NL1008899C2

NL1008899C2 - Vormdeel, in het bijzonder in de vorm van een plaat, dat een samengeperst mengsel van bindmiddel en vulmiddel omvat, werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van een dergelijk vormdeel, alsmede vloerplaten, een sporthal voorzien van dergelijke vloerplaten, plafondplaten, relatiegeschenken, kunstvoorwerpen en meubels.

Info

Publication number: NL1008899C2
Application number: NL1008899A
Authority: NL
Inventors: Wilhelmus Martinus Ant Kusters
Original assignee: Syntech Holdings Bv
Priority date: 1998-04-16
Filing date: 1998-04-16
Publication date: 1999-10-19

Description

Korte aanduiding: Vormdeel, in het bijzonder in de vorm van een plaat, dat een samengeperst mengsel van bindmiddel en vulmiddel omvat, werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van een dergelijk vormdeel, alsmede 5 vloerplaten, een sporthal voorzien van dergelijke vloerplaten, plafondplaten, relatiegeschenken, kunstvoorwerpen en meubels.

De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een 10 vormdeel, in het bijzonder in de vorm van een paneel of plaat, dat een samengeperst mengsel van bindmiddel en vulmiddel omvat. De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze en inrichting voor het vervaardigen van een vormdeel, in het bijzonder een plaat, waarbij een mengsel, dat bindmiddel en vulmiddel omvat, wordt samengeperst en 15 verwarmd. Daarnaast heeft de onderhavige uitvinding betrekking op vloerplaten, een sporthal voorzien van dergelijke vloerplaten, alsmede op plafondplaten, relatiegeschenken, kunstvoorwerpen en meubels.

Een dergelijk vormdeel is bekend uit het Europees octrooi 0 338 047 waarbij als polyurethan een granulaat van hard 20 polyurethanschuim en integraal schuim wordt toegepast, waarbij de hoeveelheid granulaat van integraal schuim 10 gew.% tot 99 gew.% bedraagt. Als vulmiddelen worden genoemd glasvezels, textiel vezels, asbest, leer en cellulose. Bovendien kunnen langwerpige rubberdeeltjes als vulmiddel worden toegepast. Het toegepaste vulmiddelgehalte bedraagt ten hoogste 25 50 %. Hoewel in voorbeeld 1 van dit Europees octrooi is vermeld dat een dergelijk vormdeel geschikte eigenschappen bezit om te worden toegepast als plaatelement voor vloeren in sporthallen, heeft het laboratorium sporttechniek van de Stichting N0C*NSF te Papendal dergelijke platen als sportvloer afgekeurd omdat zij niet de gewenste mechanische eigenschappen 30 bezitten. Met name is de elasticiteit van een dergelijke vloer ongeschikt voor indoorsporten.

Daarnaast is voorgesteld om als vulmiddel papierresten toe te passen, maar de toepassing van papier werd als onmogelijk beschouwd ten gevolge van de vochtopname van het papier waardoor het materiaal 35 ongeschikt zou zijn om in dergelijke platen te worden verwerkt. In verband met grote hoeveelheden bankpapieren die de komende jaren vrijkomen ten 1008899 i 2 gevolge van de invoering van een nieuwe munteenheid in Europa is het daarom gewenst hiervoor een bruikbare toepassing te vinden.

Het doel van de onderhavige uitvinding is daarom te voorzien in een vormdeel, in het bijzonder in de vorm van een plaat, dat 5 de hiervoor genoemde nadelen niet bezit. Daarnaast is het gewenst een toepassing te verschaffen waarin op technisch en economisch verantwoorde wijze een oplossing wordt gevonden voor het doelmatig hergebruiken van oud bankpapier.

Het vormdeel zoals vermeld in de aanhef, wordt volgens 10 de onderhavige uitvinding gekenmerkt doordat als vulmiddel bankbiljetten zijn toegepast.

