NL1008869C1 - Oormerk voor het merken van een dier. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Oormerk voor het merken van een dier.

De uitvinding heeft betrekking op een oormerk voor het merken van een dier omvattende een kunststof oormerklichaam, dat is voorzien van bevestigingsmiddelen om het oormerklichaam aan een oor van een dier te bevestigen, 5 welk oormerklichaam een aangevormde afdekking omvat, die een holte begrenst met een bijbehorende opening voor het in de holte brengen en uitnemen van een elektronische transponder. De uitvinding heeft ook betrekking op de combinatie van een dergelijk oormerk en een elektronische 10 transponder, alsmede op een oormerklichaam voorzien van een plaatvormige elektronische transponder.

Het is tegenwoordig algemeen bekend dieren van een oormerk te voorzien met daarin een elektronische transponder, die deel uitmaakt van een elektronisch 15 herkenningssysteem voor de dieren. Daarbij dient het oormerk vaak niet alleen als drager voor de transponder maar zijn ook zichtbare herkenningstekens, bijvoorbeeld een identifikatienummer, aangebracht op het oormerk. De bevestigingsmiddelen van het oormerk zijn meestal zodanig 20 uitgevoerd dat het oormerk niet meer van het dier kan worden verwijderd zonder het oormerk te beschadigen, zodat het dier altijd voorzien blijft van zijn identifikatie.

In US 5 461 807 en in WO 92/02127 is een oormerklichaam beschreven met een afdekking die een holte 25 vormt voor het opnemen van een in de holte te steken staafvormige transponder. De afdekking vormt aan een einde van de holte een opening om de transponder te kunnen inbrengen, deze opening wordt afgesloten met een bijbehorende aparte afsluitstop.

30 Uit DE 43 15 366 is het bekend een schijfvormige transponder met een centrale opening daarin op de pen van een oormerk te steken, voordat het oormerk aan het oor van het dier wordt bevestigd.

Een nadeel van deze bekende oormerken is dat de 35 transponders daar niet of niet op een praktische wijze uit kunnen worden verwijderd. Dit is in het bijzonder een probleem als het oormerk nog aan het oor van een levend 1 008869 - 2 - dier is bevestigd. Het blijkt namelijk in vele gevallen gewenst de transponder gemakkelijk te kunnen verwijderen uit het aan een levend dier bevestigde oormerk. Dit is met name wenselijk om zo de verwijderde transponder vervolgens 5 weer aan een ander dier te kunnen aanbrengen. Zo komt het bijvoorbeeld vaak voor dat de transponders alleen bestemd ’ zijn voor de herkenning van de dieren door het automatische voerdersysteem van de boerderij, of bijvoorbeeld de melkrobot, en niet als unieke herkenning van het dier 10 gedurende zijn leven tot en met de slacht of verwerking. In die gevallen zal men de transponder willen verwijderen als het dier van de boerderij wordt afgevoerd en dezelfde transponder weer voor een nieuw dier willen gebruiken.

De onderhavige uitvinding beoogt derhalve volgens 15 een eerste aspect daarvan een oormerk te verschaffen met een holte voor een transponder, waarbij het eenvoudig en snel mogelijk is de transponder aan te brengen of te verwijderen, zelfs als het oormerk nog aan het oor van het levende dier zit.

20 De uitvinding verschaft daartoe een oormerk volgens de aanhef van conclusie 1, dat is gekenmerkt doordat de afdekking in hoofdzaak is verdeeld in een eerste afdekkingsdeel en een tweede afdekkingsdeel met daar tussen de opening, zodat - door het oormerklichaam en/of de 25 transponder te buigen - de transponder onder de beide afdekkingsdelen kan worden geschoven. Hierbij is het oormerklichaam bij voorkeur een in hoofdzaak plaatvormig lichaam van buigbaar kunststof.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is het 30 oormerklichaam buigbaar en is de transponder zelf star, dat wil zeggen aanmerkelijk stijver dan het oormerklichaam in het gebied van de buiglijn, zodat bij aanwezigheid van de transponder onder beide afdekkingsdelen het buigen van het oormerklichaam is verhinderd. Dit voorkomt dat de l 35 transponder onbedoeld losraakt van het oormerklichaam.

