NL1007276C2 - Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien van dwarspositioneermiddelen. - Google Patents

Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien van dwarspositioneermiddelen. Download PDF

Info

Publication number
NL1007276C2
NL1007276C2 NL1007276A NL1007276A NL1007276C2 NL 1007276 C2 NL1007276 C2 NL 1007276C2 NL 1007276 A NL1007276 A NL 1007276A NL 1007276 A NL1007276 A NL 1007276A NL 1007276 C2 NL1007276 C2 NL 1007276C2
Authority
NL
Netherlands
Prior art keywords
trailer
transverse
semi
wheel
ground
Prior art date
Application number
NL1007276A
Other languages
English (en)
Inventor
Derk Nijenhuis
Original Assignee
Nch Hydraul Systemen Bv
Priority date (The priority date is an assumption and is not a legal conclusion. Google has not performed a legal analysis and makes no representation as to the accuracy of the date listed.)
Filing date
Publication date
Application filed by Nch Hydraul Systemen Bv filed Critical Nch Hydraul Systemen Bv
Priority to NL1007276A priority Critical patent/NL1007276C2/nl
Priority to AU96531/98A priority patent/AU9653198A/en
Priority to PCT/NL1998/000589 priority patent/WO1999019191A1/nl
Application granted granted Critical
Publication of NL1007276C2 publication Critical patent/NL1007276C2/nl

Links

Classifications

    • BPERFORMING OPERATIONS; TRANSPORTING
    • B60VEHICLES IN GENERAL
    • B60SSERVICING, CLEANING, REPAIRING, SUPPORTING, LIFTING, OR MANOEUVRING OF VEHICLES, NOT OTHERWISE PROVIDED FOR
    • B60S9/00Ground-engaging vehicle fittings for supporting, lifting, or manoeuvring the vehicle, wholly or in part, e.g. built-in jacks
    • B60S9/14Ground-engaging vehicle fittings for supporting, lifting, or manoeuvring the vehicle, wholly or in part, e.g. built-in jacks for both lifting and manoeuvring
    • B60S9/205Power driven manoeuvring fittings, e.g. reciprocably driven steppers or rotatably driven cams
    • B60S9/21Power driven manoeuvring fittings, e.g. reciprocably driven steppers or rotatably driven cams comprising a rotatably driven auxiliary wheel or endless track, e.g. driven by ground wheel
    • B60S9/215Power driven manoeuvring fittings, e.g. reciprocably driven steppers or rotatably driven cams comprising a rotatably driven auxiliary wheel or endless track, e.g. driven by ground wheel driven by an auxiliary motor

Landscapes

  • Engineering & Computer Science (AREA)
  • Mechanical Engineering (AREA)
  • Vehicle Cleaning, Maintenance, Repair, Refitting, And Outriggers (AREA)

