NL1007944C2 - Registratie van documenten. - Google Patents

Description

Korte aanduiding: Registratie van documenten

De uitvinding heeft betrekking op een werkwijze en een systeem voor het registreren van bestaande documenten.

Het is algemeen gebruikelijk om ontvangen en verzonden documenten te registreren teneinde aan te kunnen tonen welke 5 documenten zijn ontvangen en verstuurd. Daarbij worden gebruikelijkerwijs gegevens betreffende documenten geregistreerd. Documenten, zoals ingekomen post, worden bovendien gestempeld, teneinde aan te geven dat een document is ingeschreven en wanneer het is ingeschreven. Het 10 vastleggen van het bestaan van een document en het moment waarop het document ter beschikking is gekomen is ook voor andere toepassingen van belang, zoals voor het registreren van verklaringen zoals processen-verbaal en voor de bepaling van de datum van transacties.

15 Het bijhouden van een dergelijke administratie is zeer tijdrovend en is voor veel toepassingen niet voldoende beveiligd tegen wijziging achteraf. Bijzondere problemen vormen het aantonen van de autheticiteit of althans de authentieke inhoud van documenten, het aantonen van het 20 moment van registratie van een document en het aantonen van niet-ontvangst van een document.

De uitvinding heeft als doe1 een oplossing te verschaffen die het mogelijk maakt het registreren van documenten op een eenvoudigere wijze mogelijk te maken.

25 Dit doel wordt volgens de onderhavige uitvinding bereikt door een systeem volgens conclusie 1 te verschaffen. Verder voorziet de uitvinding voor dit doel in een werkwijze volgens conclusie 17.

Doordat het bepalen van de code, het aanbrengen van 30 een met de code corresponderend merkteken en het in een beveiligd geheugen opslaan van met aangebrachte merktekens corresponderende van genoemde codes door eenzelfde dataprocessor-structuur wordt uitgevoerd, wordt op een zeer efficiënte en betrouwbare wijze een waarborg betreffende de 1 00 7944 -2- authenticiteit van opgeslagen gegevens met betrekking tot documenten verkregen.

Het merk-samenstel kan op vele wijzen zijn uitgevoerd, bijvoorbeeld in de vorm van een printer, een perforator, een 5 preegstation, een brandmerkorgaan of een inrichting voor het aanbrengen van labels.

Bijzonder voordelige uitvoeringen en uitvoeringswijzen van de uitvinding zijn beschreven in de afhankelijke conclusies.

10 Verdere doelen, uitvoeringsvormen, details en voorde- : len van de uitvinding blijken uit de navolgende beschrij ving, waarin wordt verwezen naar de bijgaande tekening. Daarbij toont; fig. 1 een schematische weergave van een systeem 15 volgens een eerste uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding, en fig. 2 en schematische weergave van een systeem volgens een tweede uitvoeringsvoorbeeld van de uitvinding.

Het in fig. 1 getoonde uitvoeringsvoorbeeld van de 20 uitvinding geniet op dit moment de meeste voorkeur. Dit systeem is geschikt voor gebruik door meerdere gebruikers die elk gebruik maken van een cliënt-gebonden systeem 1 van het systeem. Van deze cliënt-gebonden systemen zal er navolgend één nader worden beschreven. De andere zijn in 25 beginsel identiek. Het is daarbij mogelijk, dat een of meer van de cliënt-gebonden systemen op hun beurt elk bestaan uit een server met meerdere daarop aangesloten stations die van de registratiefaciliteit van het systeem volgens de uitvinding gebruik kunnen maken.