Het volgens de onderhavige uitvinding verkregen vormdeel is geschikt om te worden toegepast als vloerelement, in het bijzonder voor sportvloeren, als element voor het vervaardigen van meubels, deuren, 15 plafondonderdelen en wanddelen, waarbij het met name geschikt is als constructie-element voor bouwdoeleinden. Een andere toepassing van het volgens de onderhavige uitvinding verkregen vormdeel ligt op het gebied van kunstvoorwerpen, decoratieve produkten en relatiegeschenken, zoals attaché-koffers, dienbladen, vogelhuisjes en dergelijke. Met name is het 20 onderhavige vormdeel geschikt om in toepassingen waarin gebruikelijk houten elementen, spaanplaten en geperste platen worden verwerkt, dergelijke materialen te vervangen door het volgens de onderhavige uitvinding verkregen vormdeel dat wordt gekenmerkt doordat het als vulmiddel bankbiljetten omvat.

25 In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van het vormdeel volgens de onderhavige uitvinding zijn gemalen, tot snippers verwerkte bankbiljetten als vulmiddel toegepast. Het toepassen van tot snippers verwerkte bankbiljetten zorgt ervoor dat er een homogeen mengsel van bindmiddel en vulmiddel ontstaat waardoor na een warmtebehandeling 30 onder samendrukken een homogeen vormdeel wordt verkregen.

Het percentage bankbiljetten ligt in het algemeen tussen 20 - 98 gew.%, in het bijzonder tussen 25 - 95 gew.%, bij voorkeur tussen 40 - 80 gew.%, met name tussen 50 - 75 gew.%, op basis van het gewicht van het uiteindelijke vormdeel. Indien het percentage bankbiljetten in 35 het uiteindelijke vormdeel lager is dan 20 gew.%, dan worden mechanische eigenschappen verkregen die onvoldoende zijn. Bovendien zal de kostprijs 1 008899 3 van het uiteindelijke vormdeel bij een gering percentage bankbiljetten toenemen, hetgeen in de praktijk ongewenst is. Indien het percentage bankbiljetten in het vormdeel meer dan 98 gew.% bedraagt, dan is het uiteindelijke vormdeel ongeschikt om te worden toegepast als bijvoorbeeld 5 een plaat voor sportvloeren. Uit experimenten is gebleken dat in het bijzonder een hoge E-modulus, welke parameter voor sportvloeren van belang is, wordt verkregen indien het percentage bankbiljetten tussen 50 - 75 gew.% ligt. Voor andere toepassingsdoeleinden, zoals meubels, wanddelen plafonddelen en dergelijke, waarbij de E-modulus geen doorslaggevende 10 parameter is, bedraagt het percentage bankbiljetten bij voorkeur 40 - 80 gew.%, op basis van het gewicht van het uiteindelijke vormdeel. Een bijzonder gewenst vormdeel heeft een samenstelling van 94 gew.% bankbiljetten en 6 gew.% bindmiddel. Bovendien is het in bepaalde uitvoeringsvormen gewenst om naast het onderhavige vulmiddel bankbiljetten 15 één of meer gebruikelijke, volgens de stand van de techniek bekende vulmiddelen toe te passen, bijvoorbeeld talk, roet, siliciumdioxide en dergelijke. Het moet echter duidelijk zijn dat het toepassingsdoel van het uiteindelijke vormdeel de bijzondere verhouding bankbil jetten:bindmid-del bepaalt, waarbij volgens de onderhavige uitvinding het percentage 20 bankbiljetten bij voorkeur ligt tussen 20 - 98 gew.%.

Het toe te passen bindmiddel is in het bijzonder niet kritisch. Als geschikte bindmiddelen kunnen isocyanaatgroepen bevattende verbindingen, minerale bindmiddelen, thermohardende binmiddelen, zoals melamineharsen en fenolharsen, polyesterharsen, epoxyharsen worden 25 toegepast. Dergelijke bindmiddelen kunnen alleen of in een mengsel worden toegepast waarbij het in sommige uitvoeringsvormen de voorkeur verdient dat initiatoren aanwezig zijn. Ter verbetering van de stromingseigenschap-pen van het mengsel van bindmiddel en vulmiddel verdient het in bepaalde uitvoeringsvormen de voorkeur één of meer oplosmiddelen toe te passen. 30 Bovendien verdient het in het bijzonder de voorkeur als bindmiddel een isocyanaatgroepen bevattende verbinding toe te passen, waardoor na een warmtebehandeling onder samendrukken een uniform vormdeel wordt verkregen.

