NL1008459C2 - Voorgevormde tabaksverpakking. - Google Patents

Description

Titel: Voorgevormde tabaksverpakking

De uitvinding heeft betrekking op een tabakszak van kunststof of kunststoflaminaat, omvattende een zak bestaande uit aan de zijkanten met elkaar verbonden voorzijde en achterzijde en een aan de achterwand aansluitende flap.

5 In het algemeen zijn verpakkingen voor snij tabak, bijvoorbeeld voor pijptabak, tabak voor het zelf rollen van sigaretten of pruim(kauw)tabak vervaardigd uit kunststofmaterialen. Het meest gangbaar zijn twee verschillende typen verpakkingen, namelijk de wikkelzak en de 10 zijvouw- of blokbodemzak. De wikkelzak heeft de meest eenvoudige vorm en bestaat daaruit dat een kunststoffolie of -laminaat over een vouwnaad toegevouwen wordt, waarna de zijkanten aan elkaar geseald worden. Aan de achterwand sluit dan een flap aan die een of meer malen om de zak geslagen kan 15 worden en eraan gehecht kan worden, bijvoorbeeld met een plakband.

De zijvouwzak of blokbodemzak is, zoals de naam reeds zegt voorzien van gevouwen zijwanden en bodem, zodat de zak een min of meer blokvormig uiterlijk krijgt. Ook een 20 dergelijke zak is vervaardigd uit kunststoffolie. In de praktijk bestaat een dergelijke zak vaak uit een dubbele folie met daartussen, los aangebracht, een papieren inleg, die bedrukt kan zijn.

Hoewel beide verpakkingssystemen voor tabak zeer 25 gangbaar zijn, bestaat er toch behoefte aan een verbeterde verpakking voor tabak. Met name bij de toepassing van de verpakking van het wikkelzak type blijkt, dat de gevulde verpakking aan de zijkanten niet mooi aansluit. Door de vulling hebben de zijkanten de neiging naar binnen te 30 trekken.

1008459 2

Er bestaat derhalve behoefte aan een verbetering van de wikkelzak, waarbij dit probleem zich niet voordoet, zonder dat direct de uitvoering van de blokbodemzak nodig is.

De uitvinding berust op het inzicht, dat het 5 mogelijk is een geschikte tabaksverpakking te verkrijgen, door de wikkelzak zodanig uit te voeren, dat het gedeelte waar de tabak zich bevindt, voorgevormd is, bijvoorbeeld zoals vaak toegepast wordt voor het verpakken van voedingsmiddelen.

10 De uitvinding betreft derhalve een verpakking voor tabak, zoals in de inleiding aangegeven, omvattende een in hoofdzaak rechthoekige zak, voorzien van een voorzijde en een achterzijde die aan drie zijkanten met elkaar vast verbonden zijn, en waarbij de vierde zijde een opening kan vormen, 15 terwijl aan de achterzijde ter plaatse van de opening een flap aansluit, welke gekenmerkt wordt, doordat de voorzijde en/of de achterzijde bestaat uit een voorgevormde kunstoffolie.

In de basisuitvoering van de uitvinding zijn een 20 tweetal uitvoeringen mogelijk. De eerste bestaat daaruit, dat de conventionele wikkelzak, bestaande uit één enkele folie die dubbelgevouwen is, zo gemodificeerd wordt, dat de voorzijde en/of de achterzijde in het middendeel voorgevormd zijn, bijvoorbeeld door dieptrekken. Daarbij zijn de randen, 25 welke de voorzijde en de achterzijde vast aan elkaar verbinden, niet vervormd, maar alleen het middendeel. Het middendeel heeft daarbij de vorm van een soort bak.

Het heeft de voorkeur, dat alleen de voorzijde vervormd is, aangezien dit de meest optimale uitvoeringsvorm 30 is. In elke uitvoeringsvorm heeft het de voorkeur, dat de zak zodanig uitgevoerd is, dat aan de open zijde extra ruimte gecreëerd is voor het uitnemen van de tabak. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door de voorzijde zodanig voor te vormen, dat het genoemde bakvormige middendeel aan één zijde 35 geen wand heeft.