Description

Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien van dwarspositioneermiddelen
De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een oplegger voor 5 het transporteren van containers, waarbij de oplegger is voorzien van: ten minste één wielenpaar, bij de voorkant daarvan aangebrachte koppelmiddelen voor aankop-peling aan een trekker, welke koppelmiddelen in aan de trekker gekoppelde toestand rotatie rond een in wezen verticale koppel-10 rotatiehartlijn toelaten, trekmiddelen geschikt om de container vanaf het achtereind van de oplegger in langsrichting daarvan de oplegger op te kunnen trekken.
Dergelijke opleggers zijn algemeen bekend, en worden veel ge-15 bruikt voor het transport van containers, zoals bijvoorbeeld zeecontainers. Dergelijke containers hebben in het algemeen lengtes van 20, 30 of 40 voet. Dergelijke opleggers zijn verder voorzien van trekmiddelen, waarmede een bij het achtereind van de oplegger opgestelde container in langsrichting van de oplegger de oplegger is op te trek-20 ken. Vaak is oplegger daartoe nog voorzien van een kantelmechanisme teneinde de oplegger, terwijl deze aan de trekker/het trekkervoertuig is aangekoppeld zodanig te doen kantelen dat de oplegger met zijn achtereind tegen de grond komt. Dit vergemakkelijkt het de oplegger optrekken van de container aanzienlijk. Aanvraagster brengt dergelijke 25 opleggers op de markt en heeft op een van dergelijke trekmiddelen en kantelmechanismen voorziene opleggers verscheidene octrooien, zoals het Europese octrooi ΕΡ-Β-0.723·505 dat betrekking heeft op een van trekmiddelen en een kantelmechanisme voorziene opleggercombinatie.
Een probleem bij dergelijke opleggers is dat wanneer de oplegger 30 met zijn achtereind niet nauwkeurig genoeg bij de container, in het algemeen bij een kops eind daarvan, is geplaatst, de container opnieuw opgepakt moet worden en verplaatst moet worden of de oplegger opnieuw op zijn plaats gereden moet worden door deze weg te rijden en terug te rijden. Beide positioneerhandelingen zijn omslachtig. De eerder ge-35 noemde EP-B-0.723.505 openbaart op- en neer beweegbare bij het achterste wielenpaar aangebrachte rollen waarmee een fijnpositionering van de opleggercombinatie mogelijk is. Deze rollen hebben rotatiehartlij-nen die verlopen in dwarsrichting van de oplegger onder een hoek van 1 0 0 7 276 2 ongeveer 8" ten opzichte van de wielassen. Door de opleggercombinatie vanuit de opleggercombinatie vooruit te rijden is een geringe zijdelingse verplaatsing in de ene richting mogelijk en door de opleggercombinatie achteruit te rijden is een geringe zijdelingse verplaatsing 5 in de andere, tegenovergestelde richting mogelijk. Dit is omslachtig, de positioneermogelijkheden zijn nogal beperkt en vereisen bovendien een langsverplaatsing van de combinatie.
De onderhavige uitvinding heeft tot doel voornoemde problemen verbonden aan het herpositioneren of fijnpositioneren van de container 10 ten opzichte van de oplegger te overkomen, althans het herpositioneren van de oplegger ten opzichte van de container aanzienlijk te vereenvoudigen.
Voornoemd doel wordt volgens de uitvinding bereikt doordat de oplegger verder omvat dwarspositioneermiddelen die geschikt zijn om de 15 oplegger in aangekoppelde toestand te doen roteren rondom de koppelro-tatie-hartlijn van de koppeling met de trekker, zodanig dat het achtereind van de oplegger in horizontale dwarsrichting van de oplegger wordt verplaatst en wel bij voorkeur bij stilstand van het trekker-voertuig. Dit is bijvoorbeeld realiseerbaar door één of meer wielenpa-20 ren van de oplegger te voorzien van draaibare wielen, zodanig dat deze in transporttoestand in in langsrichting van de oplegger georiënteerde toestand zijn te brengen en voor het herpositioneren in een rond een verticaal gedraaide toestand zijn te plaatsen teneinde de oplegger in dwarsrichting te kunnen verplaatsen al rijdend over de naar een dwars-25 oriëntatie gedraaide wielen van het ten minste ene wielenpaar. Alhoewel een dergelijke constructie een relatief gemakkelijke herpositionering mogelijk maakt, zal het voor een in een herpositioneertoestand brengen van de wielen van het ten minste ene wielenpaar benodigde mechanisme relatief complex en daardoor kostbaar zijn.
30 Volgens een voordelige uitvoeringsvorm zullen bij een oplegger volgens de uitvinding de dwarspositioneermiddelen omvatten: ten minste één in dwarsrichting van de oplegger georiënteerd of oriënteerbaar dwarswiel; en hefmiddelen voor het vanaf de grond optillen van het ten minste 35 ene wielenpaar en het met de grond in contact brengen van het ten minste ene dwarswiel.
