NL1006991C1 - Tent met ophanginrichting voor gordijnen. - Google Patents

Description

Tent met ophanginrichting voor gordijnen.

De onderhavige uitvinding betreft een tent met een ophanginrichting voor gordijnen met een vast gemonteerd langwerpig deel met een 5 verdikking en ten minste een bijbehorend glijdeel, dat door middel van een uitstekend houdergedeelte middelen voor het houden van het gordijn omvat.

Ophanginrichtingen voor gordijnen volgens de in de aanhef genoemde soort zijn bekend, waarbij de glijdel en bij het monteren steeds op het 10 langwerpige deel vanaf het ene of het andere einde op de verdikking gevoerd moeten worden en vervolgens naar wens langs deze verdikking geplaatst worden. Moet een gordijn omgekeerd worden, zodat de binnenzijde ervan zich na het omkeren naar buiten keert, dan is het bij de bekende ophanginrichting voor gordijnen vereist, elk afzonderlijk 15 glijdeel van het langwerpige deel aan het ene of andere einde hiervan af te trekken. Vervolgens worden de glijdelen in de lucht 180° gedraaid en vanaf het ene of het andere einde van het langwerpige deel op de verdikking geleid. De glijdelen bevinden zich daarna in de andere van de mogelijke posities daarvan vergeleken met de eerste positie 20 180° gedraaid op de verdikking gemonteerd.

Het is ondoelmatig gebleken dat bij een om te draaien gordijn alle glijdelen aan het ene of het andere einde van het langwerpige deel hiervan moeten worden afgetrokken om daarna weer opgezet te worden. Dit is een langdurig proces en het monteren van de glijdelen is bij-25 zonder moeilijk, omdat het langwerpige deel vaak hoog aangebracht is en de gebruiker dus een zeer belastende positie inneemt met hoog opgeheven armen.

Bij het monteren van de bekende ophanginrichting voor gordijnen is het gelijktijdig vereist met de ene hand het glijdeel vast te houden 30 en met de andere hand het langwerpige deel ten opzichte van het glijdeel te fixeren. Het is dus moeilijk het glijdeel goed op zijn plaats op de verdikking van het langwerpige deel te brengen, in het bijzonder wanneer het gordijn tegelijkertijd aan het glijdeel wordt vastgehouden en dit belast.

35 Bij de bekende ophanginrichting voor gordijnen, waarvan het lang werpige deel bovendien vaak vast gemonteerd is aan de einden daarvan, is het omdraaien van het gordijn onmogelijk.

De uitvinding wordt bij een tent met een ophanginrichting voor 1006991 2 gordijnen van het bovenstaande soort gekenmerkt doordat het gordijn complementair gevormde middelen omvat, die voor het aangrijpen met het uitstekende houdergedeelte vanuit beide zijden van het gordijn zijn ingericht.

5 Daardoor wordt een ophanginrichting voor een gordijn verschaft, waarbij het gordijn, onafhankelijk van met welke zijde het gordijn naar de wens van de gebruiker naar het venster toegekeerd moet zijn, vastgehouden kan worden zonder dat het afmonteren van de glijdel en van een of ander einde van de verdikking van het langwerpige deel vereist 10 is. De gebruiker verwijdert het gordijn van het uitstekende gedeelte van het glijdeel draait het gordijn 180° in de lucht en monteert het gordijn weer op het houdergedeelte van het glijdeel, doordat de complementair gevormde middelen van het gordijn nu vanaf de andere gor-dijnzijde met het houdergedeelte in aangrijping zijn.

15 Bij een bijzonder eenvoudige uitvoering volgens de uitvinding omvat het complementair gevormde middel een doorgaande opening voor het opnemen van het houdergedeelte. Daarbij kan het houdergedeelte van het glijdeel vanaf beide zijden van het gordijn met deze in aangrijping gebracht worden en deze vasthouden.

20 Volgens de uitvinding is doelmatig gebleken dat het complementair gevormde middel een ringvormig deel omvat voor het opnemen van het houdergedeelte.

Het complementair gevormde middel kan volgens de uitvinding een lusdeel omvatten dat met het gordijn een lus voor het opnemen van het 25 houdergedeelte vormt.

Bij een doelmatige uitvoeringsvorm volgens de uitvinding kan het uitstekende houderdeel van een eerste drukknopdeel voorzien zijn, dat bij met twee verdere drukknopdelen past die steeds aan een zijde van het gordijn zijn aangebracht en bij de bovengenoemde, complementair 30 gevormde middelen hoort.