30 Deze cliënt-gebonden systemen 1 zijn via een algemeen toegankelijk netwerk 2, zoals en telefoonnetwerk, een datatransmissie netwerk of een combinatie daarvan verbonden met een centrale dataprocessor 3 die is gekoppeld met een beveiligde gegevensopslag 4. De centrale dataprocessor 3 en 35 de beveiligde gegevensopslag 4 worden bij voorkeur beheerd door een centrale certificerende instantie die de authenticiteit van in de gegevensopslag 4 opgeslagen 1 00 7S44 -3- gegevens waarborgt en bij welke instantie gebruikers zich kunnen abonneren voor het certificeren van hun registratie van documenten. Een dergelijke instantie kan bijvoorbeeld een postale organisatie, een notariskantoor of een 5 certificeringsbureau zijn. Als algemeen toegankelijk netwerk maakt het netwerk geen deel uit van het systeem dat speciaal voor het registreren van documenten wordt ingericht en aangeboden, alhoewel daar wel gebruik van wordt gemaakt. Het is echter ook mogelijk de overdracht van gegeven'* tussen de 10 centrale processor 3 en de gebruikerssystemen 1 plaats te laten vinden door bijvoorbeeld het overbrengen van informatie-dragers zoals diskettes van de cliënt-gebonden systemen 1 naar de centrale dataprocessor en vice versa of door middel van radiotransmissie.

15 De dataprocessor-structuur is ingericht voor het genereren en afgeven van codes die door gebruikers kunnen worden gekoppeld aan te registreren documenten. De cliëntgebonden systemen zijn elk samengesteld uit ten minste een merk-samenstel 5 dat is gekoppeld met een locale 20 dataprocessor 6 die via een geschikte locale interface 7, zoals een modem of een adapter, en een geschikte centrale interface 8, zoals een stelsel van modems en of adapters, is gekoppeld met de centrale dataprocessor. De centrale dataprocessor en de gedistribueerd opgestelde locale data 25 processoren vormen tezamen een dataprocessor-structuur die de te gebruiken codes uitgeeft en gebruikte codes registreert. Voor het bedienen van de locale dataprocessor 6, het merk-samenstel 5 en voor het beheren van communicatie met de centrale dataprocessor 3 is de locale dataprocessor 6 30 gekoppeld met een bedieningsinterface bestaande uit een toetsenbord 9 en een display 10.

Het merk-samenstel 5 en de locale dataprocessor 6 zijn ingericht en gekoppeld voor het voorzien van elk te registreren van ten minste een merkteken dat een van de 35 gegenereerde codes representeert en voor het telkens, in reactie op het aanbrengen van een code, genereren van instructiesignalen voor het registreren van gebruikte codes.

1 00 7944 -4-

Het verzenden van die instructiesignalen naar de centrale dataprocessor voor het registreren van verbruikte codes kan, al naar gelang de nauwkeurigheidsvereisten, de toelaatbare kosten en de structuur van het gebruik, continu on-line of 5 batchgewijs (bijvoorbeeld telkens nadat de '"s-ochtends ingekomen post is verwerkt) geschieden. De centrale dataprocessor is ingericht voor het, in reactie op ontvangst van instructie-signalen die aangeven dat met bepaalde codes corresponderende merktekens zijn aangebracht, aansturen van 10 registratiemiddelen 11 die zijn gekoppeld met de centrale dataprocessor 3 voor het opslaan van met aangebrachte merktekens corresponderende van de codes op de informatiedrager 4 .

Communicatie tussen zowel de centrale processor 3 en 15 de verdeeld opgestelde, locale dataprocessoren 6 als tussen de verdeeld opgestelde, locale dataprocessoren 6 en de bijbehorende merk-samenstellen 5 is bij voorkeur in versleutelde vorm, zodat gewaarborgd is, dat codes waarvan is aangemeld dat corresponderende merktekens zijn 20 aangebracht ook daadwerkelijk zijn aangebracht en dat geen merktekens kunnen worden aangebracht zonder dat de corresponderende codes bij de centrale dataprocessor worden geregistreerd.

