NL1007708C2 - Beeldgenerator met spiegel voor indirecte waarneming en inrichting voorzien daarvan. - Google Patents

Description

Beeldgenerator met spiegel voor indirecte waarneming en inrichting voorzien daarvan.

5 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een inrichting voorzien van een ondersteunende structuur, tenminste een spiegel en tenminste een beeldgenerator, die wordt ondersteund door de structuur en tijdens bedrijf beelden uitzendt in een eerste vooraf bepaalde richting om door de tenminste ene spiegel in een vooraf bepaalde twee-10 de richting te worden weerkaatst.

Inrichtingen die zijn voorzien van een beeldgenerator waarbij de gebruiker de beelden, die door de beeldgenerator worden uitgezonden, op indirecte wijze via tenminste een spiegel waarneemt zijn bijvoorbeeld bekend uit gecollimeerde weergeefsystemen, die bijvoorbeeld in 15 vluchtsimulatoren worden gebruikt. Een beschrijving van een dergelijke vluchtsimulator is bijvoorbeeld gegeven in een folder van SEOS Displays Ltd., gevestigd aan Merchants Way, Burgess Hill, West Sussex, RH15 8QY, England. Een soortgelijke inrichting is beschreven in een folder van GlassMountainOptics, gevestigd te 9517 Old McNeil Road, 20 Austin, Texas, Verenigde Staten van Amerika. Beide bekende systemen maken gebruik van tenminste een beeldgenerator die beelden uitzendt. Deze beelden vallen op een halfdoorlaatbare spiegel, die als bundel-splitser fungeert. Een gedeelte van ieder beeld wordt aldus doorgelaten, terwijl het overige gedeelte wordt gereflecteerd in de richting 25 van een collimerende spiegel. De collimerende spiegel reflecteert het ontvangen beeld en richt dit terug naar de halfdoorlaatbare spiegel, die vervolgens voldoende beeld doorlaat in de richting van de gebruiker, die zich aan de andere zijde van de halfdoorlaatbare spiegel bevindt. Een dergelijke opstelling is duur vanwege de hoge kwaliteits-30 eisen die aan de bundelsplitser en de collimerende spiegel worden gesteld. Bovendien worden de van de beeldgenerator afkomstige beelden eerst slechts gedeeltelijk door de bundelsplitser gereflecteerd en vervolgens na reflectie door de collimerende spiegel slechts gedeeltelijk doorgelaten door de bundelsplitser, hetgeen onvermijdelijk rende-35 mentsverlies met zich meebrengt. Hierdoor kan vermoeidheid ontstaan waardoor de arbeidsduur van de gebruiker kan worden beperkt. De hoge kosten gecombineerd met beperking van de arbeidsduur zijn acceptabel voor de omgeving waarvoor deze opstellingen zijn bedoeld: de vlucht- 1007708 2 of andere simulatoren. Deze werkomgevingen zijn immers zeer specifiek en speciaal geconfigureerd voor een kleine groep professionals zoals piloten, navigatoren en boordwerktuigkundigen. Vlucht- of andere simulatoren variëren bovendien slechts weinig in vorm: vliegtuigcockpits, 5 scheepsbruggen en (vracht-)autocabines lijken allemaal op elkaar. Vlucht- of andere simulatoren worden voorts in speciaal daartoe ingerichte omgevingen opgesteld, omgevingen waarin bijvoorbeeld lichtreflecties, bijvoorbeeld afkomstig van vensters, gemakkelijk kunnen worden voorkomen.

10 De onderhavige uitvinding daarentegen is gericht op het verschaf fen van een inrichting, bijvoorbeeld een bureau, waarmee een gebruiker beelden afkomstig van een beeldgenerator, optimaal kan waarnemen, onder andere doordat lichtreflecties ontbreken.

De uitvinding richt zich derhalve juist niet op specifieke werk-15 omgevingen die weinig voorkomen, doch op algemene werkomgevingen zoals die veelvuldig voorkomen in kantoorgebouwen of andere gebouwen waar mensen moeten werken waar dat zo uitkomt, bijvoorbeeld op plaatsen waar geen machines kunnen worden geplaatst.

De uitvinding is gericht op werkomgevingen waar mensen visueel 20 elektronische data krijgen gepresenteerd, bijvoorbeeld bij tekstverwerking met computers of analyse van beelden afkomstig van beeldgeneratoren. Niet alleen zijn de ruimten waarin deze werkzaamheden moeten worden verricht vaak in het geheel niet hiervoor bedoeld, vaak ook worden ruimten die oorspronkelijk wel voor deze werkzaamheden waren 25 bedoeld, opnieuw ingedeeld (bijvoorbeeld omdat er meer mensen moeten werken dan oorspronkelijk was voorzien), of krijgen deze ruimten een nieuwe functie en moeten de mensen verhuizen naar ruimten die eigenlijk ongeschikt zijn voor het werken met beeldgeneratoren. Naast meerdere factoren die veranderen, verandert vooral de lichtinval van het 30 kunstlicht danwel het zonlicht; hierbij is het grootste probleem dat deze veranderingen onvoorspelbaar zijn. Dit stelt zeer hoge eisen aan de inrichting waarmee de mensen de elektronische datapresentatie bekijken. Een eerste doelstelling van de uitvinding is om een dergelijke inrichting te bieden.