In een andere voorkeursuitvoeringsvorm heeft het door het eerste afdekkingsdeel begrenste deel van de holte voor de transponder zodanige afmetingen dat het mogelijk is transponder daaronder te schuiven zonder dat daarbij de 1 008869 - 3 - transponder het tweede afdekkingsdeel overlapt, en vervolgens de transponder deels onder het tweede afdekkingsdeel te schuiven. Bij voorkeur is daarbij de holte zodanig dat de transponder niet vrij kan verschuiven 5 in de holte maar een weerstand moet worden overwonnen, bijvoorbeeld doordat de holte plaatselijk een vernauwing heeft.

In weer een andere uitvoeringsvorm is de transponder buigzaam, hetgeen op zich bekend is, en kan men door de 10 transponder te buigen, de transponder in de holte brengen.

De onderhavige uitvinding betreft verder een oormerklichaam volgens conclusie 13, waarbij de bij voorkeur buigzame en dunne plaatvormige transponder al bij de produktie van het oormerklichaam in de holte wordt 15 geplaatst.

Verdere voordelige uitvoeringsvormen van het oormerk volgens de uitvinding zijn beschreven in de conclusies en de hierna volgende beschrijving aan de hand van de tekening. Daarbij toont: 20 fig. 1 een vooraanzicht van een eerste uitvoeringsvoorbeeld van een oormerklichaam van een oormerk volgens de uitvinding, fig. 2 een doorsnede over de lijn II-II in fig. 1, fig. 3 een doorsnede over de lijn II-II in een 25 gebogen toestand van het oormerklichaam, voorafgaand aan het aanbrengen van de transponder, fig. 4 een vooraanzicht van een tweede uitvoeringsvoorbeeld van een oormerklichaam van een oormerk volgens de uitvinding, 30 fig. 5 een vooraanzicht van een derde uitvoeringsvoorbeeld van een oormerklichaam van een oormerk volgens de uitvinding, fig. 6 in doorsnede over de lijn VI-VI in fig. 5 het oormerklichaam tijdens het inbrengen van een flexibele 35 transponder, fig. 7 in perspectief een deel van een vierde uitvoeringsvorm van een oormerklichaam volgens de uitvinding, en fig. 8 een doorsnede over lijn VIII-VIII in fig. 7.

1 008869 - 4 -

In de figuren 1-3 is een kunststof oormerklichaam 1 getoond, dat is bestemd om met een niet getoonde pen met een puntige kop aan een oor van een dier te worden bevestigd. Hiertoe heeft het oormerklichaam 1 een 5 doorsteekopening 2 voor de kop van de pen met daaromheen een cilindrische kraag 3, waar de kop van de pen in komt te liggen. Het oormerklichaam 1 omvat een relatief dunne en buigzame kunststof plaat 4, die een geheel vormt met de kraag 3.

10 Het oormerklichaam 1 is ingericht voor het opnemen : van een transponder 6, die in dit voorbeeld de vorm heeft van een cirkelvormige schijf met een centrale opening 7. De getoonde transponder 6 is niet of nauwelijks buigzaam, maar zou ook buigzaam kunnen zijn. Dergelijke transponders zijn ' 15 algemeen bekend.

Om de transponder 6 op te nemen is op de plaat 4 van het oormerklichaam 1 een kunststof afdeklichaam 9 bevestigd, bij voorkeur ultrasoon gelast. Dit afdeklichaam 9 vormt samen met de plaat 4 een holte 10 voor de 20 transponder 6. Het afdeklichaam 9 zou ook tijdens het spuitgieten van het oormerklichaam 1 kunnen zijn gevormd door gebruik te maken van een geschikte matrijs. Eventueel kan het afdeklichaam 9 ook op andere wijze aan de plaat 4 ; zijn bevestigd, bijvoorbeeld door lijmen.

25 Het afdeklichaam 9 omvat een wand 11, die op een afstand van de plaat 4 ligt, waarbij die afstand ongeveer overeenkomt met de dikte van de transponder 6. De wand 11 heeft een naar de plaat 4 uitstekende omtreksrand 12, waarmee de wand 11 aan de plaat 4 is gelast.