Hierbij is het bijvoorbeeld denkbaar dat de hefmiddelen het wielenpaar of de wielenparen waarmee de oplegger op de grond afsteunt optilt, 1 0 0 7 276 3 door deze als het ware ten opzichte van de oplegger in te trekken, totdat de oplegger via het ten minste ene dwarswiel op de grond afsteunt. Onder een dergelijk dwarswiel wordt verstaan een wiel- of rolvormig omwentelingslichaam waarvan de rotatiehartlijn zich uit-5 strekt in langsrichting, eventueel iets schuin ten opzichte daarvan, van de oplegger, eventueel schuin ten opzichte van het horizontale vlak, oftewel onder dwarswiel wordt verstaan een wiel- of rolvormig omwentelingslichaam waarvan de rol- of rijrichting zich in hoofdzaak in dwarsrichting van de oplegger uitstrekt. Het zal duidelijk zijn dat 10 hierbij sprake kan zijn van één of meer dwarswielen. Wanneer het ten minste ene dwarswiel met de grond in contact is gekomen en het ten minste ene wielenpaar van de grond is opgetild, kan de oplegger in dwarsrichting verplaatst worden, waarbij deze rond de koppel-rotatie-hartlijn zal draaien, door in de gewenste dwarsrichting vanaf de zij-15 kant tegen de oplegger te duwen of vanaf de zijkant aan de oplegger te trekken. Wanneer de gewenste dwarsverplaatsing van de oplegger gerealiseerd is kunnen de hefmiddelen het dwarswiel en het ten minste ene wielenpaar weer terugbrengen in de uitgangstoestand.
Teneinde het zijdelings verplaatsen van de oplegger voor het 20 herpositioneren daarvan ten opzichte van de container te vergemakkelijken, is het volgens de uitvinding voordelig wanneer het ene dwarswiel of in het geval van meerdere dwarswielen althans een van deze dwarswielen middels aandrijfmiddelen aandrijfbaar is. Deze aandrijf-middelen zullen daarbij bij voorkeur aan de oplegger zijn voorzien. In 25 het bijzonder bij één aandrijfbaar dwarswiel zullen deze aandrijfmiddelen geschikt zijn om dit dwarswiel in beide tegenovergestelde rota-tierichtingen, dat wil zeggen tegen de wijzers van de klok in en met de wijzers van de klok mee, te doen roteren. Bij twee aandrijfbare dwarswielen is het eventueel denkbaar dat het ene dwarswiel in de ene 30 richting aandrijfbaar is en het andere dwarswiel in de andere richting, teneinde de oplegger in beide dwarsrichtingen te kunnen bijstellen.
Teneinde ondermeer het bijstellen relatief gemakkelijk nauwkeurig en ook over kleine zijdelingse afstanden mogelijk te maken, is het 35 volgens de uitvinding voordelig wanneer het ten minste ene dwarswiel, in langsrichting van de oplegger beschouwd, is aangebracht tussen het achtereind van de oplegger en het achterste wielenpaar. Immers, een relatief kleine rotatie van het dwarswiel zal dan resulteren in een 1 0 0 7 276 4 relatief kleine dwarsverplaatsing van de oplegger. Wanneer het ten minste ene dwarswiel, in het bijzonder het aandrijfbare dwarswiel, dichter bij de voorzijde van de oplegger wordt geplaatst, zal een relatief kleine rotatie van dit aangedreven dwarswiel resulteren in 5 een relatief grotere zijdelingse verplaatsing van de oplegger. Hierbij is het constructief gezien in het algemeen voordelig wanneer het ten minste ene dwarswiel bij voorkeur tussen de wielenparen of in langs-richting van de oplegger beschouwd daar dicht, zoals bijvoorbeeld ongeveer 100 cm of minder, achter zijn aangebracht. In de nabijheid 10 van de wielenparen zijn namelijk in het algemeen al aanpassingen aan het frame van de oplegger nodig teneinde de wielenparen en de ophangingen daarvan te kunnen herbergen.
Teneinde de bestaande ophanging/ophangingen van de wielenparen ongewijzigd te kunnen laten zal het volgens de uitvinding voordelig 15 zijn wanneer de hefmiddelen aangrijpen op enerzijds het frame van de oplegger en anderzijds op het ten minste ene dwarswiel om bij bekrachtiging van de hefmiddelen dit dwarswiel ten opzichte van het frame naar beneden te kunnen bewegen tot contact met de grond en het frame ten opzichte van de grond te kunnen opdrukken totdat het ten minste 20 ene wielenpaar, in het bijzonder alle aanwezige wielenparen van de grond loskomt respectievelijk loskomen. Na het herpositioneren kunnen de hefmiddelen het ten minste ene dwarswiel weer optillen zodat de oplegger weer met één of meer wielenparen op de grond komt te staan. Het zal hierbij duidelijk zijn dat al naar gelang dit ten minste ene 25 dwarswiel dichter bij de achterkant van de oplegger is aangebracht, de door de hefmiddelen te leveren kracht voor het van de grond optillen van de wielenparen kleiner zal worden. Immers, de afstand van het dwarswiel tot de trekker/het trekkervoertuig neemt dan toe.
Teneinde in geval van één dwarswiel of meerdere op één zich in 30 langsrichting van de oplegger uitstrekkende lijn aangebrachte dwars-wielen zijdelings kantelen van de oplegger tegen te gaan, is het volgens de uitvinding voordelig wanneer dit ene dwarswiel of deze dwars-wielen in hoofdzaak symmetrisch ten opzichte van de langshartlijn van de trekker zijn aangebracht, dat wil zeggen zoveel mogelijk in het in 35 dwarsrichting beschouwde midden van de oplegger. In het geval van meerdere, niet in langsrichting uitgelijnde dwarswielen zal het de voorkeur verdienen wanneer deze dwarswielen symmetrisch ten opzichte van de langshartlijn van de trekker zijn aangebracht, opdat deze 1007276 5 dwarswielen bij het omhoog brengen van de oplegger en het zijdelings verrijden daarvan zoveel mogelijk gelijkmatig belast worden.