35 In verdere uitvoeringsvormen van de uitvinding is het een doel stelling dat de mensen die met elektronische beeldpresentatie werken, zoveel mogelijk worden beschermd tegen de elektromagnetische straling die nu eenmaal gepaard gaat met deze vorm van beeldpresentatie.

,007708 3

De idealiter gewenste bescherming is drievoudig: enerzijds mag de door de computers en beeldgeneratoren veroorzaakte elektromagnetische straling de mensen niet bereiken; anderzijds mag elektromagnetische straling afkomstig van een externe bron, de computers en beeldgenera-5 toren niet beïnvloeden, zodat bijvoorbeeld verkeerde informatie kan ontstaan of zelfs informatie kan worden vernietigd. Tenslotte voorziet de uitvinding in een zodanige afscherming van computers en beeldgeneratoren, dat het niet mogelijk is om deze af te luisteren met behulp van een daartoe geschikt instrument, dat de bij de beeldpresentatie 10 vrijkomende elektromagnetische straling op afstand kan opvangen en opnieuw de betreffende elektronische data kan presenteren.

Ten behoeve van de eerstgenoemde doelstelling heeft de inrichting volgens de uitvinding het kenmerk dat de inrichting tevens is voorzien van een werkblad, waaraan een gebruiker kan plaatsnemen om de in de 15 tweede richting weerkaatste beelden waar te nemen.

De uitvinding nu beoogt de doelstellingen te realiseren door het verschaffen van een werkblad waaraan mensen kunnen plaatsnemen bij het verwerken van elektronisch gepresenteerde data.

Binnen lees- of waarneemafstand bevindt zich een spiegel waarin 20 het relevante beeld wordt geprojecteerd. Deze spiegel is zodanig bevestigd dat met het werkblad een functionele eenheid wordt gevormd; bijvoorbeeld in een kolom die is vastgemaakt aan het werkblad, of in een kolom die zelfdragend is en al dein niet deels wordt omsloten door het werkblad zodat de lees- of waarneemafstemd voor de gebruiker opti-25 maal is.

Een dergelijke spiegel maakt met het werkblad bij voorkeur een hoek van ongeveer 45 graden, zodat het praktisch onmogelijk is dat licht afkomstig van lampen of van vensters, hierin kan reflecteren. Met de hoek van 45 graden wordt de hoek ten opzichte van het werkblad 30 bedoeld. Thans is deze hoek meestal meer dan 90 graden. Het vlak van het beeldscherm "kijkt" of is schuin naar boven gericht, waardoor de gevoeligheid voor lichtreflecties ontstaat. De meeste beeldschermen zijn dan ook voorzien van, dure, anti-reflectie coatings. Bij de inrichting volgens de uitvinding zijn dergelijke coatings niet nodig, 35 waardoor kosten kunnen worden gespaard.

Indien er slechts een spiegel wordt gebruikt (of een oneven aantal) moet voorzien zijn in elektronische middelen om het beeld op de beeldgenerator elektronisch gespiegeld weer te geven, zodanig dat de 1007708 4 gebruiker het beeld met de correcte oriëntatie kan waarnemen.

Tekst of beelden kunnen worden gepresenteerd middels een display, zoals bijvoorbeeld een CRT (Cathode Ray Tube), ook wel kathodestraal-buis genoemd. Ook kan een LCD (Liquid Crystal Display) worden ge-5 bruikt, ook wel een flat-screen genoemd. Verder kunnen de elektronische data worden geprojecteerd, bijvoorbeeld met behulp van een LCD scherm. Tekst en beelden zijn opgeslagen in bijvoorbeeld een computer of processor die tevens zorgdraagt voor de verzending naar het display zodat deze data voor de mens zichtbaar worden.

10 In een eerste uitvoeringsvorm kan in de inrichting zoals bedoeld door de uitvinding het werkblad voorzien zijn van een opening, waarbij de beeldgenerator zich aan een zijde van het werkblad bevindt en de tenminste ene spiegel aan de andere zijde. Hierdoor ontstaat een ruimtebesparing op het werkblad.

15 In een tweede uitvoeringsvorm bevinden zich tussen beeldgenerator en gebruiker twee spiegels, zodanig dat de gebruiker met het beeld kan werken. Bij gebruik van twee of een even aantal spiegels is elektronische oriëntatiecorrectie niet nodig.

Met een inrichting volgens deze uitvoeringsvormen worden diverse 20 voordelen bereikt. Allereerst neemt vooral bij plaatsing van de beeldgenerator onder het werkblad, de beeldgenerator niet langer plaats in op het werkblad; dit is vooral van belang indien de beeldgenerator een monitor (CRT) is. Een monitor immers kan volumineus zijn. Plaatsing onder het werkblad zal de ontwerpstijl van het bureau en de omgeving 25 daarvan veel minder beïnvloeden dan de, vaak lelijke, beeldgeneratoren die zich thans op het werkblad bevinden. Voorts behoeft de beeldgenerator, zoals gezegd, geen dure coatings meer om reflecties te voorkomen. Volgens de uitvinding immers wordt de beeldgenerator indirect waargenomen en wel via een spiegel die met het werkblad een hoek maakt 30 van bij voorkeur ongeveer 45 graden, waarbij de hoek open is naar de gebruiker toe, zodanig dat het beeld naar de gebruiker wordt gereflecteerd .

