NL1008637C2

NL1008637C2 - Cilinderslot.

Info

Publication number: NL1008637C2
Application number: NL1008637A
Authority: NL
Inventors: Jan Willem Van Der Wal; Jan Dondorff
Original assignee: Ankerslot Bv
Priority date: 1998-03-19
Filing date: 1998-03-19
Publication date: 1999-09-21
Also published as: ATE234989T1; DE69905956T2; EP0943760A1; DE69905956D1; EP0943760B1

Description

/

Cilinderslot.

De uitvinding heeft betrekking op een cilinderslot omvattende een veiligheidsbeslag, dat in een deur of dergelijke kan worden vastgezet, een ten opzichte van het beslag 5 vast te zetten cilinderhuis met daarin een binnencilinder waarin een sleutel kan worden gestoken zodat de binnencilinder kan worden verdraaid en de schoot van het slot kan worden bediend.

Dergelijke cilindersloten worden op grote schaal 10 toegepast. Een bezwaar er van is echter dat zij niet in alle opzichten inbraakbestendig zijn. Zo bestaat de mogelijkheid in de binnencilinder een tapschroef te draaien waarmee dan de binnencilinder met een deel van het cilinderhuis naar buiten toe kan worden getrokken. Daarna kan 15 het bedieningsmechanisme van de schoot van het slot op eenvoudige wijze worden bereikt en kan de deur of dergelijke worden geopend.

De uitvinding beoogt nu dit bezwaar op te heffen en voor ziet er daartoe in, dat in het cilinderhuis een, uit 20 een kop en een steel bestaande, kantelpen wordt aangebracht zodanig dat de kop van de kantelpen zich in een uitsparing in de wand van het cilinderhuis bevindt en de steel ervan buiten de cilinderwand uitsteekt, waarbij de kantelpen zodanig is gevormd dat de, in de uitsparing opgenomen, kop 25 ervan, ten minste in de richting naar het veiligheidsbeslag toe, uitsteekt ten opzichte van de steel van de kantelpen.

Wanneer nu een tapschroef in de binnencilinder wordt gedraaid en daarop kracht wordt uitgeoefend zal het cilinderhuis ter plaatse van het bedienings-orgaan van de schoot 30 van het slot breken. Bij het verder naar buiten toe trekken van het samenstel met behulp van de schroef zal de, buiten het cilinderhuis uitstekende, steel van de kantelpen met het veiligheidsbeslag in aanraking komen. Hierdoor zal de pen worden gekanteld en zal de, het verst van het veilig-35 heidsbeslag af gelegen, naar de binnencilinder gerichte rand van de kop zich in de binnencilinder vast vreten. Ook zal de, naar het veiligheidsbeslag gerichte, rand van de kop zich vast vreten in het veiligheidsbeslag terwijl de 100863 7* 2 < steel van de kantelpen aanligt tegen het veiligheidsbeslag. Daardoor zal de binnencilinder met het cilinderhuis niet verder naar buiten toe kunnen worden getrokken.

In het bijzonder zal de kantelpen bestaan uit twee 5 cilindrische, coaxiale delen waarbij de kop een grotere diameter bezit dan de steel. Dit maakt een eenvoudige vervaardiging van de kantelpen mogelijk. Ook de uitsparing in de wand van het cilinderhuis, waarin de kop van de kantelpen moet worden aangebracht, zal dan een eenvoudige 10 vorm bezitten. Tevens wordt bereikt dat de steel van de kantelpen, bij het kantelen van de pen, niet direkt in j aanraking komt met de wand van de uitsparing in het cilin- i derhuis.

De kantelpen moet uiteraard ten opzichte van de wand 15 van het cilinderhuis kunnen kantelen maar moet er toch vast in worden aangebracht zodat hij niet uit de uitsparing in het cilinderhuis kan vallen. In verband daarmee kan de kop van de kantelpen in het cilinderhuis worden vastgezet door middel van een klempassing dan wel door lijmen of op derge-20 lijke wijze.

De uitvinding wordt nader toegelicht aan de hand van een uitvoeringsvoorbeeld, getoond in de tekening, waarin:

Fig. 1 een perspectivisch aanzicht toont van een cilinderhuis van een cilinderslot met het daarbij behorende 25 veiligheidsbeslag waarbij ter wille van de duidelijkheid de binnencilinder in het ene deel ervan is weggelaten;

Fig. 2 een perspectivisch aanzicht toont, op vergrote schaal, van een kantelpen toegepast bij het slot van fig. 1; en 30 Fig. 3 een perspectivisch aanzicht toont van het slot van fig. 1 wanneer het cilinderhuis ervan over een zekere afstand naar buiten toe is getrokken en de kantelpen 2ich in de werkzame stand bevindt.