Op voordelige wijze zullen de hefmiddelen van de dwarspositio-neermiddelen één of meer hydraulische cilinder/zuigereenheden omvat-5 ten.
Volgens een constructief eenvoudige uitvoeringsvorm is het ten minste ene dwarswiel bevestigd aan een arm, die met één eind scharnierend aan het frame van de oplegger is bevestigd en waarop, bij voorkeur bij het andere eind, de hefmiddelen aangrijpen. Een dergelijke 10 arm kan zich zowel in dwarsrichting van de oplegger uitstrekken (zoals in de uitvoeringsvoorbeelden is weergegeven) als in langsrichting van de oplegger, waarbij de laatstgenoemde langsoriëntering van de arm tot voordeel heeft dat de plaats waar het dwarswiel met de grond in contact komt, althans in dwarsrichting van de oplegger beschouwd, vast-15 ligt en dus onafhankelijk is van de mate waarin de arm door de hefmiddelen geroteerd moet worden teneinde het ten minste ene wielenpaar los te laten komen van de grond.
Volgens een andere voordelige uitvoeringsvorm zal het ten minste ene dwarswiel via een door de hefmiddelen bediend schaarmechanisme asm 20 de oplegger zijn gemonteerd. Middels een dergelijk schaarmechanisme is op betrekkelijk eenvoudige wijze te realiseren dat het ten minste ene dwarswiel in hoofdzaak verticaal op en neer verplaatsbaar is, zonder althans een verplaatsing in dwarsrichting van de oplegger te ondergaan.
25 De dwarspositioneermiddelen volgens de uitvinding laten zich in het bijzonder op voordelige wijze toepassen bij een oplegger die is voorzien van een kantelmechanisme dat geschikt is om de oplegger of een daarop aangebracht containerdraagframe te doen kantelen ten opzichte van een horizontale kantelas dwars op de langsrichting van de 30 oplegger, zodanig dat het achtereind van de oplegger respectievelijk het containerframe naar de grond wordt bewogen en daar eventueel mee in contact wordt gebracht. Een dergelijk kantelmechanisme is bijvoorbeeld bekend uit EP-B1-0.723·505
De onderhavige uitvinding zal in het nu volgende aan de hand van 35 een aantal schematische figuren nader worden toegelicht. Hierin toont:
Figuur 1 in zeer schematische vorm een detail van een achteraanzicht op een oplegger volgens de uitvinding voorzien van dwarspositioneermiddelen volgens één uitvoeringsvorm; 1007276 6
Figuur 2 een zeer schematisch achteraanzicht van een detail van een oplegger volgens de uitvinding voorzien van dwarspositioneermidde-len volgens een andere uitvoeringsvorm;
Figuur 3 een zeer schematisch zijaanzicht van een samenstel van 5 een oplegger volgens de uitvinding in combinatie met een trekker/trek-kervoertuig, waarbij een mogelijke toepassing van een oplegger volgens de uitvinding schematisch is aangeduid;
Figuur 4 een zeer schematische weergave van een oplegger volgens de uitvinding, voorzien van een kantelmechanisme waarmee het gehele 10 opleggerframe kantelbaar is totdat de achterzijde daarvan met de grond contact maakt;
Figuur 5 een oplegger volgens de uitvinding voorzien van een ten opzichte van het opleggerframe kantelbaar containerframe.
Figuur 1 toont zeer schematisch een achteraanzicht op het achter-15 ste wielenpaar, bestaande uit een rechterwiel 1 en linkerwiel 2, van een oplegger waarvan slechts het opleggerframe 3. waaraan de wielen 1 en 2 zijn opgehangen, is weergegeven. Aan het opleggerframe 3 is middels een scharnierende bevestiging 4 een arm 5 gemonteerd, welke middels hefmiddelen 6 ten opzichte van het opleggerframe 3 verzwenkbaar 20 is. De hefmiddelen 6 bestaan hierbij uit een door middel van een hydraulische vloeistof in een uitschuifbaar cilinder/zuigersamenstel. Door het cilinder/zuigersamenstel 6 met behulp van het hydraulische fluïdum uit te schuiven, wordt een aan de arm 5 gemonteerd dwarswiel 7 met de grond 8 in contact gebracht. Door het hydraulisch cilinder/zui-25 gersamenstel 6 verder uit te schuiven komen de wielen 1 en 2 vervolgens los van de grond. Door het dwarswiel 7 nu middels daartoe voorziene aandrijfmiddelen 9 in de richting met de wijzers van de klok mee te roteren wordt het opleggerframe 3 in de richting van de pijl R naar rechts verplaatst, en door het wiel 7 middels de aandrijfmiddelen 9 30 tegen de wijzers van de klok in te doen roteren wordt het opleggerframe 3 naar links verplaatst in de richting van de pijl L. Bij dit naar rechts respectievelijk links verplaatsen van het opleggerframe 3 wordt het opleggerframe 3 feitelijk gezwenkt rond een rotatiehartlijn 100 welke in wezen verticaal door de koppeling van de oplegger aan het 35 trekkervoertuig verloopt. Het zal duidelijk zijn dat door aldus het dwarswiel 7 meer of minder in de ene of de andere richting te verdraaien het opleggerframe 3. althans het achtereind daarvan vanaf waar een container de oplegger opgetrokken moet worden, meer of minder naar 1007 276 7 links of rechts verplaatst/gezwenkt kan worden, teneinde het opleggerframe beter ten opzichte van de hierop te plaatsen container te positioneren. Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 1 bestaan de zogenaamde dwarspositioneermiddelen 10 in wezen dus uit de hefmiddelen 6, de 5 scharnierend aan het opleggerframe 3 gemonteerde arm 5i en het dwars-wiel 7 net daarbij eventueel nog de aandrijving 9*
In het in figuur 1 weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is de arm 5 roteerbaar in een vlak in hoofdzaak dwars op de langsrichting van de oplegger 3· Het zal echter duidelijk zijn dat de arm 5 ook zwaaibaar 10 in een vlak in hoofdzaak verticaal en evenwijdig aan de langsrichting van de oplegger 3 kan zijn gemonteerd. Dit heeft tot voordeel dat bij het verzwenken van de arm 5 de zijdelingse afstand van het dwarswiel 7 tot enerzijds het rechterwiel 1 en anderzijds het linkerwiel 11 onveranderd blijft. Als voorbeeld van een dergelijke constructie kan bij-15 voorbeeld figuur *4 van EP-B-0-723-505 worden genoemd, alwaar de rol 20 echter niet in de zogenaamde dwarsrichting georiënteerd is en dus niet een zogenaamd dwarswiel vormt.
Figuur 2 toont een gewijzigde uitvoeringsvorm van de dwarspositioneermiddelen, welke hier zijn aangeduid met het nummer 20. De dwars-20 positioneermiddelen 20 van de uitvoeringsvorm uit figuur 2 omvatten een draagarm 15 waarop het dwarswiel 7 is gemonteerd. De draagarm 15 is middels een schaarmechanisme gemonteerd aan het opleggerframe 3· Dit schaarmechanisme bestaat uit twee kruiselings aangebrachte tele-scoperende armen 16 en 17* Deze telescoperende armen 16 en 17 kunnen 25 daarbij elk zijn uitgevoerd als een met hydraulische vloeistof bedien-bare cilinder/zuigereenheid. Het zal hierbij duidelijk zijn dat door de cilinder/zuigereenheden 16 en 17 elk met hydraulische vloeistof te bekrachtigen zodanig dat deze uitschuiven, de draagarm 15 met daaraan bevestigd dwarswiel 7 naar beneden wordt bewogen. Wanneer dit uit-30 schuiven van de cilinder/zuigereenheden 16 en 17 in voldoende mate plaatsvindt, zal het dwarswiel 7 eerst in contact komen met de grond 8 en vervolgens de wielen 1 en 2 van de grond optillen. Nadat de wielen 1 en 2 van de grond zijn opgetild is de oplegger naar rechts R of links L te verplaatsen door het dwarswiel 7 middels de aandrijfmidde-35 len 9 in de desbetreffende geschikte richting te doen roteren.
Het zal duidelijk zijn dat wanneer de oplegger in dwarsrichting is gepositioneerd middels de zogenaamde dwarspositioneermiddelen, zoals de dwarspositioneermiddelen 10 of 20, de hefmiddelen in omge- 1007276 8 keerde richting zullen worden bekrachtigd om het ten minste ene wie-lenpaar weer naar de grond te brengen en met de grond in contact te brengen en vervolgens het ten minste ene dwarswiel weer van de grond op te tillen. Met betrekking tot de in figuren 1 en 2 weergegeven 5 uitvoeringsvoorbeelden komt dit erop neer dat de cilinder/zuigereenhe- den 6 respectievelijk 16 en 17 weer worden ingeschoven.
In de figuren 3* ^ en 5. welke hierna besproken zullen worden, zijn de dwarspositioneermiddelen steeds met 30 aangeduid. Het zal duidelijk zijn dat bij de in figuren 3. 4 en 5 beschreven toepassingen 10 de dwarspositioneermiddelen 30 zowel dwarspositioneermiddelen 10 als dwarspositioneermiddelen 20 kunnen omvatten alsook andere uitvoeringsvormen van dwarspositioneermiddelen. De dwarspositioneermiddelen 30 omvatten één of meer zogenaamde dwarswielen 7 die middels hefmiddelen ten opzichte van de oplegger 3 op en neer verplaatsbaar zijn in verti-15 cale richting, schuin verticale richting of volgens een cirkelboog. Wanneer de dwarswielen 7 middels de hefmiddelen naar beneden worden bewogen en met de grond 8 in contact komen, zal het opleggerframe bij de achterkant op de dwarswielen 7 afsteunen en bij de voorkant op de trekker 3^· Door de dwarswielen 7 middels de hefmiddelen verder ten 20 opzichte van het opleggerframe 3 naar beneden te drukken zullen de wielenparen 31 en 32 dan van de grond loskomen. Door de aandrijving 9 te bedienen zal het opleggerframe 3 dan in dwarsrichting daarvan, dat wil zeggen loodrecht op het vlak van tekening volgens de figuren 3. 4 en 5· verplaatst kunnen worden, dat wil zeggen gezwenkt rond koppel-25 rotatiehartlijn 100.
Bij de figuren 3. 4 en 5 is de oplegger 3 verder voorzien van een lier 35 met trekkabel 36. Door de trekkabel 36 bij 37 aan een container 38 te bevestigen, is de container 38 in langsrichting van de oplegger de oplegger op te trekken. Dergelijke lier- en trekkabelmecha-30 nismen zijn op zich uit de stand der techniek bekend in velerlei uitvoeringen, zie bijvoorbeeld EP-B1-0.723-505 en de daarin verder genoemde stand der techniek.