Het vergeven van codes en het waarborgen van de 25 authenticiteit kan bijvoorbeeld in hoofdlijnen op eenzelfde wijze geschieden als in de Europese octrooiaanvrage met publicatienummer 0 775 988 is beschreven voor het on-line verrekenen van frankeerbedragen in afhankelijkheid van aangebrachte frankeringen. Meer in het bijzonder kan telkens 30 op verzoek op beveiligde wijze door de centrale instanties een aantal codes worden verstrekt. In plaats van het afschrijven van bedragen in overeenstemming met aangebrachte frankeringen kan echter een tijdelijk register met aangebrachte codes worden gegenereerd, welke centraal te 35 registreren codes bij het aanvragen van een nieuw stel codes worden doorgegeven naar de centrale dataprocessor 3. Verder worden codes die horen bij aangebrachte merktekens centraal

..'..I

1 00 79 44 -5- in een beveiligde drager geregistreerd, zodat later eventueel kan worden geverifieerd of een merkteken op een document echt is en of een bepaald aantal documenten inderdaad het totaal van op een bepaalde dag ontvangen of 5 althans geregistreerde documenten vormt. Omdat voor een groot deel dezelfde apparaten kunnen gebruikt als voor het frankeren is het bijzonder aantrekkelijk het registreren van bijvoorbeeld ontvangen documenten op de voorgestelde wijze te combineren met het frankeren op een wijze die bekend is 10 uit genoemde Europese octrooiaanvrage.

Doordat het aanbrengen van de merktekens automatisch en zonder tussenkomst van menselijk ingrijpen is gekoppeld aan het registreren van codes die de aangebrachte merktekens representeren is het registeren van documenten zeer 15 eenvoudig uit te voeren en goed tegen ongeoorloofd ingrijpen te beveiligen. Bij voorkeur worden ook inhoudelijke gegevens aan de te registeren gegevens gekoppeld, Het is echter ook mogelijk dergelijke gegevens apart en eventueel minder goed beveiligd op te slaan. De aangebrachte merktekens maken het 20 namelijk mogelijk achteraf aan te tonen of een bepaald document inderdaad het document is waar de registratie betrekking op heeft.

De voorgestelde dataprocessor-structuur met een centrale dataprocessor-eenheid 3 voor het genereren van 25 unieke codes, met een cliënt-gebonden dataprocessor-eenheid 6 op afstand van de centrale dataprocessor-eenheid 3 en gekoppeld met het merk-samenstel 5, en met communicatiemiddelen 7, 8 gekoppeld met de centrale dataprocessor-eenheid 3 en de cliënt-gebonden dataprocessor-eenheid 6 voor 30 communicatie tussen de centrale dataprocessor-eenheid 3 en de cliënt-gebonden dataprocessor-eenheid 6 via een communicatie-netwerk 2 maakt daarbij een bijzonder betrouwbare en zeer effectief tegen wijzigen of wissen beveiligde registratie van gebruikte codes mogelijk.

35 Doordat de centrale dataprocessor 3 is aangesloten en ingericht voor samenwerking met meerdere, verdeeld opgestelde cliënt-gebonden dataprocessor-eenheden 6 die in 1 00 79 4 4 -6- bedrijfstoestand zijn gekoppeld met de centrale dataprocessor-eenheid 3, kunnen inspanningen voor het beveiligd registreren van codes die door aangebrachte merktekens worden gerepresenteerd worden verdeeld over 5 meerdere gebruikers, hetgeen de kosten per gebruiker van de certificering van documentregistratie beperkt.

Voor het bereiken van een beveiligde registratie is het voordelig indien elk van de bij een document behorende codes uniek is. Het door derden voorspellen hoe een 10 merkteken voor een document er uit zou moeten zien zonder dat een code is gebruikt voor het genereren van dat merkteken kan dan sterk worden bemoeilijkt.

Voor een betrouwbare beveiliging van het register van codes die bij aangebrachte merktekens horen is het verder 15 voordelig, indien de registratiemiddelen 11 uitsluitend aangestuurd worden door de centrale dataprocessor-eenheid 3. Hiertoe is in de voorgestelde dataprocessor-structuur de centrale dataprocessor-eenheid 3 tussen een daarbij behorende van genoemde aansluitingen 12 en de 20 registratiemiddelen 11 gekoppeld voor het uitsluitend via de centrale dataprocessor-eenheid 3 verschaffen van toegang tot de registratiemiddelen 3. De centrale dataprocessor-eenheid 3 vormt aldus een schild tegen onbevoegde toegang tot de registratiemiddelen.