Een tweede uitvoeringsvorm bestaat daaruit, dat de voorzijde en de achterzijde bestaan uit een aparte folies, 1008459 3 welke echter wel op dezelfde wijze gevormd kunnen zijn als hierboven beschreven in relatie tot de eerste variant.

Volgens een specifieke uitvoeringsvorm heeft de voorzijde een zodanige vorm, dat de opening een zekere 5 verwijding vertoont, hetgeen het gebruik van de verpakking vereenvoudigt.

De verpakking is vervaardigd van kunststoffolies, waarbij materialen gebruikt kunnen worden, die bekend zijn voor dit soort toepassingen, mede in acht nemend de eisen ten 10 aanzien van uiterlijk en vocht/zuurstof barrière eigenschappen. Voorbeelden van materialen zijn polyesters, polyamides, polyetheen, polypropeen en polystyreen. Deze materialen kunnen als zodanig toegepast worden, of als co-extradaat of laminaat met andere kunststoffen. Eventueel kan 15 men daarbij ook toevoegingen gebruiken voor het verhogen van de waterdampdichtheid, zoals EVOH of aluminium.

Meer in het bijzonder zijn geschikte materialen voor de achterzijde van de verpakking de diverse typen polypropeen folie, zoals OPP, COP en dergelijke, maar het is 20 ook mogelijk laminaten van diverse materialen toe te passen. Ook kan men gebruik maken van laminaten van twee lagen kunststoffolie met.daartussen aangebracht een bedrukte laag, bijvoorbeeld van papier of kunststof, zoals gebruikelijk is bij blokbodemzakken.

25 Dergelijke keuzen kan men ook maken voor de voorzijde.

De kunststoffen die men toepast bij de vervaardiging van de verpakking kunnen transparant, bedrukt, ingekleurd of een combinatie daarvan zijn.

30 De verpakking volgens de uitvinding kan verder nog voorzien zijn van allerlei nuttige of verfraaiende aspecten, zoals een omslag aan het einde van de flap, voor het verbeteren van de stijfheid ervan. Eventueel kan de voorzijde en/of de achterzijde voorzien zijn van een 'embossing', 35 bijvoorbeeld met een merknaam of logo.

Een ander aspect is het aanbrengen van middelen voor het bevestigen van een boekje vloeipapier aan de 1008459 4 verpakking. In de meest eenvoudige vorm kan dit een strookje j dubbelzijdig plakband zijn voorzien van een dekstrook. Na verwijdering van de dekstrook kan men dan het boekjhe ! vloeipapier er op plakken, zodat dit altijd bij de hand is.

» 5 Het is echter ook mogelijk meer gecompliceerde systemen toe te passen, bij voorbeeld zoals beschreven in de Nederlandse octrooiaanvrage 1002375.

; Gebruikelijke afsluitingen voor dergelijke tabaksverpakkingen zijn hechtstrips, in de vorm van een 10 strookje plakband. Dit heeft echter wel het nadeel, dat na enig gebruik de plakkracht afneemt, door tabak die vastplakt 3 aan de lijm. In genoemde Nederlandse octrooiaanvrage heeft ï men dit ondervangen. Het is echter ook mogelijk klitteband toe te passen als afsluitmiddel. Met name als men dit - 15 aanbrengt als een verlengde strip, dwars op de bodemvouw, is het daarmee mogelijk de verpakking steeds kleiner te maken, naarmate er meer tabak uit gebruikt is.

Ter verbetering van de houdbaarheid, meer in het bijzonder van de opslagtijd (shelf-life) heeft het de 20 voorkeur na het vullen van de verpakking in de fabriek een tijdelijke afsluiting aan de bovenzijde van de zak aan te brengen, bijvoorbeeld in de vorm van een lijmlaag of een tijdelijke warmtelas, die gemakkelijk door de gebruiker geopend kan worden zonder de verpakking te beschadigen.

