NL1008707C2

NL1008707C2 - Inrichting voor met name opslag van doses medicamenten met voorzieningen voor het op vooraf vastgestelde tijdstippen of met vooraf vastgestelde tijdsintervallen afgeven van een waarschuwingssignaal totdat de inrichting wordt geopend.

Info

Publication number: NL1008707C2
Application number: NL1008707A
Authority: NL
Inventors: Marinus Hendricus Vellekoop
Original assignee: Marinus Hendricus Vellekoop
Priority date: 1998-03-25
Filing date: 1998-03-25
Publication date: 1999-09-28
Also published as: EP0945118A2; EP0945118A3

Description

1 , .....

INRICHTING VOOR MET NAME OPSLAG VAN DOSES MEDICAMENTEN MET VOORZIENINGEN VOOR HET OP VOORAF VASTGESTELDE TIJDSTIPPEN OF MET VOORAF VASTGESTELDE TIJDSINTERVALLEN AFGEVEN VAN EEN WAARSCHUWINGSSIGNAAL TOTDAT DE INRICHTING 5 WORDT GEOPEND

De uitvinding heeft betrekking op een inrichting voor opslag van met name discrete doses medicamenten, waarbij deze inrichting een zodanige constructie heeft, en zodanige 10 voorzieningen omvat, dat de inrichting op vooraf vastgestelde tijdstippen of met vooraf bepaalde tijdsintervallen, een akoestisch en/of optisch signaal afgeeft, totdat de inrichting wordt geopend.

De uitvinding is met name bedoeld om de gebruiker 15 ertoe te bewegen om, op vooraf vastgestelde tijdstippen of met vooraf bepaalde tijdsintervallen, de inrichting te openen en een deel van de inhoud uit te nemen, en kan als zodanig worden gebruikt als hulpmiddel bij het regelmatig innemen van medicamenten.

20

Bepaalde, regelmatig te verrichten handelingen zoals bijvoorbeeld het innemen van medicamenten, worden door hun routinematige karakter gemakkelijk vergeten. In bepaalde gevallen kan dit ernstige medische consequenties hebben 25 voor de gebruiker, bijvoorbeeld in het geval van gebruik van anti-conceptiemiddelen of wanneer het innemen van de juiste dosis medicament op het juiste tijdstip van levensbelang is voor de gebruiker.

De inrichting volgens de onderhavige uitvinding biedt 30 bijvoorbeeld in bovenstaande situatie uitkomst door op vooraf vastgestelde tijdstippen of met vooraf vastgestelde tijdsintervallen, een signaal af te geven, totdat de inrichting wordt geopend en bijvoorbeeld een dosis medicament wordt uitgenomen.

35

De Nederlandse octrooi-aanvrage NL-A-7808415, “Pil- 1^18707^ 2 lenwekker”, beschrijft een inrichting die dient als hulpmiddel bij het onthouden of bepaalde regelmatig terugkerende handelingen, in het bijzonder het innemen van medicijnen, al verricht zijn of nog verricht moeten worden. De 5 hierin beschreven inrichting is echter voornamelijk een ondersteuning voor de verpakking van medicamenten en signaleert het uitnemen van de verpakking uit de onder-steuningsinrichting. De huidige verscheidenheid aan ver-pakkingswijzen van medicamenten en het ontbreken van 10 standaardisatie op dit gebied, zou voor de inrichting volgens genoemde octrooi-aanvrage NL-A-7808415 vele verschillende constructies noodzakelijk maken. Verder is het ί bij genoemde bekende inrichting niet mogelijk om het tijdig innemen van combinaties van verschillende medicamenten met 15 verschillende verpakkingen te signaleren, wat bij de inrichting volgens de onderhavige uitvinding wel het geval is.

De octrooi-aanvrage US-A-5.554.967, “Reminder Device", beschrijft een inrichting, bestemd om op vooraf 20 vastgelegde tijdstippen of met vooraf vastgelegde tijdsintervallen, een signaal af te geven. Het signaal eindigt na het indrukken van een schakelaar, en niet, zoals volgens de onderhavige uitvinding, door een handeling die is verbonden met bijvoorbeeld het innemen van medicamenten, 25 zoals het openen van de inrichting om de medicamenten te kunnen uitnemen. De genoemde bekende inrichting uit het document US-A-5.554.96 is tevens niet bedoeld of geschikt voor de opslag van medicamenten.