Figuur 3 geeft schematisch aan dat een oplegger volgens de uitvinding in een richting loodrecht op het vlak van tekening kan worden 35 verplaatst teneinde deze oplegger beter te doen aansluiten op een op een verhoogd perron 39 opgestelde container 38, die op de oplegger geladen moet worden.
Bij de uitvoeringsvorm volgens figuur 4 is sprake van een opleg- 1 0 0 7 276 9 ger 3. welke bij de aankoppeling met de trekker 34 middels een kantelmechanisme 40 als geheel is te kantelen, zodanig dat het achtereind 4l van de oplegger 3 zeer dicht bij de grond of in contact met de grond 8 wordt gebracht terwijl de oplegger 3 dan steunt op het achterste wie-5 lenpaar 31· Het wielenpaar 32 is dan van de grond losgekomen. Wanneer het opleggerframe 3 nu in een richting dwars op het vlak van tekening in figuur 4 moet worden bijgesteld, dan kunnen de dwarspositioneermid-delen 30 daarvoor worden gebruikt. Middels de dwarspositioneermiddelen 30 wordt dan het achterste wielenpaar 31 van de grond opgetild en is 10 het achtereind 41 van de oplegger 3 in zijdelingse richting, dat wil zeggen in een richting loodrecht op het vlak van tekening, verplaatsbaar door de oplegger 3 rond rotatiehartlijn 100 te doen roteren over een in het algemeen kleine tot zeer kleine hoek, door de dwarswielen 7 middels de aandrijving 9 in voldoende mate te doen roteren.
15 Figuur 5 toont een uitvoeringsvorm gelijkend op die volgens fi guur 4, met dit verschil dat het opleggerframe 3 hier is voorzien van een extra containerframe 51· Dit containerframe 51 is bij het laden en lossen van containers 38 middels een kantelmechanisme 50 en 52 te kantelen zodanig dat het achtereind 53 daarvan met de grond 8 in con-20 tact komt. Het kantelmechanisme bestaat hierbij uit een cilinder/zui-gereenheid 50 en een horizontale kantelas 52, via welke het containerframe 51 en het opleggerframe 3 met elkaar zijn verbonden.
Wanneer bij de uitvoeringsvormen volgens figuren 4 en 5 de container 38 op de oplegger is geladen, zal het opleggerframe 3 respec-25 tievelijk het containerframe 51 weer in horizontale positie worden gebracht. Dit op zich is uit de stand der techniek algemeen bekend in velerlei uitvoeringsvormen. Met betrekking tot dergelijke kantelmechanismen kan bijvoorbeeld verwezen worden naar EP-B-0.723-505 en de daarin genoemde verdere stand der techniek.
30 Het zal duidelijk zijn dat een van dwarspositioneermiddelen voor ziene oplegger volgens de uitvinding ook zeer voordelig kan zijn indien een container vanaf de oplegger gelost moet worden. Ook hierbij is het dan, mits althans de hefmiddelen daartoe voldoende kracht kunnen leveren, mogelijk de oplegger van de grond op te tillen en rond 35 rotatiehartlijn 100 te verzwenken, zodanig dat het achtereind van de oplegger in zijdelingse richting wordt verplaatst. In het bijzonder bij langere opleggers, zoals die voor zogenaamde 40 voet containers, zal bij kleinere zwenkhoeken de oplegger bij benadering als geheel 1 00 7 276 10 zijdelings verschuiven.
Uit stabiliteitsoverwegingen zal het voordelig kunnen zijn om twee (of meer) zogenaamde dwarswielen te gebruiken die symmetrisch ten opzichte van de middenlangshartlijn van de oplegger zijn aangebracht.
5 Verder zal het duidelijk zijn dat de rijrichting van de zogenaamde dwarswielen zich bij voorkeur in hoofdzaak dwars op de langsrichting van de oplegger uitstrekt, in het bijzonder zodanig dat de rijrichting tangentieel ten opzichte vein de koppel-rotatiehartlijn 100 verloopt. Het zal een gemiddeld veikman echter duidelijk zijn dat de rijrichting 10 zonder al te grote problemen ook in enige mate hiervein kan afwijken. Verder kunnen de omwentelingsvlakken van de dwarswielen schuin ten opzichte van de verticaal verlopen.
Een groot voordeel van de uitvinding is verder dat de bediening van het dwarspositioneermechanisme kan plaatsvinden bij het achtereind 15 van de oplegger, zoals eventueel ter plaatse van de wielenparen, zodat de bedienend persoon direct visueel kan waarnemen of de oplegger nog verder geherpositioneerd moet worden of in de juiste stand ten opzichte van de container staat. Een dergelijke bediening bij het achtereind van de oplegger of ter plaatse van de wielenparen is te realiseren 20 door aldaar een geschikt bedieningspaneel te voorzien eventueel aangevuld met een draadverbonden afstandsbediening.
Het zal duidelijk zijn dat in het geval van een oplegger met een in langsrichting daarvan verplaatsbaar onderstel met voor normaal transport bestemde wielstellen, de dwarspositioneermiddelen zowel aan 25 dit verplaatsbare onderstel als aan het opleggerframe zelf gemonteerd kunnen zijn.
1 0 0 7 276