Bij een bijzondere uitvoering volgens de uitvinding omvat het glijdeel twee tegenover elkaar liggende glijdel en, die in de gemonteerde positie de verdikking van het langwerpige deel omgrijpen.

Volgens de uitvinding kan elk grijpgedeelte star verbonden zijn 35 met een bijbehorend been en waarbij de benen via een scharnier met elkaar in verbinding staan. Hierbij wordt bereikt dat. wanneer de gebruiker de benen van de glijdel en in de richting naar elkaar toe beweegt, beide tegenover elkaar liggende grijpgedeelten bewegen naar 1006991 3 een onderling grotere afstand van elkaar dan daarvoor. Daardoor laten de glijdel en zich direct naar onderen weg van de verdikking verwijderen. in de lucht 180° draaien, waarna de tegenover elkaar liggende grijpgedeelten van de grijpdelen van onderaf om de verdikking heen 5 naar boven op iedere gewenste plaats van het langwerpige deel in aan-grijping gebracht kunnen worden.

Volgens de uitvinding is bijzonder doelmatig gebleken dat het scharnier uit een meegevend materiaal is vervaardigd. Daardoor wordt bereikt dat het scharnier een verende werking bewerkstelligt, zodat 10 het door bekrachtiging een positie inneemt en de oorspronkelijke positie daarvan inneemt, wanneer het niet meer bekrachtigd wordt.

Volgens de uitvinding is het doelmatig gebleken dat het scharnier onderling zwenkbare delen omvat.

Het scharnier kan bij een bijzonder eenvoudige uitvoering aan het 15 bovenste einde van de benen zijn voorzien, waardoor een hefboominrich-ting wordt verschaft, zodat de gebruiker op de einden van de benen slechts een bijzonder geringe kracht hoeft uit te oefenen, wanneer de grijpgedeelten van elkaar verwijderd moeten worden.

Volgens de uitvinding is doelmatig gebleken dat de benen zich in 20 de gemonteerde positie in hoofdzaak parallel ten opzichte van elkaar uitstrekken.

De onderhavige uitvinding betreft ook een glijdeel voor een tent. die een ophanginrichting voor gordijnen omvat met een vast gemonteerd langwerpig deel met een verdikking, waarbij het glijdeel om te glijden 25 langs de verdikking is gevormd en het gordijn klemmiddelen in een uitstekend houdergedeelte omvat. Het glijdeel volgens de onderhavige uitvinding wordt gekenmerkt doordat het uitstekende houdergedeelte voor het ingrijpen in een doorgaande opening in het gordijn is ingericht.

30 Daarbij is het voordelig dat het uitstekende houdergedeelte ge vormd is met een grotere diameter dan die van de doorgaande opening voor het houdergedeelte in het gordijn, zodat een klemeffect ontstaat.

Bovendien is het voordelig dat het twee tegenover elkaar liggende grijpdelen omvat, die in de gemonteerde positie de verdikking van het 35 langwerpige deel omgrijpen en dat de grijpmiddelen steeds star met een bijbehorend been verbonden zijn, en dat de benen via een scharnier met elkaar verbonden zijn.

In een de voorkeur hebbende uitvoering is het scharnier vervaar- 1006991 4 digd uit meegevend materiaal.

De onderhavige uitvinding betreft bovendien een glijdeel voor een tent die een ophanginrichting voor gordijnen omvat met een vast gemonteerd. langwerpig deel met een verdikking, waarbij het glijdeel is 5 gevormd om te glijden langs de verdikking en het gordijn klemmiddelen met een uitstekend houdergedeelte omvat. Daarbij is het voordelig dat het uitstekende houdergedeelte een eerste drukknopdeel omvat, dat bij twee verdere drukknopdelen past. die steeds aan een zijde van het gordijn zijn aangebracht.

10 Het langwerpige deel kan vervaardigd zijn van geweven materiaal.

De fundamentele oplossingen volgens de uitvinding worden hierna nader verduidelijkt met verwijzing naar een bijzonder de voorkeur hebbende uitvoeringsvorm aan de hand van de tekening.

Daarbij tonen 15 Figuur 1 een tent met voor de vensters hangende gordijnen.

Figuur 2 perspectivisch een vanuit het binnenste van de tent gezien fragment van een complete ophanginrichting voor gordijnen en

Figuur 3 perspectivisch een fragment van een ophanginrichting voor gordijnen, waarbij het glijdeel en het gordijn van het langwerpige 20 deel zijn afgenomen.