In een bijzondere uitvoeringsvorm van het vormdeel volgens de onderhavige uitvinding verdient het de voorkeur om aan het 35 mengsel van bindmiddel en bankbiljetten polyurethan toe te voegen. Polyurethan heeft een gunstige invloed op de integriteit van het 1008899 4 uiteindelijke vormdeel waarbij de hoeveelheid polyurethan in het bijzonder niet is beperkt. In het algemeen zal de hoeveelheid bankbiljetten liggen tussen 20 - 98 gew.%, bij voorkeur tussen 40 - 80 gew.%, met name tussen 50 - 75 gew.%, op basis van het gewicht van het uiteindelijke vormdeel, 5 waarbij de resterende hoeveelheid is samengesteld uit bindmiddel, polyurethan en verder een of meer toevoegmiddelen, zoals hierna zal worden beschreven.

Het vormdeel volgens de onderhavige uitvinding kan verder een of meer toevoegmiddelen bevatten, gekozen uit de groep bestaande 10 uit pigmenten, brandvertragende middelen, vloeimiddelen, stabilisatiemidde-len en middelen voor het beschermen tegen UV-straling. Zoals reeds hiervoor is vermeld, kan het vormdeel volgens de onderhavige uitvinding naast het onderhavige vulmiddel bankbiljetten ook één of meer, volgens de stand van de techniek bekende vulmiddelen bevatten.

15 De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een werkwijze voor het vervaardigen van een vormdeel, in het bijzonder een plaat, waarbij een mengsel, dat bindmiddel en vulmiddel bevat, wordt samengeperst en verwarmd, welke werkwijze volgens de onderhavige uitvinding wordt gekenmerkt doordat op een eerste substraat het mengsel in een laag 20 wordt aangebracht, waarna vervolgens over het van het mengsel voorziene eerste substraat een tweede substraat wordt aangebracht en het aldus verkregen samenstelsel van eerste substraat, mengsel en tweede substraat wordt onderworpen aan een warmtebehandeling onder samendrukken ter vorming van het vormdeel.

25 In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding wordt na de warmtebehandeling onder samendrukken ten minste één van de substraatlagen verwijderd, in het bijzonder worden beide substraatlagen verwijderd. Volgens een dergelijke nabehandeling is het verkregen vormdeel direct geschikt om 30 verder te worden verwerkt, bijvoorbeeld als vloerelement. Voor het verwijderen van dergelijke substraatlagen verdient het de voorkeur de substraatlagen door slijpen, frezen en/of schuren te verwijderen omdat aldus zeer nauwkeurig het substraat kan worden verwijderd zonder hierbij het uiteindelijke vormdeel te beschadigen.

35 In een bij voorkeur toegepaste uitvoeringsvorm van de werkwijze volgens de onderhavige uitvinding wordt als substraat papier 1008899 5 toegepast. Door het toepassen van papier als substraatlaag kan na de warmtebehandeling onder samendrukken volgens het eenvoudig slijpen, frezen en/of schuren het substraat gemakkel ijk worden verwijderd. Bovendien geeft het mengsel van bindmiddel, bankbiljetten, eventueel polyurethan en één 5 of meer toevoegmiddelen, zoals hiervoor beschreven, een goede hechting op het papieren substraat. In een andere uitvoeringsvorm verdient het de voorkeur om als substraat kunststoffen folie toe te passen. Een dergelijke folie heeft een goede bestandheid tegen verwarmen en is daarom niet vatbaar voor scheur- of breukvorming tijdens de warmtebehandeling. Bovendien 10 verbetert een dergelijke folie de oppervlaktestructuur van het te harden uitgangsmengsel. Als geschikte substraatmaterialen kunnen verder laminaatmaterialen, bijvoorbeeld HPL (High Pressure Laminates)- en CPL (Coninuous Pressing Laminates) laminaten, melamineharsen, metaalfoliën en dergelijke worden genoemd. Dergelijke substraatmaterialen worden in 15 het bijzonder toegepast om het oppervlak van het uiteindelijke vormdeel te verbeteren. Aldus is het volgens de onderhavige uitvinding mogelijk een van een bijzondere structuur voorzien substraat, bijvoorbeeld een reliëfpatroon, toe te passen. Het reliëfpatroon van het substraat zal naar het oppervlak van het vormdeel worden overgebracht zodat bijzondere 20 decoratieve aspecten aan het vormdeel kunnen worden verleend. Nadat het vormdeel van substraat is ontdaan, wordt vervolgens het vormdeel tot afzonderl i jke vormdelen gesneden. De aldus gesneden vormdelen zijn geschikt om bijvoorbeeld te worden toegepast als een plaatelement voor sportvloeren.