25 Hoewel het merk-samenstel 5 op vele verschillende wijzen kan zijn uitgevoerd, is het bij voorkeur uitgevoerd als een elektrostatische of inktjet printer omdat dergelijke printers met voordeel toegepast kunnen worden voor het computergestuurd printen van tekens met een groot oplossend 30 vermogen. Dit laatste is van belang om kleine tekens te kunnen aanbrengen die toch voldoende informatie bevatten om daarin doeltreffend versleutelde informatie te kunnen onderbrengen. Het merk-samenstel 5 is voorzien van een sleuf 13 waardoor een randgedeelte van een te merken document kan 35 worden gevoerd voor het daarop aanbrengen van merktekens.

Aan weerszijden van de sleuf 13 zijn transportrollen aangebracht voor het beheersen van de doorvoersnelheid van 100 7944 -7- documenten die gemerkt worden. Dergelijke constructies zijn bekend op het gebied van frankeermachines.

In fig. 2 is een systeem volgens een alternatief uitvoeringsvoorbeeld getoond. Bij dit systeem vormen de 5 beveiligde informatie-drager 24 en een daarmee gekoppelde dataprocessor-eenheid 23 van de dataprocessor-structuur een afzonderlijke, beveiligde eenheid zoals bijvoorbeeld op zich bekend is op het gebied van elektronische frankeermachines. Hierdoor kan een beter gewaarborgde en eenvoudig te voeren 10 registratie van documenten worden verkregen zonder daarvoor afhankelijk te zijn van communicatie met de buitenwereld.

Het in fig. 2 getoonde systeem is voorzien van een enveloppenhopper 33 ingericht voor het opnemen van een rij staande enveloppen en voor het stuksgewijs afgeven van 15 enveloppen aan een transportstructuur met een transportbaan voor het serieel transporteren van enveloppen. Deze transportbaan wordt gevormd door een transporttafel 34 met aangedreven en stuurbare transportrollen 35 en twee transportstations met transport 49, 50. De rollen 35 zijn 20 gekoppeld met aandrijf- en besturingssamenstellen die zijn ingericht voor het zodanig aandrijven en sturen van de rollen 35, dat enveloppen achtereenvolgens langs een eerste zijrand 36, een achterrand 37 en een tweede zijrand 38 worden verplaatst.

25 Langs de eerste zijrand 36, de achterrand 37 en de tweede zijrand 38 zijn openers 39, 40, 41 gelegen voor het langs vouwranden van elkaar losmaken van voor- en achterpanelen van enveloppen die langs een door pijlen 42, 43, 44 aangegeven baan passeren.

30 Stroomafwaarts van de openers 39, 40, 41 is een uithaler-samenstel 42 gelegen voor het uit geopende enveloppen halen van documenten. Deze uithaler heeft een uitgang 45 voor het afvoeren van uitgehaalde documenten en een afvoerbaan 46 voor het afvoeren van enveloppe. Een post 35 uithaler met als aangeduid met verwijzingscijfers 33-46 en als hiervoor beschreven is in de handel verkrijgbaar in de vorm van de Neopost IM 35 Eaziopener. Voor nadere details 1 00 79 44 -8- betreffende een dergelijke post uithaler wordt verwezen naar de Amerikaanse octrooischriften 5 179 820, 5 175 979, 5 222 585, 5 336 034 en 5 415 266, waarvan de inhoud hier als ingelast moet worden beschouwd.

5 Het merk-samenstel 25 is volgens dit uitvoeringsvoorbeeld stroomafwaarts van het uithaler-samenstel langs de transportstructuur gelegen voor van merktekens voorzien van uitgehaalde documenten. Het uithaler-samenstel kent tevens een bedrijfstoestand, waarin 10 ook de enveloppen via de uitgang 45 voor documenten afgevoerd worden. Dit maakt het mogelijk met het merk-samenstel 25 ook enveloppen te voorzien van merktekens.

Het voorgestelde systeem maakt het mogelijk in bedrijf geheel automatisch enveloppen automatisch stuksgewijs vanaf 15 een rij aan te voeren langs een transportbaan, voor- en achterpanelen van elk van de enveloppen in de transportbaan langs drie vouwranden van elkaar los te maken, telkens de inhoud uit de enveloppe te halen en telkens een merkteken op ten minste een door de transportstructuur getransporteerde 20 enveloppe of een daaruit verwijderd document aan te brengen. Aldus wordt een aanzienlijke arbeidsbesparing bereikt en wordt een zeer betrouwbare waarborg voor het registreren van alle ontvangen documenten bereikt.