30 De inrichting volgens de onderhavige uitvinding is nu daardoor gekenmerkt dat zij omvat: - een ondergedeelte, bestaande uit twee hoofdcompartimenten, waarvan het grootste dient voor opslag van j bijvoorbeeld medicamenten en bijvoorbeeld weer kan zijn J 35 onderverdeeld in kleinere afdelingen voor het gescheiden J opslaan van bijvoorbeeld verschillende medicamenten, en het

1008707T

3 kleinere compartiment plaats biedt aan een printplaat met ten minste de volgende elektronische voorzieningen: een interne elektronische tijdklok, voorzieningen om genoemde tijdklok te starten en te stoppen en om een tijdsinterval 5 in te stellen, voorzieningen om een optisch en/of akoestisch signaal af te geven, voorzieningen die het mogelijk maken om te detecteren of de inrichting is geopend of gesloten en voorzieningen om de inrichting tijdelijk buiten gebruik te stellen, waarbij de bodem van het 10 genoemde kleinere compartiment is voorzien van gaatjes en het gehele ondergedeelte van de inrichting is voorzien van vier pootjes, met het doel om een eventuele akoestische signalering vanuit de elektronische voorzieningen op de printplaat, beter hoorbaar te maken aan de buitenzijde van 15 de inrichting, en - een bovengedeelte dat dienst doet als deksel en beweegbaar aan het ondergedeelte is bevestigd.

Genoemde elektronische voorzieningen in de inrichting 20 maken het ten minste mogelijk om, gedurende een vooraf in te stellen tijdsinterval, genoemde interne elektronische tijdklok te laten lopen en gedurende het tijdsinterval te detecteren of de inrichting wordt geopend, waarbij na het openen en wederom sluiten van de inrichting de 25 elektronische tijdklok in de uitgangssituatie wordt teruggebracht (gereset) en wederom wordt gestart, of na het verstrijken van genoemd tijdsinterval een optisch en/of akoestisch signaal wordt afgegeven, dat wordt uitgeschakeld door opening van de inrichting, waarna bij het wederom 30 sluiten van de inrichting de elektronische tijdklok opnieuw wordt gestart en het hele proces zich herhaalt. Er vindt dus pas signalering plaats NA het verstrijken van het ingestelde tijdsinterval, waarbij de signalering wordt uitgeschakeld door het openen van de inrichting om 35 bijvoorbeeld medicamenten uit te nemen. Wordt de inrichting echter vóór het verstrijken van het ingestelde v 187 07« 4 tijdsinterval geopend, dan vindt geen signalering plaats, maar wordt de interne tijdklok in de uitgangssituatie teruggebracht (gereset) en opnieuw gestart.

In een voorkeursuitvoering van de uitvinding zijn 5 boven- en ondergedeelte van de inrichting beweegbaar met elkaar verbonden, en vindt detectie van het open of gesloten zijn van de inrichting plaats op bekende wijze, door middel van een zogenaamd Reed-contact in het kleinere compartiment van het ondergedeelte, in combinatie met een 10 permanente magneet die is bevestigd aan het bovenge-deelte, en zich, tijdens werking van de inrichting, bij gesloten toestand van de inrichting, boven het Reed-contact bevindt. Door het verschuiven van de permanente magneet, zodat deze het Reed-contact niet meer kan beïnvloeden, kan de 15 inrichting buiten werking worden gesteld.

In de inrichting volgens de onderhavige uitvinding, zijn verder bij voorkeur het boven- en ondergedeelte vervaardigd van een kunststof, waarbij bij voorkeur de buitenzijde van het grotere compartiment van het onderge-20 deel te van de inrichting transparant is, met het doel om de inhoud van buitenaf te kunnen waarnemen, en is de inrichting bij voorkeur voorzien van een bekende “kinder-veilige” sluiting (niet weergegeven in de figuren) om ongewenste inname door kinderen, van medicamenten die in de 25 inrichting zijn opgeslagen, te bemoeilijken.