De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op 25 een inrichting voor het vervaardigen van een vormdeel, in het bijzonder plaat, welke inrichting bestaat uit een pers- en verwarmingsorgaan en een toevoerorgaan voor uitgangsmateriaal, waarbij de onderhavige inrichting wordt gekenmerkt doordat deze ten minste één orgaan voor het toevoeren van substraat aan het pers- en verwarmingsorgaan omvat, waarbij het 30 toevoerorgaan voor uitgangsmateriaal zodanig is geplaatst dat het uitgangsmateriaal op het toegevoerde substraat wordt aangebracht voordat de pers- en warmtebehandeling in het pers- en verwarmingsorgaan plaatsvindt. Bij voorkeur omvat de onderhavige inrichting twee organen voor het toevoeren van substraat waarbij het eerste substraatorgaan voor het eerste 35 substraat zorgt waarop het uitgangsmateriaal is aangebracht en het tweede substraatorgaan voor het tweede substraat zorgt dat op het van uitgangs- 1008899 6 materiaal voorziene eerste substraat is aangebracht. De uitvinding omvat verder bij voorkeur een orgaan voor het verwijderen van substraat, in welk orgaan een slijp-, schuur- of freeshandeling wordt uitgevoerd. Bovendien omvat de onderhavige uitvinding in een bij voorkeur toegepaste uitvoerings-5 vorm van de inrichting een snijorgaan waarin het van substraat ontdane vormdeel tot afzonderlijke vormdelen wordt gesneden. Het moet duidelijk zijn dat het toevoerorgaan voor uitgangsmateriaal in bepaalde uitvoeringsvormen i s voorzi en van mengel ementen om een homogeen ui tgangsmateri aal mengsel te handhaven. Een dergelijk mengsel omvat bindmiddel en vulmiddel, 10 in het bijzonder bankbiljetten, eventueel aangevuld met één of meer bijzondere bestanddelen zoals hiervoor uitvoerig is beschreven.

De onderhavige uitvinding heeft verder betrekking op een sporthal voorzien van een vloer die is opgebouwd uit platen, welke vloer volgens de onderhavige uitvinding wordt gekenmerkt doordat de vloer 15 is samengesteld uit een vormdeel volgens de onderhavige uitvinding. Het is echter ook mogelijk het vormdeel volgens de onderhavige uitvinding als decoratie- of construct!e-element toe te passen in bijvoorbeeld een huiselijke omgeving, te weten als vloer in een keuken, of als wand- of plafondelement. Het onderhavige vormdeel is met name geschikt om als 20 keukenblad te worden toegepast. Als decoratieve toepassingen kunnen bijvoorbeeld worden genoemd relatiegeschenken, dienbladen en meubels. Bovendien is het onderhavige vormdeel met name geschikt voor het vervaardigen van kunstvoorwerpen.

De onderhavige uitvinding zal hierna nader worden 25 beschreven onder verwijzing naar bijzondere voorbeelden. Het moet echter duidelijk zijn dat de onderhavige uitvinding in geen geval is beperkt tot deze bijzondere voorbeelden en de daarin vermelde toepassingen.

Voorbeeld 1

Een vormdeel bestaande uit 94% bankbiljetten en 6 gew.% 30 van een bindmiddel op basis van een isocyanaatgroepen bevattende verbinding werd door samenpersen en verwarmen vervaardigd. De aldus vervaardigde plaat was bijzonder geschikt om te worden toegepast voor constructie-doeleinden waarin voorheen houten elementen werden verwerkt, zoals kasten, tafelbladen en dergelijke.