Teneinde ook de authenticiteit van uit meer dan drie 25 pagina's bestaande documenten te kunnen waarborgen zou het merkteken op een de documenten doordringende wijze kunnen worden aangebracht, zoals door perforeren. Het geniet echter de voorkeur, de uitgehaalde documenten verzegeld aan elkaar te hechten, hetgeen vooral bij dikkere sets documenten 30 eenvoudiger te realiseren is en minder complexe en minder krachtige gereedschappen vergt. Daartoe is het voorgestelde systeem stroomafwaarts van de uithaler en het merk-samenstel voorzien van een hechtstation 47 voor het verzegeld aan elkaar hechten van uitgehaalde documenten.

35 Het merk-samenstel 25 is bij voorkeur tevens ingericht voor het aanbrengen van frankeringen. Hiertoe kan gebruik gemaakt worden van dezelfde beveiligde registratiestructuur 1 00 79 4 4 -9- als voor het registreren van merktekens voorzien documenten. Als een dergelijk meervoudig gebruik door de desbetreffende postale instantie niet wordt toegestaan kan ook een structureel analoog opgebouwde dataprocessor-structuur met 5 bijbehorende registratiemiddelen en beveiligde informatiedragers worden toegepast, waarbij dan nog het voordeel wordt bereikt, dat de middelen voor het hanteren van de poststukken en voor het aanbrengen van de merktekens voor twee doelen kunnen worden gebruikt. Hierbij is in het 10 bijzonder van belang, dat de activiteit van het registreren van documenten in bedrijven typic-herwijs in de ochtend plaats heeft (nadat post is binnengekomen), terwijl het frankeren typischerwijs aan het eind van een werkdag plaats heeft (kort voordat gedurende de werkdag gemaakte 15 poststukken worden verzonden). Zelfs indien de voorgestelde inrichting niet zou zijn voorzien van een dataprocessor structuur en bijbehorende registratie- en informatie-opslagmiddelen voor het registreren van documenten is het combineren van een apparaat voor het openen of uithalen van 20 post met een langs de transportbaan van dat apparaat aangebrachte frankeerinrichting voordelig, omdat voor beide functies gebruik kan worden gemaakt van dezelfde middelen voor het stuksgewijs transporteren van poststukken en omdat beide functies, zoals hiervoor uiteengezet, typischerwijs 25 gedurende verschillende delen van de dag plaats hebben.

Indien een geheel op zichzelf staande frankeer-eenheid wordt toegepast, is het voordelig deze uit te voeren als een module die als vervanging van een van de openers 39-41 kan worden aangebracht. Voor het aandrijven van de 30 Teneinde te frankeren enveloppen niet open te snijden en de documenten daarin niet uit te halen, zijn de openers 39-41 en de uithaler 42 deactiveerbaar uitgevoerd, zodat de enveloppen tijdens het frankeren ongemoeid langs de openers 39-41 en de uithaler passeren en via de document-uitgang 45 35 van de uithaler 42 naar het merk-samenstel worden gevoerd.

1 00 79 44 -10-

Voor het bedienen van zowel de frankeer-functie als de registratie-functie is de dataprocessor-eenheid 23 gekoppeld met een toetsenbord 29 en een display 30.

Teneinde op automatische wijze ook gegevens 5 betreffende de inhoud van uitgehaalde documenten te kunnen registreren is stroomafwaarts van de uithaler 42 tevens een scanner 48 geplaatst, welke scanner 48 is ingericht voor het doorvoeren en aftasten van vanaf de uitgang 45 aangevoerde documenten (en/of eventueel enveloppen). De scanner 48 is 10 gekoppeld met de dataprocessor-eenheid 25 voor het overdragen van aftastresultaten die door de dataprocessor-eenheid 25 kunnen worden toegevoerd aan een registratiestructuur voor het opslaan van aftastresultaten in het beveiligde geheugen 24.