De positie van de tenminste ene beeldgenerator en de tenminste ene spiegel ten opzichte van het werkblad waaraan de gebruiker zijn 35 werk doet, kan variëren. De tenminste ene beeldgenerator kan zich geheel onder het werkblad bevinden, en de tenminste ene spiegel boven het werkblad. Voor het beeld dat van de tenminste ene beeldgenerator naar de tenminste ene spiegel wordt gestuurd, moet dan een opening ii ö Ü / 7 0 8 5 aanwezig zijn in het werkblad. Boven deze opening, dus aan die zijde vein het werkblad waar zich ook het gezicht van de gebruiker bevindt, bevindt zich dan de tenminste ene spiegel.

De tenminste ene beeldgenerator kan zich echter ook in een ver-5 laagd deel van het werkblad bevinden.

Tenslotte bestaat de mogelijkheid om de tenminste ene beeldgenerator, al dan niet tezamen met de tenminste ene spiegel, te plaatsen in een constructie, bijvoorbeeld een kolom, die geheel los staat van het werkblad, maar wel zodanig dichtbij dat de lees- of waarneemaf-10 stand wordt gerespecteerd, omdat anders de gebruiker de tekst of beelddata niet meer goed kan waarnemen. Op deze wijze is er sprake van een functionele eenheid.

Ook kan het geheel van beeldgenerator en spiegel(s) worden geroteerd om aldus op de gebruiker te worden gericht.

J5 De stralengang bij de beeld-spiegeling is conform het bij soort gelijke spiegeling bekende, en zodanig dat de gebruiker het aangeboden beeld goed kan lezen of analyseren. Een niet-limiterend voorbeeld van verschillende mogelijkheden van de stralengang wordt in de bijgevoegde tekeningen gegeven.

20 Bij voorkeur is de eerste richting waarin beelden door de beeld generator naar de tweede spiegel worden uitgezonden althans nagenoeg parallel aan de tweede richting.

Als alternatief kan de eerste richting waarin beelden door de beeldgenerator naar de tweede spiegel worden uitgezonden althans nage-25 noeg loodrecht zijn op de tweede richting.

In beide uitvoeringsvormen is het mogelijk dat de beelden weerkaatsen van de tweede spiegel naar de tenminste ene spiegel in een derde richting loodrecht op de eerste richting en loodrecht op de tweede richting.

30 Door deze variaties is het mogelijk de opstelling van de beeldge nerator en de spiegels aan te passen aan het meubel of de wensen van de gebruiker.

Om de kromming van het glas van een CRT te compenseren kan de tenminste ene spiegel concaaf zijn uitgevoerd. Als alternatief kan 35 daartoe de tweede spiegel, indien toegepast, concaaf zijn uitgevoerd.

Een concave spiegel heeft tevens het voordeel dat een vergrotend effect optreedt, waardoor het beeld beter leesbaar wordt.

De inrichting omvat bij voorkeur een bureau of tafel.

1 0 0 7 7 0 8 6

Bij voorkeur zijn maatregelen getroffen om ervoor te zorgen dat de tenminste ene spiegel zoveel mogelijk naar de gebruiker toe kan worden gekeerd op de door de gebruiker gewenste wijze. Daartoe is, in een uitvoeringsvorm, de tenminste ene spiegel op een in hoogte ten 5 opzichte van de structuur verplaatsbare ondersteuning aangebracht. Voor een betere waarneembaarheid kan de spiegel optimaal op de gebruiker worden gericht, onder andere door hoogte-verstelling.

Door de ondersteuning te voorzien van een of meer licht opvangende schermen, zal nog minder kans bestaan dat reflecties optreden, 10 waardoor een beter beeld zichtbaar wordt.

Benutting van het werkblad door de gebruiker kan worden vergroot door het geheel van beeldgenerator en spiegel(s) of een deel ervan weg te draaien of schuiven. In het geval dat de inrichting is voorzien van een ondersteuning voor de tenminste ene spiegel, kan de spiegel inclu-15 sief dj ondersteuning zodanig worden ingeschoven, dat de spiegel een geheel vormt met het werkblad.

Aan de beeldgenerator hoeven geen strenge ontwerp-eisen gesteld te worden, omdat deze toch niet in het zicht van de gebruiker is. Daarom kan de beeldgenerator een zogenaamde rack-mount beeldgenerator 20 zijn. Dit verlaagt de kosten aanzienlijk en heeft tevens voordelen op milieutechnisch gebied, aangezien minder plastic gebruikt hoeft te worden.

Om hinderlijke lichtreflecties zo veel mogelijk tegen te gaan kan de structuur wanden omvatten, die de ruimte tussen de beeldgenerator 25 en het werkblad omsluiten, waarbij de wanden behandeld zijn om lichtreflecties tegen te gaan.

