NL1008907C2 - Inbraakwerende slotvoorplaat en slotsamenstel. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Inbraakwerende slotvoorplaat en slot- samenstel.

De uitvinding heeft betrekking op een slotvoorplaat volgens de aanhef van conclusie 1, alsmede op een slotsa-menstel volgens de aanhef van de conclusie 5.

Van een in een paneel ingelaten slot is het slothuis, 5 dat het door de sleutel aangedreven bedieningsmechanisme voor de enkele dan wel meerdere schoten bevat, aan de voorzijde vastgezet aan een zogenaamde slotvoorplaat die veelal in de eindrand van de paneel (deel of raam) waarin het slot is opgenomen is ingelaten.

10 Een dergelijke constructie is inbraakgevoelig: de schoot is via de, vrij toegankelijke en steeds aanwezige sluitnaad tussen paneel en kozijn (waarvan de breedte is voorgeschreven op 3 tot 4 mm) vrij toegankelijk zodat bij naar binnen draaiende deuren waarvan het slot niet roet de 15 nachtschoot is vergrendeld door het "flipperen” de dag-schoot kan worden teruggeduwd, terwijl bij naar buiten draaiende deuren met behulp van manipulatiegereedschap op de schoot kan worden ingewerkt. Uiteraard is er geen enkele bescherming van de slotkast die vanuit de sluitnaad 20 en het aangrenzend paneelmateriaal bereikbaar is.

De uitvinding beoogt deze bezwaren te ondervangen en een slotvoorplaat te verschaffen welke een verbeterde inbraakveiligheid geeft. Volgens de uitvinding wordt een dergelijke slotvoorplaat gekenmerkt door een vanuit een 25 lange zijde van het lijf uitgaande dwarse afdekstrip ter overbrugging van de ruimte tussen een de eindrand der slotvoorplaat opnemend paneel enerzijds en een dit omringend kozijn anderzijds.

Voorkeursuitvoeringsvormen van deze slotvoorplaat 30 zijn gedefinieerd in de conclusies 2-4.

De in conclusie 4 beschreven maatregel geeft een gunstige bescherming van de zone van het paneel rond het slothuis waardoor ook het slothuis veel beter beschermd is.

1008907 2

De volgens de uitvinding toegepaste slotvoorplaat kan worden toegepast bij een enkel slot doch bijzondere voordelen worden verkregen wanneer de slotvoorplaat wordt uitgevoerd op een wijze die bij het combineren met meerde-5 re sloten resulteert in een meerpuntsluiting. Een dergelijke slotvoorplaat is volgens de uitvinding uitgevoerd op de in conclusie 5 beschreven wijze.

De twee, op afstand van elkaar gelegen ribben worden in de eindrand van het paneel ingelaten en vormen een 10 effectieve geleiding en bescherming van de, veelal vanuit het centrale slot uitgaande, bedieningsstangen voor de twee andere sloten.

De gevraagde uitsluitende rechten strekken zich voorts uit tot een meerpuntsluiting omvattende drie, in 15 een slotvoorplaat opgenomen langwerpige sloten waarvan de buitenliggende bijzetsloten elk via een bedieningsstang zijn gekoppeld met het centrale hoofdslot en waarbij van de slotvoorplaat een lange lijfeindrand zich voortzet in een in hoofdzaak dwars daarop staande afdekstrip ter 20 overbrugging van de ruimte tussen een het slotsamenstel opnemend paneel en een kozijn, en van dit lijf in tegengestelde richting twee op afstand van elkaar gelegen ribben uitgaan voor het daartussen opnemen van de bedieningsstangen der bijzetsloten.

25 Bij voorkeur is een dergelijke meerpuntsluiting uitgevoerd op de in conclusie 8 gedefinieerde wijze.

Het monteren van de gebruikelijke meerpuntsluitingen is een bijzonder arbeidsintensief en nauwkeurig uit te voeren karwei. De slotvoorplaat moet nauwkeurig in de 30 deureindrand worden ingelaten waarbij ruimte moet worden uitgespaard voor het opnemen van de vanuit het hoofdslot naar de bijzetsloten verlopende bedieningsstangen. Wanneer dit niet zeer nauwkeurig gebeurt lopen de bedieningsstangen klem en is de sluiting niet of slechts moeilijk be-35 dienbaar. In de praktijk treden bij de gebruikelijke meerpuntsluitingen veelvuldig problemen op door kromtrekken en zwellen van de deur.