35 Voorbeeld 2

Een vormdeel bestaande uit 75 gew.% versnipperde 1008899 7 bankbiljetten en een totale hoeveelheid van 25 gew.% polyurethan en een bindmiddel op basis van een isocyanaatgroepen bevattende verbinding werd als volgt vervaardigd. Een mengsel van 75 gew.% versnipperde bankbiljetten, 25 gew.% polyurethan en bindmiddel werd continu in een laag aangebracht 5 op een papieren ondergrond. De papieren ondergrond voorzien van het mengsel van polyurethan, bindmiddel en bankbiljetten, werd vervolgens toegevoerd aan een persorgaan waarbij het mengsel aan de bovenzijde hiervan werd afgedekt met een papieren bovenlaag. In het persorgaan werd het samenstelsel van papieren onderlaag, mengsel en papieren bovenlaag verwarmd 10 tot een temperatuur waarbij verknoping van polyurethan plaatsvindt. Nadat een voldoende verknoping van polyurethan heeft plaatsgevonden, werd het geheel gedurende 24 uren bewaard, waarna een star vormdeel werd verkregen. Na afkoelen werd het aldus verkregen vormdeel, in het bijzonder een plaat, door frezen, slijpen en schuren van beide papierlagen ontdaan en daarna 15 door snijden tot vloerelementen verwerkt. Van het aldus vervaardigen vormdeel werd een aantal mechanische eigenschappen bepaald en vergeleken met een aantal in de handel verkrijgbare platen. De resultaten van een dergelijk onderzoek zijn in tabel 1 weergegeven. De in de handel verkrijgbare platen zijn respectievelijk aangeduid met verwijzingsletters 20 A, B, C en D.

Tabel 1

Parameter meetresultaten

Plaat Plaat vol- Plaat Plaat Plaat A gens voor- B CD

beeld 1 E-modulus [N/mm2] 497,4 2437,2 1226,9 1357,0 1208,0 F-breuk [N] 61,9 169,0 104,6 101,9 53,6 25 rek bij breuk 1,5 1,1 1,5 1,4 1,3 _[%]_ buigsterkte 7,5 22,8 17,1 16,7 8,8 [N/mm2] 30 Uit bovenstaande tabel is duidelijk waarneembaar dat 1°08899 8 de E-modulus van de plaat volgens onderhavige uitvinding aanmerkelijk hoger is dan de E-modulus van de in de handel verkrijgbare platen A - D. Bovendien zijn de waarden voor de rek bij breuk en de buigsterkte bij de plaat volgens onderhavige uitvinding wezenl ijk beter dan de waarden gemeten 5 bij de in de handel verkrijgbare platen A - D.

Voorbeeld 3

Dit voorbeeld werd uitgevoerd voor het bepalen van de invloed van de hoeveelheid bankbiljetten op een aantal mechanische eigenschappen van het uiteindelijke vormdeel. Vormdelen werden vervaardigd 10 met een percentage bankbiljetten variërend van 0, 25, 50, 75 en 100% bankbiljetten. Indien het percentage bankbiljetten bijvoorbeeld 25% bedraagt, dan is de resterende hoeveelheid 75%, welke resterende hoeveelheid is samengesteld uit polyurethan, bindmiddel en eventueel één of meer volgens de stand van de techniek bekende toevoegmiddelen. Daarnaast 15 werd een plaat vervaardigd uit 94% bankbiljetten en 6% isocyanaatgroepen bevattend bindmiddel, in het bijzonder PMDI. In onderstaande tabel zijn de vormdelen, waarin bankbiljetten zijn verwerkt, op het gebied van mechanische eigenschappen vergeleken met een in de handel verkrijgbare spaanplaat en MDF-plaat.

1008899 9 •SS <m m to g «ο °1 η * n i^T'Sin 2 cvj ° ro σ> CO Ό Ο ^ ---a---------------- Q) Ό ι -σ

Ss* Ί ,' g ~. 2 * ~ “. “I I

00 ° ~ ^ro^-mco c (tj ο; ltï _ο

co4nM

_____________ as σ • § ^ Ο ij Ξ £ * ~ , g «1 ο ^ ® °° °1 £ CÜ** ^ £ S CVJ<M^CSJa) > ίβ ο ο 5 co ·ηΐΛ σ ----------------- c

0J

r— ... co as ··- c ο Ο ΙΛ ^ Ί" ·—ι Φ Ν CM Ό +J σ, π ν' cvjni~-^i-io e c *>« csi ^ ra as as in 4·» co on to __ as --------- _£2 r_[_ ^ t •r c d S § co co ι— o g .oa> Λ o ««»«>» g (n ' vo h io n in cvj = C O ^ or) ^ pH <VJ f· rt 0>O ο CQ'OH w