Beeldgenerator en spiegel(s) vormen een functionele eenheid, al dan niet tezamen met een computer of processor. De computer of de processor kunnen zich ook op afstand van de beeldgenerator bevinden. 30 Omdat de beeldgenerator zich in verband met leesbaarheid en waarneembaarheid niet te ver van de gebruiker mag bevinden is het vooral de elektromagnetische straling samenhangend met deze beeldgenerator die dient te worden afgeschermd. De uitvinding voorziet daarom in een uitvoeringsvorm in het uitvoeren van de wanden als een metalen con-35 structie voor het vormen van een kooi van Faraday waarin de beeldgenerator is geplaatst, al dan niet tezamen met de eerste spiegel. Het beeld afkomstig van de beeldgenerator, al dan niet direct, verlaat deze kooi van Faraday bijvoorbeeld door een doorzichtig venster. Dit 1 ö Ö / 7 0 8 7 venster kan door middel van een dunne, doorzichtige, laag metaal elektrisch verbonden zijn met de rest van de kooi.

Door de dikte van de wanden kooi van Faraday te vergroten zal niet alleen hoogfrequente elektromagnetische straling tegengehouden 5 worden, maar tevens elektromagnetische straling met een hoger energetisch vermogen, zoals röntgenstraling.

De plaatsing van de beeldgenerator onder het werkblad, volgens een van de uitvoeringsvormen van de uitvinding, biedt ook ruime mogelijkheden voor een solide constructie van de kooi van Faraday, omdat 10 het geheel immers uit het zicht is.

De inrichting is uitermate geschikt om beelden van verschillende beeldgeneratoren naadloos op elkaar te laten aansluiten. Daartoe kan de inrichting worden voorzien van tenminste één verdere beeldgenerator, die geplaatst is aan dezelfde zijde van het werkblad als de ten-15 minste ene beeldgenerator. Dit is een aanzienlijke verbetering van de bestaande situatie waarin met losse, naast elkaar opgestelde monitoren één groter beeld wordt getoond en waarin beelden afkomstig van de verschillende monitoren van elkaar worden gescheiden door de randen van die monitoren. Volgens de uitvinding worden slechts de beelden van 20 de beeldgeneratoren gespiegeld, zonder de beeldgenerator-randen. Door de spiegels op geschikte wijze te combineren kunnen beelden afkomstig van verschillende beeldgeneratoren naadloos worden samen gevoegd met bovendien de juiste oriëntatie.

Met dezelfde doelstelling is in een uitvoeringsvorm van de in-25 richting volgens de uitvinding de tweede spiegel halfdoorlatend uitgevoerd en zendt de tenminste ene verdere beeldgenerator beelden naar de tweede spiegel in een vierde richting die parallel ligt aan de derde richting. Door de halfdoorlatende spiegel worden de beelden van de beeldgenerator en de tenminste ene verdere beeldgenerator samengevoegd 30 en door de tenminste ene spiegel naar de gebruiker weerkaatst.

Door ervoor te zorgen dat in het weerkaatste beeld de in een bepaalde richting georiënteerde pixels van de beeldgenerator loodrecht staan op de in een bepaalde richting georiënteerde pixels van de tenminste ene verdere beeldgenerator, kan de beeldkwaliteit van het re-35 sulterende beeld verbeterd worden. Met name de kwaliteit van weergegeven alfanumerieke tekens zal verbeterd worden, waardoor tekst beter leesbaar wordt.

In een verdere uitvoeringsvorm is de inrichting verder voorzien „0 7 7 0 8 8 van invoerapparatuur, die middels spiegeling communiceert met bijbehorende ontvangers binnen de behuizing. Deze invoerapparatuur kan bijvoorbeeld gebruikt worden voor het invoeren van verschillende instellingen voor de beeldgenerator.

5 In de meest eenvoudige uitvoeringsvorm van de uitvinding heeft het werkblad geen opening en zijn de tenminste ene spiegel en de tenminste ene beeldgenerator op het werkblad geplaatst. Hierdoor is het aanpassen van bestaande bureaus veel eenvoudiger, aangezien geen opening hoeft te worden gemaakt in het werkblad.

10 De uitvinding zal hieronder onder verwijzing naar enkele tekenin gen verder worden toegelicht. Het spreekt vanzelf dat de figuren niet zijn bedoeld ter beperking van de reikwijdte van de onderhavige uitvinding, maar slechts ter illustratie daarvan.

Fig. 1 toont een dwarsdoorsnede van een bureau met een beeldgene-15 rator en een spiegel volgen., de onderhavige uitvinding;

Fig. 2 toont een variant op de inrichting volgens Fig 1, waarin twee spiegels worden gebruikt, waarvan er een concaaf kan zijn;

Fig. 3 toont een alternatieve opstelling van de inrichting volgens Fig. 2; 20 Fig. 4 toont een opstelling van een bureau volgens de uitvinding, waarbij de beelden afkomstig van twee beeldgeneratoren naadloos aaneen gevoegd worden;

Fig. 5 toont een dwarsdoorsnede van een bureau waarbij het geheel van beeldgenerator, al dan niet geplaatst in een kooi van Faraday, en 25 spiegel{s) is geplaatst op het intacte werkblad;

Fig. 6 toont een alternatieve constructie voor een ondersteuning van het geheel van beeldgenerator, al dan niet geplaatst in een kooi van Faraday, en spiegel(s), waarbij dit geheel ten opzichte van het werkblad kan worden geroteerd en onder een andere hoek kan worden 30 gebracht;

Fig. 7 toont een verdere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding, waarbij de tweede spiegel halfdoorlatend is uitgevoerd.