De wijze waarop boven- en ondergedeelte van de inrichting volgens de uitvinding aan elkaar zijn bevestigd, is niet beperkt tot een scharnierbevestiging. Ook andere bevestigingen zijn denkbaar, zoals bijvoorbeeld door middel 30 van een schuifmechanisme.

De diverse elementen van de uitvinding zijn alle gemakkelijk te realiseren met gebruikmaking van bekende technieken.

35 De uitvinding zal nu nader worden toegelicht aan de hand van de bijgevoegde figuren, die slechts zijn bedoeld : 1 008707-1 5 ter illustratie en geenszins een beperking van de uitvinding inhouden, waarbij - figuur IA een ruimtelijk aanzicht van een voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de uitvinding 5 toont, - figuur 1B een bovenaanzicht van het ondergedeelte van een voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de uitvinding toont, - figuur 1C een onderaanzicht van het ondergedeelte 10 van een voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de uitvinding toont, - figuur 2 een stroomdiagram is, dat schematisch de werking van een voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de uitvinding weergeeft, en 15 - figuur 3 een tijddiagram is, dat de werking van de inrichting volgens de uitvinding illustreert.

De figuren IA tot en met 1C tonen aanzichten van een voorkeursuitvoering van de inrichting volgens de 20 uitvinding. In figuur IA is (1) het ondergedeelte van de inrichting en (2) het bovengedeelte, dat in deze .voorkeursuitvoering scharnierend met het ondergedeelte is verbonden. De plaats van de scharnier (en) is in deze figuur niet weergegeven. (3) verwijst naar pootjes onder de vier 25 hoeken van het ondergedeelte van de inrichting. (4) is een van onderaf bereikbaar compartiment, dat plaat's biedt aan elektronische voorzieningen en aan de onderzijde is afgesloten met een verwijderbare plaat (niet weergegeven), die is voorzien van gaatjes. (5) toont een compartiment van 30 het bovengedeelte van de inrichting, waarin zich een permanente magneet bevindt, die zich, tijdens werking van de inrichting, bij gesloten toestand van de inrichting, boven een Reed-contact in het compartiment (4) bevindt. De permanente magneet kan met behulp van eenvoudige bekende 35 mechanische voorzieningen (niet weergegeven), zodanig in het compartiment (5) worden verplaatst, dat de magneet het 100 o'· 07 ' 6 genoemde Reed-contact niet meer kan beïnvloeden en de inrichting buiten werking wordt gesteld. (6) verwijst naar het compartiment van het ondergedeelte van de inrichting, waarin bijvoorbeeld medicamenten kunnen worden opgeslagen. § 5 Dit compartiment kan met eenvoudige bekende voorzieningen (niet weergegeven) worden onderverdeeld in kleinere 1 afdelingen, waarin bijvoorbeeld verschillende medicamenten gescheiden en/of verdeeld naar dag kunnen worden opgeslagen.

10 In de figuren 1B en 1C worden dezelfde onderdelen als I in figuur IA met dezelfde numerieke referenties aan-geduid.

; In figuur 1C is (7) een printplaat met elektronische I voorzieningen, die zich in compartiment (4) van het ondergedeelte (1) van de inrichting bevindt.

15 Figuur 2 is een stroomdiagram dat schematisch de T werking van de inrichting volgens de uitvinding weergeeft.

* Hierna worden de verschillende onderdelen van het stroom diagram nader toegelicht. Allereerst wordt een tijdsinterval T ingesteld (201), waarbij T de maximale 20 tijdsduur is, voordat de inrichting moet worden geopend en bijvoorbeeld een medicament moet worden ingenomen. Vervolgens wordt. de interne .elektronische klok op nul gesteld (gereset) (202) en gestart. Nu wordt onderzocht of de inrichting is geopend (203) of dat het tijdsinterval T 25 is verstreken (204). Wordt de inrichting inderdaad geopend, dan wordt (209) zolang doorlopen, totdat de inrichting weer wordt gesloten, waarna de klok weer op nul wordt gesteld en het proces zich herhaalt. Blijft de inrichting gesloten, dan wordt in (204) gecontroleerd of het inge-stelde 30 interval T reeds is verstreken. Is dit het geval, dan wordt een signaal afgegeven ' (206), totdat de inrich-ting wordt geopend (207) en bijvoorbeeld een dosis medicament wordt uitgenomen, waarna het signaal wordt gestopt (208). Hierna blijft het proces (209) doorlopen, totdat de inrichting 35 weer wordt gesloten, waarna het proces terugkeert naar de - uitgangssituatie.