-------—----------- C

OS

1 .ft r- 'V

C4-> o lt> r- r-. = cm co ro co

id as >χ - C

«« ~ ^ ^ £ g cm _ ------------- ω ΓΓ. ., to _ CM ν» _S , id o in in g CVJ O tn σι n g> £ Q ® «) 5 Ϊ £ cm ro ιο φ _________________- c ƒ as r— as as t c »-^?c2rocoororofOHi-inLnoinr-Hcrvp-^Lno q η··- A u ♦> - co * - - * co n σ' cn - * _* * *· o SPfflfll CONHlOCVJNCONOCOWCVldOCOH -q /^i -Q -Γ-5 f—»ro^f0^^m^*m *—* ^ . c^r- -σ ^ ·γ- Η κο .ο σ> Λ ί ο ------------ > Τ3 ® ““ρ ΝΝΝΝΝΝΝΝΝ I σι « «- ΙεεεεεΕΕεε -c |**,= εΕΕεε.Ε<Ε.ε,Ε**^*ζ*ζ £ £ ^ζζζζζζζζζ J” ω ο ------,.----------·--ο CS-CS-CS-Ct ~ c as as as as as as as as ajcu > ό > ό > ό >*ο Or-· OCOCOCOC 4-> <Τ1 .00.00.00-00 Ό I I I I I I I 1 -σ ~σ asascotaoascov) .J— .,_ 4->4JtS-4->4->S-t α>ε CTCTididO^CTldiO _ffO>

CC^5CC55 JZ QS

a» as *o *o as as *σ "σ aso I— I— r— r— CC 0J> c as c as > as asas a)o> as t as i- aso “Ο Ο *o*o i.os-3 o 4->

£- 3 3 .C

m CC CC Q) *T c O. m ·*- *r- ·*” 4-» CSi OJ CM CVS 0> 0)

CL 4-» "O

rt Z- S- fd «3 03 Π3 C C

r; re OSCCCCaSid o -C 4-» 5-^: er» oj m to oi cr as as os +j c cr 4-1 ^ccc£E +j as <1J 4-)“O^C ΙΛ as id ro .. (/) σι _c i- ο s-HHcc σ>Φ3 ο as as a- 4jt.t0.QiCi->> q> γλ r- 3 ι Ο Ο Ο Ο ·*— ι— 4J ηι > J-S L0 *Ό Μ > > ί· > ^ 0) Ο id Ρ ί Γ & ο tr-r-asastoo id ^ «λ υ ·*- ε 5 S ϊ t! 2 - ,— •r-as**-o ι Ο. Ο CC Ο CO ÜJ Q Μ ΓΜ 3 3 Q. ^ 1 008899 10

De plaat met een samenstelling van 94 gew.% bankbiljetten vertoont ten opzichte van de in de handel verkrijgbare spaanplaat een wezenlijk hogere buigsterkte, E-modulus en dwarstreksterkte. Bovendien is de E-modulus van een dergelijke plaat aanzienli jk hoger dan de E-modulus 5 van de in de handel verkrijgbare MDF-plaat. Door het verminderen van de hoeveelheid bankbiljetten en het toepassen van polyurethan zal de zwel vorming van het uiteindel ijke vormdeel afnemen. Er wordt verondersteld dat een dergelijk effect is veroorzaakt door verknopingsreacties tussen de bestanddelen, doch de onderhavige uitvinders zijn niet gebonden tot 10 een dergelijke verklaring. Uit tabel 2 kan daarnaast worden opgemerkt dat een vormdeel van 100 % bankbiljetten een grote vochtopname, na 2 uren en 24 uren vertoont. Dit betekent dat een dergelijk vormdeel ongeschikt is om te worden toegepast onder vochtige omstandigheden. Uit tabel 2 is het bovendien duidelijk dat een vormdeel, waarin 50 % bankbiljetten en 50 % 15 van een mengsel van polyurethan, bindmiddel en één of meer bekende toevoegmiddelen aanwezig is, een voortreffelijke buigsterkte, E-modulus en lage absorptie van vocht bezit ten opzicht van de in de handel verkrijgbare spaanplaat en MDF-plaat. Een dergelijk vormdeel is met name geschikt om te worden toegepast als vloerelement voor indoorsporten.