De inrichting volgens de uitvinding heeft bij voorkeur betrekking 35 op een bureau of tafel 2, zoals weergegeven in Fig. 1. Het bureau 2 is voorzien van een werkblad 12, dat op gebruikelijke wijze wordt ondersteund door een of meer poten 7· In plaats van poten 7 kunnen uiteraard ook andere ondersteuningsmiddelen worden toegepast. In de door- 1007708 9 snede van Fig. 1 is te zien, dat het bureau 2 is voorzien vein een opening 14 in het werkblad 12. Een beeldgenerator 6 is geplaatst in de ondersteunende structuur 2 aan de, vanaf de gebruiker gezien, onderzijde van het werkblad 12. De beeldgenerator 6 kan op bekende wijze 5 aangestuurd worden door bijvoorbeeld een computer, die voor de eenvoud wordt geacht deel uit te maken van de beeldgenerator 6 en zich dus tevens aan de onderzijde van het werkblad bevindt. In- en uitvoerdelen van de computer die directe interactie vergen met de gebruiker (zoals toetsenbord, muis en dergelijke) dienen uiteraard op het werkblad 12 10 geplaatst te worden.

Het gedeelte van de ondersteunende structuur 2 dat zich onder het werkblad 12 bevindt, kan voorzien zijn van wanden 16 die de beeldgenerator geheel of gedeeltelijk omsluiten. De opening 14 kan geheel open zijn of af gedekt zijn door middel van een transparante plaat 15. die 15 bijvoorbeeld van plexiglas is gemaakt. Ook andere voor licht transparante materialen dan plexiglas kunnen worden toegepast. Afdekken van de opening is noodzakelijk indien een beeldgenerator 6 wordt geplaatst in de ondersteunende structuur 2, waarbij de wanden 16 een kooi van Faraday moeten vormen. Een dergelijke kooi van Faraday moet zowel de 20 door de beeldgenerator (en zonodig ook een computer) uitgezonden elektromagnetische straling tegenhouden, alsook de elektromagnetische straling afkomstig van externe bronnen, gelegen buiten de wanden 16. In het geval van een kooi van Faraday moet opening 14 niet alleen licht-transparant worden afgesloten, doch moet het transparante mate-25 riaal bovendien zijn voorzien van een laag, bijvoorbeeld een metallische laag, die elektrisch geleidend is verbonden met de elektrisch geleidende wanden 16. Een dergelijke laag moet transparant zijn voor licht. De wanden 16 kunnen bovendien geschikt worden gemaakt voor het tegenhouden van elektromagnetische straling met een hoog energetisch 30 vermogen, zoals röntgenstralen.

De inrichting is verder voorzien van een spiegel 4, die bij voorkeur met behulp van een scharnier 9 aan een zuil 3 is vastgemaakt. De spiegel 4 kan derhalve heen en weer worden bewogen in een met de dubbele pijl aangegeven richting. Desgewenst kan de zuil 3 worden wegge-35 laten en kan de scharnier 9 aan het werkblad 12 worden bevestigd.

De zuil 3 kan naar wens worden voorzien van geschikte licht-in-vangende schermpjes (niet weergegeven), die licht dat vanuit extreme hoeken invalt opvangen, alvorens dat licht hinderlijke reflecties 1007708 10 veroorzaakt via de spiegel 4.

Zoals te zien in Fig. 1, bevindt zich vanuit de gebruiker gezien onder het werkblad 12 de beeldgenerator 6. In Fig. 1 is de beeldgenerator 6 zodanig opgesteld, dat dit beelden uitzendt in een richting 8 5 naar de spiegel 4. De spiegel 4 weerkaatst het van de beeldgenerator afkomstige beeld in een richting 10 naar de gebruiker. Bij voorkeur is de richting 8 loodrecht op het vlak van het werkblad 12 en is de richting 10 parallel aan het vlak van het werkblad 12. Elke andere richting kan echter naar wens worden ingesteld.

10 Voorts kunnen de wanden 16 geheel of gedeeltelijk zijn vervaar digd van een elektromagnetisch geleidend materiaal, bijvoorbeeld metaal, al dan niet verbonden met de aarde. Hiermee wordt het boven reeds beschreven kooi van Faraday effect bereikt. De transparante plaat 15 is dan bij voorkeur niet alleen transparant voor licht, doch 15 bovendien elektrisch geleidend verbonden met de rest van de kooi van Faraday.

Hiertoe dient de plaat 15 geheel of gedeeltelijk te worden vervaardigd van elektrisch geleidend materiaal, en dient een goede elektrische verbinding te bestaan met de rest van de kooi van Faraday. Ook 20 kan op de plaat 15 een transparante elektrisch geleidende laag worden aangebracht met een goede elektrische verbinding met de rest van de kooi van Faraday.

De door de wanden 16 gevormde ruimte, al dan niet in de vorm van een kooi van Faraday, biedt voldoende ruimte voor aparte voorzieningen 25 zoals koeling en ventilatie; doordat ook geluidwerend materiaal kan worden aangebracht kan de geluidsoverlast beter worden beperkt dan zonder de uitvinding mogelijk is.