1 008907 3

Al deze problemen worden met de meerpuntsluiting volgens de uitvinding ondervangen: niet alleen is bij deze sluiting de, voor braak kwetsbare, ruimte tussen deur en kozijn volledig afgeschermd en is ook de voorrand van het 5 panel door de tweede afschermstrip beschermd doch bovendien liggen de bedieningsstangen veilig opgesloten binnen de van het lijf uitgaande ribben: het monteren van de meerpuntsluiting wordt daardoor niet alleen aanzienlijk vergemakkelijkt doch bovendien is verzekerd dat, door de 10 beschermde ligging der bedieningsstangen, de sluiting ten allen tijde probleemloos zal kunnen worden bediend. De ruimte waarbinnen de ribben die de bedieningsstangen omsluiten moeten worden opgenomen kan ruimer zijn dan noodzakelijk zonder dat dit het uiterlijk van de deur 15 nadelig beïnvloed zodat een probleemloze montage is verzekerd.

Bij de gebruikelijke meerpuntsluitingen met de smalle slotvoorplaat heeft men voor wat betreft de plaatsing van de bevestigingsschroeven geen keus : deze gaan door de 20 hartlijn van de slotvoorplaat zodat in de bedieningsstangen een aantal ( 8 tot 10 ) langwerpige sleuven moeten worden gevormd, elk ter lengte van de slag van de bedie-ningsstang. Deze sleuven geven uiteraard een plaatselijke verzwakking van, de toch reeds smalle en dunne (12 x 2 mm) 25 bedieningsstangen die, wanner geen tegenmaatregelen worden getroffen, leidt tot plaatselijk uitknikken daarvan. Deze tegenmaatregelen bestaan uit het aanbrengen van plaatselijke geleidingen die elk de vorm hebben, van een korte, door de gleuf gaande schacht met het ene einde vastgezet 30 aan de slotvoorplaat en met aan het andere einde een verbrede, achter de stang grijpende, kop. Het vormen van de sleuven in de bedieningsstangen maakt deze duur terwijl het aanbrengen van de extra geleidingen -wat uiteraard slechts kan geschieden nadat slotvoorplaat, sloten en 35 stangen zijn geassembleerd- ook kostverhogend werkt.

Het monteren van de meerpuntsluiting vergt veel zorg: wanneer te dikke bevestigingschroeven worden gebruikt of 1 008907 4 wanneer ook maar één schroef enigszins scheef is ingedraaid zal een bedieningsstang daartegen aanlopen en wordt de bediening ernstig belemmerd, zoniet onmogelijk gemaakt. Scheef trekken van de deur heeft eveneens tot gevolg dat 5 de bedieningsstangen tegen een of meer schroeven aanlopen.

Bij de slotvoorplaat volgens de uitvinding vervallen al deze bezwaren: de plaat is breed genoeg om de schroeven aan weerskanten van de bedieningsstangen aan te brengen.

Een groot voordeel van het voorstel der uitvinding is 10 dat door het toepassen daarvan een normale meerpuntslui-ting die, indien op zichzelf staan toegepast, zou resulteren in een beveiliging van de klasse "standaard" en slechts door het bijplaatsen van een anti-inbraakstrip van deze kategorie kan overgaan naar de kategorie "zwaar", ) ; 15 door het gebruik van de volgens de uitvinding voorgestelde slotvoorplaat direct reeds in de kategorie "zwaar" valt.