30 In de wand 11 van het afdeklichaam 9 is een sleufvormige opening 14 gevormd, die het afdeklichaam 9 in hoofdzaak verdeelt in een eerste afdekkingsdeel 15 en een tweede afdekkingsdeel 16 met daar tussen de opening 14, zodat ook de holte 10 twee delen omvat.

35 Het oormerklichaam 1 is buigbaar om een over de opening 14 gelegen buiglijn, zoals blijkt uit figuur 3.

Door het buigen van het oormerklichaam 1 wordt in feite de opening tot het eerste deel van de holte 10 vrijgegeven, 11 zodat de starre transponder 6 onder het eerste 1 008869 - 5 - afdekkingsdeel 15 kan worden geschoven.

Het door het eerste afdekkingsdeel 15 begrenste deel van de holte 10 voor de transponder 6 heeft zodanige afmetingen dat het mogelijk is de transponder 6 vrijwel 5 volledig onder het eerste afdekkingsdeel 15 te schuiven zonder dat daarbij de transponder 6 het tweede afdekkingsdeel 16 overlapt. Dit is in het bijzonder te herkennen in figuur 1, waarin met 6' de stand van de transponder 6 onder het eerste afdekkingsdeel 15 is 10 getoond. Door vervolgens het oormerklichaam 1 weer recht te buigen kan de transponder 6 deels onder het tweede afdekkingsdeel 16 worden geschoven, waardoor de in figuur 1 met het verwijzingscijfer 6 aangeduide stand wordt bereikt, welke stand ook zichtbaar is in figuur 2.

15 Voor het verschuiven van de transponder 6 in de holte 10 is er bij deze uitvoering in voorzien de opening 14 zo groot te maken dat het middengebied van de transponder 6 met een vinger kan worden bereikt. Eventueel kan de transponder 6 worden voorzien van ribbels of 20 dergelijke voorziening om betere grip te krijgen op de transponder en tevens om onbedoeld verschuiven van de transponder in de holte 10 te voorkomen.

In de stand van figuur 2 verhindert de transponder 6 het buigen van het oormerklichaam 1 ter plaatse van de 25 opening 14. Het verwijderen van de transponder 6 kan eenvoudig en snel geschieden door de transponder 6 onder het eerste afdekkingsdeel 15 te schuiven, vervolgens het oormerklichaam 1 iets te buigen en dan de transponder 6 naar buiten te schuiven.

30 Het is mogelijk dat de transponder 6 reeds bij de vervaardiging van het oormerklichaam 1 door het afdeklichaam 9 wordt overdekt, bijvoorbeeld door de transponder 6 tegen de plaat 4 te leggen en dan het afdeklichaam 9 er overheen aan te brengen, zodat de 35 transponder 6 dan niet via de opening 14 hoeft te worden ingebracht.

Het zal duidelijk zijn dat indien de transponder zelf enigzins buigzaam is de transponder ook onder beide afdekkingsdelen 15, 16 kan worden geschoven zonder dat het 1008869 - 6 - oortnerklichaam l zelf hoeft te worden gebogen. Het buigen van het oormerklichaam 1 vergemakkelijkt het inbrengen van zo'n transponder echter wel.

In plaats van een op de opening 14 na gesloten wand, 5 zoals getoond in figs. 1-3, kunnen de afdekkingsdelen ook losse onderdelen zijn, bijvoorbeeld bogen van kunststof, die aan het oormerklichaam 1 zijn aangebracht.

Figuur 4 toont een variant van het oormerkdeel 1 van . figs. 1-3, waarbij dezelfde onderdelen zijn voorzien van 10 dezelfde verwijzingscijfers. Bij dit oormerkdeel 20 is het eerste afdekkingsdeel 15 voorzien van een sleuf 21, die zich in hoofdzaak langs de denkbeeldige lijn "1" tussen het eerste en tweede afdekkingsdeel 15, 16 uitstrekt en met de opening 14 een in hoofdzaak T-vormige opening vormt. Deze 15 sleuf 21 dient ervoor om een pen of dergelijke in de ! opening 7 van de transponder 6 te steken om zo de * transponder 6 te kunnen verschuiven.