De in Figuur 1 afgebeelde tent 1 volgens de uitvinding heeft een niet-afgebeelde aan de binnenzijde aan het tentdoek boven het venster 17 vast gemonteerde ophanginrichting voor gordijnen.

De Figuren 2 en 3 tonen een fragment van een boven een venster 17 25 gemonteerde ophanginrichting 2 voor gordijnen. De ophanginrichting 2 omvat een vast gemonteerd, langwerpig deel 3 met een verdikking 4 en ten minste een glijdeel 5 dat van een middel is voorzien, dat een uitstekend houdergedeelte 7 omvat, voor het houden van het gordijn 6.

Het afgebeelde. vast gemonteerde, langwerpige deel 3 is bij deze 30 uitvoeringsvorm vervaardigd uit geweven materiaal en aan de einden 8 aan het tentdoek vastgenaaid. De verdikking 4 strekt zich langs het gehele langwerpige deel 5 uit.

Het gordijn 6 omvat in de afgebeelde uitvoeringsvorm een doorgaande opening 9 voor het opnemen van het houdergedeelte 7, zie Figuur 3. 35 Rondom de opening 9 is een deze afgrenzende ring 10 aangebracht, waarvan de doorsnede iets kleiner is dan het afgebeelde houdergedeelte 7. zodat bij een in ring 10 opgenomen houdergedeelte 7 deze beide delen door middel van een effect aan elkaar vastgehouden worden.

1006991 5

Bij andere, niet-afgebeelde uitvoeringsvormen van de complementair gevormde middelen, die zijn ingericht voor het ingrijpen met het uitstekende houdergedeelte, kan het eronder andere om gaan, dat de middelen een ringvormig deel omvatten, dat ofwel, zoals hierboven vermeld.

5 een deel is van een doorgaande opening ofwel aan het gordijn zelf is vastgenaaid.

Bij een andere, niet-afgebeelde uitvoeringsvorm kunnen de middelen een lusdeel omvatten, doet samen met het gordijn een lus voor het opnemen van het houdergedeelte vormt.

10 Het uitstekende houdergedeelte kan een eerste drukknopdeel omvatten, dat bij twee andere aan steeds een zijde van het gordijn voorziene drukknopdelen past. waarbij de drukknopdelen bij de hiervoor genoemde complementaire middelen horen. Bij deze uitvoeringsvorm worden de drukknopdelen aan beide zijden van het gordijn gemonteerd en wel op 15 zodanige wijze, dat het eerste drukknopdeel in aangrijping kan treden met de andere drukknopdelen aan het gordijn.

Het glijdeel 5 heeft in de afgebeelde uitvoeringsvorm twee tegenover elkaar liggende grijpgedeelten 11, 11’ die de verdikking 4 aan het langwerpige deel 3 kunnen omgrijpen. Elk grijpgedeelte 11. 11' is 20 star verbonden met een bijbehorend been 12. 12’. De benen 12. 12' zijn via een scharnier 13 met elkaar verbonden, strekken zich parallel ten opzichte van elkaar uit en zijn aan het onderste einde 14. 14' daarvan enigszins van elkaar weggebogen, en wel zodanig dat de afstand van de tegenover elkaar liggende grijpgedeelten 11, 11' vergroot wordt door 25 bekrachtiging van de onderste beeneinden 14, 14’ met een kracht naar elkaar toe.

Het houdergedeelte 7 bevindt zich aan de buitenzijde aan een been 12' ter hoogte van het scharnier 13. Bij de afgebeelde uitvoeringsvorm omvat het houdergedeelte 7 twee bekken 15, 15’ met een tussenruimte 16 30 die zich tussen deze beide bevindt. Moet het houdergedeelte 7 bij deze uitvoeringsvorm met de ring 10 in aangrijping treden, dan stoten de beide bekken 15, 15' in de tussenruimte 16 tegen elkaar, zodat het houdergedeelte 7 door de ring 10 kan worden gevoerd. Is het houdergedeelte 7 door de ring 10 gevoerd, dan nemen de bekken 15, 15' de oor-35 spronkelijke positie daarvan in, waardoor het gordijn 6 aan het glijdeel 5 wordt geklemd.

Hier is een enkele uitvoeringsvorm van het houdergedeelte afge-beeld. Binnen het kader van het idee volgens de uitvinding kan het 1006991 6 houdergedeelte op een andere manier, bijvoorbeeld als drukknopdelen en haken, zijn gevormd.

Het houdergedeelte kan verder uit meegevend materiaal, bijvoorbeeld rubber, zijn vervaardigd.