25 In de gesloten vorm zal de bovenkant van de voorzijde bij voorkeur naar binnen geslagen zijn, zoals ook gebruikelijk is bij een blokbodemzak.

De uitvinding wordt toegelicht aan de hand van een figuur, welke niet als een beperking van de uitvinding gezien 30 moet worden.

In deze figuur wordt schematisch een voorbeeld van een mogelijke uitvoeringsvorm van de verpakking volgens de • ; uitvinding getoond.

~ | De verpakking bestaat uit een achterzijde 1, die 35 een zakdeel 2 en een flapdeel 3 omvat, welke laatste aan de bovenzijde 4 omgevouwen is. Tevens omvat de verpakking een voorzijde 5, welke in het middendeel 6 gevormd is tot een 1008459 5 bak, terwijl de randen 7', 7'1 en 7'", in hoofdzaak niet vervormd zijn. Deze randen zijn met warmte vastgelast aan de overeenkomende randen 8', 8'' en 8'" van de achterzijde. De bovenkant 9 van de voorzijde 5 is met een 'lichte' las 5 vastgemaakt aan de achterzijde 1, ter plaatse van de overgang van het zakdeel 2 en het flapdeel 3.

Voor het bevestigen van een boekje vloeipapier kan op het middendeel 6 van de voorzijde 5 ter plaatse van 10 een strook van een dubbelzijdige plakstrip 11 aangebracht zijn.

10 Tenslotte wordt nog opgemerkt, dat de bovenkant van de voorzijde aan de zijkanten naar binnen geslagen kunnen zijn, zoals aangegeven met de pijlen 12' en 12''.

1008459

Claims (14)

1. Verpakking voor tabak omvattende een in hoofdzaak rechthoekige zak, voorzien van een voorzijde en een achterzijde die aan drie zijkanten met elkaar vast verbonden zijn, en waarbij de vierde zijde een opening kan vormen, 5 terwijl aan de achterzijde ter plaatse van de opening een flap aansluit, welke gekenmerkt wordt, doordat de voorzijde en/of de achterzijde bestaat uit een voorgevormde kunstoffolie.

2. Verpakking volgens conclusie 1, waarbij de 10 voorzijde en de achterzijde elk bestaan uit een aparte folie die aan drie zijden vast aan elkaar verbonden zijn.

3. Verpakking volgens conclusie 1, waarbij de voorzijde en de achterzijde bestaan uit één folie die dubbelgevouwen is.

4. Verpakking volgens conclusie 1-3, waarbij de achterzijde bestaat uit een laminaat van twee of meer kunststoffen.

5. Verpakking volgens conclusie 1-4, waarbij de voorzijde aan de opening voorzien is van een verwijding.

6. Verpakking volgens conclusie 1-5, waarbij de voorzijde en/of de achterzijde voorgevormd zijn door dieptrekken van een kunststoffolie.

7. Verpakking volgens conclusie 1-6, waarbij de voorzijde en de achterzijde vast aan elkaar gelast zijn aan 25 drie zijden.

8. Verpakking volgens conclusie 1-7, waarbij de gevulde verpakking ter plaatse van de opening voorzien is van een tijdelijke afdichting. 1008459

9. Verpakking volgens conclusie 8, waarbij genoemde tijdelijke afdichting bestaat uit een lijmlaag of een warmtelas.

10. Verpakking volgens conclusie 1-9, waarbij de 5 voorzijde en/of de achterzijde voorzien is van 'embossing'

11. Verpakking volgens conclusie 1-10, waarbij de achterzijde en/of de voorzijde bestaat uit een kunststoflaminaat.

12. Verpakking volgens conclusie 1-11, waarbij de 10 voorzijde vervaardigd uit een kunststof, die na vormgeving minder stijf is dan de achterzijde.

13. Verpakking volgens conclusie 1-12, welke voorzien is van een sluiting, bijvoorbeeld in de vorm van een hechtstrip of klitteband.

14. Verpakking volgens conclusie 1-14, welke voorzien is van middelen voor het bevestigen van een pakje vloeipapier in of aan de verpakking. 1008459