De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van de tekening. Daarin tonen: fig. 1 een gedeeltelijke doorsnede van een kozijn, 2 0 een daarin af gehangen deur en in respectievelijk op deze deur aangebracht slot met slotvoorplaat volgens de uitvinding; fig. 2 een perspectivische afbeelding van een meer-puntsluiting uitgevoerd met de slotvoorplaat volgens de 25 uitvinding; fig. 3 een gedeeltelijke doorsnede door ene uitvoeringsvorm van de slotvoorplaat volgens uitvinding geschikt voor een meerpuntsluiting; fig. 4 en gedeeltelijke doorsnede door een wat gewij-30 zigde uitvoeringsvorm van deze slotvoorplaat; fig. 5 een gedeeltelijke doorsnede door een derde uitvoeringsvorm van deze slotvoorplaat; fig. 6 een gedeeltelijke doorsnede door een vierde uitvoeringsvorm der slotvoorplaat.

35 In de fig. 1 en 3 t/m 6 is met het verwijzingscijfer 2 aangegeven een vast kozijn, met 4 een daarin afgehangen i j deur, en met 6 een tussen kozijn en deur opgenomen tocht- j 1 0089 07 5 respectievelijk stootstrip.

Fig. 1 toont hoe in de deur 4 een slot 10 met een dagschoot 12 is ingelaten; de schoot 12 past in de uitsparing 14 die is gevormd in het kozijn 2 en is af gedekt met 5 de sluitplaat 16.

Het, enkele, slot 10 heeft de volgens de uitvinding uitgevoerde slotvoorplaat 18. Deze slotvoorplaat 18 bestaat uit het lijf deel 22 dat over de gehele breedte van de voorrand 24 der deur 4 reikt; aan de naar buiten ge-10 keerde eindrand gaat deze slotvoorplaat over in een haaks omgezet, een afdekstrip 26 vormend gedeelte dat de, in-braakgevoelige spleet 28 tussen kozijnen en paneelvoorrand af dekt. Voort gaat van het huis een van het kozijn af gerichte afdekstrip 30 uit die valt over de voorplaat van 15 de deur 4 en aldus het slothuis 10 voor braakgereedschap ontoegankelijk maakt.

Fig. 2 toont een voorkeursuitvoeringsvorm van een meerpuntsluiting voorzien van een aangepaste op de uitvinding gebaseerde slotvoorplaat van welke slotvoorplaat de 20 fign. 3 t/m 6 in doorsnede enige uitvoeringsvormen tonen. Fig. 2 toont een langwerpige, slotvoorplaat 40 waarvan het lijf 42 drie sloten draagt: het centrale slot 44 met dagschoot 46 en nachtschoot 48 en twee bijzetsloten, en wel het bovenste bijzetslot 50 met penvormige schoot 52 en 25 het onderste bijzetslot 54 met onderste penvormige schoot 56. Voorts draagt het lijf 42 de af schermstrip 58 die overeenkomt met de af schermstrip 26 in fig. 1 en is in fig. 2 ook nog een gedeelte zichtbaar van de tweede, in gemonteerde toestand tegen paneel of deur aanliggende 30 strip 60 die overeenkomt met de strip 30 in fig. 1.

Een doorsnede van deze slotvoorplaat is getoond in fig. 3. Gebruikelijk zijn bij meerpuntsluitingen, zoals die in fig. 2, de bijzetsloten 50, 54 gekoppeld met het centrale, hoofdslot 44 via van dit hoofdslot 44 uitgaande 35 bedieningsstangen. Fig. 3 toont hoe deze bedieningsstangen 62 zijn opgenomen tussen twee van het lijf uitgaande ribben 64 en 66 die tussen zich een ruimte 68 bepalen 1 008907 6 welke in de eindrand van de deur 4 is uitgespaard. De bedieningsstangen 62 zijn aldus beschermd tussen de ribben 64 en 66 opgenomen: zwellen of kromtrekken van de deur kan de goede werking van de meerpuntsluiting niet nadelig 5 beïnvloeden. Het monteren van de slotvoorplaat is bijzonder eenvoudig omdat de ruimte waarin de ribben 64, 66 uiteindelijk komen te liggen niet bijzonder nauwkeurig behoeft te worden afgewerkt en in het bijzonder groter kan zijn dan strikt noodzakelijk.