1008899

Claims

1. Vormdeel, in het bijzonder in de vorm van een plaat, dat een samengeperst mengsel van bindmiddel en vulmiddel omvat, met het 5 kenmerk, dat als vulmiddel bankbiljetten zijn toegepast.

2. Vormdeel volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat als vulmiddel gemalen, tot snippers verwerkte bankbiljetten zijn toegepast.

3. Vormdeel volgens conclusies 1-2, met het kenmerk, dat het percentage bankbiljetten ligt tussen 20-98 gew.%, op basis van het 10 gewicht van het uiteindelijke vormdeel.

4. Vormdeel volgens conclusies 1-3, met het kenmerk, dat het percentage bankbiljetten ligt tussen 25-95 gew.%, op basis van het gewicht van het uiteindelijke vormdeel.

5. Vormdeel volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat 15 het percentage bankbiljetten 94 gew.% bedraagt, op basis van het gewicht van het uiteindelijke vormdeel.

6. Vormdeel volgens conclusies 1-4, met het kenmerk, dat het percentage bankbiljetten ligt tussen 40-80 gew.%, op basis van het gewicht van het uiteindelijke vormdeel.

7. Vormdeel volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat het percentage bankbiljetten ligt tussen 50 - 75 gew.%, op basis van het gewicht van het uiteindelijke vormdeel.

8. Vormdeel volgens conclusies 1-7, met het kenmerk dat één of meer bindmiddelen gekozen uit de groep van isocyanaatgroepen 25 bevattende verbindingen, minerale bindmiddelen, thermohardende bindmiddelen, polyesterharsen, epoxyharsen, eventueel voorzien van initiatoren, zijn toegepast.

9. Vormdeel volgens conclusie 8, met het kenmerk, dat als bindmiddel een isocyanaatgroepen bevattende verbinding is toegepast.

10. Vormdeel volgens conclusies 1-9, met het kenmerk, dat het samengeperste mengsel van vulmiddel en bindmiddel polyurethan bevat.

11. Vormdeel volgens conclusies 1-10, met het kenmerk, dat het samengeperste mengsel verder een of meer toevoegmiddelen bevat, gekozen uit de groep bestaande uit pigmenten, brandvertragende middelen, 35 vloeimiddelen, stabilisatiemiddelen en middelen voor het beschermen tegen UV-straling. 1008899 *

12. Werkwijze voor het vervaardigen van een vormdeel, in het bijzonder een plaat volgens een van de conclusies 1-11, waarbij een mengsel, dat bindmiddel en vulmiddel omvat, wordt samengeperst en verwarmd, met het kenmerk, dat op een eerste substraat het mengsel in een laag wordt 5 aangebracht waarna vervolgens over het van het mengsel voorziene, eerste substraat een tweede substraat wordt aangebracht en het aldus verkregen samenstelsel van eerste substraat, mengsel en tweede substraat wordt onderworpen aan een warmtebehandeling onder samendrukken ter verkrijging van het vormdeel.

13. Werkwijze volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat na de warmtebehandeling onder samendrukken ten minste één van de substraatlagen wordt verwijderd.

14. Werkwijze volgens conclusies 12-13, met het kenmerk, dat na de warmtebehandeling onder samendrukken beide substraatlagen worden 15 verwijderd.

15. Werkwijze volgens conclusies 13-14, met het kenmerk, dat het verwijderen door slijpen, frezen en/of schuren wordt uitgevoerd.

16. Werkwijze volgens conclusies 12-15, met het kenmerk, dat als substraat papier wordt toegepast.

17. Werkwijze volgens conclusie 12-15, met het kenmerk, dat als substraat kunststoffen folie wordt toegepast.

18. Werkwijze volgens conclusies 12-15, met het kenmerk, dat als substraat een metalen folie wordt toegepast.

19. Werkwijze volgens conclusies 12-18, met het kenmerk, 25 dat ten minste één van beide substraten een zodanige structuur bezit dat deze structuur wordt overgebracht naar het oppervlak van het vormdeel.

20. Werkwijze volgens conclusies 12-19, met het kenmerk, dat het van substraat ontdane vormdeel wordt gesneden tot afzonderlijke vormdelen.