Voorts kan de door de wanden 16 gevormde ruimte, al dan niet in de vorm van een kooi van Faraday, ook geschikt worden gemaakt om naast 30 de beeldgenerator ook andere apparatuur te bevatten, zoals computers, fax-apparaten, dictafoon en telefoon. Op het werkblad 12 bevinden zich dan alleen de noodzakelijke invoerorganen, zoals een toetsenbord/muis, microfoon en telefoonluidsprekertje/microfoon. Naar wens kunnen deze invoermiddelen draadloos, bijvoorbeeld met behulp van infrarood stra-35 len, communiceren met de apparaten in de door de wanden 16 gevormde ruimte, al dan niet in de vorm van een kooi van Faraday. Deze infrarood stralen kunnen bijvoorbeeld via de spiegel 4 of via extra spiegeltjes (niet weergegeven) op zuil 3 op de juiste wijze op de betref- 1007708 11 fende ontvanger worden gericht.

Disc-units die deel kunnen uitmaken van de eerder genoemde computer, zoals floppy disc- of CD-ROM-drives moeten goed bereikbaar blijven voor de gebruiker. Dit kan worden gerealiseerd door ze wegklapbaar 5 vast te maken aan het werkblad, bijvoorbeeld in samenhang met opening 14; deze disc-units kunnen ook worden opgenomen in het toetsenbord en dan hun data middels infrarood stralen en spiegeling bijvoorbeeld via zuil 3 naar de juiste ontvangers zenden.

Als alternatief kunnen de disc-units ondergebracht worden in de 10 zuil 3. waardoor ze goed toegankelijk zijn voor de gebruiker en geïntegreerd zijn in het meubel. Daarnaast kan de kooi van Faraday uitgebreid worden zodat deze ook de disc-units omvat, waardoor de reeds eerder genoemde voordelen van de kooi van Faraday behouden blijven.

In de figuren 2 tot en met 6 verwijzen dezelfde verwijzingscij-15 fers als in Fig. 1 naar dezelfde onderdelen. Zij worden n^et nogmaals beschreven. Alleen de niet eerder genoemde onderdelen worden hieronder toegelicht. Algemeen gesteld biedt de inrichting volgens de uitvinding alle mogelijkheden vein beeldspiegeling, zoals die bekend zijn en in verschillende apparaten worden toegepast. Deze mogelijkheden echter 20 kunnen zonder de inrichting volgens de uitvinding niet worden aangeboden aan die mensen die werken met visuele presentatie van elektronische data middels beeldgeneratoren.

Een verschil tussen de opstelling volgens Fig. 2 en de opstelling van Fig. 1 is de aanwezigheid van een extra spiegel 24, die zich aan 25 dezelfde zijde van het werkblad 12 bevindt als de beeldgenerator 6. Op deze wijze worden meer mogelijkheden geboden voor de plaatsing van beeldgenerator 6. Onder andere kan op deze wijze meer beenruimte worden gerealiseerd voor de gebruiker.

Spiegel 24 kan concaaf worden gemaakt ter compensatie van de 30 kromming van het glas van een CRT, waardoor spiegel 4 dan vlak kan worden gehouden, zodat deze in ingeklapte toestand een vlak oppervlak met werkblad 12 kan vormen. Verder heeft een concave spiegel een vergrotend effect, waardoor het weerspiegelde beeld beter leesbaar is.

Een verschil tussen de opstelling volgens Fig. 3 en de opstelling 35 van Fig. 2 is de positie van spiegel 4. Deze is 90 graden gedraaid, gericht naar de gebruiker, met de linker knie van de gebruiker in de buurt van de beeldgenerator 6.

Fig. 4 toont een opstelling volgens de uitvinding waarin gebruik 1007708 12 wordt gemaakt van twee beeldgeneratoren 6 en 26. In een voorkeursuitvoeringsvorm is de opstelling volgens Fig. 4 een dubbele uitvoering van de opstelling volgens Fig. 3. zij het dan dat de beeldgenerator 26 180° is gedraaid ten opzichte van de beeldgenerator 6. De beeldgenera-5 tor 26 zendt zijn beelden uit in een richting 8' naar een spiegel 28. Op deze wijze maakt de inrichting volgens de uitvinding het op eenvoudige wijze mogelijk om beelden afkomstig van twee beeldgeneratoren naadloos naast elkaar te presenteren. Dit is van groot belang, bijvoorbeeld om twee teksten gelijktijdig te kunnen vergelijken: de ne-10 derlandse tekst bijvoorbeeld links en de engelse vertaling ervan rechts. Of twee beelden: een onbewerkt beeld links en een bewerkt, veranderd, beeld rechts. De spiegels 24, 28 hebben in deze opstelling een lijn 30 gemeen, namelijk in het hoekpunt gedefinieerd door spiegels 24, 28.

15 De spiegels 24, 28 kunnen met hetzelfde resultaat ook slechts ejn punt gemeen hebben. Spiegel 28 dient dan 90 graden te worden gedraaid, bij voorkeur in die richting dat de beeldgenerator 26 zich bevindt aan de andere kant van spiegel 28, zo ver mogelijk verwijderd van de gebruiker die de beelden 27 en 29 bekijkt, gezeten aan deze zijde van 20 werkblad 12, met de linker knie in de buurt van beeldgenerator 6.

Uiteraard is het mogelijk om meer dan twee monitoren toe te passen.