Figuur 5 toont weer een andere variant van het = oormerkdeel 1 van figs. 1-3, waarbij dezelfde onderdelen 20 zijn voorzien van dezelfde verwijzingscijfers. Bij dit oormerkdeel 30 omvat de afdekking die de holte vormt voor het opnemen van een flexibele en schijfvormige transponder 6'' een eerste afdekkingsdeel 35 en een tweede afdekkingsdeel 26 met daartussen een sleuf 34. In dit geval 25 komen de afmetingen van de door de afdekking gevormde holte voor de transponder 6'' nagenoeg overeen met de afmetingen van de transponder 6'' zelf. Dergelijke flexibele transponders 6'' zijn algemeen bekend en kunnen probleemloos om een pen of dergelijke, ongeveer met de 30 dikte van een potlood, worden gebogen. Door het buigen van de transponder 6'' kan deze onder de beide afdekkingsdelen 35 en 36 worden geschoven, in beginsel zonder daarbij de plaat 4 te buigen. Derhalve is een stijve uitvoering van de plaat 4 mogelijk.

35 Bij voorkeur is de plaat 4 echter ook buigzaam, zodat de flexibele transponder 6'' kan worden ingebracht op de in figuur 6 getoonde wijze. Daarbij is het oormerklichaam 30 gebogen om de lijn door de sleuf 34, zodat de beide afdekkingsdelen 35, 36 onder een hoek komen

T

1 008869 - 7 - te staan. Door verder de transponder 6'' om een geschikte pen 39 te buigen kan de transponder 6'' gemakkelijk onder de afdekkingsdelen 35 en 36 worden gestoken. Door vervolgens de pen 39 te verwijderen kan de transponder 6'' 5 verder in zijn holte worden gedrukt. De pen 39 kan bijvoorbeeld een potlood of dergelijke zijn, maar kan ook een halfronde stift zijn. Eventueel kan deze pen 39 worden gecombineerd met een pen waar de plaat 4 van het oormerklichaam omheen wordt gebogen.

10 De onderhavige uitvinding voorziet ook in een variant van de in figuur 5 getoonde uitvoering, waarbij de afdekking gesloten is, dat wil zeggen de sleuf 34 ontbreekt, en de transponder al bij de produktie van het oormerklichaam in de holte is geplaatst. De transponder is 15 daarbij bij voorkeur flexibel en wordt dan bijvoorbeeld tegen de plaat 4 gelegd waarna de afdekking er op wordt bevestigd, bijvoorbeeld met ultrasoon lassen.

De uitvindingsgedachte is ook toepasbaar voor staaf-of penvormige transponders, zoals zal worden toegelicht aan 20 de hand van de figuren 7 en 8. Hierbij is een deel van een oormerklichaam 40 getoond met een plaatlichaam 41, waarop een afdekkingslichaam 42 is aangebracht. Dit afdekkingslichaam 42 begrenst een holte 43 voor het opnemen van een langwerpige en in hoofdzaak staafvormige 25 elektronische transponder 44. Het afdekkingslichaam 42 is voorzien van een snede 45, die het afdekkingslichaam 42 verdeelt in een eerste afdekkingsdeel 47 en een tweede afdekkingsdeel 48, waarbij het ene afdekkingsdeel 47 zich uitstrekt over het grootste deel van de lengte van de 30 transponderholte 43. Hierdoor wordt bereikt dat slechts een einddeel van de transponder 44 wordt afgedekt door het afdekkingsdeel 48. Uit figuur 8 blijkt dat door het buigen van het oormerklichaam 40 om de lijn door de snede 45, de holte 43 wordt geopend en de transponder 44 kan worden 35 ingebracht of uitgenomen.