Claims (11)

1. Oplegger voor het transporteren van containers, waarbij de oplegger is voorzien van: 5. ten minste één wielenpaar, bij de voorkant daarvan aangebrachte koppelmiddelen voor aankop-peling aan een trekker, welke koppelmiddelen in aan de trekker gekoppelde toestand rotatie rond een in wezen verticale koppelro-tatie-hartlijn toelaten, 10. trekmiddelen geschikt om de container vanaf het achtereind van de oplegger in langsrichting daarvan de oplegger op te kunnen trekken, met het kenmerk, dat de oplegger verder omvat dwarspositioneermiddelen geschikt om de oplegger in aangekoppelde toestand te doen zwenken 15 rondom de koppelrotatie-hartlijn zodanig dat het achtereind van de oplegger in horizontale dwarsrichting van de oplegger wordt verplaatst.
2. Oplegger volgens conclusie 1, met het kenmerk, dat de dwarspositioneermiddelen omvatten: 20. ten minste één in dwarsrichting van de oplegger georiënteerd of oriënteerbaar dwarswiel; en hefmiddelen voor het vanaf de grond optillen van het ten minste ene wielenpaar en het met de grond in contact brengen van het ten minste ene dwarswiel en omgekeerd het vanaf de grond optillen van 25 het ten minste ene dwarswiel en het met de grond in contact bren gen van het ten minste ene wielenpaar.
3. Oplegger volgens conclusie 2, met het kenmerk, dat het ene dwarswiel of in het geval van meerdere dwarswielen althans één van de dwarswielen middels aan de oplegger voorziene aandrijfmiddelen aan- 30 drijfbaar is, bij voorkeur naar keuze in beide richtingen.
4. Oplegger volgens conclusie 2 of 3. met het kenmerk, dat het ten minste ene dwarswiel, in langsrichting van de oplegger beschouwd, is aangebracht tussen het achtereind van de oplegger en het achterste wielenpaar, bij voorkeur tussen wielenparen of in langsrichting van de 35 oplegger beschouwd daar dicht, zoals bijvoorbeeld ongeveer 100 cm of minder, achter.
5. Oplegger volgens een der conclusies 2-4, met het kenmerk, dat de hefmiddelen aangrijpen op enerzijds het frame van de oplegger en 1007276 anderzijds het ten minste ene dwarswiel om bij bekrachtiging van de hefmiddelen dit dwarswiel ten opzichte van het frame naar beneden te kunnen bewegen tot contact met de grond en het frame ten opzichte van de grond te kunnen opdrukken totdat het ten minste ene wielenpaar van 5 de grond loskomt en omgekeerd het ten minste ene dwarswiel weer van de grond op te kunnen tillen.
6. Oplegger volgens een der conclusies 2-5. met het kenmerk, dat het ten minste ene dwarswiel is aangebracht in hoofdzaak symmetrisch ten opzichte van de langshartlijn van de trekker. 10
7· Oplegger volgens een der conclusies 2-6, met het kenmerk, dat de hefmiddelen een hydraulische cilinder/zuigereenheid omvatten.
8. Oplegger volgens een der conclusies 2-7. met het kenmerk, dat het ten minste ene dwarswiel is bevestigd aan een arm, die met een eind scharnierend aan het frame van de oplegger is bevestigd en waarop 15 de hefmiddelen aangrijpen.
9. Oplegger volgens een der conclusies 2-7. met het kenmerk, dat het ten minste ene dwarswiel via een door de hefmiddelen bediend schaarmechanisme aan de oplegger is gemonteerd.
10. Oplegger volgens een der voorgaande conclusies, met het ken- 20 merk. dat deze verder omvat een kantelmechanisme geschikt om de oplegger of een daarop aangebracht containerframe te doen kantelen ten opzichte van een horizontale kantelas dwars op de langsrichting van de oplegger, zodanig dat het achtereind van de oplegger respectievelijk het containerframe naar de grond wordt bewogen en daar eventueel mee 25 in contact wordt gebracht.
11. Samenstel van oplegger volgens een der voorgaande conclusies en een trekker op trekkeruitvoering. t 0 v ::
NL1007276A 1997-10-14 1997-10-14 Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien van dwarspositioneermiddelen. NL1007276C2 (nl)