5 Het scharnier 13 maakt door de plaatsing daarvan het scheiden van de tegenover elkaar liggende grijpdelen 11, 11' mogelijk door bekrachtiging van de onderste einden 14. 14’ van de beide benen 12. 12' in een richting naar elkaar toe zodanig, dat de afstand tussen de grijpdelen vergroot wordt, waarna de grijpdelen 11. 11’ ertoe gebracht 10 kunnen worden om de verdikking 4 van het langwerpige deel 3 op iedere gewenste plaats in de langsrichting daarvan te omgrijpen.

Volgens de uitvinding is het doelmatig gebleken het scharnier 13 te voorzien aan de bovenste einden van de benen 12. 12', waardoor bereikt wordt, dat de benen 12, 12’ zich verder naar beneden uitstrek-15 ken dan het scharnier 13, en tot gevolg hebben dat voor de bekrachtiging van de onderste einden 14, 14’ van de benen 12, 12' voor het scheiden van de grijpdelen 11, 11' van elkaar slechts een geringe kracht vereist is. Door deze plaatsing van het scharnier 13 in een gemonteerde positie wordt verder bereikt dat het glijdeel 5 niet naar 20 boven of naar beneden getrokken kan worden, aangezien het scharnier 13 zich direct onder de verdikking 4 bevindt.

Het scharnier 13 is hier uit meegevend materiaal vervaardigd, waardoor een verende werking wordt bereikt. Bij een andere uitvoeringsvorm volgens de uitvinding kan het scharnier onderling zwenkbare 25 delen omvatten.

Het glijdeel kan met behulp van een spuitgietproces uit kunststof vervaardigd zijn.

Volgens de uitvinding is dus daarvan sprake dat het omdraaien van het gordijn 6 mogelijk is. zonder dat de glijdel en 5 aan een of ander 30 einde van het langwerpige deel 3 hiervan worden afgetrokken, aansluitend in de lucht 180° gedraaid worden en vanaf een of ander einde van het langwerpige deel 3 weer op de verdikking 4 daarvan geschoven moeten worden. Dit wordt precies bereikt doordat het gordijn 6 complementair gevormde middelen omvat, die zijn ingericht voor het ingrijpen 35 met het uitstekende houdergedeelte 7 vanaf beide zijden van het gordijn 6.

De montage van het glijdeel 5 aan het vast aangebrachte, langwerpige deel 3 kan worden uitgevoerd doordat de gebruiker het glijdeel 5 1006991 7 tussen twee vingers houdt. De benen 12, 12' van het glijdeel 5 worden aan de onderste einden 14, 14’ van de benen 12. 12' met een kracht in de richting naar elkaar toe belast. Na het samenbrengen van de beide benen 12. 12’ is de afstand tussen de tegenover elkaar liggende grijp-5 delen 11. 11’ zo groot, dat deze naar boven om de verdikking gevoerd kunnen worden. Daarna wordt de belasting van de onderste einden 14. 14’ van de benen 12, 12’ beëindigd, waarna de grijpdelen 11, 11’ weer de oorspronkelijke positie daarvan innemen en zich daardoor om de verdikking 4 sluiten.

10 Moet het gordijn 6 gedraaid worden, dan houdt de gebruiker de gl ijdel en 5 met het hieraan bevestigde gordijn 6 op de voorgeschreven manier van het langwerpige deel 3 af. Vervolgens worden de glijdel en 5 met het gordijn 6 in de lucht 180° gedraaid en weer aan het vast aangebrachte. langwerpige deel 3 gemonteerd.

15 Het draaien van het gordijn 6 is daarbij mogelijk. zonder dat de glijdel en 5 aan een of ander einde van het langwerpige deel 3 hiervan worden afgetrokken, aansluitend 180° in de lucht gedraaid worden en van het een of andere einde van het langwerpige deel 3 weer op de verdikking 4 daarvan geschoven moeten worden.

20 Figuur 2 toont de ophanginrichting 2 voor gordijnen in de gemon teerde toestand, waarbij de grijpdelen van het grijpdeel 5 het vast gemonteerde, langwerpige deel 3 omgrijpen en het gordijn 6 aan het houdergedeelte van het glijdeel geklemd wordt.

Afsluitend kan vermeld worden dat het in het kader van de uitvin- 25 ding daarom kan gaan, dat het langwerpige deel aan de einden daarvan vastgemaakt is aan het tentdoek. Daardoor worden bij het naaien van het langwerpige deel aan het tentdoek productiematige voordelen bereikt .