15 Ter beveiliging tegen het kopiëren van het merkteken kan de dataprocessor-eenheid 23 bijvoorbeeld zijn ingericht voor het verhinderen, dat twee keer dezelfde code wordt afgegeven. Verder kan het merk-samenstel zijn uitgevoerd als een printer die tegen reproductie beveiligde merktekens kan 20 aanbrengen, bijvoorbeeld door gebruik te maken van magnetiseerbare inkt in combinatie met een magnetiseringspatroon, niet kopieerbare inkt of een mechanisch zegel dat op zijn beurt het merkteken draagt.

Ter verdere vergroting van de beveiliging van de 25 authenticiteit van geregistreerde documenten worden de codes bij voorkeur telkens in afhankelijkheid van de informatie-inhoud van het te registreren document gegenereerd. Hiertoe kunnen de codes bijvoorbeeld worden gegenereerd door versleuteling van de ontvangstdatum in combinatie met de 30 eerste drie letters van het document of bepaalde eigenschappen van het bedrukkingspatroon van het desbetreffende document.

Deze gegevens kunnen op verschillende wijze worden verkregen. Het is bijvoorbeeld mogelijk deze via het 35 toetsenbord 29 in te voeren. Bij voorkeur is echter ook het opnemen van voor het bepalen van de code benodigde gegevens geautomatiseerd door het te registreren document ten minste 1007944 -11- gedeeltelijk te scannen in de scanner 48 en gegevens betreffende door de scanner 48 gegenereerde aftastresultaten toe te voeren aan de dataprocessor-eenheid 23. Aldus kunnen registratie-codes voor de te registreren documenten worden 5 bepaald in afhankelijkheid van de bij het scannen verkregen aftastresultaten.

Voor het beveiligen van de gegevens betreffende de inhoud van de documenten is het voordelig, indien de aftastresultaten met gebruikmaking van een asymmetrisch 10 versleutelingssysteem (encryptiesysteem) elk worden bewerkt in overeenstemming met een bewerkingssleutel en worden teruggelezen met behulp van een bijbehorende teruglees-sleutel die anders is dan genoemde bewerkingssleutel. De teruglees-sleutel kan bijvoorbeeld telkens zijn gekoppeld 15 aan het merkteken dat op het desbetreffende document is aangebracht en/of aan de daarbij behorende code. Ook andere wijzen voor het certificeren van de authenticiteit van digitale documenten kunnen worden toegepast, zoals het genereren van digitale certificaten, digitale handtekeningen 20 en/of digitale tijdstempels. Verder is het ook mogelijk niet het geregistreerde document, maar uitsluitend een kopie in digitale of analoge dan wel electronische of fysieke vorm te voorzien van een merkteken dat de desbetreffende code representeert. Ook dan wordt het voordeel van het in reactie 25 op het aanbrengen van het merkteken automatisch registreren van de desbetreffende code verkregen. Een dergelijk merkteken kan bijvoorbeeld worden verwerkt in data die het beeld van het document representeren. Verificatie kan dan bijvoorbeeld geschieden door aan de hand van een deel van 30 het merkteken dat zorgt voor menselijk zichtbare weergave van de code een verificatie-sleutel te definiëren, welke verificatie-sleutel moet passen bij de opgeslagen en bewerkte data die het beeld van het document representeren.

1 00 7944

Claims (29)

1. Systeem voor het registreren van bestaande, fysieke documenten, omvattende: een dataprocessor-structuur (3, 6; 23) ingericht voor het bepalen van codes; 5 een merk-samenstel (5; 25) gekoppeld met genoemde dataprocessor-structuur (3, 6; 23), voor het voorzien van elk te registreren document of een fysieke of digitale representatie daarvan van ten minste een merkteken dat een van de codes representeert; 10 een beveiligde informatie-drager (4; 24); en registratiemiddelen (11) gekoppeld met genoemde dataprocessor-structuur (3, 6; 23) voor het telkens opslaan van een met ten minste een aangeiracht merkteken corresponderende van genoemde codes op of in genoemde 15 informatie-drager (4; 24) in reactie op het aanbrengen van genoemd, ten minste ene merkteken.