10 De figuur toont hoe de slotvoorplaat 40 is vastgezet met over de lengte daarvan aan weerskanten van de ribben 64, 66 aangebrachte schroeven 68, dit met de in het voorgaande reeds uiteengezette voordelen.

De figuren 4 t/m 6 tonen enigszins gewijzigde uitvoe-15 ringsvormen.

Fig. 4 toont een slotvoorplaat 440 waarvan het lijf 442 korter is dan het lijf 42 van de slotvoorplaat 40 uit fig. 3 en, zoals links onder in de deur 4 zichtbaar is, in de voorrand daarvan is ingelaten.

20 Fig. 5 toont een overeenkomstige uitvoering waarbij de slotvoorplaat 540 een lijf deel 542 heeft dat zich voortzet in een getrapte afdekstrip die bestaat uit een eerste, dwars op het lijf deel 542 staand deel 558 en een dwars daarop staand einddeel 70.

25 Fig. 6 ten slotte toont een uitvoering van de slot voorplaat 640 die vergaand overeenkomt met de uitvoeringsvorm volgens de fign. 4 en 5 doch waarbij het lijfdeel 642 aan de buiteneindrand overgaat in een V-vormige afdekstrip 658 waarmee de spleet tussen slotvoorplaat 642 en kozijn 2 30 wordt afgedekt.

j 1 008907

Claims (8)

1. Slotvoorplaat met in het langwerpig lijf daarvan een uitsparing voor het doorlaten van ten minste een slot- 5 schoot en met voorzieningen voor het aan dit lijf bevestigen van een slotkast, gekenmerkt door een vanuit een lange zijde van het lijf uitgaande dwarse afdekstrip ter overbrugging van de ruimte tussen een de eindrand der slotvoorplaat opnemend paneel enerzijds en een dit omringend 10 kozijn anderzijds.

2. Slotvoorplaat volgens conclusie l, met het kenmerk, dat de afdekstrip in doorsnede een in hoofdzaak V-vormige configuatie heeft waarvan de punt in gemonteerde toestand 15 naar buiten is gericht.

3. Slotvoorplaat volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat het einde van de afdekstrip zich voortzet in een dwars daarop staand einddeel waarvan de eindrand in gemonteerde 20 toestand naar buiten is gericht.

4. Slotvoorplaat volgens conclusie 1-3, gekenmerkt door een op afstand onder de eerste strip gelegen, dwars van het lijf uitgaande tweede strip, bestemd ter aanligging 25 tegen de buitenwand van het paneel.

5. Slotvoorplaat volgens conclusie 1-4, gekenmerkt door ten minste drie op afstand van elkaar gelegen uitsparingen, elk voor het doorlaten van de respectievelijke schoot 3. van een van drie van elkaar gescheiden schoten en door twee, op afstand van elkaar gelegen, aan de slotkastzijde van het lijf uitgaande ribben voor het daartussen opnemen van een slotbedieningsstang.

6. Slotsamenstel, gekenmerkt door een slotvoorplaat volgens een of meer der conclusie 1-5 en een of meer, daaraan vastgezette, sloten. 1008907

7. Meerpuntsluiting omvattende drie in een langwerpige slotvoorplaat opgenomen sloten waarvan de buiten liggende bijzetsloten elk via een bedieningsstang zijn gekoppeld met een centrale hoofdslot, met het kenmerk, dat van de 5 slotvoorplaat een lange lijfeindrand zich voortzet in een in hoofdzaak dwars daarop staande afdekstrip ter overbrugging van de ruimte tussen een het slotsamenstel opnemend paneel en een kozijn, en van dit lijf in tegengestelde richting twee op afstand van elkaar gelegen ribben uitgaan 10 voor het daartussen opnemen van de bedieningsstangen der bijzetsloten.

8. Meerpuntsluiting volgens conclusie 7, gekenmerkt door een op afstand van de afdekstrip gelegen, dwars van het 15 lijf uitgaande tweede strip, bestemd de aanligging tegen de buitenwand van een panel. i 1 008907