Zonder af te wijken van de uitvinding als zodanig zijn dus veel 30 veranderingen mogelijk.

1006991

Claims (16)

1. Tent met ophanginrichting voor gordijnen met een vast gemonteerd langwerpig deel met een verdikking en ten minste een bijbehorend glijdeel, dat door middel van een uitstekend houdergedeelte middelen 5 voor het houden van het gordijn omvat, met het kenmerk, dat het gordijn (6) complementair gevormde middelen omvat, die zijn ingericht voor aangrijping met het uitstekende houdergedeelte (7) vanuit beide zijden van het gordijn (6).

2. Tent volgens conclusie 1. met het kenmerk, dat ten minste een 10 complementair gevormd middel een doorgaande opening (9) omvat voor het opnemen van het houdergedeelte (7).

3. Tent volgens conclusie 1 of 2, met het kenmerk, dat ten minste een complementair gevormd middel een ringvormig deel voor het opnemen van het houdergedeelte (7) omvat.

4. Tent volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk, dat ten minste een complementair gevormd middel een strop omvat, die met het gordijn (6) een lus voor het opnemen van het houdergedeelte (7) vormt.

5. Tent volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk. 20 dat het uitstekende houdergedeelte (7) een eerste drukknopdeel omvat, dat bij twee verdere drukknopdelen past, die steeds aan een zijde van het gordijn (6) zijn aangebracht en bij de bovengenoemde, complementair gevormde middelen horen.

6. Tent volgens een van de voorgaande conclusies, met het kenmerk. 25 dat het glijdeel (5) twee tegenover elkaar liggende grijpdelen (11. 1Γ) omvat, die in de gemonteerde positie de verdikking (4) van het langwerpige deel (3) omgrijpen.

7. Tent volgens conclusie 6, met het kenmerk, dat ieder grijpdeel (11, 11') star verbonden is met een bijbehorend been (12, 12') en dat 30 de benen via een scharnier (13) met elkaar zijn verbonden.

8. Tent volgens conclusie 7, met het kenmerk, dat het scharnier (13) uit meegevend materiaal is vervaardigd.

9. Tent volgens conclusie 7 of 8. met het kenmerk, dat het scharnier (13) onderling zwenkbare delen omvat.

10. Tent volgens conclusies 7-9, met het kenmerk, dat het schar nier (13) is voorzien aan het bovenste einde van de benen (12, 12').

11. Tent volgens een van de voorgaande conclusies 7-10, met het kenmerk. dat de benen (12, 12’) zich in de gemonteerde positie in 1006991 hoofdzaak parallel ten opzichte van elkaar uitstrekken.

12. Glijdeel voor een tent. die een ophanginrichting voor gordijnen omvat met een vast gemonteerd, langwerpig deel met een'verdikking, waarbij het glijdeel is gevormd om te glijden langs de verdikking en 5 het gordijn klemmiddelen met een uitstekend houdergedeelte omvat, met het kenmerk, dat het uitstekende houdergedeelte (7) voor het aangrijpen in een doorgaande opening (9) in het gordijn (6) is ingericht.

13. Glijdeel volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het uitstekende houdergedeelte (7) gevormd is met een grotere diameter dan 10 die van de doorgaande opening (9) voor het houdergedeelte in het gordijn (6), zodat een klemeffect ontstaat.

14. Glijdeel volgens conclusie 12 of 13, met het kenmerk, dat het twee tegenover elkaar liggende grijpdelen (11, 11') omvat, die in de gemonteerde positie de verdikking (4) van het langwerpige deel (3) 15 omgrijpen en dat de grijpmiddelen (11, 11’) steeds star met een bijbehorend been (12, 12') verbonden zijn, en dat de benen via een scharnier (13) met elkaar verbonden zijn.

15. Glijdeel volgens conclusie 12, met het kenmerk, dat het scharnier (13) uit meegevend materiaal is vervaardigd.

16. Glijdeel voor een tent die een ophanginrichting voor gordijnen omvat met een vast gemonteerd, langwerpig deel met een verdikking, waarbij het glijdeel is gevormd om te glijden langs de verdikking en het gordijn klemmiddelen mee een uitstekend houdergedeelte omvat, met het kenmerk, dat het uitstekende houdergedeelte (7) een eerste druk- 25 knopdeel omvat, dat bij twee verdere drukknopdelen past. die steeds aan een zijde van het gordijn (6) zijn aangebracht. ******** 1006991