2. Systeem volgens conclusie 1, waarbij genoemde dataprocessor-structuur (3, 6) een centrale dataprocessor-eenheid (3) voor het genereren van unieke codes en een 20 cliënt-gebonden dataprocessor-eenheid (6) op afstand van genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3) en gekoppeld met genoemd merk-samenstel (5) omvat, en verder omvattende communicatie-middelen (7, 8) gekoppeld met genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3) en genoemde cliënt-gebonden 25 dataprocessor-eenheid (6) voor overdracht van gegevens tussen genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3) en genoemde cliënt-gebonden dataprocessor-eenheid (6).

3. Systeem volgens conclusie 2, verder omvattende meerdere, verdeeld opgestelde van genoemde cliënt-gebonden 30 dataprocessor-eenheden welke in bedrijfstoestand zijn gekoppeld met genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3).

4. Systeem volgens conclusie 2 of 3, waarbij genoemde cliënt-gebonden dataprocessor-eenheden (6) en genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3) elk achter een 1 00 79 4 4 -13- bijbehorende aansluiting (12) op een communicatie-netwerk (2) zijn gelegen en waarbij genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3) tussen een daarbij behorende van genoemde aansluitingen (12) en genoemde registratiemiddelen (11) is 5 gekoppeld voor het uitsluitend via genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3) verschaffen van toegang tot genoemde registratiemiddelen (11).

5. Systeem volgens een der conclusies 1-3, waarbij genoemde beveiligde informatie-drager (24) en ten minste een 10 daarmee gekoppelde dataprocessor-eenheid (23) van genoemde dataprocessor-structuur (23) een afzonderlijke, beveiligde eenheid vormen.

6. Systeem volgens conclusie 5, verder omvattende een scanner (48) voor het aftasten van genoemde documenten, 15 welke scanner (48) is gekoppeld met genoemde dataprocessor-structuur (23) voor het overdragen van aftastresultaten.

7. Systeem volgens conclusie 6, waarbij genoemde dataprocessor-structuur (23) is ingericht voor het genereren van genoemde codes in afhankelijkheid van genoemde 20 aftastresultaten.

8. Systeem volgens conclusie 6 of 7, waarbij genoemde dataprocessor-structuur (23) is ingericht voor het bewerken van genoemde aftastresultaten in afhankelijkheid van genoemde codes en voor het teruglezen van bij een document 25 behorende, bewerkte aftastresultaten met een bijbehorende teruglees-sleutel die niet geschikt is voor het uitvoeren van genoemde bewerking.

9. Systeem volgens een der voorgaande conclusies, verder omvattende: 30 een transportstructuur (34, 49, 50) met ten minste een transportbaan (34) voor het serieel transporteren van enveloppen, en ten minste een langs de transportbaan (34) gelegen opener (39, 40, 41) voor het langs ten minste een vouwrand 35 van elkaar losmaken van voor- en achterpanelen van enveloppen in de transportbaan (34), 1 00 79 44 -14- waarbij het merk-samenstel (25) langs genoemde transportstructuur (34, 49, 50) is gelegen voor het van merktekens voorzien van ten minste door de transportstructuur (34, 49, 50) getransporteerde enveloppen 5 of daaruit verwijderde documenten.

10. Systeem volgens conclusie 9, verder omvattende een stroomafwaarts van de opener (39, 40, 41) gelegen uithaler (42) voor het uit geopende enveloppen halen van documenten.

11. Systeem volgens conclusie 10, waarbij het merk-10 samenstel (5; 25) stroomafwaarts van de uithaler (42) is gelegen.

12. Systeem volgens conclusie 10 of 11, verder omvattende een hechtstation (47) stroomafwaarts van de uithaler voor het verzegeld aan elkaar hechten van 15 uitgehaalde documenten.

13. Systeem volgens een der voorgaande conclusies, verder omvattende een beveiligd geheugen (3; 24) voor het opslaan van frankeerwaarde-standen.