1 η n q 0 —- f' l Π 7

Figuur 3 is een tijddiagram dat de werking van de inrichting volgens de uitvinding illustreert. Bij wijze van voorbeeld is hier aangenomen dat bij voorkeur elk etmaal (24 uur) op dezelfde tijd een pil moet worden ingenomen/ 5 maar dat de situatie pas na dertig uur kritiek wordt. Het· tijdsinterval T wordt dus op dertig uur inge-steld, zodat de inrichting een signaal afgeeft, wanneer dertig uur na de vorige inname de inrichting nog niet is geopend voor het innemen van de volgende pil. Wanneer de inrichting eerder 10 wordt geopend, vindt geen signalering plaats. De tijdsbasis van de figuur is aangegeven in etmalen (24 uur) .

r’ ?’ 1 00 87 07 ί

Claims

1. Inrichting voor opslag van met name discrete doses medicamenten, waarbij deze inrichting een zodanige 5 constructie heeft, en zodanige voorzieningen omvat, dat de inrichting op vooraf vastgestelde tijdstippen of met vooraf bepaalde tijdsintervallen, een akoestisch en/of optisch signaal afgeeft, totdat de inrichting wordt geopend, met het kenmerk dat de inrichting bestaat uit: 10. een ondergedeelte, bestaande uit twee hoofdcom partimenten, waarvan het grootste dient voor opslag van bijvoorbeeld medicamenten en bijvoorbeeld weer kan zijn onderverdeeld in kleinere afdelingen voor het gescheiden opslaan van bijvoorbeeld verschillende medicamenten, en het 15 kleinere compartiment plaats biedt aan een printplaat met ten minste de volgende elektronische voorzieningen: een interne elektronische tijdklok, voorzieningen om genoemde tijdklok te starten en te stoppen en om een tijdsinterval in te stellen, voorzieningen om een optisch en/of 20 akoestisch signaal af te geven, voorzieningen die het mogelijk maken om te detecteren of de inrichting is geopend of gesloten en voorzieningen om de inrichting tijdelijk buiten gebruik te stellen, waarbij de bodem van het genoemde kleinere compartiment is voorzien van gaatjes en 25 het gehele ondergedeelte van de inrichting is voorzien van vier pootjes, met het doel om een eventuele akoestische signalering vanuit de elektronische voorzieningen op de printplaat, beter hoorbaar te maken aan de buitenzijde van de inrichting, en 30. een bovengedeelte dat dienst doet als deksel en beweegbaar aan het ondergedeelte is bevestigd.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat om te detecteren of de inrichting volgens de uitvinding 35 open of gesloten is, een zogenaamd Reed-contact aanwezig is in het ondergedeelte van de inrichting, en een permanente 1 00 87 07 1 \ magneet in het bovengedeelte van de inrichting, waarbij bij gesloten toestand van de inrichting, genoemde magneet genoemd Reed-contact beïnvloedt, en bij geopende toestand van de inrichting, deze beïnvloeding afwezig is. 5

3. Inrichting volgens conclusie 2, met het kenmerk dat genoemde permanente magneet in genoemd bovengedeelte van de inrichting volgens de uitvinding zodanig kan worden verplaatst, dat genoemd Reed-contact ook bij gesloten 10 toestand van de inrichting niet meer kan worden beïnvloed door genoemde permanente magneet en dat hierdoor de inrichting buiten werking wordt gesteld.

4. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot en 15 met 3, met het kenmerk dat ten minste het grootste compartiment van het ondergedeelte van de inrichting volgens de uitvinding, is vervaardigd uit een transparant materiaal, zodat de inhoud van buitenaf kan worden waargenomen . 20

5. Inrichting volgens één van de conclusies 1 tot en met 4, met het kenmerk dat de inrichting volgens de uitvinding is voorzien van een op zichzelf bekende “kin-derveilige" sluiting. ' i' i f— Π λ “'> 1 v/ U 'j i J i -