Fig. 5 toont de meest simpele constructie van de uitvinding, waarin een flat screen 30 van elk willekeurig bekend type op een werkblad 12 is geplaatst. Het door het flat screen 30 uitgezonden beeld 25 wordt via een met het flat screen 30 verbonden spiegel 4 naar een gebruiker weerkaatst. Uiteraard kan de spiegel 4 in plaats daarvan aan het werkblad 12 zijn bevestigd. Bij voorkeur maakt de spiegel 4 een hoek van 45° met het werkblad. Door deze oriëntatie zal de spiegel geen direct licht afkomstig van vensters of lampen aan het plafond van 30 een ruimte naar de gebruiker weerkaatsen.

Als alternatief wordt de flat screen 30 geplaatst in een verzonken gedeelte (niet getoond) van het werkblad 12. Het is dan net als bij eerder beschreven uitvoeringsvormen mogelijk de spiegel 4 weg of neer te klappen wanneer de flat screen 30 niet gebruikt wordt, zodat 35 een vlak werkblad 12 ontstaat.

Fig. 6 laat een variant op de zuil 3 zien. In Fig. 6 heeft de zuil 3 een telescoopconstructie met bijvoorbeeld twee in elkaar schuifbare delen 3' en 3''· Het onderste deel 3'' is, naar wens, met ^00/708 13 een scharnier 31 kantelbaar gelagerd. Het scharnier 31 is vast bevestigd aan een draaibare ring 32 die bevestigd is aan het werkblad 12. Aan 3' * kunnen de wanden 16 worden vastgemaakt, al dan niet als kooi van Faraday. Het geheel: spiegel 4, telescoop 3'; 3''. scharnier 31* 5 kooi van Faraday inclusief het venster 15. kan ten opzichte van het werkblad 12 heen en weer worden geschoven teneinde een optimale lees-afstand te realiseren. Bovendien kan het geheel door middel van de draaibare ring 32 worden gedraaid, zodanig dat het beeld naar een andere kant wordt gereflecteerd, bijvoorbeeld naar iemand die is geze-10 ten naast of tegenover de gebruiker. De telescoop 3'; 3’’ kan zodanig in elkaar worden geschoven, dat de achterzijde van de spiegel 4 althans nagenoeg geheel samenvalt met het bovenoppervlak van het werkblad 12. De gebruiker heeft onder die omstandigheden een vlak werkblad en wordt niet gehinderd door enig uitstekend gedeelte van de inrich-15 ting.

Tot nu toe zijn alleen opstellingen getoond waarbij zodanig wordt gespiegeld dat hetzij een solitair beeld ontstaat, hetzij twee beelden naadloos naast elkaar. De inrichting volgens de uitvinding maakt het echter ook mogelijk om de beelden afkomstig van twee verschillende 20 beeldgeneratoren te reflecteren naar slechts één spiegel; de gebruiker neemt dan een superpositiebeeld waar, samengesteld uit de beide verschillende beelden. Het superpositiebeeld toont overal daar waar de twee beelden identiek zijn, een scherp beeld. Echter, overal daar waar de twee beelden verschillen, is het superpositiebeeld verstoord. Deze 25 mogelijkheid biedt grote voordelen die niet uitputtend hier kunnen worden besproken. Daarom wordt volstaan met een enkel voorbeeld.

Veronderstel dat men een tekst waarin allerlei fouten voorkomen, wil vergelijken met de tekst waarin deze fouten zouden zijn gecorrigeerd. De correctiecontrole is dan zeer eenvoudig: de ongecorrigeerde 30 tekst met de correctie-opdrachten worden weergegeven op de ene beeldgenerator en de gecorrigeerde tekst op de andere. In het superpositiebeeld nu zal onmiddellijk opvallen welke correctie-opdrachten zijn vergeten. Of in het geval van beeldanalyse: stel dat men wil nagaan waarin twee beelden verschillen. Hiertoe keert men de contrasten van 35 het ene beeld om en handhaaft men de contrasten van het andere beeld. In het superpositiebeeld zal identieke morfologie worden uitgewist; alleen de beeldverschillen zullen overblijven. Deze techniek staat bekend als subtractie.

1007708 lit

Fig. 7 toont een verdere uitvoeringsvorm van de inrichting volgens de uitvinding, waarbij de tweede spiegel 24 halfdoorlatend is uitgevoerd. Tevens is de tenminste ene verdere beeldgenerator 26 zo geplaatst ten opzicht van de halfdoorlatende spiegel 24, dat de beel-5 den van de beeldgenerator 6 en van de tenminste ene verdere beeldgenerator 26 gecombineerd worden. Met deze opstelling wordt dus tevens een superpositiebeeld bereikt met de al eerder genoemde voordelen.

Door de beeldgenerator 6 en de tenminste ene verdere beeldgenerator 26 zo te plaatsen dat in het weerkaatste beeld de in een bepaalde 10 richting georiënteerde pixels van de beeldgenerator 6 loodrecht staan op de in een bepaalde richting georiënteerde pixels van de tenminste ene verdere beeldgenerator 26, kan de beeldkwaliteit van het resulterende beeld verbeterd worden. Met name de kwaliteit van weergegeven alfanumerieke tekens zal verbeterd worden, waardoor tekst beter lees-15 baar wordt.

