10 will fall into the locking member and forming recesses 20, so that the fabric 3 can be pulled tight by holding the fabric bar 6 by the cooperating locking members and 10 and 20, the locking member being slightly pivoted as will be apparent from Figure 2.

Voor het opwikkelen van het doek zal de doekrol in een richting tegengesteld aan pijl D in draaiing worden gebracht (figuur 30 3). Hierbij zal aanvankelijk de doekbalk 6 met de daaraan bevestigde pennen 10 omlaag bewegen waarbij door de boven beschreven vormgeving van de uitsparingen 20 en de tussen groeven 16 en de uitsparingen 17 gelegen delen 23 van de vergrendel organen 12 de pennen 10 in de uitsparingen 17 terecht zullen komen. Bij verder doordraaien van de 35 doekrol in een richting tegengesteld aan pijl D, zullen de pennen 10 door de groef 18 omhoog bewegen in de richting volgens pijl B en zoTo wind up the cloth, the cloth roll will be rotated in a direction opposite to arrow D (figure 30 3). Initially, the cloth beam 6 with the pins 10 attached thereto will move downwards, whereby the pins 10, which will lie between the grooves 16 and the recesses 17 between the grooves 16 and the recesses 17, will engage the recesses 17 through the above-described design of the recesses 20. come. When the cloth roll is further rotated in a direction opposite to arrow D, the pins 10 will move upwards through the groove 18 in the direction according to arrow B and so on.

1 o n Q 1 3 A1 o n Q 1 3 A

6 vrijkomen van de vergrendel organen 12 tijdens het opwikkelen van het doek 3.6 release of the locking members 12 during winding of the fabric 3.

Het verdraaien van de doekrol kan uiteraard op gebruikelijke wijze met de hand worden bewerkstel!igd. Doelmatig wordt echter 5 gebruik gemaakt van een in de doekrol opgenomen elektromotor, die met daarbij behorende uitrusting zodanig is uitgevoerd, dat indien tijdens het verdraaien van de doekrol in de richting volgens pijl D een zekere weerstand wordt ondervonden doordat de doekbalk 6 op de boven beschreven wijze wordt vergrendeld tegen een beweging in de richting volgens 10 pijl B de motor automatisch zal uitschakelen.Of course, the rotation of the cloth roll can be effected manually. Expediently, however, use is made of an electric motor incorporated in the cloth roll, which is designed with associated equipment such that if during the rotation of the cloth roll in the direction according to arrow D, a certain resistance is encountered in that the cloth beam 6 described above locked in a direction in the direction of arrow B, the motor will automatically shut off.

Zoals in figuur 7 en 8 is weergegeven kan ook gekozen worden voor een uitvoering, waarbij de boven beschreven flens 9 is vervangen door een flens 24, die met behulp van een zich evenwijdig aan de lengterichting van de doekrol 6 uitstrekkende as 25 draaibaar 15 gekoppeld is met de naaf 8. Aan de van de as 25 afgekeerde zijde van de flens 24 is een zich evenwijdig aan en op afstand van de as 25 gelegen, een vergrendel deel vormende pen 26 aan de flens 24 bevestigd.As shown in Figures 7 and 8, an embodiment can also be chosen, in which the above-described flange 9 is replaced by a flange 24, which is rotatably coupled 15 by means of an axis 25 extending parallel to the longitudinal direction of the fabric roll 6. with the hub 8. On the side of the flange 24 remote from the shaft 25, a pin 26 forming a locking part forming parallel to and at a distance from the shaft 25 is attached to the flange 24.

Bij toepassing van een dergelijke ten opzichte van de doekbalk 6 om een zich evenwijdig aan de doekrol uitstrekkende as 25 20 verdraaibare pen 26 kan gebruik worden gemaakt van het in figuur 9 weergegeven vergrendel orgaan 27, dat vast in een desbetreffend profiel 11 kan worden opgesteld. Daarbij is dit vergrendel orgaan 27 voorzien van een met de groef 15 overeenkomende groef 15’, die aan zijn boveneinde uitmondt in een aan zijn boveneinde open trechtervormige uitspa-25 ring 28. Verder is dit vergrendel orgaan 27 voorzien van met de hierboven beschreven onderdelen 16-23 overeenkomende delen 16’-23’.When such a pin 26 rotatable relative to the cloth beam 6 about a shaft 25 extending parallel to the cloth roll, use can be made of the locking member 27 shown in figure 9, which can be fixedly arranged in a corresponding profile 11. This locking member 27 is provided with a groove 15 'corresponding to the groove 15, which opens at its top end into a funnel-shaped recess 28 open at its top end. Furthermore, this locking member 27 is provided with the parts 16 described above. -23 matching parts 16'-23 '.