21. Inrichting voor het vervaardigen van een vormdeel, in het bijzonder een plaat volgens een van de conclusies 1-11, bestaande uit een pers- en verwarmingsorgaan en een toevoerorgaan voor uitgangsmateriaal, met het kenmerk, dat de inrichting ten minste één orgaan voor het toevoeren van substraat aan het pers- en verwarmingsorgaan omvat, waarbij het 35 toevoerorgaan voor uitgangsmateriaal zodanig is geplaatst dat het uitgangsmateriaal op het substraat wordt aangebracht voordat toevoer van substraat 1 008899 f en uitgangsmateriaal aan het pers- en verwarmingsorgaan plaatsvindt.

22. Inrichting volgens conclusie 21, met het kenmerk, dat twee organen voor het toevoeren van substraat aanwezig zijn, waarbij het eerste substraatorgaan voor het eerste substraat zorgt waarop het 5 uitgangsmateriaal is aangebracht en het tweede substraatorgaan voor het tweede substraat zorgt dat op het van uitgangsmateriaal voorziene eerste substraat is aangebracht.

23. Inrichting volgens conclusies 21-22, met het kenmerk, dat de uitgang van het pers- en verwarmingsorgaan is verbonden met een 10 orgaan voor het verwijderen van substraat.

24. Inrichting volgens conclusies 21-23, met het kenmerk, dat het orgaan voor het verwijderen van substraat is verbonden met een snijorgaan.

25. Vloerplaten, met het kenmerk, dat de vloerplaten zijn 15 samengesteld uit een vormdeel volgens een van de conclusies 1-11.

26. Sporthal voorzien van een vloer, met het kenmerk, dat de vloer is samengesteld uit vloerplaten volgens conclusie 25.

27. Relatiegeschenken, met het kenmerk, dat de relatiegeschenken zijn samengesteld uit een vormdeel volgens een van de conclusies 20 1-11.

28. Meubels, met het kenmerk, dat de meubels zijn samengesteld uit een vormdeel volgens een van de conclusies 1-11.

29. Plafondplaten, met het kenmerk, dat de plafondplaten zijn samengesteld uit een vormdeel volgens een van de conclusies 1-11.

30. Kunstvoorwerpen, met het kenmerk, dat de kunstvoorwerpen zijn samengesteld uit een vormdeel volgens een van de conclusies 1-11. 1008899 SAMENWERKINGSVERDRAG (PCT) RAPPORT BETREFFENDE NIEUWHEIDSONDERZOEK VAN INTERNATIONAAL TYPE IDENTIFIKATIE VAN DE nationale AANVRAGE Kenmerk van ao aanvrager ol van de gemaenugoe 39589/AB/pa Nederlandse aanvrage nr. indienrgsdaajm 1008899 16 april 1998 l in ge roe oen voorrangsoaum Aanvrager (Naam) SYNTECH HOLDINGS B.V. Oaum van nel verzoek voor oen onderzoek van mtemasonaai type Door oe Insanae voor Intemaoonaal Onderzoek (ISA) aan nel j verzoek voor een onderzoek van mie ma do na al type toe geicend nr. I SN 31178 NL j ΐ I. CLASSIFICATIE VAN HET ONDERWERP (bij toepassing van versenillenoe classificaties. alle classifies Desym Ooien opgeven) | Volgens oe Internationale classificatie (IPC) Int.Cl.6:B 27 N 3/00, E 04 C 2/02, B 29 C 70/60 II. ONDERZOCHTE GEBIEDEN VAN DE TECHNIEK ________Onaerzocnte minimum documentatie I Classificatiesysteem _Classificatiesvrrnolen ~ ! i rnt.Ci·6: B 29 C, B 29 D, 3 27 N, E 04 C ! i i Onaerzocnte andere documentatie dan oe minimum documentatie voor zover dergelijke documenten nde onderzoen» gebeden zijn opgenomen III. I ; GEEN ONDERZOEK MGGELIJK VOOR BEPAALDE CONCLUSIES (opmerkingen od aanvullingsnlad) j IV.'_* GEBREK AAN EENHEID VAN UITVINDING (opmerxingen op aanvullincsoiad) =orm PC7,lSA/20i.’aiCS :55c