Fig. 1 toont een cilinderhuis 1 met in het meest 35 rechtse deel ervan een binnencilinder 2, die slechts met enkele streep-lijnen is aangeduid. In de binnencilinder kan een sleutel worden gestoken.

Tussen de beide cilindrische delen van het cilinderhuis 1 in, bevinden zich de middelen voor het bedienen van 100 863 3 4 de schoot van het slot. De schoot en de middelen voor het bedienen ervan kunnen van bekende konstruktie zijn en zijn daarom niet in de tekening getoond.

Het cilinderhuis 1 is opgenomen in een veiligheidsbe-5 slag 3, dat op een deur of venster kan worden bevestigd.

In de wand 4 van het cilinderhuis 1 is een uitsparing 5 aangebracht waarin een kantelpen 6 is opgenomen en wel in het bijzonder de kop 7, zie fig. 2, daarvan, zodanig dat de steel 8 van de kantelpen 6 buiten het cilinderhuis 1 uit-10 steekt. De kop 7 kan door een klempassing dan wel door lijmen in de wand 4 zijn vastgezet.

Wanneer nu getracht wordt de binnencilinder 2 met geweld naar buiten toe te trekken in de richting van de pijl P, zal het cilinderhuis 1 ter plaatse van de overgang 15 9 tussen de beide cilindrische delen in stuk gaan, zoals getoond in fig. 3. De steel 8 van de kantelpen 6 komt vervolgens in aanraking met het veiligheidsbeslag 3 en de pen zal gaan kantelen zoals getoond in fig. 3. Een deel van de rand 10 van de kop 7 van de pen 6 komt daardoor aan te lig-20 gen tegen de binnencilinder 2 en zal zich daarin vast vreten. Het tegenoverliggende deel van de rand 11 van de kop 7 zal zich gelijktijdig vast vreten in de wand van de holte in het veiligheidsbeslag 3, in welke holte het cilinderhuis 1 is opgenomen.

25 Het cilinderhuis 1 en de binnencilinder 2 kunnen nu niet verder naar buiten toe worden getrokken zodat het slot tegen inbraak is beveiligd.

Uiteraard behoeft de kantelpen 6 niet uit cilindrische delen te bestaan maar kunnen deze delen ook een meer recht-30 hoekige vorm bezitten.

Het zal dan ook duidelijk zijn, dat slechts een enkele mogelijke uitvoeringsvorm van een cilinderslot volgens de uitvinding in de tekening is weergegeven en hierboven beschreven en dat vele wijzigingen kunnen worden aangebracht 35 zonder buiten de uitvindingsgedachte te vallen, zoals deze in de conclusies is aangegeven.

conclusies lüüüb^ iT-

Claims

1. Cilinderslot omvattende een veiligheidsbeslag (2), dat in een deur of dergelijke kan worden vastgezet, een ten opzichte van het beslag vast te zetten cilinderhuis (1) met 5 daarin een binnencilinder (2) waarin een sleutel kan worden gestoken zodat de binnencilinder kan worden verdraaid en de schoot van het slot kan worden bediend, met het kenmerk, dat in het cilinderhuis (1) een, uit een kop (7) en een steel (8) bestaande, kantelpen (6) is aangebracht zodanig 10 dat de kop (7) van de kantelpen (6) zich in een uitsparing (5) in de wand (4) van het cilinderhuis (1) bevindt en de steel (8) ervan buiten de cilinderwand (4) uitsteekt, waarbij de kantelpen (6) zodanig is gevormd dat de, in de = uitsparing (5) opgenomen, kop (7) ervan, ten minste in de 15 richting naar het veiligheidsbeslag (3) toe, uitsteekt ten opzichte van de steel (8) van de kantelpen (6).

2. Cilinderslot volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de kantelpen (6) bestaan uit twee cilindrische, coaxiale delen (7,8) waarbij de kop (7) een grotere diameter bezit 20 dan de steel (8).

3. Cilinderslot volgens conclusie 1 of 2, met het ken- merk, dat de kop (7) van de kantelpen (6) in het cilinder-3 huis (1) is vastgezet door middel van een klempassing dan wel door lijmen of op dergelijke wijze. 25 --------------- 100 863 7<i