Alhoewel het oormerklichaam hier is getoond om direct aan de pen van een oormerk te worden gehangen, kan het oormerklichaam ook anders zijn uitgevoerd, bijvoorbeeld om als hanger om de hals van een oormerkplaat te worden 1 008869 - 8 - gehangen, waarbij de oormerkplaat met een pen aan het oor van het dier is bevestigd.

a 1 008869

Claims (13)

1. Oormerk voor het merken van een dier, omvattende een kunststof oormerklichaam (1;20;30;40), dat is voorzien van bevestigingsmiddelen (2,3) om het oormerklichaam aan een oor van een dier te bevestigen, welk oormerklichaam een 5 aangevormde afdekking (9) omvat, die een holte (10;43) begrenst met een bijbehorende opening (14;34;45) voor het in de holte brengen en uitnemen van een elektronische transponder (6,6';6'')/ met het kenmerk, dat de afdekking (9,-35,36,-42) in hoofdzaak is verdeeld in een eerste 10 afdekkingsdeel (15,-35,-47) en een tweede afdekkingsdeel (16,-36,-48) met daar tussen de opening (14,-34,-45), zodat -door buigen van het oormerklichaam (1) en/of de transponder - de transponder (6;6'') onder de beide afdekkingsdelen (15,16,-35,36,-47,48) kan worden geschoven. 15

2. Oormerk volgens conclusie 1, waarbij het oormerklichaam (1,-30,-40) buigbaar is om een over de opening (14) gelegen buiglijn.

3. Oormerk volgens conclusie 1 of 2, waarbij het door het eerste afdekkingsdeel (15) begrenste deel van de holte (10) voor de transponder (6) zodanige afmetingen heeft dat het mogelijk is transponder (6) daaronder te schuiven zonder dat daarbij de transponder (6) het tweede 25 afdekkingsdeel (16) overlapt, en vervolgens de transponder (6) voor een deel onder het tweede afdekkingsdeel (16) te schuiven.

4. Oormerk volgens conclusie 3, waarbij de opening (14) 30 zodanig is dat de transponder (6) met de vinger kan worden verschoven als de transponder zich onder het eerste afdekkingsdeel (15) bevindt.

5. Oormerk volgens conclusie 3, waarbij het eerste 35 afdekkingsdeel (15) is voorzien van een sleuf (21), die zich in hoofdzaak langs de denkbeeldige lijn tussen het eerste en tweede afdekkingsdeel (15,16) uitstrekt, welke 1 008869 - 10 - sleuf (21) het toelaat een pen of dergelijke in de holte te steken voor het verschuiven van de transponder.

6. Oormerk volgens een of meer van de voorgaande 5 conclusies, waarbij de afdekkingsdelen (15,16) deel uitmaken van een enkele afdekkingsplaat (9), die is voorzien van de opening (14) en die met zijn naar beneden stekende omtreksrand (12) aan het oormerklichaam is bevestigd.

7. Oormerk volgens een of meer van de voorgaande conclusies, waarbij de afdekkingsdelen (15,16) aan het oormerklichaam zijn gelast.

8. Oormerk volgens een of meer van de voorgaande : conclusies, waarbij de bevestigingsmiddelen verder een door het oor van het dier te persen pen omvatten en waarbij het : oormerklichaam is voorzien van een ophangvoorziening (2,3) om het oormerklichaam aan de pen te hangen. : 20

9. Oormerk volgens conclusie 7, waarbij het * oormerklichaam is voorzien van een doorsteekopening (2) voor de pen en een rond de doorsteekopening liggende opstaande kraag (3) voor het opnemen van een aan de pen ' 25 gevormde kop.

10. In combinatie een oormerk volgens een of meer van de voorgaande conclusies en een plaatvormige transponder.

11. In combinatie een oormerk volgens een of meer van de voorgaande conclusies en een plaatvormige transponder voorzien van een insteekopening voor een pen of dergelijke voor het verschuiven van het oormerk.

12. In combinatie een oormerk volgens een of meer van de voorgaande conclusies en een cirkelvormige transponder met centrale opening. T

^ 13. Oormerk voor het merken van een dier, omvattende een 1 008869 - 11 - kunststof oormerklichaam, dat is voorzien van bevestigingsmiddelen om het oormerklichaam aan een oor van een dier te bevestigen, met het kenmerk, dat het oormerklichaam in hoofdzaak plaatvormig en is voorzien van 5 een afdekking, die een gesloten holte begrenst waarin een in hoofdzaak plaatvormige elektronische transponder is ondergebracht. 1 008869