Priority Applications (3)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1007276A NL1007276C2 (nl) 1997-10-14 1997-10-14 Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien van dwarspositioneermiddelen.
AU96531/98A AU9653198A (en) 1997-10-14 1998-10-14 Trailer for transporting containers, which is provided with transverse positioning means
PCT/NL1998/000589 WO1999019191A1 (nl) 1997-10-14 1998-10-14 Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien vandwarspositioneermiddelen

Applications Claiming Priority (2)

Application Number Priority Date Filing Date Title
NL1007276 1997-10-14
NL1007276A NL1007276C2 (nl) 1997-10-14 1997-10-14 Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien van dwarspositioneermiddelen.

Publications (1)

Publication Number Publication Date
NL1007276C2 true NL1007276C2 (nl) 1999-04-15

Family

ID=19765837

Family Applications (1)

Application Number Title Priority Date Filing Date
NL1007276A NL1007276C2 (nl) 1997-10-14 1997-10-14 Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien van dwarspositioneermiddelen.

Country Status (3)

Country Link
AU (1) AU9653198A (nl)
NL (1) NL1007276C2 (nl)
WO (1) WO1999019191A1 (nl)

Families Citing this family (3)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
AU2003249098A1 (en) * 2002-06-24 2004-01-06 Frano Perica Device for sideward moving of vehicles
EP1880911A1 (en) * 2005-04-15 2008-01-23 Fernando Alcaraz Bernaldez Improvement of the accessory "easyparking" to cars
CN111017199A (zh) * 2019-12-04 2020-04-17 北京特种机械研究所 一种起落架回平控制系统及方法

Citations (8)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3120398A (en) * 1959-12-03 1964-02-04 Sidler Ltd Device for moving semi-trailers sidewise
US4211299A (en) * 1978-02-10 1980-07-08 Juergen Schulte Parking apparatus for laterally shifting a vehicle
JPS58139849A (ja) * 1982-02-15 1983-08-19 Tsutomu Takeda 車体後方部横移動装置付き自動車
US4746261A (en) * 1987-02-02 1988-05-24 Landoll Corporation Self-loading tilt-bed trailer having transverse bed realignment means
DE3838268A1 (de) * 1988-11-11 1990-05-17 Secusoft Gmbh Verfahren zur umschichtigen verladung strassengebundener lkw-einheiten und insbesondere sattelhaenger auf schienengebundene fahrzeuge (und umgekehrt) sowie vorrichtung zur durchfuehrung des verfahrens
WO1990014247A1 (en) * 1989-05-19 1990-11-29 Rautaruukki Oy Apparatus connectable to a trailer
DE9103750U1 (nl) * 1991-03-27 1991-06-27 Hoffmann, Andreas, 6232 Bad Soden, De
WO1995011143A1 (en) * 1993-10-20 1995-04-27 N.C.H. Hydraulische Systemen B.V. Transport vehicle for taking up and taking down containers and the like onto or from a loading platform thereof

Patent Citations (9)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Publication number Priority date Publication date Assignee Title
US3120398A (en) * 1959-12-03 1964-02-04 Sidler Ltd Device for moving semi-trailers sidewise
US4211299A (en) * 1978-02-10 1980-07-08 Juergen Schulte Parking apparatus for laterally shifting a vehicle
JPS58139849A (ja) * 1982-02-15 1983-08-19 Tsutomu Takeda 車体後方部横移動装置付き自動車
US4746261A (en) * 1987-02-02 1988-05-24 Landoll Corporation Self-loading tilt-bed trailer having transverse bed realignment means
DE3838268A1 (de) * 1988-11-11 1990-05-17 Secusoft Gmbh Verfahren zur umschichtigen verladung strassengebundener lkw-einheiten und insbesondere sattelhaenger auf schienengebundene fahrzeuge (und umgekehrt) sowie vorrichtung zur durchfuehrung des verfahrens
WO1990014247A1 (en) * 1989-05-19 1990-11-29 Rautaruukki Oy Apparatus connectable to a trailer
DE9103750U1 (nl) * 1991-03-27 1991-06-27 Hoffmann, Andreas, 6232 Bad Soden, De
WO1995011143A1 (en) * 1993-10-20 1995-04-27 N.C.H. Hydraulische Systemen B.V. Transport vehicle for taking up and taking down containers and the like onto or from a loading platform thereof
EP0723505B1 (en) 1993-10-20 1997-05-21 N.C.H. Hydraulische Systemen B.V. Transport vehicle for taking up and taking down containers and the like onto or from a loading platform thereof

Non-Patent Citations (1)

* Cited by examiner, † Cited by third party
Title
PATENT ABSTRACTS OF JAPAN vol. 007, no. 257 (M - 256) 16 November 1983 (1983-11-16) *

Also Published As

Publication number Publication date
AU9653198A (en) 1999-05-03
WO1999019191A1 (nl) 1999-04-22

Similar Documents

Publication Publication Date Title
JPH0698959B2 (ja) 曳行棒なしに航空機を曳行する曳行装置
CA2174618C (en) Transport vehicle for taking up and taking down containers and the like onto or from a loading platform thereof
US3589540A (en) Forklift attachments
US5370494A (en) Self-propelled lift truck
US5651658A (en) Articulated lift truck
US4943118A (en) End dumping trailer
US5161933A (en) Apparatus for handling heavy loads
US3448874A (en) Mobile crane with spaced pivotally mounted booms
NL2004268C2 (nl) Trailer for the transportation by road of containers.
NL1007276C2 (nl) Oplegger voor transporteren van containers, welke is voorzien van dwarspositioneermiddelen.
US5452607A (en) Drive on roller brake dynamometer shuttle system, trailer and method of using same
US3762590A (en) Material lifting and transporting vehicle
US4723887A (en) Load carrying and tipping vehicle
US3499561A (en) Slag pot carrying vehicle
US4006913A (en) Low height semi-trailer
JPH0124651B2 (nl)
US1588396A (en) Tractor dump-body trailer combination
US3828913A (en) Lifting arrangement for cantilever arms of conveyors
US3874526A (en) Self-unloading ground vehicle
RU2010737C1 (ru) Опорное устройство трейлера с тележкой
EP0025322B1 (en) Vehicle for transporting containers
GB2237792A (en) Apparatus for tipping a skip
EP0049121A2 (en) Improved mechanical handling apparatus
JPH04995Y2 (nl)
US3863785A (en) Self-loading coil carrier

Legal Events

Date Code Title Description
PD2B A search report has been drawn up
VD1 Lapsed due to non-payment of the annual fee

Effective date: 20060501