14. Systeem volgens een der voorgaande conclusies, 20 waarbij de het merk-samenstel (5; 25) tevens is ingericht voor het aanbrengen van frankeringen.

15. Systeem volgens een der voorgaande conclusies, waarbij het merk-samenstel (5; 25) is uitgevoerd als een printer.

16. Systeem volgens een der voorgaande conclusies, verder omvattende een enveloppen-toevoerstructuur (33) voor het serieel vanaf een stapel afgeven van enveloppen aan de transportstructuur (34, 49, 50).

17. Werkwijze voor het registreren van bestaande, 30 fysieke documenten, omvattende: het telkens door een dataprocessor-structuur (3, 6; 23. bepalen van code; het telkens aansturen van een merk-samenstel (5; 25) voor het op elk te registreren document aanbrengen van ten 35 minste een merkteken dat genoemde code representeert; 1 007S44 -15- het, in reactie op het aanbrengen van genoemd, ten minste ene merkteken, door de dataprocessor-structuur (3, 6; 23) aansturen van registratiemiddelen (11); en het dienovereenkomstig opslaan van met genoemde code 5 corresponderende gegevens op een beveiligde informatiedrager (4; 24) .

18. Werkwijze volgens conclusie 17, waarbij elke van genoemde, bij een document behorende codes uniek is.

19. Werkwijze volgens conclusie 17 of 18, waarbij 10 genoemde codes in een centrale dataprocessor-eenheid (3) worden gegenereerd en worden verzonden naar een cliëntgebonden dataprocessor-eenheid (6) op afstand van genoemde centrale dataprocessor-eenheid, welke cliënt-gebonden dataprocessor-eenheid telkens genoemd merk-samenstel (5; 25) 15 aanstuurt voor het aanbrengen van genoemd merkteken.

20. Werkwijze volgens conclusie 19, waarbij genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3) codes verzendt naar meerdere van genoemde cliënt-gebonden dataprocessor-eenheden (6) .

21. Werkwijze volgens conclusie 19 of 20, waarbij genoemde registratiemiddelen (11) uitsluitend aangestuurd worden door genoemde centrale dataprocessor-eenheid (3).

22. Werkwijze volgens een der conclusies 17-21, waarbij telkens het te registreren document ten minste 25 gedeeltelijk wordt gescand, waarbij gegevens betreffende door de scanner (48) gegenereerde aftastresultaten worden opgeslagen op genoemde beveiligde informatie-drager (24).

23. Werkwijze volgens een der conclusies 17-22, waarbij de codes telkens in afhankelijkheid van de 30 informatie-inhoud van het te registreren document worden gegenereerd.

24. Werkwijze volgens conclusie 23, waarbij telkens het te registreren document ten minste gedeeltelijk wordt gescand, waarbij gegevens betreffende door de scanner 35 gegenereerde aftastresultaten worden toegevoerd aan de dataprocessor-structuur (23) en waarbij het bepalen van de 1 00 794 4 -16- codes telkens, althans mede, in afhankelijkheid van een toegevoerd aftastresultaat wordt uitgevoerd.

25. Werkwijze volgens conclusie 22 of 24, waarbij genoemde aftastresultaten elk worden bewerkt in 5 overeenstemming met een bewerkingssleutel en worden teruggelezen met behulp van een bijbehorende teruglees-sleutel die anders is dan genoemde bewerkingssleutel.

26. Werkwijze volgens conclusie 25, waarbij genoemde code genoemde teruglees-sleutel bepaalt.

27. Werkwijze volgens een der conclusies 17-26, verder omvattende: het serieel transporteren van enveloppen langs een transportbaan (34), het langs ten minste een vouwrand van elkaar losmaken 15 van voor- en achterpanelen van elk van de enveloppen in de transportbaan (34), en het telkens aanbrengen van een merkteken op ten minste een geopende enveloppe of een daaruit verwijderd document.

28. Werkwijze volgens conclusie 27, verder omvattende 20 het uit elk van de enveloppen halen van een document.

29. Werkwijze volgens conclusie 27 of 28, verder omvattende het verzegeld aan elkaar hechten van uitgehaalde documenten. 1 00 79 44