De samenwerking van de beide vergrendel del en 26 en 20’ volgens de uitvoeringsvorm volgens figuren 7-10 is in principe gelijk aan die van de samenwerking van de vergrendel del en 10 en 20 volgens de 30 hierboven beschreven eerste uitvoeringsvorm waarbij de vaste opstel ling van het vergrendel orgaan 27 mogelijk is door de verdraaibare opstelling van het vergrendel deel 26.The cooperation of the two locking parts and 26 and 20 'according to the embodiment according to figures 7-10 is in principle the same as that of the cooperation of the locking parts and 10 and 20 according to the first embodiment described above, in which the fixed arrangement of the locking member 27 is possible by the rotatable arrangement of the locking part 26.

Uiteraard zijn er binnen de geest en beschermingsomvang van de uitvinding wijzigingen en aanvullingen op de boven beschreven 35 uitvoeringsvormen denkbaar. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat de met 1 Π Π O 1 o q 7 de geleidingsorganen 11 "verbonden" vergrendel del en op afstand van deze geleidingsorganen zijn opgesteld.Naturally, within the spirit and scope of the invention, modifications and additions to the above-described embodiments are conceivable. For example, it is possible that the locks "connected" to 1 Π Π O 1 o q 7 of the guide members 11 are arranged at a distance from these guide members.

5 ,10 091 3 35, 10 091 3 3

Claims

1. A method for securing a cloth of a screen device unrolled from a cloth roll, wherein a cloth beam is attached to the free end 5 of the cloth, which is remote from the end of the cloth fastened to a coupling point on the cloth roll. ends are guided along fixedly arranged guiding members and wherein the cloth is unwound from the cloth roll by rotating the cloth roll in one direction, characterized in that after the cloth has been completely unwound from the cloth roll by rotating the cloth roll in one direction of the fabric roll further rotates in the same direction pulling the fabric beam back toward the fabric roll again to engage latch connected to the fabric beam and engage further latches connected to the guide members while disengaging from each other of the latch and rotates the fabric bar in the opposite direction.

2. Screening device provided with a cloth roller and a cloth, which is coupled with an end in a coupling point to the cloth roller, while a cloth beam is attached to the free end of the cloth 20 remote from the cloth roller, which extends between two one fixed-position guiding members for guiding the ends of the cloth beam, characterized in that at the ends of the cloth beam first locking parts are provided, which co-act with second locking parts connected to the guiding members and along which the cloth beam connected first locking parts move when the cloth is unrolled from the cloth roller by rotating the cloth roller in a first direction of rotation, the embodiment being such that if the first locking parts pass the second locking parts in a first direction by further rotation of the cloth roll in the first direction of rotation, the first and second locks are moved in an opposite direction parts engage with each other for securing the fabric beam relative to the guide members and upon subsequent rotation of the fabric roll in a direction opposite to the first direction of rotation the locking parts are released from each other. 1009133

Screening device according to claim 2, characterized in that the ends of the cloth beam are provided with locking pins extending and extending parallel to the longitudinal direction of the cloth beam, and which cooperate with locking members connected to the guide members and which are provided from a first groove which extends substantially in the direction of displacement of the cloth beam and transitions at an obtuse angle to this first groove enclosing second groove which is separated from an adjacent recess by a backing provided under a locking member a recess forming a locking portion is defined, which is bounded by boundary walls, the free ends of which are located on either side of the protruding back.

4. Screen device according to claim 3, characterized in that a further groove adjoins the recess, which extends obliquely upwards in the direction of the top end of the first groove and connects there to this first groove.

Screening device according to claim 3 or 4, characterized in that the locking member is pivotable around its top end about a pivot axis extending parallel to the cloth roll.

Screening device according to claim 3 or 4, characterized in that a pin connected to the cloth beam is rotatable relative to the cloth beam about a pivot axis extending parallel to the cloth roll. 1 0 0 P 1 3 9