100/708

Claims (22)

1. Inrichting voorzien van: een ondersteunende structuur (2); tenminste één spiegel (4); 5 tenminste één beeldgenerator (6), die wordt ondersteund door de structuur (2) en tijdens bedrijf beelden uitzendt in een eerste vooraf bepaalde richting (8) om door de tenminste ene spiegel (4) in een vooraf bepaalde tweede richting (10) te worden weerkaatst, met het kenmerk dat de inrichting tevens is voorzien van een werkblad 10 (12), waaraan een gebruiker kan plaatsnemen om de in de tweede rich ting (10) weerkaatste beelden waar te nemen.

2. Inrichting volgens conclusie 1, met het kenmerk dat de beeldgenerator (6) ofwel een flat-screen is, ofwel een kathodestraalbuis, 15 ofwel een LCD-projector is.

3. Inrichting volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk dat het werkblad (12) de ondersteunende structuur (2) is en is voorzien van een opening (14), waarbij zich de beeld-generator (6) aan een zijde 20 van het werkblad (12) bevindt, en de tenminste ene spiegel (4) zich aan de andere zijde van het werkblad (12) bevindt, waarbij de beelden tijdens bedrijf via de opening (14) op de tenminste ene spiegel (4) worden gericht.

4. Inrichting volgens de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de inrichting tevens een tweede spiegel (24) omvat, die aan dezelfde zijde van het werkblad (12) is geplaatst als de beeldgenerator (6) en de beelden hiervan afkomstig naar de tenminste ene spiegel (4) richt. 30

5. Inrichting volgens de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de tenminste ene beeldgenerator (6) en tenminste ene spiegel (4) zijn geplaatst in een verlaagd deel van het werkblad (12).

6. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de eerste richting (8) waarin beelden door de beeld-generator (6) worden gezonden, althans nagenoeg parallel ligt aan de tweede richting (10). 3 ö 0 7 7 0 8

7. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de eerste richting (8) waarin beelden door de beeld-generator (6) worden gezonden, althans nagenoeg loodrecht staat op de tweede richting (10).

8. Inrichting volgens conclusie 6 of 7. met het kenmerk dat de tweede spiegel (24) de beelden afkomstig van de beeldgenerator (6) in een derde richting (20) stuurt, die loodrecht staat op de eerste richting (8) en loodrecht op de tweede richting (10). 10 9· Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de tenminste ene spiegel (4) concaaf is.

10. Inrichting volgens conclusie 4, met het kenmerk dat de tweede spiegel (24) concaaf is. 15

11. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de structuur (2) een bureau of tafel omvat.

12. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het 20 kenmerk dat de tenminste ene spiegel (4) op een in hoogte ten opzichte van de structuur (2) verplaatsbare ondersteuning (3) is aangebracht.

13. Inrichting volgens conclusie 12, met het kenmerk dat de ondersteuning (3) is voorzien van een of meer licht opvangende schermen. 25

14. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de tenminste ene spiegel (4) wegklapbaar is ten opzichte van het werkblad (12).

15. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de beeldgenerator (6) een rack-mount monitor is. l6. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de structuur (2) wanden (16) omvat die de ruimte tussen de 35 beeldgenerator (6) en het werkblad (12) omsluiten, waarbij de wanden (16) behandeld zijn om lichtreflecties tegen te gaan. 1007708

17· Inrichting volgens conclusie 16, met het kenmerk dat de wanden (16) een metalen constructie omvatten voor het vormen van een kooi van Faraday.

18. Inrichting volgens conclusie 17. met het kenmerk dat de ope ning (14) is afgedicht met een transparante plaat (15). die tenminste gedeeltelijk is voorzien van een elektrisch geleidend materiaal, dat geleidend met de metalen constructie is verbonden.

19. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de inrichting tenminste één verdere beeldgenerator (26) omvat, die geplaatst is aan dezelfde zijde van het werkblad (12) als de tenminste ene beeldgenerator (6).

20. Inrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk dat de in richting tevens een derde spiegel (28) omvat, die aan dezelfde zijde van het werkblad (12) is geplaatst als de tenminste ene verdere beeldgenerator (26) en beelden afkomstig van de tenminste ene verdere beeldgenerator (26) naar de tenminste ene spiegel (4) richt. 20

21. Inrichting volgens conclusie 19, met het kenmerk dat de tweede spiegel (24) halfdoorlatend is uitgevoerd en dat de tenminste ene verdere beeldgenerator (26) beelden naar de tweede spiegel (24) zendt in een vierde richting (20') die parallel ligt aan de derde richting 25 (20).

22. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de inrichting verder is voorzien van invoerapparatuur, die draadloos communiceert met bijbehorende ontvangers binnen de behuizing 30 (16).

23. Inrichting volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk dat de inrichting verder is voorzien van disc-units, die ondergebracht zijn in de verplaatsbare ondersteuning (3). 35

24. Inrichting volgens de een van de conclusies 1 of 2 met het kenmerk dat de tenminste ene beeldgenerator (6) en tenminste ene spiegel (4) op het werkblad (12), dat de ondersteunende structuur (2) 1 0 0 7 7 0 8 vormt, zijn geplaatst. «***«#*« 1 ü 0 7 7 0 8